Etaamb.openjustice.be
Ministerieel Besluit van 26 oktober 2000
gepubliceerd op 17 november 2000

Ministerieel besluit tot goedkeuring van het reglement dat werd aangenomen door de raad van bestuur van BIAC, N.V. van publiek recht, van 15 juni 2000, betreffende de invoering van een geluidsquotasysteem tijdens de nacht en tot bepaling van de maximaal toegelaten hoeveelheid nachtlawaai op de luchthaven Brussel-Nationaal

bron
ministerie van verkeer en infrastructuur
numac
2000014259
pub.
17/11/2000
prom.
26/10/2000
ELI
eli/besluit/2000/10/26/2000014259/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

26 OKTOBER 2000. - Ministerieel besluit tot goedkeuring van het reglement dat werd aangenomen door de raad van bestuur van BIAC, N.V. van publiek recht, van 15 juni 2000, betreffende de invoering van een geluidsquotasysteem tijdens de nacht en tot bepaling van de maximaal toegelaten hoeveelheid nachtlawaai op de luchthaven Brussel-Nationaal


Dit ministerieel besluit vervangt en vernietigt datgene verschenen in het Belgisch Staatsblad van 7 november 2000, bladzijde 36873, onder nummer 2000/14249.

ADVIES VAN DE RAAD VAN STATE De Raad van State, afdeling wetgeving, vierde kamer, op 19 oktober 2000 door de Vice-Eerste Minister en Minister van Mobiliteit en Vervoer verzocht hem, binnen een termijn van ten hoogste drie dagen, van advies te dienen over een ontwerp van ministerieel besluit « tot goedkeuring van het reglement dat werd aangenomen door de raad van bestuur van BIAC, N.V. van publiek recht, van 15 juni 2000, betreffende de invoering van een geluidsquotasysteem tijdens de nacht en tot bepaling van de maximaal toegelaten hoeveelheid nachtlawaai op de luchthaven Brussel-Nationaal », heeft op 23 oktober 2000 het volgende advies gegeven : Overeenkomstig artikel 84, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State, ingevoegd bij de wet van 4 augustus 1996, moeten in de adviesaanvraag in het bijzonder de redenen worden aangegeven tot staving van het spoedeisende karakter ervan.

In het onderhavige geval luidt die motivering in de brief aldus : « ..., il s'agit de fixer le niveau du quota saisonnier octroyé à l'aéroport fédéral pour la saison prochaine, c'est-à-dire la saison d'hiver - IATA, avant le début de cette saison fin octobre. ». 1. In zoverre het ontworpen besluit ertoe strekt overeenkomstig artikel 195 van de wet van 21 maart 1991 betreffende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven een door de vennootschap « Brussels International Airport Company » aangenomen reglement goed te keuren, is het een handeling van administratief toezicht. Zulk een handeling is geen reglementair besluit in de zin van artikel 3 van de gecoördineerde wetten op de Raad van State.

Het ontworpen besluit behoeft derhalve niet om advies aan de afdeling wetgeving te worden voorgelegd. 2. Voorst bevat het ontworpen besluit verscheidene bepalingen in verband met quota die worden vastgesteld om geluidshinder van vliegtuigen te bestrijden. Bij de afdeling administratie van de Raad van State zijn verscheidene geschillen hangende waarbij de kwestie van de verdeling over de federale overheid en de gewesten van de bevoegdheden op het gebied van de strijd tegen de geluidshinder van vliegtuigen centraal staat. Er zijn meer bepaald vier verzoekschriften ingediend met het oog op de nietigverklaring van het besluit van 27 mei 1999 van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering betreffende de bestrijding van geluidshinder voortgebracht door het luchtverkeer (1), dat in de aanhef van het ontwerp wordt vermeld.

Wanneer aldus geschillen hangende zijn bij de afdeling administratie, is het gebruikelijk dat de afdeling wetgeving geen opmerkingen maakt die beschouwd zouden kunnen worden als de bepaling van een standpunt met betrekking tot de kwesties die aan dat rechtscollege zijn voorgelegd.

Het is dan ook beter het voorliggende ontwerpbesluit niet de onderzoeken.

De kamer was samengesteld uit : de heren : R. Andersen, kamervoorzitter;

P. Lienardy, P. Vandernoot, staatsraden;

Mevr. C. Gigoy, griffier.

Het verslag werd uitgebracht door de H. B. Jadot, auditeur. De nota van het Coördinatiebureau werd opgesteld en toegelicht door Mevr. V. Franck, adjunct-referendaris.

De overeenstemming tussen de Franse en de Nederlandse tekst werd nagezien onder toezicht van de H. R. Andersen.

De griffier, De voorzitter, C. Gigot. R. Andersen. (1) Zaken G/A.87.207/XIII-1.383; G/A. 87.214/XIII-1.384; G/A. 87.227/XIII-1.402; G/A. 87.224/VII-19.613.

26 OKTOBER 2000. - Ministerieel besluit tot goedkeuring van het reglement dat werd aangenomen door de raad van bestuur van BIAC, N.V. van publiek recht, van 15 juni 2000, betreffende de invoering van een geluidsquotasysteem tijdens de nacht en tot bepaling van de maximaal toegelaten hoeveelheid nachtlawaai op de luchthaven Brussel-Nationaal De Minister van Mobiliteit en Vervoer, Gelet op de wet van 21 maart 1991 betreffende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven, inzonderheid de artikelen 194, 195 en 196;

Gelet op het beheerscontract afgesloten op 14 augustus 1998 tussen de Staat en de naamloze vennootschap "Brussels Airport Terminal Company", inzonderheid de artikelen 34 en 35, goedgekeurd bij het koninklijk besluit van 25 augustus 1998;

Overwegend het besluit dat de Brusselse Hoofdstedelijke Regering nam op 27 mei 1999 betreffende de bestrijding van de geluidshinder veroorzaakt door vliegtuigen;

Gelet op het ministerieel besluit van 31 december 1999 bepalende de maximale hoeveelheid lawaai die per seizoen 's nachts toegelaten is op de luchthaven Brussel-Nationaal;

Overwegend de beslissing van de ministerraad van 11 februari 2000;

Gelet op het reglement aangenomen door de raad van bestuur van BIAC, NV van publiek recht, op 15 juni 2000, betreffende de invoering van een geluidsquotasysteem tijdens de nacht op de luchthaven Brussel-Nationaal;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën van 15 juni 2000;

Gelet op de beslissing van de Vlaamse Regering van 17 juli 2000;

Gelet op de beslissing die de Brusselse Hoofdstedelijk Regering nam op 20 juli 2000;

Gelet op de beslissing van de Waalse Regering van 12 oktober 2000;

Gelet op de hoogdringendheid, gewettigd door het feit dat de seizoenquota's voor het geluid onmiddellijk moeten worden vastgelegd, omdat het volgende IATA-seizoen, het winterseizoen 2000-2001 in de maand oktober begint;

Gelet op de beraadslaging van de ministerraad van 16 juni 2000 over de adviesaanvraag binnen een termijn van een maand;

Gelet op het advies dat de Raad van State gaf op 26 oktober 2000, in toepassing van art. 84, alinea 1, 2°, van de wetten betreffende de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, vervangen door de wet van 4 augustus 1996, Besluit :

Artikel 1.Het reglement dat werd aangenomen door de raad van bestuur van BIAC, N.V. van publiek recht, op 15 juni 2000, betreffende de invoering van een geluidsquotasysteem tijdens de nacht op de luchthaven Brussel-Nationaal, wordt goedgekeurd. Voor de toepassing van dit besluit, worden de definities van dit reglement overgenomen.

Art. 2.§ 1. Voor de opstijgingen worden de volgende geluidsquota per seizoen ingevoerd : - winter 2000/2001 : 44.500 (21 weken); - zomer 2001: 68.500 (31 weken); - winter 2001/2002 : 41.500 (22 weken); - zomer 2002 : 55.500 (30 weken); - winter 2002/2003 : 36.500 (22 weken); - zomer 2003 : 48.000 (30 weken). § 2. Met uitzondering van de vrijgestelde bewegingen, moeten alle effectief verrichte bewegingen tussen 23.00 uur lokale tijd en 05.59 uur lokale tijd verricht zijn binnen de grenzen vastgesteld door de geluidsquota per seizoen. § 3. Indien, ingevolge de algemene IATA-regels betreffende de lengte van de seizoenen, deze seizoenen verlengd of verkort worden, worden de geluidsquota's per seizoen verhoudingsgewijs aangepast. § 4. Behoudens andersluidende verklaring van de Minister zal het onvolledig gebruik van de geluidsquota niet leiden tot een overdracht naar een volgend seizoen en worden overschrijdingen in mindering gebracht op de geluidsquota van het daaropvolgend overeenkomend seizoen. Onverminderd de sancties bepaald in artikel 4, § 2.

Art. 3.Om ontvankelijk te zijn moet het verzoek bedoeld in artikel 7, § 2 van het reglement als bijlage bij onderhavig besluit worden ingediend voor 1 september 2002 en gewettigd zijn door een vertraging in de levering van een luchtvaartuig of door de onbeschikbaarheid op de markt van een vervangend vliegtuig dat stil genoeg is t.o.v. de maximum toegelaten GB krachtens dit reglement.

De Minister zal een antwoord formuleren voor 1 november 2002.

Art. 4.§ 1. Ten laatste veertien dagen na het einde van ieder IATA-seizoen verstrekt BIAC aan het Bestuur van de Luchtvaart alle noodzakelijke inlichtingen om deze toe te laten zich ervan te verzekeren dat alle bewegingen welke effectief werden verricht gedurende de perioden waarin de geluidsquota toepasselijk zijn, met uitzondering van de vrijgestelde bewegingen, geen geluidshoeveelheid hebben teweeggebracht welke hoger is dan degene vastgesteld door deze geluidsquota. § 2 Op het einde van elk seizoen zal een evaluatie verricht worden van de toepassing van onderhavig ministerieel besluit en het bijgevoegd reglement. Bij niet-naleving van een van beiden zullen de bevoegde ministers aan BIAC sancties kunnen opleggen die bepaald worden in artikel 37 van het beheerscontract dat op 14 augustus 1998 werd afgesloten tussen de Staat en de naamloze vennootschap « Brussels Airport Terminal Company ».

Art. 5.Het ministerieel besluit van 31 december 1999 bepalende de maximale hoeveelheid lawaai dat per seizoen 's nachts toegelaten is op de luchthaven Brussel-Nationaal wordt ingetrokken.

Art. 6.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt gepubliceerd.

Brussel, 26 oktober 2000.

Mevr. I. DURANT

Bijlage B.I.A.C., N.V. van publiek recht Reglement van de raad van bestuur betreffende de invoering van een geluidsquotasysteem tijdens de nacht op de luchthaven Brussel-Nationaal De Raad ban Bestuur, Gelet op het Verdrag inzake de internationale burgerlijke luchtvaart, ondertekend te Chicago op 7 december 1944 en goedgekeurd bij de wet van 30 april 1947, inzonderheid op artikel 15 en de bijlage 16;

Gelet op het Verdrag van 25 maart 1957 tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap, goedgekeurd bij de wet van 2 december 1957;

Gelet op de Verordening (EEG) nr. 2408/92 van de Raad van 23 juli 1992 betreffende de toegang van communautaire luchtvaartmaat-schappijen tot intracommunautaire luchtrou-tes, inzonderheid op artikel 9;

Gelet op de wet van 21 maart 1991 betreffende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven, inzonderheid op de artikelen 194, 195 en 196;

Gelet op de wet van 19 december 1997 tot rationalisering van het beheer van de luchthaven Brussel-Nationaal;

Gelet op het koninklijk besluit van 2 april 1998 tot hervorming van de beheersstructuren van de luchthaven Brussel-Nationaal, bekrachtigd bij de wet van 9 juli 1998;

Gelet op het koninklijk besluit van 17 juli 1998 houdende aanvullende bepalingen betreffende de hervorming van de beheersstructuren van de luchthaven Brussel-Nationaal, inzonderheid op artikel 10, bekrachtigd bij de wet van 3 mei 1999 houdende budgettaire en diverse bepalingen;

Gelet op het beheerscontract afgesloten op 14 augustus 1998 tussen de Staat en de naamloze vennootschap "Brussels Airport Terminal Company", inzonderheid op de artikelen 34 en 35, goedgekeurd bij het koninklijk besluit van 25 augustus 1998;

Gelet op het koninklijk besluit van 25 augustus 1998 tot indeling van de naamloze vennootschap "Brussels Airport Terminal Company" als autonoom overheidsbedrijf en tot goedkeuring van de wijzigingen aan haar statuten;

Gelet op het reglement van de raad van bestuur van 5 oktober 1998 tot vaststelling van de beperkingen van opstijging en landing tijdens de nacht op de luchthaven Brussel-Nationaal;

Gelet op het reglement vastgesteld op 26 november 1999 door de raad van bestuur;

Overwegend dat de Minister van Mobili-teit en Vervoer, bij brief van 29 december 1999, aan BIAC haar beslissing heeft betekend het reglement, vastgesteld op 26 november 1999 door de raad van bestuur, niet goed te keuren;

Gelet op de beslissing van de Ministerraad van 11 februari 2000;

Gelet op de beraadslaging van de raad van bestuur van heden, Besluit : HOOFDSTUK I. - Definities

Artikel 1.Voor de toepassing van dit reglement wordt verstaan onder : « MINISTER » : de Minister van Vervoer. « ICAO BIJLAGE 16 » : volume 1, deel 2 van bijlage 16 bij het verdrag inzake interna-tionale burgerlijke luchtvaart, ondertekend te Chicago op 7 december 1944. « BEHEERSCONTRACT » : het beheerscon-tract afgesloten op 14 augustus 1998 tussen de Staat en de naamloze vennootschap "Brussels Airport Terminal Company", goedgekeurd bij het koninklijk besluit van 25 augustus 1998. « LUCHTHAVEN » : de luchthaven Brussel-Nationaal, ICAO-code "EBBR". « IATA » : de International Air Transport Association. « ZOMER » : het zomerseizoen zoals gedefinieerd door IATA. « WINTER » : het winterseizoen zoals gedefinieerd door IATA. « IATA SEIZOEN » : een zomer of een winter. « EXPLOITANT » : een vliegtuigexploitant die vluchten uitvoert van en naar de luchthaven. « GELUIDSQUOTA » : maximum globale geluidshoeveelheid die is toegelaten per IATA-seizoen gedurende de nacht voor opstijgingen. « NACHT » : de periode van 23.00 uur lokale tijd tot 05.59 uur lokale tijd. « VRIJGESTELDE BEWEGINGEN » : de bewegingen bepaald in artikel 1, § 2 van de beslissing van de raad van bestuur van BIAC van 5 oktober 1998 tot vaststelling van de beperkingen van opstijging en landing tijdens de nacht op de luchthaven Brussel-Nationaal. HOOFDSTUK II. - Bepaling van de geluidshoeveelheid per beweging

Art. 2.§ 1. Voor de bewegingen van vliegtuigen gecertificeerd volgens de normen van Hoofdstuk 3 of 5 van de ICAO bijlage 16 wordt de geluidshoeveelheid per beweging (GB) als volgt berekend op één decimaal na : GB = 10 [(G-85)/10], waarin de variabele G vertegenwoordigt : - voor elke landing: het gecertificeerde geluidsniveau in EPNdB van een vliegtuig bij zijn maximale landingsmassa gemeten op het naderingsmeetpunt, min 9 EPNdB; - voor elke opstijging: de helft van de som van de gecertificeerde geluidsniveaus van een vliegtuig in EPNdB op het laterale meetpunt en op het meetpunt waarboven bij het opstijgen gevlogen wordt, gemeten bij zijn maximale opstijgmassa, conform de voorschriften van ICAO bijlage 16. § 2. Voor de bewegingen van vliegtuigen met een maximale opstijgmassa van niet meer dan 8.618 kg of van elk ander vliegtuig dat gecertificeerd werd volgens de normen van één van de hoofdstukken van de ICAO bijlage 16, uitgezonderd de Hoofdstukken 2, 3 en 5, wordt de geluidshoeveelheid per beweging forfaitair vastgesteld op 1. § 3. Met uitzondering van de vrijgestelde bewegingen, zijn de bewegingen van vliegtuigen met een maximum opstijgmassa van meer dan 8.618 kg en die niet gecertificeerd werden volgens de normen van de ICAO bijlage 16, Hoofdstukken 2, 3 of 5, niet toegelaten tussen 23.00 uur lokale tijd en 5.59 uur lokale tijd op de luchthaven Brussel Nationaal. HOOFDSTUK III. - Geluidsquota van de luchthaven voor de nacht

Art. 3.§ 1. Vóór het verstrijken van de IATA deadline voor de initiële coördinatie van het betrokken seizoen, stelt de Minister de geluidsquota van de luchthaven vast, overeenkomstig artikel 35 van het beheerscontract, voor de periode tot en met zomer 2003. § 2. Voor de toepassing van dit besluit is de geluidshoeveelheid teweeggebracht door een bepaald geheel van opstijgingen de som van de geluidshoeveelheid voor ieder van deze opstijgingen individueel genomen.

Art. 4.§ 1. De gedelegeerd bestuurder van BIAC bepaalt de geluidsquota per seizoen die aan de exploitanten worden toegekend en stelt hiervoor een methode op. § 2. Deze verdeling zal zodanig worden opgevat dat de operatoren die over een relatief moderne vloot beschikken op het ogenblik van de inwerkingtreding van dit reglement niet benadeeld worden ten opzichte van diegene die op hetzelfde ogenblik oudere toestellen uitbaten. § 3. Voormelde methode zal er verder over waken dat tussen de verschillende activiteiten die het nachtelijk luchtverkeer op de luchthaven Brussel-Nationaal kenmerken op het ogenblik van de inwerkingtreding van dit reglement, geen gevoelige verschuivingen ontstaan wat de bewegingen betreft.

Te dien einde zal de gedelegeerd bestuurder van BIAC ten laatste binnen de maand volgend op de inwerkingtreding van dit reglement, het benaderend resultaat van deze methode doorsturen naar de Minister, en dit voor elk seizoen tot de zomer 2003 inbegrepen.

Art. 5.In uitzonderlijke omstandigheden kan de gedelegeerd bestuurder van BIAC een gemotiveerd verzoek richten tot de Minister om bijkomende geluidsquota te bekomen voor een individueel seizoen. HOOFDSTUK IV. - Aan BIAC te verstrekken inlichtingen

Art. 6.§ 1. Elke exploitant moet aan de gedelegeerd bestuurder van BIAC alle inlichtingen verstrekken die nodig zijn voor de bepaling van de geluidshoeveelheid per beweging van zijn nachtvluchten en dit ten laatste op het ogenblik dat de slots worden aangevraagd: de totale maximale opstijgmassa, de totale maximale landingsmassa, het Hoofdstuk inzake geluid volgens ICAO, bijlage 16 (of de « FAA Noise Stage), de gecertificeerde geluidsniveaus en het registratienummer van de vliegtuigen. § 2. Elke wijziging die deze gegevens nadien mochten ondergaan, moet aan de gedelegeerd bestuurder van BIAC meegedeeld worden vóór de beweging daadwerkelijk plaatsvindt. HOOFDSTUK V. - Maximaal toegelaten geluidshoeveelheid per beweging (GB)

Art. 7.§ 1. Onverminderd het eerbiedigen van de geluidsquota per seizoen, bedraagt de maximaal toegelaten GB voor niet vrijgestelde bewegingen gedurende de nacht : - 20,0 vanaf 1 juli 2001; - 16,0 vanaf 1 juli 2002; - 12,0 vanaf 1 januari 2003. § 2. De gedelegeerd bestuurder van BIAC kan een gemotiveerd verzoek richten tot de Minister om een éénmalige uitzondering toe te staan op de maximaal toegelaten GB voor niet vrijgestelde bewegingen gedurende de nacht voor de periode van 1 januari 2003 tot 1 juli 2003. HOOFDSTUK VI. - Overtredingen

Art. 8.§ 1. Elke inbreuk op het nachtelijk geluidsquotasysteem geeft de gedelegeerd bestuurder van BIAC het recht om één, meerdere of alle sancties op te leggen die voorzien zijn in artikel 196 van de wet van 21 maart 1991 betreffende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven. § 2. Vrijgestelde bewegingen zijn niet onderworpen aan sancties. HOOFDSTUK VII. - Algemene bepalingen

Art. 9.De gedelegeerd bestuurder van BIAC is belast met de uitvoering van dit reglement.

Zaventem, 15 juni 2000.

Namens de raad van bestuur : De Voorzitter, Eddy Wymeersch.

Gezien om te worden gevoegd bij het ministerieel besluit van 26 oktober 2000.

^