Etaamb.openjustice.be
Ministerieel Besluit van 01 december 1998
gepubliceerd op 31 december 1998

Ministerieel besluit tot vaststelling van het inschrijvingsgeld te betalen door de onderdanen van een Lidstaat van de Europese Unie die in België het beroep van advocaat wensen uit te oefenen

bron
ministerie van justitie
numac
1998009902
pub.
31/12/1998
prom.
01/12/1998
ELI
eli/besluit/1998/12/01/1998009902/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

1 DECEMBER 1998. - Ministerieel besluit tot vaststelling van het inschrijvingsgeld te betalen door de onderdanen van een Lidstaat van de Europese Unie die in België het beroep van advocaat wensen uit te oefenen


De Minister van Justitie, Gelet op de Richtlijn 89/48/EEG van de Raad van 21 december 1988 betreffende een algemeen stelsel van erkenning van hoger-onderwijsdiploma's waarmee beroepsopleidingen van ten minste drie jaar worden afgesloten, aangevuld bij de Richtlijn 92/51 van de Raad van 18 juni 1992;

Gelet op de wet van 29 april 1994 tot uitvoering van de in toepassing van het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap uitgevaardigde verordeningen, richtlijnen en beschikkingen inzake diploma's, getuigschriften en andere titels vereist voor het uitoefenen van een beroep of een beroepsactiviteit;

Gelet op het Gerechtelijk Wetboek, inzonderheid op artikel 428ter, § 4, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 2 mei 1996 en gewijzigd bij het koninklijk besluit van 27 maart 1998;

Gelet op de wet van 15 mei 1998 houdende bekrachtiging van het koninklijk besluit van 2 mei 1996 tot omzetting van de Richtlijn 89/48/EEG van de Raad van 21 december 1988 betreffende een algemeen stelsel van erkenning van hoger-onderwijsdiploma's waarmee beroepsopleidingen van ten minste drie jaar worden afgesloten, aangevuld bij de Richtlijn 92/51 van de Raad van 18 juni 1992 wat het beroep van advocaat betreft en van het koninklijk besluit van 27 maart 1998 tot wijziging van de artikelen 428bis tot 428decies van het Gerechtelijk Wetboek ingevoegd bij het koninklijk besluit van 2 mei 1996 tot omzetting van de Richtlijn 89/48/EEG van de Raad van 21 december 1988 betreffende een algemeen stelsel van erkenning van hoger-onderwijsdiploma's waarmee beroepsopleidingen van ten minste drie jaar worden afgesloten, aangevuld bij de Richtlijn 92/51 van de Raad van 18 juni 1992 wat het beroep van advocaat betreft;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, eerste lid, gewijzigd bij de wetten van 9 augustus 1980, 16 juni 1989, 4 juli 1989 en 4 augustus 1996;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat de Europese Commissie opmerkingen heeft geformuleerd omtrent de overeenstemming van het koninklijk besluit van 2 mei 1996 met de Richtlijn 89/48/EEG;

Overwegende dat artikel 428ter, § 4, van het Gerechtelijk Wetboek is gewijzigd bij het koninklijk besluit van 27 maart 1998 teneinde tegemoet te komen aan de opmerkingen geformuleerd door de Europese Commissie;

Overwegende dat de aldus gewijzigde bepalingen van het Gerechtelijk Wetboek dringend moeten worden uitgevoerd, Besluit :

Artikel 1.Het inschrijvingsgeld bedoeld in artikel 428ter, § 4, van het Gerechtelijk Wetboek, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 2 mei 1996 en gewijzigd bij het koninklijk besluit van 27 maart 1998, en dat de gegadigde aan de Nationale Orde van Advocaten moet storten bij de indiening van zijn verzoek, wordt vastgesteld op 15 000 BF.

Art. 2.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 12 mei 1998.

Brussel, 1 december 1998.

De Minister van Justitie, T. VAN PARYS

^