gepubliceerd op 20 augustus 1998
Rechterlijke Orde Bij koninklijk besluit van 13 januari 1998, dat in werking treedt op 31 augustus 1998, is de heer Cerckel, Ph., kamervoorzitter in het hof van beroep te Brussel, op zijn verzoek, in ruste gesteld. Hij kan zijn aanspraak op Bij koninklijk besluit van 1 maart 1998, dat in werking treedt op 26 augustus 1998, is de heer (...)
MINISTERIE VAN JUSTITIE
Rechterlijke Orde Bij koninklijk besluit van 13 januari 1998, dat in werking treedt op 31 augustus 1998, is de heer Cerckel, Ph., kamervoorzitter in het hof van beroep te Brussel, op zijn verzoek, in ruste gesteld.
Hij kan zijn aanspraak op pensioen laten gelden en het is hem vergund de titel van zijn ambt eershalve te voeren.
Bij koninklijk besluit van 1 maart 1998, dat in werking treedt op 26 augustus 1998, is de heer Longrée, J., procureur des Konings bij de rechtbank van eerste aanleg te Verviers, in ruste gesteld.
Hij heeft aanspraak op het emeritaat.
Het is hem vergund de titel van zijn ambt eershalve te voeren.
Bij koninklijk besluit van 11 maart 1998, dat in werking treedt op 31 augustus 1998, is de heer Vertessen, E., raadsheer in het hof van beroep te Antwerpen, op zijn verzoek, in ruste gesteld.
Hij kan zijn aanspraak op pensioen laten gelden en het is hem vergund de titel van zijn ambt eershalve te voeren.
Bij koninklijk besluit van 23 april 1998 is de heer Pas, H., kamervoorzitter in het arbeidshof te Antwerpen, in ruste gesteld op datum van 31 augustus 1998.
Hij kan zijn aanspraak op pensioen laten gelden en het is hem vergund de titel van zijn ambt eershalve te voeren.
Hij wordt, op zijn verzoek, gemachtigd om zijn ambt uit te oefenen totdat er voorzien is in de plaats die is opengevallen in zijn rechtscollege en ten laatste tot 28 februari 1999.
Bij koninklijk besluit van 23 april 1998 is de heer Heylen, P., raadsheer in het arbeidshof te Antwerpen, in ruste gesteld op datum van 31 augustus 1998.
Hij kan zijn aanspraak op pensioen laten gelden en het is hem vergund de titel van zijn ambt eershalve te voeren.
Hij wordt, op zijn verzoek, gemachtigd om zijn ambt uit te oefenen totdat er voorzien is in de plaats die is opengevallen in zijn rechtscollege en ten laatste tot 28 februari 1999.
Bij koninklijk besluit van 1 maart 1998, in werking tredend op 4 september 1998, is Mevr. Magerat, L., hoofdgriffier van de rechtbank van eerste aanleg te Neufchâteau, in ruste gesteld.
Betrokkene mag haar aanspraak op pensioen laten gelden en het is haar vergund de titel van haar ambt eershalve te voeren.
Bij koninklijke besluiten van 10 augustus 1998 zijn benoemd tot : - hoofdgriffier bij de rechtbank van eerste aanleg te Neufchâteau, de heer Ansay, C., griffier bij deze rechtbank, met ingang van 4 september 1998; - griffier bij de rechtbank van eerste aanleg te Luik, Mevr.
Francoeur, D., adjunct-griffier bij deze rechtbank; - griffier bij de rechtbank van eerste aanleg te Charleroi, de heer Canivet, J.N., eerstaanwezend adjunct-griffier bij deze rechtbank; - adjunct-griffier bij de arbeidsrechtbanken te Namen en te Dinant, Mevr. Petit, B., adjunct-griffier bij de rechtbank van koophandel te Namen.
Bij koninklijk besluit van 10 augustus 1998 is voorlopig benoemd tot adjunct-secretaris bij het parket van de procureur des Konings bij de rechtbank van eerste aanleg te Charleroi, Mevr. Canivez, D., jurist op arbeidsovereenkomst bij het parket van de procureur des Konings bij de rechtbank van eerste aanleg te Brussel.