Etaamb.openjustice.be
Wet van 31 mei 2017
gepubliceerd op 22 juni 2017

Wet tot wijziging van de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus, wat de politieraad betreft

bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
numac
2017020392
pub.
22/06/2017
prom.
31/05/2017
ELI
eli/wet/2017/05/31/2017020392/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)Kamer (parl. doc.)
Document Qrcode

31 MEI 2017. - Wet tot wijziging van de wet van 7 december 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/12/1998 pub. 05/01/1999 numac 1998021488 bron diensten van de eerste minister Wet tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus sluiten tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus, wat de politieraad betreft (1)


FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

De Kamer van volksvertegenwoordigers heeft aangenomen en Wij bekrachtigen, hetgeen volgt :

Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid bedoeld in artikel 74 van de Grondwet.

Art. 2.In artikel 25 van de wet van 7 december 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/12/1998 pub. 05/01/1999 numac 1998021488 bron diensten van de eerste minister Wet tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus sluiten tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus, gewijzigd bij de wet van 26 april 2002, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° het eerste lid wordt aangevuld met de volgende zin : "De vergadering wordt door de voorzitter geopend en gesloten."; 2° het derde lid wordt vervangen als volgt : "De politieraad wordt bijeengeroepen door het politiecollege.Wanneer een derde van de zittinghebbende leden het vraagt, is het politiecollege verplicht de raad bijeen te roepen op de aangewezen dag en het aangewezen uur.".

Art. 3.In dezelfde wet worden de artikelen 25/1 tot 25/8 ingevoegd, luidende : "

Art. 25/1.§ 1. Behalve in spoedeisende gevallen, geschiedt de oproeping hetzij per brief, via een bezorger aan huis, per fax of per elektronische post, ten minste zeven werkdagen vóór de dag van de vergadering; de oproeping vermeldt de agenda. Deze termijn wordt evenwel tot twee werkdagen teruggebracht voor de toepassing van artikel 25/4, derde lid.

De agendapunten dienen voldoende duidelijk omschreven te zijn. § 2. Voor elk agendapunt worden alle stukken die erop betrekking hebben ter inzage gelegd van de leden van de politieraad vanaf het verzenden van de agenda. Het reglement van orde bedoeld in artikel 25/5 bepaalt de plaats waar de leden van de politieraad de stukken kunnen inzien.

Indien een politieraadslid daartoe schriftelijk of elektronisch heeft verzocht, worden de stukken bedoeld in het eerste lid hem per elektronische post toegezonden. § 3. De korpschef van de lokale politie of de door hem aangewezen personeelsleden verstrekken aan de politieraadsleden die erom verzoeken technische inlichtingen over de in het dossier voorkomende stukken. Het reglement van orde bedoeld in artikel 25/5 bepaalt de nadere regels voor het verstrekken van die technische inlichtingen.

Art. 25/2.§ 1. Een punt dat niet op de agenda voorkomt, mag niet in bespreking worden gebracht, behalve in spoedeisende gevallen wanneer het geringste uitstel gevaar zou kunnen opleveren.

Tot spoedbehandeling wordt besloten mits akkoord van tenminste twee derden van de aanwezige leden. De namen van die leden worden in de notulen vermeld. § 2. Elk voorstel dat niet op de agenda voorkomt, moet uiterlijk vijf werkdagen vóór de vergadering overhandigd worden aan de voorzitter of aan degene die hem vervangt. Het moet vergezeld zijn van een verklarende nota of van elk document dat de raad kan voorlichten. Van deze mogelijkheid kan geen gebruik worden gemaakt door een lid van het politiecollege.

Art. 25/3.Uiterlijk zeven werkdagen vóór de vergadering gedurende welke de politieraad dient te beraadslagen over de begroting, over een begrotingswijziging of over de rekeningen, bezorgt het politiecollege aan elk politieraadslid een exemplaar, hetzij per brief, via een bezorger aan huis, per fax of per elektronische post, van het ontwerp van begroting, van het ontwerp van begrotingswijziging of van de rekeningen.

Het ontwerp wordt overgezonden zoals het zal onderworpen worden aan de beraadslagingen van de raad, in de voorgeschreven vorm en vergezeld van de bijlagen die vereist zijn voor zijn definitieve vaststelling, met uitzondering van de bewijsstukken, wat de rekeningen betreft. Het ontwerp van begroting en de rekeningen zijn vergezeld van een verslag.

Het verslag bevat een synthese van het ontwerp van begroting of van de rekeningen. Bovendien geeft het verslag dat betrekking heeft op de begroting, het algemeen en financieel beleid van de politiezone aan, alsook alle nuttige informatiegegevens en geeft het verslag dat betrekking heeft op de rekeningen een overzicht van het beheer van de financiën van de politiezone gedurende het dienstjaar waarop die rekeningen betrekking hebben.

Vooraleer de politieraad beraadslaagt, wordt een toelichting gegeven bij de inhoud van het verslag.

Art. 25/4.Behalve in spoedeisende gevallen worden plaats, dag, tijdstip en agenda van de vergaderingen van de politieraad ter kennis gebracht van het publiek door aanplakking in de gemeentehuizen en in het hoofdcommissariaat, en door de bekendmaking ervan op de website van de politiezone, binnen dezelfde termijnen als die bedoeld in de artikelen 25/1, 25/2, derde lid, en 25/3, met betrekking tot de bijeenroeping van de politieraad.

Art. 25/5.De politieraad neemt een reglement van orde aan. Behalve de bepalingen die er op basis van deze wet in opgenomen moeten worden, kan dit reglement bijkomende maatregelen bevatten in verband met de werking van de raad.

Art. 25/6.De vergaderingen van de politieraad zijn openbaar.

Wanneer tijdens de openbare vergadering blijkt dat de behandeling van een punt in besloten vergadering moet worden voortgezet, kan de openbare vergadering, enkel met dit doel, worden onderbroken.

Onder voorbehoud van artikel 25/3 kan de politieraad, met een tweederde meerderheid van de aanwezige leden, in het belang van de openbare orde en op grond van ernstige bezwaren tegen de openbaarheid, beslissen dat de vergadering niet openbaar is.

Art. 25/7.De vergadering van de politieraad is niet openbaar wanneer het om personen gaat. Zodra een dergelijk punt aan de orde is, beveelt de voorzitter terstond de behandeling in besloten vergadering.

Art. 25/8.De voorzitter van de politieraad is belast met de handhaving van de orde tijdens de vergadering. Hij kan, na een voorafgaande waarschuwing, ieder persoon uit de zaal verwijderen die openlijk tekens van goedkeuring of van afkeuring geeft of op enigerlei wijze wanorde veroorzaakt.

De voorzitter kan bovendien proces-verbaal opmaken tegen de overtreder en hem verwijzen naar de politierechtbank, die hem kan veroordelen tot een geldboete van één euro tot vijftien euro of tot een gevangenisstraf van één dag tot drie dagen, onverminderd andere vervolgingen, indien het feit daartoe grond oplevert.".

Art. 4.In artikel 26 van dezelfde wet worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° vóór de bestaande tekst wordt een nieuw lid ingevoegd, luidende : "Elk lid van de politieraad, de leden van het politiecollege inbegrepen, heeft één stem";2° in de bestaande tekst van artikel 26, die het tweede lid zal vormen, worden de woorden "in afwijking van vorig artikel" vervangen door de woorden "in afwijking van vorig lid".

Art. 5.In dezelfde wet worden de artikelen 26/1 tot 26/3 ingevoegd, luidende : "

Art. 26/1.§ 1. De besluiten worden bij volstrekte meerderheid van stemmen genomen; bij staking van stemmen is het voorstel verworpen. § 2. De politieraad stemt over de begroting in haar geheel en over de jaarrekeningen in hun geheel.

Elk lid kan echter de afzonderlijke stemming eisen over één of meer artikelen of reeksen van artikelen die hij aanwijst, indien het om de begroting gaat of over één of meer artikelen of posten die hij aanwijst, indien het om de jaarrekeningen gaat.

In dat geval mag over het geheel enkel gestemd worden na de stemming over het artikel of de artikelen, reeksen van artikelen of posten die aldus zijn aangewezen en de stemming over het geheel heeft dan betrekking op de artikelen of posten waarover geen enkel lid afzonderlijk wenst te stemmen, en op de artikelen die reeds bij een afzonderlijke stemming zijn aangenomen.

Art. 26/2.Onverminderd het vierde lid stemmen de leden van de politieraad mondeling.

Het reglement van orde kan een regeling invoeren die gelijkwaardig is met een mondelinge stemming. Als dusdanig worden beschouwd de mechanisch uitgebrachte naamstemming en de stemming bij zitten en opstaan of bij handopsteking.

Ongeacht de bepalingen van het reglement van orde wordt er mondeling gestemd telkens als een derde van de aanwezige leden hierom verzoekt.

Alleen de voordrachten van kandidaten, benoemingen, terbeschikkingstellingen, preventieve schorsingen in het belang van de dienst en tuchtstraffen geschieden bij geheime stemming en eveneens bij volstrekte meerderheid van stemmen.

De voorzitter stemt het laatst, behalve bij geheime stemming.

Art. 26/3.Indien bij de benoeming of de voordracht van kandidaten de vereiste meerderheid niet wordt verkregen bij de eerste stemming, heeft een herstemming plaats over de twee kandidaten die de meeste stemmen hebben behaald.

Te dien einde maakt de voorzitter een lijst op met tweemaal zoveel namen als er benoemingen of voordrachten moeten geschieden.

De stemmen kunnen alleen uitgebracht worden op de kandidaten die op deze lijst voorkomen.

De benoeming of de voordracht geschiedt bij meerderheid van stemmen.

Bij staking van stemmen heeft de oudste kandidaat de voorkeur.".

Art. 6.Artikel 27 van dezelfde wet wordt vervangen als volgt : "

Art. 27.§ 1. Geen akte, geen stuk betreffende het bestuur van de politiezone mag aan het onderzoek van de politieraadsleden worden onttrokken. § 2. De politieraadsleden kunnen een afschrift verkrijgen van de akten en stukken betreffende het bestuur van de politiezone onder de voorwaarden bepaald bij het door de raad opgestelde reglement van orde. Het reglement bepaalt eveneens de voorwaarden waaronder de diensten van de politiezone toegankelijk zijn. De vergoeding die eventueel wordt gevraagd voor het afschrift, mag in geen geval meer bedragen dan de kostprijs. § 3. De politieraadsleden hebben het recht aan het politiecollege mondelinge en schriftelijke vragen te stellen. Het reglement van orde bepaalt de voorwaarden waaronder dit recht wordt uitgeoefend.".

Art. 7.In dezelfde wet worden de artikelen 27/1 tot 27/3 ingevoegd, luidende : "

Art. 27/1.Tenzij het reglement van orde anders bepaalt, wordt bij het openen van elke vergadering melding gemaakt van de notulen van de vorige vergadering en de goedkeuring ervan gevraagd.

In elk geval worden de notulen van de vorige vergadering ten minste zeven werkdagen vóór de dag van de vergadering ter inzage van de leden van de politieraad gelegd. In spoedeisende gevallen worden de notulen samen met de agenda ter inzage gelegd.

Het reglement van orde bedoeld in artikel 25/5 bepaalt de plaats waar de notulen ter inzage liggen van de leden van de politieraad.

Elk politieraadslid heeft het recht tijdens de vergadering opmerkingen te maken over de redactie van de notulen van de vorige vergadering.

Indien deze opmerkingen worden aangenomen, is de secretaris ertoe gehouden tijdens de vergadering of ten laatste tijdens de volgende vergadering een nieuwe tekst, in overeenstemming met de beslissing van de politieraad, voor te leggen.

Indien er geen opmerkingen worden gemaakt vóór het einde van de vergadering worden de notulen beschouwd als goedgekeurd en worden zij ondertekend door de voorzitter en de secretaris.

In het geval de politieraad bij spoedeisendheid werd samengeroepen, kan deze beslissen om opmerkingen toe te laten op de eerstvolgende vergadering.

Telkens als de politieraad het gewenst acht, worden de notulen geheel of gedeeltelijk tijdens de vergadering opgemaakt en door de aanwezige leden ondertekend.

Zodra de notulen van elke vergadering zijn goedgekeurd en ondertekend door de voorzitter en de secretaris, worden ze op de website van de politiezone geplaatst.

In afwijking van het achtste lid worden de punten van de notulen die achter gesloten deuren werden behandeld niet op de website van de politiezone geplaatst.

Art. 27/2.De politieraad kan geen besluit nemen, indien niet de meerderheid van de zittinghebbende leden aanwezig is.

De raad kan echter, indien hij tweemaal bijeengeroepen is zonder dat het vereiste aantal leden is opgekomen, na een derde en laatste oproeping, ongeacht het aantal aanwezige leden, op geldige wijze beraadslagen en besluiten over de onderwerpen die voor de derde maal op de agenda voorkomen.

De tweede en derde oproeping moeten geschieden overeenkomstig de voorschriften van artikel 25/1, en er moet vermeld worden of de oproeping voor de tweede of voor de derde maal geschiedt. Bovendien moeten de bepalingen van de twee vorige leden in de derde oproeping woordelijk worden overgenomen.

Art. 27/3.Het is elk politieraadslid en de leden van het politiecollege verboden : 1° aanwezig of vertegenwoordigd te zijn bij een beraadslaging of besluit over zaken waarbij hij een rechtstreeks belang heeft, hetzij persoonlijk, hetzij als gelastigde, voor of na zijn verkiezing, of waarbij zijn bloed- of aanverwanten tot en met de vierde graad een persoonlijk en rechtstreeks belang hebben.Inzake voordrachten van kandidaten, benoemingen en tuchtvervolgingen geldt dit verbod slechts ten aanzien van bloed- of aanverwanten tot en met de tweede graad; 2° rechtstreeks of onrechtstreeks deel te nemen aan enige dienst, heffing van rechten, levering of aanbesteding ten behoeve van de politiezone;3° als advocaat, notaris of zaakwaarnemer werkzaam te zijn in rechtsgedingen, tegen de politiezone ingesteld.Het is hem verboden in dezelfde hoedanigheid ten behoeve van de politiezone te pleiten, raad te geven of op te treden in enige betwiste zaak; 4° op te treden als raadsman van een personeelslid in tuchtzaken. De bovenstaande bepalingen zijn mede van toepassing op de secretaris.".

Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Gegeven te Brussel, 31mei 2017.

FILIP Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken, J. JAMBON Met 's Lands zegel gezegeld : De Minister van Justitie, K. GEENS _______ Nota (1) Kamer van volksvertegenwoordigers (www.dekamer.be) : Stukken : 54-2004 - 2015/2016.

Integraal verslag : 11 mei 2017.

^