gepubliceerd op 10 februari 2004
Ministerieel besluit betreffende de toekenning van subsidies voor de bedrijfsgebonden productie van plantaardige eiwitbronnen met toepassing van het Vlaams Programma voor Plattelandsontwikkeling
19 DECEMBER 2003. - Ministerieel besluit betreffende de toekenning van subsidies voor de bedrijfsgebonden productie van plantaardige eiwitbronnen met toepassing van het Vlaams Programma voor Plattelandsontwikkeling
De Vlaamse minister van Leefmilieu, Landbouw en Ontwikkelingssamenwerking, Gelet op het decreet van 17 maart 1998 houdende diverse beleidsbepalingen, inzonderheid op artikel 10;
Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 10 juni 2003 tot bepaling van de bevoegdheden van de leden van de Vlaamse regering, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 29 augustus 2003;
Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 3 oktober 2003 betreffende de toekenning van subsidies voor het toepassen van milieuvriendelijke landbouwproductiemethoden en het in stand houden van de genetische diversiteit;
Overwegende dat Verordening (EG) nr. 1257/99 van de Raad van 17 mei 1999 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL) en tot wijziging en instelling van een aantal verordeningen, milieumaatregelen in de landbouw voorschrijft en aanmoedigt;
Overwegende dat Verordening (EG) nr. 2419/2001 van de Commissie van 11 december 2001 houdende uitvoeringsbepalingen inzake het bij Verordening (EG) nr. 3508/92 van de Raad ingestelde geïntegreerde beheers- en controlesysteem voor bepaalde communautaire steunregelingen uitvoering geeft aan Verordening (EG) nr. 3508/92 van de Raad van 27 november 1992 tot instelling van een geïntegreerd beheers- en controlesysteem voor bepaalde communautaire steunregelingen;
Overwegende dat Verordening (EG) nr. 445/2002 van de Commissie van 26 februari 2002 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EG) nr. 1257/99 van de Raad inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL), uitvoering geeft aan Verordening (EG) nr. 1257/99 van de Raad van 17 mei 1999 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL) en tot wijziging en instelling van een aantal verordeningen;
Overwegende dat het Vlaams Programma voor Plattelandsontwikkeling, periode 2000-2006, door de Commissie op 6 oktober 2000 onder nummer C(2000)2970 is goedgekeurd;
Overwegende dat de aangevraagde wijziging van het Vlaams Programma voor Plattelandsontwikkeling, periode 2000-2006, betreffende de subsidiëring van de teelt van grasklaver en luzerne op 27 november 2002 bij beschikking nr. C(2002)4610 door de Commissie is goedgekeurd;
Gelet op het overleg tussen de gewestregeringen en de federale overheid op 19 mei 2003;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 31 oktober 2003, Besluit : HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen met betrekking tot de verbintenis
Artikel 1.In dit besluit wordt verstaan onder : 1° de oppervlakteaangifte : de oppervlakteaangifte voor het verkrijgen van premies voor bepaalde akkerbouwgewassen, voor rundvee en schapen en voor de milieumaatregelen, bedoeld in het koninklijk besluit van 19 december 2001 tot instelling van een steunregeling voor producenten van bepaalde akkerbouwgewassen en in het ministerieel besluit van 20 december 2001 houdende uitvoering van het koninklijk besluit van 14 december 2000 tot instelling van een steunregeling voor producenten van bepaalde akkerbouwgewassen, zoals tot op heden gewijzigd;2° de afdeling : de afdeling Land- en Tuinbouwvorming van de administratie Land- en Tuinbouw van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap;3° ALP : administratie Landbouwproductiebeheer van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap;4° de producent : de landbouwer die als producent geïdentificeerd is bij de administratie Landbouwproductiebeheer, overeenkomstig de bepalingen van Verordening EEG nr.3508/92 tot instelling van een geïntegreerd beheers- en controlesysteem voor bepaalde communautaire steunregelingen; 5° veeteeltinrichting met herkauwers : de productie-eenheid met een beslag met herkauwers in Sanitel.
Art. 2.De producent die een veeteeltinrichting met herkauwers uitbaat en een verbintenis aangaat om jaarlijks, gedurende ten minste vijf opeenvolgende jaren, minimaal 0,5 ha plantaardige eiwitbronnen te produceren kan hiervoor een jaarlijkse subsidie van 600 euro per hectare ontvangen.
De maximale oppervlakte waarvoor subsidie wordt uitbetaald bedraagt 5 hectare. HOOFDSTUK II. - Voorwaarden om voor de subsidie in aanmerking te komen
Art. 3.De volgende teelten van plantaardige eiwitbronnen en minimale zaaihoeveelheden komen in aanmerking voor de in dit besluit bedoelde subsidie : 1° een grasklavermengsel aan een zaaihoeveelheid van minstens 30 kg/ha waarin het aandeel klaver minstens 10 gewichtsprocent bedraagt;2° luzerne aan een zaaihoeveelheid van minstens 25 kg/ha;3° rode klaver aan een zaaihoeveelheid van minstens 10 kg/ha.
Art. 4.Het gebruik van het zaaizaad moet worden gestaafd aan de hand van facturen en certificaten voor aankoop. Deze bewijzen worden gedurende minstens 5 jaar bewaard en bij controle voorgelegd.
Art. 5.De teelt moet gezaaid worden voor 1 mei en moet op de percelen behouden blijven tot ten minste 15 februari van het jaar dat volgt op het jaar waarvoor subsidie werd aangevraagd.
In afwijking van de voorwaarde gesteld in het eerste lid moet voor de landbouwstreken Polders en Duinen de teelt behouden blijven tot minstens 15 november van het jaar waarop de subsidie wordt aangevraagd.
Art. 6.Als de teelt op een bepaald perceel wordt behouden, kan die de volgende jaren opnieuw voor subsidie in aanmerking komen.
Art. 7.De producent bezorgt jaarlijks zijn oppervlakteaangifte aan ALP volgens de richtlijnen die bij de oppervlakteaangifte horen.
Art. 8.§ 1. Om voor een bepaald jaar in aanmerking te komen voor de in dit besluit bedoelde subsidie, moet een perceel voldoen aan de volgende cumulatieve voorwaarden : 1° in het jaar dat voorafgaat aan het jaar waarvoor de in dit besluit bedoelde subsidie wordt aangevraagd, mag het perceel niet gebruikt zijn als permanent of tijdelijk grasland;2° het perceel mag in het jaar waarvoor de in dit besluit bedoelde subsidie wordt aangevraagd, niet begraasd worden;3° het perceel mag in het jaar waarvoor de in dit besluit bedoelde subsidie wordt aangevraagd, niet opgegeven worden met toepassing van de Europese braakregeling;4° het perceel mag in het jaar waarvoor de in dit besluit bedoelde subsidie wordt aangevraagd, niet opgegeven worden als gedroogd voedergewas, met name met de perceelsbestemming 'G'. § 2. Indien voor het perceel een betaling gebeurt voor akkerbouwgewassen, voor rundvee- en schapenpremies of voor het toepassen van de biologische productiemethode, wordt deze betaling in mindering gebracht van de subsidie voor de bedrijfsgebonden productie van plantaardige eiwitbronnen. HOOFDSTUK III. - Procedure van aanvraag en uitbetaling
Art. 9.Het formulier van de oppervlakteaangifte geldt tegelijkertijd als aanvraag tot uitbetaling van de subsidie voor plantaardige eiwitbronnen. Het bedrag voor uitbetaling kan verminderd worden als gevolg van administratieve controles, controles ter plaatse of door de producent gemelde wijzigingen. HOOFDSTUK IV. - Voortgangscontrole van het dossier en controle
Art. 10.De afdeling staat in voor de voortgangscontrole van het dossier en de controle op de voorwaarden voor subsidietoekenning en voor de opdracht tot uitbetaling van de subsidie voor de teelt van plantaardige eiwitbronnen.
Art. 11.De ALP en de afdeling staan in voor de controle van de oppervlakte van de aangegeven percelen.
Bij een oppervlaktecontrole wordt onder de geconstateerde oppervlakte de oppervlakte verstaan waarvoor aan alle voorwaarden, gesteld in de voorschriften, is voldaan.
De controle op de oppervlakte van de aangegeven percelen gebeurt volgens de methoden van het geïntegreerd beheers- en controlesysteem, ingesteld bij Verordening (EEG) nr 3508/92 van de Raad van 27 november 1992 tot instelling van een geïntegreerd beheers- en controlesysteem voor bepaalde communautaire steunregelingen, laatst gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 495/2001 van de Commissie.
Als bij controle blijkt dat de geconstateerde oppervlakte verschillend is van de opgegeven oppervlakte, worden de regels toegepast zoals beschreven in artikel 32, eerste lid, van de Verordening (EG) nr 2419/2001 van de Commissie van 11 december 2001 houdende uitvoeringsbepalingen inzake het bij Verordening (EEG) nr 3508/92 van de Raad ingestelde geïntegreerd beheers- en controlesysteem voor bepaalde communautaire steunregelingen. HOOFDSTUK V. - Slotbepalingen
Art. 12.Dit besluit is van toepassing op subsidieaanvragen voor verkoopseizoenen die op of na 1 januari 2004 ingaan.
Brussel, 19 december 2003.
L. SANNEN