Etaamb.openjustice.be
Ministerieel Besluit van 05 juni 1999
gepubliceerd op 06 juni 1999

Ministerieel besluit houdende maatregelen betreffende sommige producten van dierlijke oorsprong afkomstig van runderen en varkens

bron
ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu
numac
1999022589
pub.
06/06/1999
prom.
05/06/1999
ELI
eli/besluit/1999/06/05/1999022589/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

5 JUNI 1999. - Ministerieel besluit houdende maatregelen betreffende sommige producten van dierlijke oorsprong afkomstig van runderen en varkens


De Vice-Eerste Minister en Minister van Binnenlandse Zaken, belast met Volksgezondheid, Gelet op de wet van 24 januari 1977 betreffende de bescherming van de gezondheid van de verbruikers op het stuk van de voedingsmiddelen en andere producten, inzonderheid op artikel 6bis;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat onverwijld maatregelen moeten worden genomen om elk risico op dioxinevergiftiging bij de consument te vermijden, Besluit:

Artikel 1.De hiernavermelde producten die bestemd zijn voor menselijke voeding en afkomstig van runderen of varkens die tussen 15 januari 1999 en 3 juni 1999 op het Belgisch grondgebied zijn gekweekt, worden onder bewarend beslag geplaatst : - lever; - gehakt vlees; - kookworst en pensen; - braadworst; - droge worst; - vleesbrood; - spek; - paté; - leverpaté; - salami; - vleessalade; - beuling; - reuzel; - gesmolten vet.

Art. 2.De producten die overeenkomstig artikel 1 van dit besluit onder bewarend beslag zijn geplaatst worden door de Inspectiedienst van het Instituut voor veterinaire keuring of door de Algemene Eetwareninspectie vrijgegeven indien de houder van de producten aantoont dat: a) hetzij de producten afkomstig zijn van dieren die werden geslacht vóór 15 januari 1999;b) hetzij de producten niet afkomstig zijn van dieren van bedrijven die het voorwerp uitmaken van bewarende maatregelen uitgevaardigd door de Minister tot wiens bevoegdheid de landbouw behoort;c) hetzij hij over gunstige resultaten van analyses inzake residuen van dioxines beschikt.

Art. 3.De in artikel 1 bedoelde producten die niet worden vrijgegeven op basis van artikel 2 mogen enkel worden vervoerd naar openbare verzamelplaatsen of naar een destructiebedrijf.

Art. 4.Dit besluit treedt in werking op 6 juni 1999.

Brussel, 5 juni 1999.

L. VAN DEN BOSSCHE

^