gepubliceerd op 22 december 2006
Wet betreffende de investeringsaftrek ten gunste van de horecasector
7 DECEMBER 2006. - Wet betreffende de investeringsaftrek ten gunste van de horecasector
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
De Kamer van volksvertegenwoordigers heeft aangenomen en Wij bekrachtigen hetgeen volgt :
Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet.
Art. 2.In artikel 69, § 1, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, vervangen bij de wet van 28 juli 1992 en gewijzigd bij de wetten van 20 december 1995, 17 april 2003 en 27 december 2004, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° het eerste lid, 2°, d, wordt hersteld in de volgende lezing : « d) een rookafzuigsysteem of een verluchtingssysteem die wordt geïnstalleerd in de rookkamer van een horeca-inrichting;"; 2° § 1 wordt aangevuld als volgt : « Voor de toepassing van het eerste lid, 2°, d, wordt verstaan onder horeca-inrichting : elke voor het publiek toegankelijke plaats of lokaal, ongeacht de toegangsvoorwaarden, waar de belangrijkste en permanente activiteit bestaat uit het voorbereiden en/of aanbieden van maaltijden en/of dranken voor consumptie, al dan niet ter plaatse, en dit zelfs kosteloos.»
Art. 3.Deze wet is van toepassing op de investeringen gedaan vanaf 1 januari 2006.
Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Gegeven te Brussel, 7 december 2006.
ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën, D. REYNDERS Met 's Lands zegel gezegeld : De Minister van Justitie, Mevr. L. ONKELINX
7 DECEMBER 2006. - Wet betreffende de investeringsaftrek ten gunste van de horecasector (1) Memorie van toelichting Algemeen De regering heeft besloten om de wetgeving inzake het rookverbod in openbare plaatsen aan te passen wat de horecasector betreft.
Vanaf 1 januari 2006 wordt in beginsel een algeheel rookverbod van kracht. De horeca-inrichtingen kunnen echter een afwijking bekomen indien in de rookkamer, dit is de afgesloten ruimte waar mag worden gerookt, een rookafzuigsysteem of een verluchtingssysteem is geïnstalleerd.
Teneinde een maximale toepassing te kunnen garanderen, wordt een fiscale stimulans ingevoerd die bestaat in een verhoogde investeringsaftrek ten gunste van horeca-inrichtingen die de voornoemde investeringen doen.
Bespreking van de artikelen Artikel 1 Overeenkomstig artikel 83 van de Grondwet, bepaalt dit artikel dat de wet een door artikel 78 van de Grondwet beoogde aangelegenheid regelt.
Art. 2 Dit artikel vult artikel 69, § 1, eerste lid, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 aan met de nieuwe stimulans. Hierdoor wordt een verhoging van 10 percentpunten toegestaan voor de investeringen die bestaan in een rookafzuigsysteem of een verluchtingssysteem in rookkamers van horeca-inrichtingen.
Tevens wordt de definitie van het begrip "horeca-inrichting" in diezelfde paragraaf ingevoegd.
Onder horeca-inrichting wordt verstaan : elke voor het publiek toegankelijke plaats of lokaal, ongeacht de toegangsvoorwaarden, waar de belangrijkste en permanente activiteit bestaat uit het voorbereiden en/of aanbieden van maaltijden en/of dranken voor consumptie, al dan niet ter plaatse, en dit zelfs kosteloos. Omwille van de coherentie, wordt dezelfde definitie weerhouden als in het koninklijk besluit van 13 december 2005 tot het verbieden van het roken in openbare plaatsen, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 6 juli 2006. Op dit punt werd het advies van de Raad van State gevolgd.
De Raad van State verwijst ook naar het advies van de Inspecteur van Financiën. De opmerkingen die gemaakt werden door het budgettair controleorgaan moeten echter op zij worden gezet omwille van de volgende redenen : - het vastleggen van een maximum aftrekbaar bedrag per periode en/of per oppervlakte is niet compatibel met de manier waarop het fiscaal regime van de investeringsaftrek het aftrekbaar bedrag beperkt; - voor het rookafzuig- of het luchtverversingssysteem, wordt de lijn gevolgd van het voornoemd koninklijk besluit van 13 december 2005 dat aan de Minister die bevoegd is voor de Volksgezondheid delegatie verleent om deze kwestie te regelen; - de investeringsaftrek voor het installeren van een rookafzuig- of een luchtverversingsysteem wordt toegekend of geweigerd door de ambtenaren die bevoegd zijn voor de fiscale controle van de onderneming die de aftrek vraagt, in functie van de wettelijke en feitelijke elementen waarover zij beschikken. Hieruit volgt dat de belastingplichtige alle wettelijke en reglementaire voorwaarden die van toepassing zijn respecteert, waaronder ook de technische voorschriften die door de Minister die bevoegd is voor volksgezondheid worden ingevoerd.
Art. 3 Aangezien het algehele rookverbod ingaat vanaf 1 januari 2006 en ten volle van kracht zal zijn vanaf 1 januari 2007, wordt de nieuwe bepaling van toepassing gemaakt op de investeringen vanaf 1 januari 2006.
De Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën, D. REYNDERS _______ Nota (1) Zitting 2005-2006 Kamer van volksvertegenwoordigers Stukken.- Wetsontwerp, 51-2665 - Nr. 1. - Tekst aangenomen in plenaire vergadering en overgezonden aan de Senaat, 51-2665 - Nr. 2.
Senaat.
Stukken. - Ontwerp niet geëvoceerd door de Senaat, 3-1895 - Nr. 1.