gepubliceerd op 06 januari 1999
Ministerieel besluit tot uitvoering van het besluit van de Vlaamse regering van 21 december 1988 houdende de organisatie van de arbeidsbemiddeling en de beroepsopleiding
7 DECEMBER 1998. - Ministerieel besluit tot uitvoering van het besluit van de Vlaamse regering van 21 december 1988 houdende de organisatie van de arbeidsbemiddeling en de beroepsopleiding
De Vlaamse minister van Leefmilieu en Tewerkstelling, Gelet op het decreet van 20 maart 1984 houdende de oprichting van de Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling, inzonderheid op artikei 4;
Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 21 december 1988 houdende de organisatie van de arbeidsbemiddeling en de beroepsopleiding, inzonderheid op de artikelen 64 tot en met 69, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 8 september 1998;
Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 19 december 1997 tot bepaling van de bevoegdheden van de leden van de Vlaamse regering, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 28 september 1998;
Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 20 oktober 1992 tot delegatie van de beslissingsbovoegdheden aan de leden van de Vlaamse regering;
Gelet op het advies van het Beheerscomité van de Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding gegeven op 7 oktober 1998, Besluit :
Artikel 1.In toepassing van artikel 64 van het besluit van de Vlaamse regering van 21 december 1988 houdende de organisatie van de arbeidsbemiddeling en de beroepsopleiding, worden de periodes die gelijkgesteld worden met de periode van inschrijving als werkzoekende als volgt bepaald : - de periodes zoals beschreven in artikel 1 van het koninklijk besluit van 27 december 1994 tot uitvoering van hoofdstuk II van titel IV van de wet van 21 december 1994 houdende de diverse en sociale bepalingen; - de periode van vrijstelling om sociale en familiale redenen zoals bepaald in artikel 90 van het koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de werkloosheidsreglementering; - de periode van beroepsopleiding tijdens een periode van inschrijving als werkzoekende; - de periode van tewerkstelling in een beschermde werkplaats; - de periode van uitsluitingen van het genot van de uitkeringen op grond van artikelen 51 tot 52 en 153 tot 156 van het koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de werkloosheidsreglementering; - de periode van militaire dienst en dienst als gewetensbezwaarde tijdens een periode van inschrijving als werkzoekende; - de vergoede ziekteperiode tijdens een periode van inschrijving als werkzoekende; - de periode van onderbreking tijdens een periode van inschrijving als werkzoekende van minder dan drie maanden; - de periode van gevangenzetting tijdens een periode van inschrijving als werkzoekende; - de periode gedurende dewelke de uitkeringsgerechtigde werkloze in toepassing van artikel 42 § 2, 9 van het koninklijk besluit van 25 november 1991 vrijwillig verzaakt aan werkloosheidsuitkeringen; - de periode waarin de werkzoekende het bestaansminimum, voorzien door de wet van 7 augustus 1974 tot instelling van het recht op een bestaansminimum, of sociale bijstand van het OCMW heeft genoten; - de periode van de wachttijd zoals bepaald in artikel 35 en 36 van het koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de werkloosheidsreglementering; - de periode die niet vergoed werd ingevolge de toepassing van artikelen 80 tot 88 van het koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de werkloosheidsreglementering; - de periodes van tewerkstelling in een Sociale Werkplaats zoals bepaald in het decreet van 14 juli 1998 inzake de sociale werkplaatsen.
Art. 2.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 november 1998.
Brussel, 7 december 1998.
Th. KELCHTERMANS