Etaamb.openjustice.be
Ministerieel Besluit van 16 juli 2019
gepubliceerd op 02 augustus 2019

Ministerieel besluit tot aanduiding van de ambtenaren die in de functie van adviseur-generaal zitting hebben in de beroepscommissie zoals bedoeld in artikel 66, § 2 van het wetboek van de minnelijke en gedwongen invordering van fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen en dat aan die beroepscommissie de machtiging geeft om op te treden als beroepscommissie zoals bedoeld in artikel 84octies, § 2, van het wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde en als beroepscommissie zoals bedoeld in artikel 413quinquies, § 2, van het wetboek van de inkomstenbelastingen 1992

bron
federale overheidsdienst financien
numac
2019013677
pub.
02/08/2019
prom.
16/07/2019
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

16 JULI 2019. - Ministerieel besluit tot aanduiding van de ambtenaren die in de functie van adviseur-generaal zitting hebben in de beroepscommissie zoals bedoeld in artikel 66, § 2 van het wetboek van de minnelijke en gedwongen invordering van fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen en dat aan die beroepscommissie de machtiging geeft om op te treden als beroepscommissie zoals bedoeld in artikel 84octies, § 2, van het wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde en als beroepscommissie zoals bedoeld in artikel 413quinquies, § 2, van het wetboek van de inkomstenbelastingen 1992


De Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën, Gelet op het Wetboek van de minnelijke en gedwongen invordering van fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen, ingevoerd bij de wet van 13 april 2019Relevante gevonden documenten type wet prom. 13/04/2019 pub. 06/05/2019 numac 2019012121 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Wet tot wijziging van artikel 25, § 1, van de wet van 27 april 2018 op de politie van de spoorwegen type wet prom. 13/04/2019 pub. 02/09/2021 numac 2021031897 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot wijziging van artikel 25, § 1, van de wet van 27 april 2018 op de politie van de spoorwegen. - Duitse vertaling type wet prom. 13/04/2019 pub. 30/04/2019 numac 2019041000 bron federale overheidsdienst financien Wet tot invoering van het Wetboek van de minnelijke en gedwongen invordering van fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen sluiten, artikel 66, § 2;

Gelet op het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde, artikel 84octies, § 2, opgeheven bij de wet van 13 april 2019Relevante gevonden documenten type wet prom. 13/04/2019 pub. 06/05/2019 numac 2019012121 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Wet tot wijziging van artikel 25, § 1, van de wet van 27 april 2018 op de politie van de spoorwegen type wet prom. 13/04/2019 pub. 02/09/2021 numac 2021031897 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot wijziging van artikel 25, § 1, van de wet van 27 april 2018 op de politie van de spoorwegen. - Duitse vertaling type wet prom. 13/04/2019 pub. 30/04/2019 numac 2019041000 bron federale overheidsdienst financien Wet tot invoering van het Wetboek van de minnelijke en gedwongen invordering van fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen sluiten;

Gelet op het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, artikel 413quinquies, § 2, opgeheven bij de wet van 13 april 2019Relevante gevonden documenten type wet prom. 13/04/2019 pub. 06/05/2019 numac 2019012121 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Wet tot wijziging van artikel 25, § 1, van de wet van 27 april 2018 op de politie van de spoorwegen type wet prom. 13/04/2019 pub. 02/09/2021 numac 2021031897 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot wijziging van artikel 25, § 1, van de wet van 27 april 2018 op de politie van de spoorwegen. - Duitse vertaling type wet prom. 13/04/2019 pub. 30/04/2019 numac 2019041000 bron federale overheidsdienst financien Wet tot invoering van het Wetboek van de minnelijke en gedwongen invordering van fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen sluiten;

Gelet op het ministerieel besluit van 21 mei 2019Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 21/05/2019 pub. 07/06/2019 numac 2019012851 bron federale overheidsdienst financien Ministerieel besluit tot aanduiding van de ambtenaren die in de functie van adviseur-generaal zitting hebben in de beroepscommissie zoals bedoeld in artikel 84octies, § 2 van het wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde en in de beroepscommissie zoals bedoeld in artikel 413quinquies, § 2 van het wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 sluiten tot aanduiding van de ambtenaren die in de functie van adviseur-generaal zitting hebben in de beroepscommissie zoals bedoeld in artikel 84octies, § 2 van het wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde en in de beroepscommissie zoals bedoeld in artikel 413quinquies, § 2 van het wetboek van de inkomstenbelastingen 1992;

Overwegende dat het gaat om een louter uitvoeringsbesluit van een bestaande wetgeving en dit besluit op zich geen enkele nieuwe budgettaire weerslag heeft, moet noch een advies van de inspecteur van Financiën noch een akkoord van de Minister van Begroting worden gevraagd, Besluit :

Artikel 1.Worden aangewezen om zitting te hebben in de Beroepscommissie zoals bedoeld in artikel 66, § 2, van het Wetboek van de minnelijke en gedwongen invordering van fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen: - Mevrouw Gillebert, Isabelle M.G.S., adviseur-generaal van het regionaal invorderingscentrum van Brussel 1; - De heer Vermeiren, Pascal A.A., adviseur-generaal van het regionaal invorderingscentrum van Brussel 2; - Mevrouw Rapaille, Lydie F.G., adviseur-generaal ad interim van het bijzonder invorderingscentrum; - Mevrouw Hupperts, Christiane H.A.C.G., adviseur-generaal van het inningscentrum. - Mevrouw Wallez, Anne-Françoise M.M., adviseur-generaal van het regionaal invorderingscentrum van Waals-Brabant; - De heer Exelmans, Steven, adviseur-generaal van het regionaal invorderingscentrum van Antwerpen 1; - De heer Sels, Hans H.T., adviseur-generaal van het regionaal invorderingscentrum van Antwerpen 2; - De heer Bourbon, Erik, adviseur-generaal ad interim van het regionaal invorderingscentrum van Vlaams-Brabant; - Mevrouw Derkoningen Nele T.L., adviseur-generaal van het regionaal invorderingscentrum van Limburg; - Mevrouw Carta Ersilia, adviseur-generaal van het regionaal invorderingscentrum van Luik 1; - Mevrouw Rixhon, Béatrice S.A., adviseur-generaal van het regionaal invorderingscentrum van Luik 2; -De heer Peerboom, Serge J.J., adviseur-generaal ad interim van het regionaal invorderingscentrum van Eupen-Sankt-Vith; - De heer De Groeve, Pol J.-L., adviseur-generaal van het regionaal invorderingscentrum van Namen-Luxemburg; - De heer Veys, Christophe J., adviseur-generaal van het regionaal invorderingscentrum van Henegouwen Noord; - Mevrouw Maucourant, Patricia H., adviseur-generaal van het regionaal invorderingscentrum van Henegouwen Zuid; - De heer Dequeker, Dominique H.M., adviseur-generaal ad interim van het regionaal invorderingscentrum van Oost-Vlaanderen; - Mevrouw Neirynck, Katy M., adviseur-generaal van het regionaal invorderingscentrum van West-Vlaanderen.

Art. 2.De heer Boelaert, Tom W.S.A., administrateur niet-fiscale invordering/juridische ondersteuning, wordt aangesteld om te zetelen in de Beroepscommissie zoals bedoeld in artikel 66, § 2, van het Wetboek van de minnelijke en gedwongen invordering van fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen in de hoedanigheid van plaatsvervangend voorzitter.

Art. 3.De Beroepscommissie samengesteld zoals bepaald in de artikelen 1 en 2, treedt op als Beroepscommissie zoals bedoeld in artikel 84octies, § 2, van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde en als Beroepscommissie zoals bedoeld in artikel 413quinquies, § 2, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992.

Art. 4.Het ministerieel besluit van 21 mei 2019Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 21/05/2019 pub. 07/06/2019 numac 2019012851 bron federale overheidsdienst financien Ministerieel besluit tot aanduiding van de ambtenaren die in de functie van adviseur-generaal zitting hebben in de beroepscommissie zoals bedoeld in artikel 84octies, § 2 van het wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde en in de beroepscommissie zoals bedoeld in artikel 413quinquies, § 2 van het wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 sluiten tot aanduiding van de ambtenaren die in de functie van adviseur-generaal zitting hebben in de beroepscommissie zoals bedoeld in artikel 84octies, § 2 van het wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde en in de beroepscommissie zoals bedoeld in artikel 413quinquies, § 2 van het wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, wordt opgeheven.

Art. 5.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2020.

Brussel, 16 juli 2019.

A. DE CROO

^