gepubliceerd op 17 augustus 2002
Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 16 maart 2001 houdende vaststelling van de luchthavenvergoedingen voor de luchthaven Antwerpen
1 AUGUSTUS 2002. - Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 16 maart 2001 houdende vaststelling van de luchthavenvergoedingen voor de luchthaven Antwerpen
De Vlaamse minister van Mobiliteit, Openbare Werken en Energie, Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, inzonderheid op artikel 6, § 1, X, 7°;
Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 8 juni 1994 betreffende het financiële en materiële beheer van de diensten met afzonderlijk beheer luchthaven Antwerpen en luchthaven Oostende, inzonderheid op artikel 22;
Gelet op het ministerieel besluit van 16 maart 2001 houdende vaststelling van de luchthavenvergoedingen voor de luchthaven Antwerpen;
Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 3 juli 2002 tot bepaling van de bevoegdheden van de leden van de Vlaamse regering;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid;
Overwegende dat de vergoedingen die van kracht zijn voor het gebruik van de luchthaven Antwerpen aangepast moeten worden om haar financiële situatie te verbeteren en om de milieuhinder te beperken die veroorzaakt wordt door de kleine luchtvaart, Besluit :
Artikel 1.Artikel 3 van het ministerieel besluit van 16 maart 2001 houdende vaststelling van de luchthavenvergoedingen voor de luchthaven Antwerpen wordt vervangen door wat volgt : «
Art. 3.Trainingcards, uitsluitend geldig op de luchthaven van afgifte, kunnen verkregen worden voor luchtvaartuigen van de opleidingscentra, gevestigd op de luchthaven van Antwerpen, onder de volgende voorwaarden : 1° luchtvaartuigen tot 2 ton krijgen een trainingcard voor een bedrag van 625 euro per jaar;2° de trainingcard is geldig voor maximaal 500 bewegingen per toestel per jaar;3° het niet-gebruikte gedeelte van de trainingcard is niet terugbetaalbaar;4° de trainingcard is niet overdraagbaar.»
Art. 2.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2003.
Brussel, 1 augustus 2002.
S. STEVAERT