Etaamb.openjustice.be
Ministerieel Besluit van 30 oktober 2020
gepubliceerd op 04 november 2020

Ministerieel besluit van 30 oktober 2020 houdende delegatie van bevoegdheden en handtekeningen inzake het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke van 12 oktober 2020 betreffende de steun tot vergoeding van de creatieve en culturele instellingen zonder winstoogmerk getroffen door de dringende maatregelen om de verspreiding van het COVID-19-virus te beperken

bron
brussels hoofdstedelijk gewest
numac
2020043521
pub.
04/11/2020
prom.
30/10/2020
ELI
eli/besluit/2020/10/30/2020043521/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

30 OKTOBER 2020. - Ministerieel besluit van 30 oktober 2020 houdende delegatie van bevoegdheden en handtekeningen inzake het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke van 12 oktober 2020 betreffende de steun tot vergoeding van de creatieve en culturele instellingen zonder winstoogmerk getroffen door de dringende maatregelen om de verspreiding van het COVID-19-virus te beperken


De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering bevoegd voor Tewerkstelling, Gelet op de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse Instellingen, artikel 40, § 1;

Gelet op het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 18 juli 2000Relevante gevonden documenten type besluit van de brusselse hoofdstedelijke regering prom. 18/07/2000 pub. 04/08/2000 numac 2000031263 bron ministerie van het brussels hoofdstedelijk gewest Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot regeling van haar werkwijze en tot regeling van de ondertekening van de akten van de Regering sluiten tot regeling van haar werkwijze en tot regeling van de ondertekening van de akten van de Regering, de artikelen 5, 8°, en 10;

Gelet op het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke van 12 oktober 2020 betreffende de steun tot vergoeding van de creatieve en culturele instellingen zonder winstoogmerk getroffen door de dringende maatregelen om de verspreiding van het COVID-19-virus te beperken;

Overwegende de organieke ordonnantie van 23 februari 2006 houdende de bepalingen die van toepassing zijn op de begroting, de boekhouding en de controle;

Overwegende het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 25 maart 1999Relevante gevonden documenten type besluit van de brusselse hoofdstedelijke regering prom. 25/03/1999 pub. 06/08/1999 numac 1999031248 bron ministerie van het brussels hoofdstedelijk gewest Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering betreffende de delegatie van tekenbevoegdheid voor financiële aangelegenheden aan de ambtenaren-generaal van het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest sluiten betreffende de delegatie van tekenbevoegdheid voor financiële aangelegenheden aan de ambtenaren-generaal van het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest;

Overwegende het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 13 juli 2006Relevante gevonden documenten type besluit van de brusselse hoofdstedelijke regering prom. 13/07/2006 pub. 21/08/2006 numac 2006031395 bron ministerie van het brussels hoofdstedelijk gewest Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering betreffende de administratieve en begrotingscontrole evenals de begrotingsopmaak sluiten betreffende de administratieve en begrotingscontrole evenals de begrotingsopmaak;

Overwegende het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 19 oktober 2006Relevante gevonden documenten type besluit van de brusselse hoofdstedelijke regering prom. 19/10/2006 pub. 16/11/2006 numac 2006031569 bron ministerie van het brussels hoofdstedelijk gewest Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering betreffende de financiële actoren sluiten betreffende de financiële actoren;

Overwegende het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 21 maart 2018Relevante gevonden documenten type besluit van de brusselse hoofdstedelijke regering prom. 21/03/2018 pub. 30/03/2018 numac 2018011465 bron brussels hoofdstedelijk gewest Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering houdende het administratief statuut en de bezoldigingsregeling van de ambtenaren van de instellingen van openbaar nut van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest sluiten houdende het administratief statuut en de bezoldigingsregeling van de ambtenaren van het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, de artikelen 23 en 24;

Overwegende dat de Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering belast met Tewerkstelling bepaalde van zijn bevoegdheden aangaande het tewerkstellingsbeleid kan delegeren aan de ambtenaren-generaal van de Gewestelijke Overheidsdienst Brussel;

Overwegende dat de Minister de ambtenaren-generaal kan machtigen om die bevoegdheden verder te delegeren en te laten subdelegeren aan vastbenoemde en contractuele ambtenaren die onderworpen zijn aan hun hiërarchisch gezag, op voorwaarde dat zij hiervan kennis geven;

Overwegende dat de steun tot vergoeding van de creatieve en culturele instellingen getroffen door de dringende maatregelen om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken een groot aantal creatieve en culturele instellingen betreft, die bovendien omwille van de crisissituatie economische en sociale schade lijden die een spoedeisend optreden vanuit de overheid vereist;

Overwegende dat een snelle en doeltreffende behandeling van de aanvragen, de delegatie van de bevoegdheden en handtekeningen tot op het meest functionele niveau vereist is;

Overwegende dat de gedelegeerde beslissingen steeds genomen moeten worden binnen de perken en met inachtneming van de voorwaarden en nadere regels zoals vastgelegd in de desbetreffende reglementering die door de Brussels Hoofdstedelijke Regering is uitgevaardigd, Besluit :

Artikel 1.Dit besluit is van toepassing op Brussel Economie en Werkgelegenheid van de Gewestelijke Overheidsdienst Brussel, belast met de uitvoering van de bevoegdheden inzake de tewerkstelling, als bedoeld in artikel 6, § 1, IX, van de bijzondere wet tot hervorming der instellingen van 8 augustus 1980, zoals tot op heden gewijzigd.

Art. 2.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder: 1° "de Directeur-generaal": de Directeur-generaal van Brussel Economie en Werkgelegenheid van de Gewestelijke Overheidsdienst Brussel;2° "het besluit van 12 oktober 2020": het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke 12 oktober 2020 betreffende de steun tot vergoeding van de creatieve en culturele instellingen zonder winstoogmerk getroffen door de dringende maatregelen om de verspreiding van het COVID-19-virus te beperken.

Art. 3.Voor de beslissing van toekenning of weigering van steun ter uitvoering en met toepassing van het besluit van 12 oktober 2020, alsook voor de briefwisseling aangaande die verrichtingen, wordt delegatie van bevoegdheid en handtekening verleend aan de Directeur-generaal.

Art. 4.Voor de vastlegging en de vereffening van kredieten die bestemd zijn voor de uitvoering en de toepassing van het besluit van 12 oktober 2020, alsook voor de briefwisseling aangaande die verrichtingen, wordt delegatie van bevoegdheid en handtekening verleend aan de Directeur-generaal, zonder beperking van het bedrag.

Art. 5.Voor de weigering van de aanvragen of van de vereffening van steun wegens onontvankelijkheid of ongegrondheid krachtens het besluit van 12 oktober 2020, alsook voor de briefwisseling aangaande die verrichtingen, wordt delegatie van bevoegdheid en handtekening verleend aan de Directeur-generaal, zonder beperking van het bedrag.

Art. 6.De bij dit besluit aan de Directeur-generaal verleende delegaties worden, overeenkomstig de bepalingen van artikel 7 van het besluit van 25 maart 1999 betreffende de delegatie van tekenbevoegdheid voor financiële aangelegenheden aan de ambtenaren-generaal van het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, eveneens verleend aan de ambtenaar die met de waarneming van het ambt van de titularis is belast of die hem vervangt bij tijdelijke afwezigheid of verhindering.

In geval van tijdelijke afwezigheid of verhindering plaatst de betrokken ambtenaar, boven de vermelding van zijn graad en handtekening, de formule "voor de Directeur-generaal, afwezig".

Art. 7.De Directeur-generaal die gebruik maakt van de bij dit besluit gedelegeerde bevoegdheden, plaatst boven de vermelding van zijn graad en handtekening, de formule "Namens de Minister".

Art. 8.De bij dit besluit gedelegeerde bevoegdheden worden eveneens verleend aan alle hiërarchische meerderen van de Directeur-generaal.

Art. 9.De Directeur-generaal is gemachtigd om de bij dit besluit aan hem verleende delegaties, overeenkomstig de bepalingen van het besluit van 25 maart 1999 betreffende de delegatie van tekenbevoegdheid voor financiële aangelegenheden aan de ambtenaren-generaal van het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, volledig of gedeeltelijk te delegeren.

De delegatie gebeurt door middel van een geschreven akte die door de Directeur-generaal onverwijld aan de Minister bevoegd voor Tewerkstelling, de Minister bevoegd voor Financiën en Begroting, de Minister bevoegd voor Ambtenarenzaken en het Rekenhof wordt meegedeeld.

Art. 10.De gedelegeerde bevoegdheden als bedoeld in dit besluit worden toegekend onder voorbehoud van het evocatierecht van de Minister bevoegd voor Tewerkstelling.

Art. 11.Dit besluit wordt overgemaakt aan de Minister bevoegd voor Financiën en Begroting en aan de Minister bevoegd voor Ambtenarenzaken, alsook aan het Rekenhof.

Art. 12.Dit besluit treedt in werking op de dag van inwerkingtreding van het besluit van 12 oktober 2020.

Brussel, 30 oktober 2020.

Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met werk en beroepsopleiding, digitalisering en de plaatselijke besturen, B. CLERFAYT

^