17 JANUARI 2008. - Ministerieel besluit betreffende de stage van bepaalde burgerlijke ambtenaren van het stafdepartement inlichtingen en veiligheid

De Minister van Landsverdediging, Gelet op het koninklijk besluit van 7 juli 2003 houdende het statuut van bepaalde burgerlijke ambtenaren van het stafdepartement inlichtingen en veiligheid, inzonderheid op artikel 21;

Gelet op het ministerieel besluit van 23 juni 1970 tot vaststelling van de algemene beginselen inzake de stage van bepaalde burgerlijke ambtenaren van de dienst militaire veiligheid alsook van de tijdens deze stage te onderwijzen zaken, gewijzigd bij het ministerieel besluit van 28 april 1988;

Gelet op het advies van de inspecteur van Financiën, gegeven op 23 april 2007;

Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Ambtenarenzaken, gegeven op 13 juni 2007;

Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting, gegeven op 25 september 2007;

Gelet op het protocol van het Sectorcomité XIV, afgesloten op 9 november 2007;

Gelet op het advies 43.874/4 van de Raad van State, gegeven op 19 december 2007, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State, Besluit :

Artikel 1.Dit besluit is van toepassing op de burgerlijke ambtenaren van het stafdepartement inlichtingen en veiligheid bedoeld in het artikel 1, eerste lid, 1° en 2°, van het koninklijk besluit van 7 juli 2003 houdende het statuut van bepaalde burgerlijke ambtenaren van het stafdepartement inlichtingen en veiligheid, toegelaten tot de stage met het oog op hun benoeming in de graad waarvoor zij zich kandidaat hebben gesteld.

Art. 2.De stage van de ambtenaren bedoeld in dit besluit heeft tot doel: 1° na te gaan of de stagiair over de vereiste vaardigheden en bekwaamheden beschikt om de functie uit te oefenen waarvoor hij aangeworven werd;2° de stagiair de mogelijkheid te bieden de cursussen en de opleidingen te volgen, teneinde de competenties te verwerven die gemeenschappelijk zijn aan de burgerlijke ambtenaren bedoeld in artikel 1;3° de stagiair de specifieke theoretische en praktische vorming te verstrekken, noodzakelijk voor de uitoefening van zijn functie.

Art. 3.De stagiair is verplicht deel te nemen aan de cursussen en activiteiten georganiseerd in het kader van de stage.

De hierarchische overheid is ertoe gehouden de stagiair in de mogelijkheid te stellen aan de cursussen en activiteiten bedoeld in het eerste lid deel te nemen.

Art. 4.De stage bevat een gemeenschappelijk gedeelte en een specifiek gedeelte.

De vakken die onderwezen worden tijdens het gemeenschappelijke gedeelte zijn: 1° de sensibilisatie voor de dreiging en de veiligheid;2° de opdrachten en de algemene structuur van het ministerie van Landsverdediging en van de Krijgsmacht, de bevoegdheden van zekere autoriteiten en de algemene opdrachten;3° de organisatie en de opdrachten van het stafdepartement inlichtingen en veiligheid;4° de reglementering van toepassing op de burgerlijke ambtenaren van het stafdepartement inlichtingen en veiligheid;5° de militaire basisopleiding;6° de organisatie en de opdrachten van de andere veiligheidsorganismen in België;7° de nadere regels van samenwerking tussen het stafdepartement inlichtingen en veiligheid en de andere veiligheidsorganismen;8° de wetgeving betreffende het stafdepartement inlichtingen en veiligheid en in relatie ermee;9° wettelijke en reglementaire elementen;10° de organisatie en de opdrachten van de voornaamste buitenlandse inlichtingen en veiligheidsdiensten;11° gedragsmatige en relationele elementen. De vakken die onderwezen worden tijdens het specifieke gedeelte zijn: 1° voor de commissarissen-analisten: a) de organisatie en de gedetailleerde opdrachten van de divisie inlichting;b) het opstellen van verslagen en analyses;c) de technische woordenschat met betrekking tot de inlichtingsopdracht;d) de studie van de technieken zoals het besturen van motorvoertuigen, de tegenbewaking, de schietoefeningen, de zelfverdedigingstechnieken, het interview;e) een fysieke basistraining;2° voor de commissarissen en inspecteurs: a) de organisatie en de gedetailleerde opdrachten van de divisie veiligheidsinlichting;b) het opstellen van verslagen en analyses;c) de technische woordenschat met betrekking tot de inlichtings- en tegeninlichtingsopdracht;d) de algemeenheden over spionage, terrorisme, sabotage, subversie, extremisme, schadelijke sektarische fenomenen, desinformatie en contra-inmenging;e) de werkmethodes zoals onderzoek, bewaking, tegenbewaking, fouillering, interview;f) het bestuderen van de technieken zoals het besturen van motorvoertuigen, de fotografie, de video-opname, de schietoefeningen, de zelfverdedigingstechnieken;g) een specifieke fysieke training.

Art. 5.De driemaandelijkse verslagen en het eindverslag van de stage bedoeld in artikel 24 van het koninklijk besluit van 7 juli 2003 houdende het statuut van bepaalde burgerlijke ambtenaren van het stafdepartement inlichtingen en veiligheid, worden opgesteld volgens de modellen in bijlage 1 en 2 bij dit besluit.

Art. 6.Het ministerieel besluit van 23 juni 1970 tot vaststelling van de algemene beginselen inzake de stage van bepaalde burgerlijke ambtenaren van de dienst militaire veiligheid alsook van de tijdens deze stage te onderwijzen zaken, gewijzigd bij het ministerieel besluit van 28 april 1988, wordt opgeheven.

Brussel, 17 januari 2008.

P. DE CREM

Bijlage 1 bij het ministerieel besluit van 17 januari 2008 betreffende de stage van bepaalde burgerlijke ambtenaren van het stafdepartement inlichtingen en veiligheid MINISTERIE VAN LANDSVERDEDIGING Stafdepartement inlichtingen en veiligheid (ACOS IS) Driemaandelijks verslag over de wijze van dienen van de stagiairs NAAM en voornaam van de ambtenaar : . . . . . .

Graad : . . . . . .

Datum van indiensttreding : . . . . . .

Divisie : . . . . .

Dienstonderbreking : . . . . . . (periode-redenen) . . . . . .

Verslag over de maanden : . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

Datum : Handtekening van de hiërarchische meerdere : Beoordeling van de chef van de Divisie : . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

Datum : Handtekening : Visum van de ambtenaar : . . . . . .

Kennis genomen op . . . . . .

Opmerkingen : 1. Dit verslag moet nauwkeurig zijn en slaan op alle gegevens inzake dienst en gedrag van de ambtenaar.Het kan inzonderheid volgende punten behandelen : administratieve en operationele kennis; begrip van de dienst; werkzaamheid en prestatie; orde, methode, nauwgezetheid; houding, opvoeding, tucht; zin voor verantwoordelijkheid en initiatief; zin voor bevel (niveau A). 2. Artikel 24, derde lid, van het koninklijk besluit van 7 juli 2003 houdende het statuut van bepaalde burgerlijke ambtenaren van het stafdepartement inlichtingen en veiligheid : « Elk verslag wordt in een persoonlijk gesprek met de hiërarchische meerdere ter kennis gebracht van de stagiair, die er eventueel zijn opmerkingen aan toevoegt.Het verslag en de opmerkingen worden in het persoonlijk dossier van de stagiair opgenomen ».

Gezien om gevoegd te worden bij het ministerieel besluit van 17 januari 2008 betreffende de stage van bepaalde burgerlijke ambtenaren van het stafdepartement inlichtingen en veiligheid.

P. DE CREM

Bijlage 2 bij het ministerieel besluit van 17 januari 2008 betreffende de stage van bepaalde burgerlijke ambtenaren van het stafdepartement inlichtingen en veiligheid MINISTERIE VAN LANDSVERDEDIGING Stafdepartement inlichtingen en veiligheid (ACOS IS) Eindverslag over de wijze van dienen van de stagiairs NAAM en voornaam van de ambtenaar : . . . . . .

Graad : . . . . . .

Datum van indiensttreding : . . . . . .

Divisie : . . . . . .

Dienstonderbreking : . . . . . . (periode-redenen) . . . . . .

Korte inhoud van de driemaandelijkse verslagen : . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

Eindverslag van de stage . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

Datum : Handtekening van de (adjunct-)hoofdcommissaris : Visum van de ambtenaar : Kennis genomen op :

Opmerkingen : 1. Dit verslag moet nauwkeurig zijn en slaan op alle gegevens inzake dienst en gedrag van de ambtenaar.Het kan inzonderheid volgende punten behandelen : administratieve en operationele kennis; begrip van de dienst; werkzaamheid en prestatie; orde, methode, nauwgezetheid; houding, opvoeding, tucht; zin voor verantwoordelijkheid en initiatief; zin voor bevel (niveau A). 2. Artikel 24, derde lid, het koninklijk besluit van 7 juli 2003 houdende het statuut van bepaalde burgerlijke ambtenaren van het stafdepartement inlichtingen en veiligheid : « Na de stage wordt de stagiair die, na advies van de chef van de divisie waartoe de stagiair behoort, door de onderstafchef inlichtingen en veiligheid geschikt bevonden is, tot Rijksambtenaar benoemd in de graad waarvoor hij zich kandidaat heeft gesteld, als hij tenminste nog steeds voldoet aan de met het oog op werving vastgestelde vereisten ». Gezien om gevoegd te worden bij het ministerieel besluit van 17 januari 2008 betreffende de stage van bepaalde burgerlijke ambtenaren van het stafdepartement inlichtingen en veiligheid.

P. DE CREM