MINISTERIE VAN JUSTITIE

Rechterlijke Orde Bij koninklijk besluit van 14 februari 2001 is de aanwijzing van de heer Zegers, M., substituut-procureur des Konings bij de rechtbank van eerste aanleg te Tongeren, tot de functie van eerste substituut-procureur des Konings bij deze rechtbank, hernieuwd voor een termijn van drie jaar met ingang van 1 juni 2001.

Bij koninklijk besluit van 4 maart 2001 is de aanwijzing van de heer Verhoeven, J., substituut-procureur des Konings bij de rechtbank van eerste aanleg te Brussel, tot de functie van eerste substituut-procureur des Konings bij deze rechtbank, hernieuwd voor een termijn van drie jaar met ingang van 1 juni 2001.

Bij koninklijk besluit van 6 maart 2001 is de aanwijzing van de heer Hamaide, J.-Cl., substituut-procureur des Konings bij de rechtbank van eerste aanleg te Charleroi, tot de functie van eerste substituut-procureur des Konings bij deze rechtbank, hernieuwd voor een termijn van drie jaar met ingang van 1 juni 2001.

Bij koninklijk besluit van 4 april 2001 is de aanwijzing Mevr.

François A., rechter in de rechtbank van eerste aanleg te Oudenaarde, tot de functie van onderzoeksrechter in deze rechtbank, hernieuwd voor een termijn van twee jaar met ingang van 1 juni 2001.

Bij koninklijk besluit van 19 april 2001 is de vrijstelling als voorzien in artikel 306 van het Gerechtelijk Wetboek verleend aan Mevr. Konsek, T., beslagrechter in de rechtbank van eerste aanleg te Eupen.