gepubliceerd op 30 december 2015
Wet tot wijziging van artikelen 9bis en 9ter van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen
14 DECEMBER 2015. - Wet tot wijziging van artikelen 9bis en 9ter van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen (1)
****, **** der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
**** Kamer heeft aangenomen en **** bekrachtigen hetgeen volgt : HOOFDSTUK 1. - **** bepaling
Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 74 van de Grondwet. HOOFDSTUK 2. - Wijzigingen van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen
Art. 2.In het artikel 9bis van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen, ingevoegd bij de wet van 15 september 2006 en gewijzigd bij de wet van 6 mei 2009, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in paragraaf 2 wordt de bepaling onder 3° aangevuld met de woorden: "met uitzondering van de elementen die werden aangehaald in het kader van een aanvraag die als onontvankelijk werd beoordeeld wegens het ontbreken van de vereiste **** of wegens het niet of niet volledig betalen van de retributie zoals vastgelegd in artikel 1/1 en met uitzondering van de elementen aangehaald in eerdere aanvragen waarvan afstand werd gedaan;"; 2° het artikel wordt aangevuld met een paragraaf 3, **** : " § 3.De aanvraag om machtiging tot verblijf in het Rijk wordt louter beoordeeld op grond van de laatst ingediende aanvraag die door de burgemeester of zijn gemachtigde werd overgezonden aan de minister of aan zijn gemachtigde. De vreemdeling die een nieuwe aanvraag indient wordt geacht afstand te doen van de eerder ingediende hangende aanvragen.".
Art. 3.In het artikel 9ter van dezelfde wet, vervangen bij de wet van 29 december 2010 en gewijzigd bij de wet van 8 januari 2012, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 3 wordt de bepaling onder 5°, aangevuld met de woorden : "met uitzondering van de elementen die werden aangehaald in het kader van een aanvraag die als onontvankelijk werd beoordeeld op basis van artikel 9ter, § 3, 1°, 2° of 3°, en met uitzondering van de elementen aangehaald in eerdere aanvragen waarvan afstand werd gedaan."; 2° het artikel wordt aangevuld met een paragraaf 8, **** : " § 8.De aanvraag om machtiging tot verblijf in het Rijk wordt louter beoordeeld op grond van de laatst ingediende aanvraag die bij een aangetekende zending werd overgezonden aan de minister of aan zijn gemachtigde. De vreemdeling die een nieuwe aanvraag indient wordt geacht afstand te doen van de eerder ingediende hangende aanvragen.". HOOFDSTUK 3. - Overgangsbepaling en inwerkingtreding
Art. 4.Hoofdstuk 2 is van toepassing op aanvragen om machtiging tot verblijf bedoeld in artikel 9bis of in artikel 9ter van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen, die ingediend worden vanaf de datum van inwerkingtreding van deze wet.
Art. 5.Deze wet treedt in werking op de eerste dag van de derde maand na die waarin ze is bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad.
Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Gegeven te ****, 14 december 2015.
**** **** **** : De vice- eerste minister en minister van Binnenlandse ****, ****. **** **** Staatssecretaris voor Asiel en **** ****. **** **** 's Lands zegel gezegeld : De Minister van ****, ****. **** _______ Nota (1) Kamer van volksvertegenwoordigers (****.****.****) Stukken : 54 **** 1310