gepubliceerd op 28 maart 1998
Ministerieel besluit tot uitvoering van het artikel 3 van het koninklijk besluit van 8 augustus 1997 betreffende de identificatie, de registratie en de toepassingsmodaliteiten voor de epidemiologische bewaking van de runderen
29 JANUARI 1998. Ministerieel besluit tot uitvoering van het artikel 3 van het koninklijk besluit van 8 augustus 1997 betreffende de identificatie, de registratie en de toepassingsmodaliteiten voor de epidemiologische bewaking van de runderen
De Minister van Landbouw en de Kleine en Middelgrote Ondernemingen, Gelet op de wet van 15 juli 1985 betreffende het gebruik bij dieren van stoffen met hormonale, antihormonale, beta-adrenergische of productiestimulerende werking, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 17 februari 1992 en bij de wetten van 6 augustus 1993, 11 juli 1994 en 17 maart 1997;
Gelet op de wet van 14 augustus 1986 betreffende de bescherming en het welzijn der dieren, gewijzigd bij de wetten van 26 maart 1993 en 4 mei 1995;
Gelet op de dierengezondheidswet van 24 maart 1987, gewijzigd bij de wetten van 29 december 1990, 20 juli 1991, 6 augustus 1993, 21 december 1994 en 20 december 1995;
Gelet op het koninklijk besluit van 6 december 1978 betreffende de bestrijding van de runderbrucellose gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 20 januari 1988, 27 januari 1989, 10 januari 1990, 9 januari 1991, 28 november 1991, 17 april 1992, 19 augustus 1992, 20 oktober 1992, 19 juli 1996 en 10 september 1996;
Gelet op het koninklijk besluit van 6 juli 1994 betreffende de bescherming van kalveren in kalverhouderijen;
Gelet op het koninklijk besluit van 8 augustus 1997 betreffende de identificatie, de registratie en de toepassingsmodaliteiten van de epidemiologische bewaking van de runderen;
Gelet op de verordening 820/97/EG van de Raad op 21 april 1997 tot vaststelling van een identificatie- en registratieregeling voor runderen en inzake de etikettering van rundsvlees en rundvleesproducten;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, gewijzigd bij de wetten van 9 augustus 1980, 16 juni 1989, 4 juli 1989, 6 april 1995 en 4 augustus 1996;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid, Overwegende dat de noodzaak om onverwijld maatregelen te nemen inzake de erkenning van kalververzamelplaatsen en kalvermesterijen voortvloeit uit de verplichting, rekening houdend met de specifieke bedrijfsvoorwaarden, zich te schikken naar de bepalingen van voornoemde verordening 820/97/EG, Besluit : HOOFDSTUK I. - Definities
Artikel 1.Naast de definities bedoeld in het Koninklijk besluit van 8 augustus 1997 betreffende de identificatie, de registratie en de toepassingmodaliteiten voor de epidemiologische bewaking van de runderen, wordt verstaan onder : 1° kalververzamelplaats : geografische entiteit waar kalveren, jonger dan 3 maanden, verzameld worden en gedurende maximum 48 uur verblijven vooraleer ze afgevoerd worden, overeenkomstig artikel 2;2° kalvermesterij : geografische entiteit waar kalveren met het oog op vetmesting worden gehouden, overeenkomstig artikel 3. HOOFDSTUK II. - Erkenning van kalververzamelplaatsen en van kalvermesterijen
Art. 2.§ 1. Om een kalververzamelplaats te laten erkennen, moet zijn verantwoordelijke een aangetekende aanvraag overeenkomstig het model in bijlage I indienen bij de inspecteur-dierenarts. Deze aanvraag moet volgende gegevens vermelden : 1° naam en adres van de kalververzamelplaats en van de verantwoordelijke;2° een plattegrond van de verzamelplaats met aanduiding van de uitrusting bedoeld in § 2;3° naam en adres van de erkende dierenarts verantwoordelijk voor de gezondheidscontroles op de verzamelplaats. § 2. Om te worden erkend dient de kalververzamelplaats aan volgende voorwaarden te voldoen : 1° goed bereikbaar zijn via verharde weg;2° afgescheiden zijn door een omheining van elk beslag met rundvee of varkens;3° beschikken over een laad- en losplaats met een bodem die gemakkelijk kan gereinigd en ontsmet worden;4° beschikken over een overdekte ruimte die voldoende groot is waar de kalveren bij slechte weersomstandigheden beschutting kunnen vinden;de vloeren en de wanden moeten gemakkelijk te reinigen en te ontsmetten zijn tot op een hoogte van 2,5 meter; 5° beschikken over een reinigings- en ontsmettingsinstallatie om de voertuigen die kalveren vervoerd hebben te reinigen na de aflading ervan op de verzamelplaats;6° beschikken over een reservoir om de lozingen op te vangen;7° beschikken over een opslagplaats voor mest overeenkomstig de geldende reglementering;8° beschikken over een afsluitbare en afgedekte ruimte met verharde ondergrond voor het opslaan van krengen.
Art. 3.§ 1. Om een kalvermesterij te laten erkennen moet zijn verantwoordelijke een schriftelijke aangetekende aanvraag overeen-komstig het model in bijlage II indienen bij de inspecteur-dierenarts. Deze aanvraag moet volgende gegevens vermelden : 1° naam en adres van de kalvermesterij en van de verantwoordelijke;2° een plattegrond van de kalvermesterij met aanduiding van de uitrusting bedoeld in § 2 en van de stallen met hun capaciteit. § 2. Om te worden erkend dient de kalvermesterij aan volgende voorwaarden te voldoen : 1° beschikken over een laad- en losplaats met een vloerbedekking die gemakkelijk kan gereinigd en ontsmet worden;2° beschikken over stallen overeenkomstig de beschikkingen van de wet van 14 augustus 1986 betreffende de bescherming en het welzijn der dieren en zijn uitvoeringsbesluiten;3° beschikken over een afzonderlijk omkleedlokaal met een wasbak, een voetbad, laarzen en overalls, om bezoekers toe te laten zich om te kleden alvorens de stallen te betreden;4° beschikken over een reinigings- en ontsmettingsinstallatie om de vervoermiddelen na het afladen van de kalveren te reinigen;5° beschikken over een opslagplaats voor mest overeenkomstig de geldende reglementering;6° beschikken over een afsluitbare en afgedekte ruimte met verharde ondergrond voor het opslaan van krengen.
Art. 4.In een erkende kalververzamelplaats moeten de volgende gedragscodes worden nageleefd : 1° mogen uitsluitend worden aangevoerd, kalveren welke : a) afkomstig zijn van officieel brucellosevrije, officieel tuberculosevrije en leucosevrije veebeslagen;b) geïdentificeerd en geregistreerd overeenkomstig artikel 2 van het koninklijk besluit van 8 augustus 1997;2° de verantwoordelijke van de kalververzamelplaats : a) controleert bij de aangevoerde kalveren de overeenstemming van de oorplaatjes met de paspoorten van de kalveren;b) noteert op de keerzijde van het dierenpaspoort, in de rubriek "overnemer" : i) het erkenningsnummer van de verzamelplaats; ii) de datum van aanvoer; c) houdt een register bij overeenkomstig artikels 20, 21 en 22 van het koninklijk besluit van 8 augustus 1997.
Art. 5.Overminderd de bepalingen betreffende het intracommunautaire handelsverkeer en de invoer mogen kalveren, afkomstig uit andere lidstaten of ingevoerd uit derde landen en bestemd voor de kalvermesterij, rechtstreeks naar een erkende kalververzamelplaats gebracht worden op voorwaarde dat : 1° de inspecteur-dierenarts minstens 24 uren vóór de aankomst van de kalveren, op de hoogte wordt gebracht van de zending;2° op het begeleidende gezondheidscertificaat de erkende kalververzamelplaats als eerste bestemmeling is vermeld;3° de kalveren uitsluitend voor erkende kalvermesterijen bestemd zijn;
Art. 6.§ 1. Elk vervoer van kalveren van een erkende kalververzamelplaats naar een erkende kalvermesterij moet gebeuren onder dekking van het paspoort vervolledigd met de vermeldingen bedoeld in artikel 4 2° b. § 2. Elk vervoer van kalveren ingevoerd uit andere lidstaten of derde landen van een erkende verzamelplaats naar een erkende kalvermesterij, moet gebeuren onder dekking van het begeleidende gezondheids-certificaat of van een kopie ervan waarop het erkenningsnummer en de datum van aanvoer in de erkende kalververzamelplaats vermeld zijn. § 3. Elk transport van kalveren ingevoerd uit derde landen, van een erkende verzamelplaats naar een erkende kalvermesterij, moet gebeuren onder dekking van het begeleidend gezondheidscertificaat of van een kopie ervan waarop het erkenningsnummer en de datum van aanvoer in de erkende kalververzamelplaats vermeld zijn.
Art. 7.§ 1. Bij aanvoer van de kalveren op de erkende kalvermesterij, dient zijn verantwoordelijke zich te houden aan : a) artikel 18 § 1 van het koninklijk besluit van 8 augustus 1997 voor de kalveren komende van een ander beslag;b) artikel 23 van het koninklijk besluit van 8 augustus 1997 voor de kalveren komende van een ander lidstaat;c) artikel 24 van het koninklijk besluit van 8 augustus 1997 voor de kalveren komende van een derde land. § 2. In afwijking van artikel 18 § 1 van het koninklijk besluit van 8 augustus 1997, zijn de kalveren bestemd voor erkende kalvermesterijen niet onderworpen aan een voorafgaandelijk onderzoek voor zover de bestemming van deze kalveren op het einde van de vetmesting een slachthuis of het intracommunautair handelsverkeer met het oog op onmiddellijke slachting zal zijn. HOOFDSTUK III. - Sancties
Art. 8.Onverminderd de toepassing van de artikelen 23 tot 27 van de wet van 24 maart 1987, kan de Dienst de erkenning bedoeld in de artikelen 2 en 3 van dit besluit intrekken in geval van niet naleving van de bepalingen van dit besluit.
Art. 9.Het ministerieel besluit van 19 september 1994 tot uitvoering van de artikelen 2 en 3, § 2, van het koninklijk besluit van 19 december 1990 betreffende de identificatie van runderen wordt opgeheven.
Art. 10.Dit besluit treedt in werking de eerste dag van de maand volgend op die gedurende welke het in het Belgisch Staatsblad is bekendgemaakt.
Brussel, 29 januari 1998.
K. PINXTEN
Bijlage I bij het ministerieel besluit tot uitvoering van het artikel 3 van het koninklijk besluit van 8 augustus 1997 betreffende de identificatie, de registratie en de toepassingsmodaliteiten voor de epidemiologische bewaking van de runderen AANVRAAG ERKENNING KALVERVERZAMELPLAATS Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij het ministerieel besluit van 29 januari 1998.
De Minister van Landbouw en de Kleine en Middelgrote Ondernemingen, K. PINXTEN
Bijlage II bij het ministerieel besluit tot uitvoering van het artikel 3 van het koninklijk besluit van 8 augustus 1997 betreffende de identificatie, de registratie en de toepassingsmodaliteiten voor de epidemiologische bewaking van de runderen AANVRAAG ERKENNING KALVERVERZAMELPLAATS Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij het ministerieel besluit van 29 januari 1998.
De Minister van Landbouw en de Kleine en Middelgrote Ondernemingen, K. PINXTEN