Etaamb.openjustice.be
Vergunning
gepubliceerd op 13 juni 2001

Vergunning tot het organiseren van een interne bewakingsdienst in toepassing van de wet van 10 april 1990 op de bewakingsondernemingen, de beveiligingsondernemingen en de interne bewakingsdiensten Bij ministerieel besluit van 18 april 2001 wordt In het artikel 2 van het ministeriel besluit van 22 februari 2000 houdende de vernieuwing van de ve(...)

bron
ministerie van binnenlandse zaken
numac
2001000523
pub.
13/06/2001
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

MINISTERIE VAN BINNENLANDSE ZAKEN


Vergunning tot het organiseren van een interne bewakingsdienst in toepassing van de wet van 10 april 1990 op de bewakingsondernemingen, de beveiligingsondernemingen en de interne bewakingsdiensten Bij ministerieel besluit van 18 april 2001 wordt de vergunning tot het organiseren van een interne bewakingsdienst verleend op 22 februari 2000 aan « Centre hospitalier régional de la Citadelle », gewijzigd wegens : In het artikel 2 van het ministeriel besluit van 22 februari 2000 houdende de vernieuwing van de vergunning tot het exploiteren van een bewakingsonderneming aan de « Centre hospitalier régional de la Citadelle » is gewijzigd wegens : De vergunning heeft betrekking op de activiteiten van toezicht op en bescherming van roerende of onroerende goederen en op de activiteiten van toezicht op en controle van personen met het oog op het verzekeren van de veiligheid op voor het publiek toegankelijke plaatsen.

Deze activiteiten worden zonder wapen en zonder hond uitgeoefend.

Deze vergunning voor de activiteiten van toezicht op en controle van personen met het oog op het verzekeren van de veiligheid op voor het publiek toegankelijke plaatsen is verleend onder de voorwaarde dat « Centre hospitalier régional de la Citadelle », binnen de zes rnaanden na de betekening van onderhavig ministerieel besluit aan de Algemene Directie van de Algemene Rijkspolitie het bewijs van de naleving van de voorwaarden bedoeld in artikel 6, eerste lid, 5°, van de voornoemde wet van 10 april 1990.

Indien deze voorwaarde niet vervuld wordt, zal deze vergunning van rechtswege vervallen, echter zonder terurwerkende kracht.

Bij ministerieel besluit van 18 april 2001 wordt de vergunning tot het organiseren van een inteme bewakingsdienst verleend op 22 februari 2000 aan « C.P.A.S. de Charleroi », gewijzigd wegens : Het artikel 2 van het ministeriel besluit van 22 februari 2000 houdende de vernieuwing van de vergunning tot het exploiteren van een bewakingsondememing aan « C.P.A.S de Charleroi » is gewijzigd wegens : De vergunning heeft betrekking op de activiteiten van toezicht op en bescherming van roerende of onroerende goederen en op de activiteiten van toezicht op en controle van personen met het oog op het verzekeren van de veiligheid op voor het publiek toegankelijke plaatsen.

Deze activiteiten worden zonder wapen en zonder hond uitgeoefend.

Deze vergunning voor de activiteiten van toezicht op en controle van personen met het oog op het verzekeren van de veiligheid op voor het publiek toegankelijke plaatsen is verleend onder de voorwaarde dat « C.P.A.S. de Charleroi », 6000 Charleroi, boulevard Joseph II, binnen de zes rnaanden na de betekening van onderhavig ministerieel besluit aan de Algemene Directie van de Algemene Rijkspolitie het bewijs van de naleving van de voorwaarden bedoeld in artikel 6, eerste lid, 5°, van de voornoemde wet van 10 april 1990.

Indien deze voorwaarde niet vervuld wordt, zal deze vergunning van rechtswege vervallen, echter zonder terugwerkende kracht.

Bij ministerieel besluit van 18 april 2001 wordt de vergunning tot het organiseren van een interne bewakingsdienst verleend aan de b.v.b.a.

Butler, waarvan de maatschappelijke zetel gevestigd is te 3360 Bierbeek, Dorpstraat 35, onder het nummer 18.1030.04 voor een periode van vijf jaar.

De vergunning heeft betrekking op de activiteiten van controle van personen met het oog op het verzekeren van de veiligheid op voor het publiek toegankelijke plaatsen.

Deze activiteiten worden zonder wapen en zonder hond uitgeoefend.

De vergunning wordt verleend onder de opschortende voorwaarde dat de interne bewakingsdienst binnen de zes maanden na de inwerkingtreding van onderhavig ministerieel besluit het bewijs levert aan de Algemene Directie van de Algemene Rijkspolitie dat minstens 1 persoon binnen de interne bewakingsdienst geslaagd is in de opleiding voorzien in artikel 18 van het koninklijk besluit van 30 december 1999.

^