gepubliceerd op 28 april 2014
Ministerieel besluit houdende vaststelling van de beheersmodaliteiten van het Begrotingsfonds Kruispuntbank van Ondernemingen
1 APRIL 2014. - Ministerieel besluit houdende vaststelling van de beheersmodaliteiten van het Begrotingsfonds Kruispuntbank van Ondernemingen
De Minister van Economie, Gelet op het Wetboek van economisch recht, III.48, § 4;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 22 maart 2010;
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, gegeven op 17 januari 2014;
Gelet op advies 55.221/1 van de Raad van State, gegeven op 28 februari 2014, met toepassing van het artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, Besluit :
Artikel 1.Het Begrotingsfonds Kruispuntbank van Ondernemingen wordt bestuurd door een Beheerscomité.
Art. 2.Het Comité beschikt over alle noodzakelijke bevoegdheden voor de uitvoering van de opdrachten van het Fonds en staat in voor de degelijke werking ervan.
Art. 3.Het Comité bestaat uit de volgende effectieve leden : 1° de Voorzitter van de FOD Economie, K.M.O., Middenstand en Energie; 2° de directeur van de stafdienst ICT;3° de directeur van de stafdienst Budget en Beheerscontrole;4° de leidende ambtenaar van de beheersdienst van de Kruispuntbank van Ondernemingen. Het wordt voorgezeten door de Voorzitter van de FOD Economie, K.M.O., Middenstand en Energie.
Art. 4.Voor elk effectief lid wordt er een plaatsvervangend lid aangewezen.
Art. 5.Het Comité kan, indien het dit nuttig acht, vertegenwoordigers van andere overheden, besturen of diensten uitnodigen.
De Inspecteur van Financiën, geaccrediteerd bij de bevoegde minister, wordt uitgenodigd op elke vergadering van het Fonds. Hij neemt eraan deel met raadgevende stem.
Art. 6.De beheersdienst van de Kruispuntbank van Ondernemingen staat in voor het dagelijks beheer en voor het secretariaat van het Fonds.
Art. 7.Het Comité vergadert ten minste eenmaal per jaar en geeft aan de Minister bevoegd voor Economie, een jaarlijks verslag door met betrekking tot de werking van het Fonds en de aanwending van de middelen toegewezen aan het Fonds.
Art. 8.Het Comité stelt zijn huishoudelijk reglement op.
Art. 9.De mandaten worden niet bezoldigd.
Art. 10.Dit besluit treedt in werking op 9 mei 2014.
Brussel, 1 april 2014.
J. VANDE LANOTTE