Etaamb.openjustice.be
Omzendbrief van 13 december 2013
gepubliceerd op 20 december 2013

Omzendbrief betreffende de toepassing van de artikelen van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen, wat betreft de voorwaarden tot ****, die door het Grondwettelijk Hof in het arrest ****. 121/2013 van 26 september 2013 geïnterpreteerd werden

bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
numac
2013000828
pub.
20/12/2013
prom.
13/12/2013
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN


13 DECEMBER 2013. - **** betreffende de toepassing van de artikelen van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen, wat betreft de voorwaarden tot ****, die door het Grondwettelijk **** in het arrest ****. 121/2013 van 26 september 2013 geïnterpreteerd werden


INLEIDING **** aanleiding van de beroepen tot nietigverklaring van de wet van 8 juli 2011 tot wijziging van de voorwaarden tot ****, heeft het Grondwettelijk ****, in zijn arrest ****. 121/2013 van 26 september 2013 (****.S. 22/11/2013), de bepalingen onderzocht met betrekking tot de voorwaarden opdat een vreemdeling een **** op het **** grondgebied zou kunnen genieten in het kader van ****.

Deze omzendbrief heeft tot doel : - de bepalingen te vermelden van de wet van 15 december 1980 die door het Grondwettelijk Hof vernietigd werden en het voorwerp zullen uitmaken van een wetgevend initiatief; - sommige artikelen van de wet van 15 december 1980, zoals die geïnterpreteerd werden door het Grondwettelijk Hof, uit te leggen.

Het geeft daarom een overzicht van de standpunten van het Grondwettelijk Hof en bepaalt de gevolgen voor de aanvragen tot ****.

****. BEPALINGEN WELKE DOOR HET HOF VERNIETIGD WERDEN ****.1. **** VAN FAMILIELEDEN VAN EEN ONDERDAAN VAN EEN ANDERE LIDSTAAT VAN DE **** UNIE DAN BELGIE ****.1.1. **** **** van de partners en het bewijs van het duurzame en stabiele **** **** 40bis, § 2, eerste lid, 2°, ****) van de wet van 15 december 1980 : **** **** van eenentwintig jaar vervat in artikel 40bis, § 2, eerste lid, 2°, ****), van de wet wordt vernietigd, in zoverre niet dezelfde uitzondering op de **** is voorzien zoals bepaald in artikel 10, § 1, eerste lid, 5°, van de wet.

Een voorwaarde inzake **** van de partners in de zin van artikel 40bis, § 2, 2°, is dat beide partners ouder dan eenentwintig zijn.

Het Hof vernietigt de wetsbepaling in zoverre ze geen uitzondering voorziet op deze voorwaarde.

**** is de minimumleeftijd van de partners teruggebracht tot 18 jaar als zij minstens één jaar samenwonen kunnen bewijzen vóór de aankomst van de vreemdeling die vervoegd wordt in het Rijk.

**** ****.30.11 tot ****.30.12.

****.1.2. **** **** van familieleden die ten laste zijn van de **** of die om reden van gezondheidsredenen bijstand van hem behoeven Artikel 40bis, § 2, tweede lid, van de wet van 15 december 1980 : **** bepaling dient te worden vernietigd in zoverre het niet in enige procedure voorziet op grond waarvan de niet onder de definitie van artikel 2, punt 2), van de Richtlijn 2004/38/EG vallende familieleden van een **** burger die zijn bedoeld in artikel 3, lid 2, onder ****), van dezelfde richtlijn, een beslissing aangaande hun aanvraag tot **** met een burger van de Unie kunnen verkrijgen die op een onderzoek van hun persoonlijke situatie is gebaseerd en, in geval van weigering, is gemotiveerd. **** **** om de familieleden die, in het land van herkomst, ten laste zijn van of inwonen bij de burger van de Unie of die vanwege ernstige gezondheidsredenen zijn persoonlijke bijstand strikt behoeven.

De lacune kan enkel worden opgelost door een wetgevend initiatief.

**** ****.32.5.

****.2. **** VAN FAMILIELEDEN VAN EEN **** ONDERDAAN ****.2.1. Het verschil in behandeling tussen een **** en zijn familieleden en een onderdaan van een derde Staat en zijn familieleden Artikel 40ter, tweede lid, van de wet van 15 december 1980 : **** bepaling dient te worden vernietigd in zoverre het niet voorziet in een uitzondering op de voorwaarden inzake bestaansmiddelen wanneer de **** een **** is en zich enkel laat vervoegen door zijn minderjarige kinderen of die van zijn echtgenoot of die van zijn partner, wanneer dat **** als gelijkwaardig met het huwelijk in België wordt beschouwd.

**** ****.64.5 tot ****.64.6.

****. BEPALINGEN WELKE DOOR HET HOF GEINTERPRETEERD MAAR NIET VERNIETIGD ZIJN ****.1. **** VAN FAMILIELEDEN VAN EEN ONDERDAAN VAN EEN DERDE LAND ****.1.1. **** **** in geval van **** met een vreemdeling gemachtigd tot een verblijf van onbeperkte duur Artikel 10, § 1, eerste lid, 4° en 5°, van de wet van 15 december 1980 : Bij de berekening van de wachttijd van 12 maanden wordt ook rekening gehouden met de periodes van machtiging tot beperkt verblijf die voorafgaan aan het verlenen van een machtiging tot onbeperkt verblijf of van een machtiging tot vestiging.

**** ****.7.5.

****.1.2. De onmogelijkheid van **** na de weigering om een huwelijk te voltrekken Artikel 10, § 1, eerste lid, 5°, tweede lid, ****), van de wet van 15 december 1980 : Een van de voorwaarden tot **** van de partners bedoeld in het artikel is dat zij niet het voorwerp hebben uitgemaakt van een beslissing van de ambtenaar van de burgerlijke stand waarbij hij geweigerd heeft het huwelijk te voltrekken op grond van artikel 167 van het Burgerlijk Wetboek.

**** beslissing waarbij een ambtenaar van de burgerlijke stand op grond van artikel 167, eerste lid, van het Burgerlijk Wetboek heeft geweigerd een huwelijk te voltrekken zonder dat, overeenkomstig artikel 167, zesde lid, van hetzelfde Wetboek, tegen die beslissing een beroep werd ingesteld, heeft hetzelfde gevolg als een door dezelfde ambtenaar van de burgerlijke stand genomen **** waartegen wel een beroep zou zijn ingesteld en die het voorwerp zou hebben uitgemaakt van een in kracht van gewijsde gegane beslissing.

**** ****.8.3.2.

****.1.3. De vereiste bestaansmiddelen bij de aanvraag tot verblijf van een gehandicapt kind of een kind in staat van verlengde minderjarigheid Artikel 10, § 2, vierde lid, van de wet van 15 december 1980 : Gehandicapte kinderen, ouder dan achttien jaar, die op basis van artikel 487bis van het Burgerlijk **** in staat van verlengde minderjarigheid verklaard zijn, worden gelijkgesteld met minderjarige kinderen.

De voorwaarde van bestaansmiddelen is dus niet op hen van toepassing.

**** ****.13.3.1.

****.1.4. **** bestaansmiddelen, de huisvesting en de ziektekostenverzekering vereist bij de aanvraag tot verblijf van familieleden van de **** die subsidiaire bescherming geniet Artikel 10, § 2, vijfde lid, van de wet van 15 december 1980 : De specifieke procedure vervat in artikel 9ter van de wet onderscheidt zich van de procedure die van toepassing is op de personen die subsidiaire bescherming aanvragen krachtens artikel 48/4 van de wet van 15 december 1980. Niettemin wordt geen onderscheid gemaakt wat de bijzondere **** betreft die krachtens beide bepalingen wordt verleend, zodat beide categorieën op het vlak van **** gelijk worden behandeld.

**** ****.15.3.

**** bepaling is van toepassing op familieleden van een vreemdeling die de subsidiaire bescherming geniet, ongeacht of zijn **** van beperkte dan wel onbeperkte duur is. De verwijzing naar artikel 10, § 1, eerste lid, 4° en 5°, moet zo worden begrepen dat ze beoogt te bepalen voor welke familieleden de tijdelijke uitzondering geldt inzake de vereiste bestaansmiddelen, de huisvesting en de ziektekostenverzekering.

**** ****.15.6. (zie ook ****.18.6.) ****.1.5. **** **** bij opeenvolgende **** **** 10, § 3, van de wet van 15 december 1980 : **** **** van een echtgenoot of van een ongehuwde partner van een vreemdeling die zelf in de hoedanigheid van echtgenoot of partner tot een verblijf werd toegelaten kan slechts worden toegestaan op voorwaarde dat de **** gedurende twee jaar legaal in het Rijk heeft verbleven.

**** belet niets dat de aanvraag **** wordt ingediend vóór deze termijn verstreken is. De toelating tot verblijf zal echter pas verleend worden vanaf het ogenblik dat de **** legaal twee jaar op het grondgebied verblijft en in zoverre dat zijn **** niet werd ingetrokken.

**** ****. 16.4.

****.1.6. De omvang van de bestaansmiddelen van de **** **** 10, § 5, tweede lid, 3°, van de wet van 15 december 1980 : Op het ogenblik van de evaluatie van zijn bestaansmiddelen dient de **** die een werkloosheidsuitkering geniet, maar bewijst dat hij vrijgesteld is van de verplichting om beschikbaar te zijn op de arbeidsmarkt en werk te zoeken (conform de artikelen 89 tot 98bis van het koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de ****), niet te bewijzen dat hij actief op zoek is naar werk.

**** ****.17.6.4.

****.1.7. De termijn voor een behandeling van een aanvraag tot verblijf bij een onderzoek naar een huwelijk of naar de voorwaarden verbonden aan de duurzame en stabiele relatie Artikel 10ter, § 2 van de wet van 15 december 1980 : **** beslissing om de termijn van drie maanden een tweede maal te verlengen, dient, in concreto, het uitzonderlijk karakter hiervan aan te tonen, verband houdend met de complexiteit van de behandeling van de aanvraag.

**** ****.19.3.

****.1.8. De vereiste bestaansmiddelen bij de verlenging van de **** **** 11, § 2, eerste lid, 1°, van de wet van 15 december 1980 : Bij het onderzoek van de verlenging van de **** moet er niet alleen rekening worden gehouden met de inkomsten van de ****, maar ook met die van zijn familieleden, voor zover het niet om sociale bijstand ****.

**** ****.21.4.

****.1.9. **** beëindiging van het verblijf van slachtoffers van echtelijk geweld Artikel 11, § 2, vierde lid, van de wet van 15 december 1980 : Artikel 11, § 2, vierde lid, voorziet enerzijds in een verbod een einde te maken aan het verblijf wanneer de betrokken persoon het bewijs levert dat hij slachtoffer is van een feit als bedoeld in de artikelen, 375, 398 tot 400, 402, 403 en 405 van het Strafwetboek en anderzijds in de mogelijkheid, in de andere gevallen, om geen einde te maken aan het verblijf van de personen slachtoffer van huiselijk geweld en die bescherming nodig hebben.

In het eerste geval kan het bewijs worden geleverd door een vonnis of door een proces verbaal met vaststellingen op heterdaad. In het tweede geval kan het om situaties gaan waar er geen vonnis is of die betrekking hebben op andere feiten (bijvoorbeeld psychologische intimidatie).

**** ****.22.4.

****.1.10. De termijn voor de behandeling van de aanvraag tot verblijf bij onderzoek naar een huwelijk of naar de voorwaarden verbonden aan de duurzame en stabiele relatie Artikel 12bis, § 2, vijfde lid, en § 3, vierde lid, van de wet van 15 december 1980 : Zelfde opmerking als onder punt ****.1.7 **** ****.26.3. (zie ook ****.19.3.) ****.1.11. Het onderzoek naar de bestaansmiddelen bij indiening van een aanvraag tot verblijf bij het gemeentebestuur Artikel 12bis van de wet van 15 december 1980 : Wanneer een aanvraag tot **** bij het **** gemeentebestuur wordt ingediend, wordt dezelfde vereiste van individuele **** van de voorwaarde met betrekking tot de bestaansmiddelen toegepast en dit overeenkomstig artikel 10ter, § 2, tweede lid, van de wet (bepalen op basis van de eigen behoeften van de vreemdeling die vervoegd wordt en deze van zijn familieleden, welke bestaansmiddelen zij nodig hebben om in hun behoeften te voorzien zonder ten laste te vallen van de openbare overheden).

**** ****.27.3.

****.1.12. De vereiste bestaansmiddelen bij verlenging van de **** van de ouders van een minderjarige die als vluchteling is erkend of die subsidiair **** geniet Artikel 13, § 1, vierde lid, van de wet van 15 december 1980 : Om een verblijf van onbeperkte duur te bekomen moeten de ouders van een minderjarige erkende vluchteling of subsidiair beschermde voldoen aan de voorwaarde van het in het bezit zijn van stabiele, toereikende en regelmatige bestaansmiddelen **** **** van beperkte duur van de ouders die niet aantonen dat ze in het bezit zijn van bestaansmiddelen, zal tot de meerderjarigheid van het kind verlengd worden. Wanneer het kind meerderjarig wordt, zal hun situatie geval per geval onderzocht worden.

**** ****.28.6.

****.2. **** VAN FAMILIELEDEN VAN EEN ONDERDAAN VAN EEN ANDERE LIDSTAAT VAN DE **** UNIE DAN BELGIE ****.2.1. De onmogelijkheid van **** na weigering om een huwelijk te voltrekken Artikel 40bis, § 2, eerste lid, 2°, tweede lid, ****), van de wet van 15 december 1980 : Een van de voorwaarden tot **** van de partners bedoeld in het artikel, is dat zij niet het voorwerp hebben uitgemaakt van een beslissing van de ambtenaar van de burgerlijke stand waarbij hij geweigerd heeft het huwelijk te voltrekken op grond van artikel 167 van het Burgerlijk Wetboek.

**** beslissing waarbij een ambtenaar van de burgerlijke stand op grond van artikel 167, eerste lid, van het Burgerlijk Wetboek heeft geweigerd een huwelijk te voltrekken zonder dat, overeenkomstig artikel 167, zesde lid, van hetzelfde Wetboek, tegen die beslissing een beroep werd ingesteld, heeft hetzelfde gevolg als een door dezelfde ambtenaar van de burgerlijke stand genomen **** waartegen wel een beroep zou zijn ingesteld en die het voorwerp zou hebben uitgemaakt van een in kracht van gewijsde gegane beslissing.

**** ****.31.2. (zie ook ****.8.3.2) ****.2.2. **** **** voor de aanvraag tot verblijf **** 42, § 1, van de wet van 15 december 1980 : De termijn van zes maanden binnen dewelke over de aanvraag tot erkenning van het **** dient te worden beslist moet worden nageleefd, ongeacht of de aanvraag wordt ingediend bij een gemeentebestuur of bij een diplomatieke of consulaire post in het buitenland.

**** ****.34.5.

****.2.3. Beëindiging van het **** van een familielid dat zelf ook burger van de **** is, vooraleer een duurzaam **** wordt verkregen Artikel 42ter van de wet van 15 december 1980 : Volgens deze bepaling kan een einde worden gesteld aan het **** van een familielid dat zelf burger van de **** is binnen de vijf1 jaar na de erkenning van zijn recht op verblijf. Het uitgangspunt van de vermelde termijn van vijf jaar is vastgesteld op het ogenblik dat de legaliteit van het verblijf vaststaat.

In deze gevallen wordt het familielid geacht dit **** te genieten vanaf het ogenblik van de aanvraag tot erkenning van dit recht, op voorwaarde dat dit **** door de bevoegde overheid wordt erkend.

Bijgevolg wordt de termijn van vijf jaar berekend vanaf de afgifte van de bijlage 19 voor de aanvragen ingediend in België.

**** ****.35.6 tot ****.35.7.

****.2.4. Beëindiging van het **** van een familielid dat onderdaan is van een derde Staat, vooraleer een duurzaam **** wordt verkregen Artikel 42****, § 1, van de wet van 15 december 1980 : Volgens deze bepaling kan een einde worden gesteld aan het **** van een familielid dat zelf geen burger van de **** is binnen de vijf jaar2 na de erkenning van zijn recht op verblijf. Het uitgangspunt van de vermelde termijn van vijf jaar is vastgesteld op het ogenblik dat de legaliteit van het verblijf vaststaat.

In deze gevallen wordt het familielid geacht dit **** te genieten vanaf het ogenblik van de aanvraag tot erkenning van dit recht, op voorwaarde dat dit **** door de bevoegde overheid wordt erkend.

Bijgevolg wordt de termijn van vijf jaar berekend vanaf de afgifte van de bijlage 19ter voor de aanvragen ingediend in België en vanaf de datum van de eerste inschrijving bij de gemeentelijke administratie voor de personen in het bezit van een visum.

**** ****. 38.4. (zie ook ****.35.6 tot ****.35.7.) ****.2.5. Beëindiging van het **** van een familielid dat zelf ook een burger van de **** is, wanneer er geen gezamenlijke vestiging meer is met de **** **** 42ter, § 1, eerste lid, 4°, van de wet van 15 december 1980 : **** bepaling dient zo te worden geïnterpreteerd dat de zinsnede "of [er] [...] geen gezamenlijke vestiging meer [is]" niet slaat op de in die bepaling bedoelde echtgenoot of partner (**** gelijkwaardig beschouwd met huwelijk), wat overigens ook blijkt uit het gebruik van het woord "of", maar enkel slaat op de andere familieleden die een **** hebben verkregen in het kader van ****.

**** ****.36.8.

****.3. **** VAN FAMILIELEDEN VAN EEN **** ONDERDAAN ****.3.1. **** bestaansmiddelen Artikel 40ter, tweede lid, van de wet van 15 december 1980 : Op het ogenblik van de evaluatie van zijn bestaansmiddelen dient de **** die een werkloosheidsuitkering geniet, maar bewijst dat hij vrijgesteld is van de verplichting om beschikbaar te zijn op de arbeidsmarkt en werk te zoeken (conform de artikelen 89 tot 98bis van het koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de ****), niet te bewijzen dat hij actief op zoek is naar werk.

**** ****.55.3. (zie ook ****.17.6.4) ****.3.2. **** **** die geen gebruik heeft gemaakt van zijn recht van vrij verkeer Artikel 40ter van de wet van 15 december 1980 : Het Hof herinnert aan het feit dat wanneer een burger van de Unie, na zijn recht van vrij verkeer reëel en daadwerkelijk te hebben uitgeoefend, terugkeert naar de lidstaat waarvan hij de nationaliteit heeft, zijn familieleden hem moeten kunnen begeleiden, zonder dat de voorwaarden strenger mogen zijn dan deze welke, krachtens het recht van de ****, in het **** waren opgelegd. **** is artikel 40bis van de wet van 15 december 1980 van toepassing op de **** van de familieleden van de **** die zijn recht van vrij verkeer reëel en daadwerkelijk heeft uitgeoefend en die voordien met hem in een andere lidstaat verbleven hebben.

**** ****.58.8 en ****.58.10.

Gegeven te ****, op 13 december 2013.

De Staatssecretaris voor Asiel en ****, Mevr. ****. **** **** _______ Nota 1 Wet van 28 juni 2013. 2 Wet van 28 juni 2013.

^