gepubliceerd op 10 september 2010
Ministerieel besluit tot vaststelling van het model van de identificatiekaart voor privédetectives
23 AUGUSTUS 2010. - Ministerieel besluit tot vaststelling van het model van de identificatiekaart voor privédetectives
De Minister van Binnenlandse zaken, Gelet op de wet van 19 juli 1991 tot regeling van het beroep van privédetective, gewijzigd door de wetten van 30 december 1996, 7 mei 2004 en 28 april 2010, artikelen 2 en 12;
Gelet op het advies van de Vaste Commissie voor Taaltoezicht van 4 september 1997;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid;
Overwegende dat de hoogdringendheid gemotiveerd is omwille van de noodzaak tot de fabricatie en het eigen beheer van de identificatiekaarten voor privédetectives over te kunnen gaan; dat het contract met een externe firma voor de aanmaak van de identificatiekaarten werd opgezegd, met stopzetting op datum van 15 mei 2010;
Overwegende dat artikel 2, § 1, van de wet van 19 juli 1991 bepaalt dat bij het verlenen van de vergunning aan de privédetective een identificatiekaart wordt afgegeven, Besluit :
Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : 1° kaart : de identificatiekaart, bedoeld in de artikelen 2 en 12 van de wet van 19 juli 1991 tot regeling van het beroep van privédetective, gewijzigd door de wetten van 30 december 1996, 7 mei 2004 en 28 april 2010;2° de houder : de houder van de kaart;3° betrokkene : de houder of de persoon waarvoor een kaart wordt aangevraagd;4° administratie : de Directie Private Veiligheid bij de Algemene Directie Veiligheid en Preventie bij de FOD Binnenlandse Zaken.
Art. 2.De aanvraag van de kaart dient door een aanvraagformulier, afgeleverd door de administratie, dat behoorlijk ingevuld is en waarop een pasfoto van betrokkene is aangebracht, ingediend te worden.
Art. 3.De kaart heeft het formaat van een rechthoek met afgeronde hoeken die een lengte heeft van 85,6 mm, een breedte van 54 mm en een dikte van 0,76 mm. Zij is gemaakt van gelamineerd wit PVC met transparante onder- en bovenlaag, met een bedrukking aan de voorzijde en achterzijde in 3 kleuren offset. Zij is voorzien van een geheugenchip, die kan uitgelezen worden. De kaart bevat enkel vermeldingen op de voorzijde.
Art. 4.De vermeldingen op de kaart zijn in de taal van het taalregime van de houder.
Art. 5.Indien de privédetective een vestigingsplaats heeft in België worden, naast de pasfoto van de houder, de volgende gegevens erop vermeld : 1° de vermelding « Identificatiekaart van privédetective » in vetgedrukte lettertype;2° de vermelding « Volgnummer », gevolgd door het volgnummer van de kaart;3° de vermelding « Geldig tot », gevolgd door de vervaldatum;4° de vermelding « Nummer FOD Binnenlandse Zaken », gevolgd door het vergunningsnummer van de houder in vetgedrukte lettertype;5° de vermelding « Naam, voornaam », gevolgd door de naam en de voornaam van de houder in vetgedrukte lettertype;6° de vermelding « Geboortedatum », gevolgd door de geboortedatum van de houder;7° een vetgedrukte letter « D » met een hoogte van 17 mm en een breedte van 13 mm in de rechterbovenhoek van de kaart;8° het adres van de vestigingsplaats in België.
Art. 6.Indien de privédetective geen vestigingsplaats heeft in België worden, naast de pasfoto van de houder, de volgende gegevens erop vermeld : 1° de vermelding « Identificatiekaart van privédetective » in vetgedrukte lettertype;2° de vermelding « Volgnummer », gevolgd door het volgnummer van de kaart;3° de vermelding « Geldig tot », gevolgd door de vervaldatum;4° de vermelding « Nummer FOD Binnenlandse Zaken », gevolgd door het vergunningsnummer van de privédetective in vetgedrukte lettertype;5° de vermelding « Naam, voornaam », gevolgd door de naam en de voornaam van de houder in vetgedrukte lettertype;6° de vermelding « Geboortedatum », gevolgd door de geboortedatum van de houder; 7°een vetgedrukte letter « D » met een hoogte van 17 mm en een breedte van 13 mm in de rechterbovenhoek van de kaart; 8° het adres van de vestigingsplaats in het buitenland;9° de naam, voornamen, vergunningsnummer en adres van de vestigingsplaats van de privédetective bij wie de aanvrager een vestigingsplaats heeft gekozen.
Art. 7.De kaarten worden afgegeven in de kantoren van de administratie.
Art. 8.De op het ogenblik van de inwerkingtreding van dit besluit uitgereikte kaarten kunnen geldig gebruikt worden tot het verstrijken van de vervaldatum vermeld op deze kaarten.
Art. 9.Het ministerieel besluit van 19 februari 1993 betreffende de identificatiekaart voor privédetective gewijzigd door het ministerieel besluit van 9 februari 1998 wordt opgeheven.
Art. 10.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Brussel, 23 augustus 2010.
Mevr. A. TURTELBOOM