Etaamb.openjustice.be
Ministerieel Besluit van 14 december 2012
gepubliceerd op 23 januari 2013

Ministerieel besluit betreffende de wijze waarop een vereniging waar armen het woord nemen haar activiteiten en de bereikte doelgroep registreert en betreffende de in te zetten methodieken voor de uitwerking van een kwaliteitsbeleid

bron
vlaamse overheid
numac
2013035019
pub.
23/01/2013
prom.
14/12/2012
ELI
eli/besluit/2012/12/14/2013035019/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

14 DECEMBER 2012. - Ministerieel besluit betreffende de wijze waarop een vereniging waar armen het woord nemen haar activiteiten en de bereikte doelgroep registreert en betreffende de in te zetten methodieken voor de uitwerking van een kwaliteitsbeleid


De Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, Gelet op het decreet van 21 maart 2003Relevante gevonden documenten type decreet prom. 21/03/2003 pub. 11/06/2003 numac 2003035552 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet betreffende de armoedebestrijding sluiten betreffende de armoedebestrijding, artikel 8, gewijzigd bij het decreet van 18 juli 2008;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 15 mei 2009Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 15/05/2009 pub. 16/07/2009 numac 2009203091 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende het decreet van 18 juli 2008 tot wijziging van het decreet van 21 maart 2003 betreffende de armoedebestrijding sluiten betreffende de armoedebestrijding, artikel 23, § 1, derde lid, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 10 februari 2012;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 18 oktober 2012;

Gelet op advies 52.370/1 van de Raad van State, gegeven op 29 november 2012, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, Besluit :

Artikel 1.In dit besluit wordt verstaan onder : 1° basiswerking : de werking van de vereniging die hoofdzakelijk betrekking heeft op de criteria, vermeld in artikel 8, tweede lid, 1°, 2° en 4°, van het decreet van 21 maart 2003Relevante gevonden documenten type decreet prom. 21/03/2003 pub. 11/06/2003 numac 2003035552 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet betreffende de armoedebestrijding sluiten;2° beleidswerking : de werking van een vereniging die hoofdzakelijk betrekking heeft op de criteria, vermeld in artikel 8, tweede lid, 5° en 6°, van het decreet van 21 maart 2003Relevante gevonden documenten type decreet prom. 21/03/2003 pub. 11/06/2003 numac 2003035552 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet betreffende de armoedebestrijding sluiten;3° het besluit van 15 mei 2009 : het besluit van de Vlaamse Regering van 15 mei 2009Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 15/05/2009 pub. 16/07/2009 numac 2009203091 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende het decreet van 18 juli 2008 tot wijziging van het decreet van 21 maart 2003 betreffende de armoedebestrijding sluiten betreffende de armoedebestrijding;4° het decreet van 21 maart 2003Relevante gevonden documenten type decreet prom. 21/03/2003 pub. 11/06/2003 numac 2003035552 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet betreffende de armoedebestrijding sluiten : het decreet van 21 maart 2003Relevante gevonden documenten type decreet prom. 21/03/2003 pub. 11/06/2003 numac 2003035552 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet betreffende de armoedebestrijding sluiten betreffende de armoedebestrijding;5° vereniging : een vereniging waar armen het woord nemen.

Art. 2.Elke vereniging houdt een activiteitenregister bij waarin minimaal de georganiseerde activiteiten in het kader van de beleidswerking en de georganiseerde vormingsactiviteiten worden bijgehouden.

Het activiteitenregister bevat : 1° de datum van de activiteit;2° een indeling van de activiteit in de rubrieken basiswerking, beleidswerking, interne vorming of externe vorming;3° de aard van de activiteit en het behandelde thema;4° het aantal deelnemers in armoede en het aantal deelnemers niet in armoede. Het model van activiteitenregister wordt ter beschikking gesteld op de website www.welzijnensamenleving.be van het de afdeling Welzijn en Samenleving van het departement Welzijn, Volksgezondheid en Gezin.

Art. 3.De vereniging toont bij inspectie via verslagen of andere relevante stukken aan dat een persoon gedurende het voorbije werkingsjaar aan minimaal drie activiteiten van de beleidswerking deelnam.

De vereniging toont bij inspectie via afsprakennota's, verslagen of andere relevante stukken aan dat een persoon gedurende het voorbije werkingsjaar een structurele verantwoordelijkheid in de basiswerking opnam.

Alleen personen als vermeld in het eerste en tweede lid, worden in aanmerking genomen bij evaluatie van het minimumbereik van 15 armen op jaarbasis, vermeld in artikel 23, § 1, 2° /1, a), van het besluit van 15 mei 2009.

Art. 4.Elke vereniging evalueert jaarlijks de eigen werking in functie van de opdrachten, vermeld in artikel 8, tweede lid, van het decreet van 21 maart 2003Relevante gevonden documenten type decreet prom. 21/03/2003 pub. 11/06/2003 numac 2003035552 bron ministerie van de vlaamse gemeenschap Decreet betreffende de armoedebestrijding sluiten. Bij deze evaluatie zijn minstens 8 armen betrokken.

Art. 5.Elke vereniging zet jaarlijks minstens één van onderstaande methodieken in : 1° het ontwikkelen van nieuwe strategieën en acties op basis van een doorlichting van een van de zes criteria binnen de eigen werking;2° de interne en/of externe communicatie analyseren en evalueren en op basis hiervan een communicatieplan opstellen;3° de samenwerking van de vereniging met andere actoren analyseren en evalueren en op basis hiervan samenwerkingsafspraken met minstens één externe actor maken;4° de interne organisatiestructuur en -cultuur analyseren en evalueren;5° een traject doorlopen om de vertegenwoordiging van armen in de beheersorganen van de vereniging te versterken;6° coaching en intervisie organiseren voor medewerkers en leden van de vereniging;7° een ondersteunings- en vormingsbeleid voor medewerkers, leden en vrijwilligers ontwikkelen of evalueren en eventueel grondig bijsturen;8° de te volgen strategieën en in te zetten methodieken ontwikkelen of evalueren en eventueel grondig bijsturen. Bij elk van de in te zetten methodieken betrekt de vereniging minimaal 6 armen. De vereniging kan maximaal drie opeenvolgende jaren eenzelfde methodiek gebruiken.

Art. 6.De vereniging rapporteert over het doorlopen proces, de betrokkenheid van armen en de belangrijkste conclusies van de activiteiten, vermeld in artikel 4 en 5, in het werkingsverslag dat wordt ingediend bij de administratie met toepassing van artikel 36 van het besluit van 15 mei 2009.

Art. 7.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2013.

Brussel, 14 december 2012.

De Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, J. VANDEURZEN

^