6 JULI 1999. - Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 16 juni 1999 tot oprichting van een Opvolgingscommissie voor de opheffing van de bewarende maatregelen inzake dioxinecontaminatie

De Vice-Eerste Minister en Minister van Begroting, belast met Landbouw en de Kleine en Middelgrote Ondernemingen, De Vice-Eerste Minister en Minister van Binnenlandse Zaken, belast met Volksgezondheid, Gelet op de wet van 28 maart 1975 betreffende de handel in landbouw-, tuinbouw-, en zeevisserijproducten, gewijzigd bij de wetten van 11 april 1983 en 29 december 1990, het koninklijk besluit van 25 oktober 1995 en de wet van 5 februari 1999;

Gelet op de wet van 24 januari 1977 betreffende de bescherming van de gezondheid van de verbruikers op het stuk van de voedingsmiddelen en andere producten, inzonderheid op artikel 6bis, ingevoegd bij de wet van 22 maart 1989;

Gelet op het koninklijk besluit van 3 juni 1999 betreffende tijdelijke maatregelen inzake de handel in landbouwproducten ingevolge de dioxinecontaminatie, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 8 en 12 juni 1999;

Gelet op het ministerieel besluit van 31 mei 1999 houdende maatregelen betreffende sommige producten van dierlijke oorsprong, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 2, 5, 8 en 12 juni 1999;

Gelet op het ministerieel besluit van 5 juni 1999 houdende maatregelen betreffende sommige producten van dierlijke oorsprong afkomstig van runderen en varkens, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 8 en 12 juni 1999;

Gelet op het ministerieel besluit van 8 juni 1999 houdende tijdelijke maatregelen ter bestrijding van de dioxineverspreiding en -besmetting;

Gelet op het ministerieel besluit van 12 juni 1999 tot vaststelling van de modaliteiten van monsterneming en de technische competentie van de laboratoria voor het opsporen van residuen van PCB/dioxines in sommige producten van dierlijke oorsprong;

Gelet op het ministerieel besluit van 16 juni 1999 tot oprichting van een Opvolgingscommissie voor de opheffing van de bewarende maatregelen inzake dioxinecontaminatie, inzonderheid op artikel 3;

Gelet op de beschikking 1999/389/EG van de Commissie van 11 juni 1999 tot vaststelling van beschermende maatregelen met betrekking tot dioxineverontreiniging van voor menselijke consumptie of vervoedering bestemde van runderen en varkens verkregen producten en houdende intrekking van de beschikking 1999/368/EG, gewijzigd bij de beschikkingen 1999/390/EG en 1999/419/EG;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat het noodzakelijk is om onverwijld de procedure, vastgesteld voor de opheffing van de bewarende maatregelen ter bestrijding van de dioxineverontreiniging, uit te breiden tot sommige dieren en producten van dierlijke oorsprong waarvoor geen bewarende maatregelen zijn genomen, Besluit :

Artikel 1.Artikel 3 van het ministerieel besluit van 16 juni 1999 tot oprichting van een Opvolgingscommissie voor de opheffing van de bewarende maatregelen inzake dioxinecontaminatie, wordt aangevuld met de volgende bepaling: « - certificeren op basis van resultaten van laboratoriumonderzoeken bekomen overeenkomstig de bepalingen van het ministerieel besluit van 12 juni 1999 tot vaststelling van de modaliteiten van monsterneming en de technische competentie van de laboratoria voor het opsporen van residuen van PCB/dioxines in sommige producten van dierlijke oorsprong, met het oog op de uitvoer van producten bedoeld in de beschikking 1999/389/EG die niet zijn opgenomen in het ministerieel besluit van 5 juni 1999 houdende maatregelen betreffende sommige producten van dierlijke oorsprong afkomstig van runderen en varkens. »

Art. 2.In artikel 4 van hetzelfde besluit wordt tussen het tweede en het derde lid een lid ingevoegd luidend als volgt : « De aanvragen tot certificeren bedoeld in artikel 3, worden gericht aan de dierenarts belast met het toezicht op de inrichting of aan de bevoegde gezondheidsinspecteur of controleur van de Algemene Eetwareninspectie. »

Art. 3.Dit besluit treedt in werking op 8 juli 1999.

Brussel, 6 juli 1999.

H. VAN ROMPUY L. VAN DEN BOSSCHE