19 JULI 2007. - Ordonnantie betreffende de promotie van de gezondheid bij de sportbeoefening, het doping en de preventie ervan (1)

Het Brussels Hoofdstedelijk Parlement heeft aangenomen en Wij, Regering, bekrachtigen hetgeen volgt : HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen

Artikel 1.Deze ordonnantie regelt een aangelegenheid bedoeld in artikel 135 van de Grondwet.

Art. 2.Voor de toepassing van deze ordonnantie wordt verstaan onder : 1° « Verenigd College » : het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie;2° « Sportbeoefenaar » : elke persoon die zich voorbereidt op of deelneemt aan een sportmanifestatie of elke persoon die op vrije of georganiseerde wijze een sportactiviteit beoefent binnen een sport infrastructuur;3° « Sportmanifestatie » : elk initiatief dat een persoon toelaat sport te beoefenen op een georganiseerde manier;4° « Organisator van een sportmanifestatie » : elke fysieke of rechtspersoon die een sportmanifestatie organiseert;5° « Sportinfrastructuur » : elke ruimte of terrein al dan niet bebouwd en al dan niet gratis ter beschikking gesteld, die toelaten fysieke activiteiten vrij of georganiseerd te beoefenen;6° « Uitbater van een sportinfrastructuur » : elke persoon, natuurlijke- of rechtspersoon, of een vereniging van personen, feitelijke vereniging of een vereniging van rechtswege, die een sportinfrastructuur uitbaat;7° « Sportvereniging » : elke vereniging van natuurlijke of rechtspersonen die, welke de vorm ook is, ten minste een van de volgende doeleinden nastreeft : a) één of meer lichamelijke activiteiten promoten die deel uitmaken van een sporttak; b) bijdragen tot de ontplooiing en het fysiek, psychisch en sociaal welzijn van de persoon aan de hand van blijvende en progressieve programma.s; c) haar leden aansporen deel te nemen aan vrije of georganiseerde fysieke activiteiten, zowel in competitieverband als bij wijze van vrijetijdsbesteding;8° « Doping » : a) het gebruik van substanties of de aanwending van middelen of methodes die voorkomen op de door het Verenigd College krachtens artikel 9 vastgestelde lijst van verboden substanties, middelen en methodes;b) het gebruik van substanties of de aanwending van middelen of methodes om het prestatievermogen van de sportbeoefenaar kunstmatig op te voeren, wanneer hierdoor schade veroorzaakt kan worden aan zijn fysieke of psychische integriteit;c) de manipulatie van de genetische eigenschappen van de sportbeoefenaar om zijn prestatievermogen kunstmatig op te voeren;d) het gebruik van substanties of het aanwenden van middelen of methodes die ertoe strekken dopingpraktijken zoals bedoeld onder a), b) en c) te verdoezelen;e) aanwezigheid van de substanties zoals bedoeld onder a) en b), van hun stofwisselingsproducten of van hun merkers in het menselijke lichaam;9° « Coördinatieraad » : de Coördinatieraad Medisch Verantwoord Sporten, opgericht bij het Samenwerkingsakkoord van 19 juni 2001 inzake de medisch verantwoorde sportbeoefening.

Art. 3.De bepalingen van deze ordonnantie zijn van toepassing op : 1° alle natuurlijke personen, onder andere de sportbeoefenaars in de zin van artikel 2, 2°, die zich voorbereiden op of deelnemen aan een sportmanifestatie of die een sportactiviteit beoefenen of voorbereiden in het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad;2° alle instellingen in de zin van artikel 135 van de Grondwet, onder andere de sportverenigingen en de rechtspersonen, welke sportmanifestaties of -activiteiten organiseren in het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad en die, wegens hun organisatie, niet beschouwd kunnen worden als uitsluitend te ressorteren onder de bevoegdheid van de Vlaamse of de Franse Gemeenschap. HOOFDSTUK II. - Preventie, medische begeleiding en promotie van de gezondheid door en bij de sportbeoefening

Art. 4.Het Verenigd College kan, eventueel in samenwerking met andere overheden, educatieve, informatie- en preventiecampagnes organiseren omtrent de gezondheidspromotie door en bij sportbeoefening, door onder meer de bevolking, en in het bijzonder de sportbeoefenaars en hun directe omgeving, te sensibiliseren over de eerbiediging van de door het Verenigd College bepaalde gezondheidsregels in deze praktijken.

Naast de samenwerking bedoeld in artikel 3, § 1, 1°, van het Samenwerkingsakkoord van 19 juni 2001 inzake de medisch verantwoorde sportbeoefening, kan het Verenigd College, met het oog op een regelmatige uitwisseling van informatie, documentatie, deskundigen en diensten, partnerschapsakkoorden inzake de medisch verantwoorde sportbeoefening afsluiten met alle sportverenigingen die hierom verzoeken.

Art. 5.Het Verenigd College kan : 1° de wijzen van gezondheidspreventie en medische begeleiding bepalen van de sportbeoefenaars, om deze voor de risico.s die aan de sport en aan de trainingsomstandigheden verbonden zijn te behoeden; 2° de wijzen van promotie van een aangepaste sportbeoefening die de gezondheid ten goede kan komen bepalen, door de sportbeoefenaar van zijn verantwoordelijkheid bewust te maken en door de geneesheer te informeren;3° een lijst bepalen met algemene aanbevelingen en medische contra-indicaties in verband met de beoefening van de sportdisciplines die deze vereisen. Het Verenigd College kan de beoefeningsomstandigheden van de risicosporten vastleggen alsook de modaliteiten van de controle op de nakoming ervan. Het kan eveneens de beoefening van sporten verbieden die een extreem risico voor de fysieke en psychische integriteit van de sportbeoefenaar inhouden.

Art. 6.De sportverenigingen nemen alle nodige schikkingen die bijdragen tot de sportbeoefening, met inachtneming van het fysiek en psychisch welzijn van de sportbeoefenaars.

Zij nemen een tuchtreglement aan dat doping verbiedt en tuchtsancties voorziet in geval van schending van dit verbod door hun leden.

Het Verenigd College kan aan sportverenigingen van een specifieke sportdiscipline, aan organisatoren van bepaalde sportmanifestaties en aan exploitanten van bepaalde sportinfrastructuren, het aannemen van een medisch reglement opleggen. In dat geval, kan het Verenigd College de minimumvoorwaarden inzake gezondheidsopvoeding en preventieve gezondheidszorg bepalen die deze medische reglementen dienen te omvatten. HOOFDSTUK III. - Verbod op dopingpraktijk

Art. 7.Doping is verboden.

Wordt met doping gelijkgesteld : 1° het zich niet aanmelden op een dopingcontrole;2° het zich verzetten tegen of het verhinderen van de uitvoering van een dopingprocedure, in welk stadium dan ook;3° het misleiden van de controleurs en, in het algemeen, van elke bij de dopingprocedure betrokken instantie.

Art. 8.Zijn eveneens verboden : 1° het aanzetten tot dopinggebruik;2° het dopinggebruik op welke wijze ook te vergemakkelijken, te organiseren of aan de organisatie ervan deel te nemen;3° onverminderd andere strafbepalingen, het bij zich hebben, het vervoeren, het voorbereiden, het opslaan, het afstaan tegen betaling of kosteloos, het aanbieden, voorstellen, onder andere via elektronische weg, het toedienen, het doen gebruiken, behalve voor uitsluitend therapeutische redenen, van in artikel 2, 8°, bedoelde substanties of middelen, wanneer ze bestemd zijn voor doping van een derde;4° het verhinderen van de uitvoering van een dopingprocedure tegenover een derde, in welke stadium dan ook, of het misleiden van de controleurs en, in het algemeen, van elke bij de dopingprocedure betrokken instantie;5° de poging tot uitvoering van de onder 1° tot 4° hierboven bedoelde gedragingen;6° het toelaten, door de organisator van een sportmanifestatie, van de deelname van een sportbeoefenaar welke door een bevoegde instantie werd geschorst wegens doping en dit gedurende de ganse duur van de schorsing.

Art. 9.Het Verenigd College stelt, na advies van de Coördinatieraad, de lijst op van de in artikel 2, 8°, a), bedoelde verboden substanties, middelen of methodes, desgevallend met vermelding van de verboden dosis en de wijzen waarop sportbeoefenaars die aan een aandoening lijden, verboden substanties, middelen of methodes om therapeutische redenen kunnen innemen of op zich toepassen.

Het Verenigd College zorgt voor een regelmatige update van deze lijst. HOOFDSTUK IV. - Controle van de dopingpraktijk

Art. 10.Onverminderd de door de sportverenigingen verrichte controles, zien de officieren van de gerechtelijke politie toe op de toepassing van artikel 8 van deze ordonnantie en van de besluiten die in uitvoering ervan genomen worden.

Het Verenigd College erkent geneesheren belast met het bijstaan van de officieren van de gerechtelijke politie bij de dopingcontroles.

Art. 11.§ 1. Het Verenigd College legt de procedure van de dopingcontroles vast. § 2. Mits inachtname van de wet van 7 juni 1969 tot vaststelling van de tijd gedurende welke geen opsporing ten huize of huiszoeking mag worden verricht, mogen de dopingcontroles op elk ogenblik uitgevoerd worden.

Ze kunnen worden uitgevoerd op alle plaatsen in het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad, onder andere in de kleedkamers, de sportlokalen, sportterreinen en sportinfrastructuur.

De officieren van de gerechtelijke politie kunnen eveneens de voertuigen, de kledij, de uitrusting en de bagage van de sportbeoefenaar en de personen die hem bijstaan en begeleiden, controleren.

De erkende geneesheren zijn onder andere gemachtigd om stalen te nemen of te laten nemen van de bevoorrading van de sportbeoefenaar, van de haren, het bloed, de urine of van het speeksel van de sportbeoefenaar om deze in een erkend laboratorium te laten analyseren.

Bij elke controle wordt er een proces-verbaal opgesteld.

Het zich niet aanmelden op, het zich verzetten tegen, het verhinderen van de uitvoering van de controle of het misleiden van de controleurs en, in het algemeen, van elke bij de dopingprocedure betrokken overheid, wordt in het proces-verbaal opgenomen. § 3. Het Verenigd College kan, volgens de modaliteiten en de voorwaarden die het vastlegt, de controlelaboratoria erkennen. § 4. Een afschrift van het proces-verbaal wordt uiterlijk veertien dagen na de vaststelling naar de sportbeoefevent, naar verzonden.

Indien het resultaat van de controle positief is, wordt er binnen dezelfde termijn tevens een afschrift verstuurd naar de sportvereniging waarvan de gecontroleerde sportbeoefenaar lid is, naar de procureur des Konings alsook naar elke door het Verenigd College aangeduide overheid.

Art. 12.De sportverenigingen verzekeren het Verenigd College van hun volle medewerking aan de dopingcontroles.

Het Verenigd College bepaalt de voorwaarden waarin de sportverenigingen haar op de hoogte houden van hun activiteiten.

Art. 13.§ 1. Onverminderd artikel 10, tweede lid, kan het Verenigd College, samen met de Gemeenschappen en andere overheden, bilaterale of multilaterale akkoorden afsluiten, teneinde de uitvoering van de dopingcontroles door hun ambtenaren en erkende geneesheren mogelijk te maken of teneinde de aanvragen tot toestemming wegens therapeutische redenen van verboden substanties, middelen of methodes te laten afhandelen. § 2. De uitslagen van de in het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad door de ambtenaren en geneesheren, welke erkend zijn door de in § 1 bedoelde overheden, uitgevoerde controles, alsook de analyses verricht door de door hen erkende laboratoria en de sancties door deze overheden genomen tegenover de sportbeoefenaars, worden erkend in het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad.Ze binden de instellingen en de personen die aan deze ordonnantie onderworpen zijn.

Hetzelfde geldt voor de door de sportverenigingen uitgevoerde controles en opgelegde sancties, waarvan het Verenigd College de controleprocedure erkend heeft, volgens de modaliteiten die het vastlegt. § 3. De uitslagen van de buiten het tweetalige gebied van Brussel-Hoofdstad door de ambtenaren en geneesheren, welke erkend zijn door de in § 1 bedoelde overheden, uitgevoerde controles alsook de analyses verricht door de door hen erkende laboratoria en de sancties door deze overheden genomen tegenover de sportbeoefenaars, worden eveneens erkend in het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad. Ze binden de instellingen en de personen die aan deze ordonnantie onderworpen zijn.

Hetzelfde geldt voor de door de sportverenigingen uitgevoerde controles en de opgelegde sancties, waarvan het Verenigd College de controleprocedure erkend heeft, volgens de modaliteiten die het vastlegt. § 4. De beslissingen genomen door een overheid of een sportvereniging, waarvan de controleprocedure door het Verenigd College erkend is, betreffende een aanvraag tot een gebruik om therapeutische redenen van verboden substanties, middelen of methodes geformuleerd door een sportbeoefenaar die aan een aandoening lijdt, worden eveneens in het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad erkend.Ze binden de instellingen en de personen die aan deze ordonnantie onderworpen zijn. § 5. Het Verenigd College zorgt voor de systematische kennisgeving van de uitslagen van de positieve dopingcontroles en van de eventueel genomen sancties aan de overheden welke het Samenwerkingsakkoord van 19 juni 2001 inzake de medisch verantwoorde sportbeoefening ondertekenden. Het zorgt eveneens voor de kennisgeving hiervan aan de overheden en sportverenigingen bedoeld in het volgende lid.

Het Verenigd College vraagt van de overheden, die overeenkomstig §§ 1, 2 en 3 van dit artikel dopingcontroles uitvoeren, de systematische kennisgeving van de uitslagen van de positieve dopingcontroles en van de eventuele genomen sancties. Hetzelfde geldt voor elke door het Verenigd College aangeduide overheid of iedere sportvereniging, wanneer het hun procedure van dopingcontrole erkent.

Het Verenigd College kan een elektronisch beveiligde publicatie voorzien van de in de vorige leden bedoelde gegevens. Het gebruik van deze gegevens is strikt beperkt tot het effectief naleven van de aan de sportbeoefenaars opgelegde sancties.

De toegang tot de gegevens is strikt voorbehouden aan de ambtenaren van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie of aan andere overheden, evenals aan de verantwoordelijken van de sportverenigingen belast met het toezicht op het dopinggebruik.

Het kan eveneens een andere instantie gelasten om voor deze elektronisch beveiligde publicatie in te staan.

Art. 14.Elke deelname aan een sportmanifestatie is voor een sportbeoefenaar die door een inzake dopinggebruik bevoegde overheid geschorst werd, tijdens de hele duur van deze schorsing verboden.

Het is verboden voor een organisator van een sportmanifestatie een door een bevoegde overheid wegens doping geschorste sportbeoefenaar toe te laten tot deelname en dit gedurende de ganse duur van de schorsing.

Het Verenigd College kan, volgens de modaliteiten die het bepaalt, de organisatoren van sportmanifestaties informeren over de schorsing van een sportbeoefenaar wegens dopinggebruik waarvan het kennis heeft, tijdens de hele duur. Het kan een elektronisch beveiligde publicatie van deze gegevens voorzien, waarvan het gebruik strikt beperkt is tot het effectief naleven van de opgelegde sancties aan de sportbeoefenaars en waarvan de toegang strikt aan de organisatoren van sportmanifestaties voorbehouden is. Het kan eveneens een andere instantie gelasten om voor deze elektronisch beveiligde publicatie in te staan. HOOFDSTUK V. - Straffen

Art. 15.Elke inbreuk op artikel 8 wordt met een gevangenisstraf van zes maanden tot vijf jaar en een geldboete van tweehonderd tot tweeduizend euro bestraft of met één van die straffen alleen.

In geval van recidive binnen de twee jaar na een veroordeling wegens schending van artikel 8, die kracht van gewijsde heeft, worden de duur van de in het eerste lid bedoelde gevangenisstraf en het bedrag van de geldboetes verdubbeld.

Art. 16.De bepalingen van boekdeel I van het Strafwetboek, hoofdstuk VII en artikel 85 niet uitgezonderd, zijn op de in artikel 8 van deze ordonnantie bedoelde inbreuken toepasselijk.

Art. 17.§ 1. Indien een sportvereniging, een organisator van een sportmanifestatie of een uitbater van een sportinfrastructuur één of meer bepalingen van deze ordonnantie of van haar uitvoeringsbesluiten niet naleeft, zal het Verenigd College hen aanmanen zich, naar gelang van het geval binnen een termijn van acht dagen tot zes maanden, aan die bepalingen te conformeren. § 2. Het Verenigd College kan elke sportvereniging, organisator van een sportmanifestatie of uitbater van een sportinfrastructuur die geen gevolg geeft aan de in de vorige paragraaf bedoelde aanmaning, verbieden binnen het geheel of een gedeelte van het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad sportmanifestaties te organiseren en sportinfrastructuur uit te baten, gedurende een termijn van minstens vierentwintig uur en hoogstens achttien maanden.

Het Verenigd College kan, als de sportvereniging, de organisator van een sportmanifestatie of de uitbater van een sportinfrastructuur geen gevolg geeft aan de in vorig lid bedoelde aanmaning, de overheid (de overheden) die hun subsidies verleent (verlenen) hiervan op de hoogte brengen. § 3. Het Verenigd College bepaalt de procedure en de modaliteiten van kennisgeving en uitvoering van de beslissingen bedoeld in § 2.

De betrokken sportvereniging, organisator van een sportmanifestatie of exploitant van sportinfrastructuur wordt gehoord door de Adviesraad voor Gezondheids- en Welzijnszorg opgericht bij ordonnantie van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van 17 juli 1991, en dit voor elke beslissing van het Verenigd College.

De Adviesraad voor Gezondheids- en Welzijnszorg verstrekt een advies aan het Verenigd College, dat een beslissing neemt binnen de maand na ontvangst van dit advies.

De beslissing van het Verenigd College kan worden bestreden voor de Raad van State. HOOFDSTUK VI. - Slot- en opheffingsbepalingen

Art. 18.Worden opgeheven, in het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad, tegenover de in artikel 3 bedoelde personen en instellingen : 1° de wet van 31 mei 1958 tot reglementering van de bokswedstrijden en exhibities;2° de wet van 2 april 1965 waar bij de dopingpraktijk verboden wordt bij sportcompetities.

Art. 19.Het Verenigd College bepaalt voor elk artikel van deze ordonnantie de dag waarop het in werking treedt.

Kondigen deze ordonnantie af, bevelen dat ze in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Het Lid van het Verenigd College bevoegd voor het Gezondheidsbeleid, Financiën, Begroting en Externe Betrekkingen, G. VANHENGEL Het Lid van het Verenigd College bevoegd voor het Gezondheidsbeleid en het Openbaar Ambt, B. CEREXHE Het Lid van het Verenigd College bevoegd voor het Beleid inzake Bijstand aan Personen en Openbaar Ambt, P. SMET Het Lid van het Verenigd College bevoegd voor het Beleid inzake Bijstand aan Personen, Financiën, Begroting en Externe Betrekkingen, Mevr. HUYTEBROECK _______ Nota (1) Documenten van de Verenigde Vergadering van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie : Gewone zitting 2006/2007. B-97/1 Ontwerp van ordonnantie.

B-97/2 Verslag.

Integraal verslag : Bespreking en aanneming : vergadering van vrijdag 13 juli 2007.