Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 31 augustus 2014
gepubliceerd op 09 september 2014

Koninklijk besluit tot bepaling van de uitgiftevoorschriften van de door de Nationale Loterij georganiseerde openbare loterijen met biljetten, respectievelijk genaamd « Presto 2 euro » en « Presto 5 euro », en tot wijziging van het koninklijk besluit van 12 september 2011 tot bepaling van de uitgiftevoorschriften van de door de Nationale Loterij georganiseerde openbare loterijen met biljetten, respectievelijk genaamd « Presto 1 euro », « Presto 3 euro », « Presto 5 euro », « Subito 1 euro », « Subito 3 euro » en « Subito 5 euro »

bron
federale overheidsdienst financien
numac
2014003340
pub.
09/09/2014
prom.
31/08/2014
ELI
eli/besluit/2014/08/31/2014003340/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

31 AUGUSTUS 2014. - Koninklijk besluit tot bepaling van de uitgiftevoorschriften van de door de Nationale Loterij georganiseerde openbare loterijen met biljetten, respectievelijk genaamd « Presto 2 euro » en « Presto 5 euro », en tot wijziging van het koninklijk besluit van 12 september 2011Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 12/09/2011 pub. 29/09/2011 numac 2011003303 bron federale overheidsdienst financien Koninklijk besluit tot bepaling van de uitgiftevoorschriften van de door de Nationale Loterij georganiseerde openbare loterijen met biljetten, respectievelijk genaamd « Presto 1 euro », « Presto 3 euro », « Presto 5 euro », « Subito 1 euro », « Subito 3 euro » en « Subito 5 euro » sluiten tot bepaling van de uitgiftevoorschriften van de door de Nationale Loterij georganiseerde openbare loterijen met biljetten, respectievelijk genaamd « Presto 1 euro », « Presto 3 euro », « Presto 5 euro », « Subito 1 euro », « Subito 3 euro » en « Subito 5 euro »


FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 19 april 2002Relevante gevonden documenten type wet prom. 19/04/2002 pub. 04/05/2002 numac 2002014105 bron ministerie van verkeer en infrastructuur Wet tot rationalisering van de werking en het beheer van de Nationale Loterij sluiten tot rationalisering van de werking en het beheer van de Nationale Loterij, artikel 3, § 1, eerste lid, gewijzigd bij de Programmawet I van 24 december 2002 en de wet van 10 januari 2010, en artikel 6, § 1, 1°, gewijzigd bij de Programmawet I van 24 december 2002;

Gelet op het koninklijk besluit van 12 september 2011Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 12/09/2011 pub. 29/09/2011 numac 2011003303 bron federale overheidsdienst financien Koninklijk besluit tot bepaling van de uitgiftevoorschriften van de door de Nationale Loterij georganiseerde openbare loterijen met biljetten, respectievelijk genaamd « Presto 1 euro », « Presto 3 euro », « Presto 5 euro », « Subito 1 euro », « Subito 3 euro » en « Subito 5 euro » sluiten tot bepaling van de uitgiftevoorschriften van de door de Nationale Loterij georganiseerde openbare loterijen met biljetten, respectievelijk genaamd "Presto 1 euro », « Presto 3 euro », « Presto 5 euro », « Subito 1 euro », « Subito 3 euro » en « Subito 5 euro »;

Overwegende dat het Comité Verantwoord Spel, bedoeld in artikel 7 van het beheerscontract gesloten tussen de Belgische Staat en de Nationale Loterij op 20 juli 2010 en goedgekeurd bij koninklijk besluit van 30 juli 2010Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 30/07/2010 pub. 03/09/2010 numac 2010003399 bron federale overheidsdienst financien Koninklijk besluit tot wijziging van diverse reglementaire bepalingen die gelden voor de door de Nationale Loterij georganiseerde openbare loterijen met biljetten, « Presto », « 21 », « Subito », « Bingo », « Astro », « Kop of Munt », « Presto XL », « Presto XXL », « Subito XL », « Subito XXL », « Quick Cash », « De Kat », « Super Monopoly » en « Magic Numbers » genaamd type koninklijk besluit prom. 30/07/2010 pub. 16/09/2010 numac 2010203709 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 juni 2009, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden van de non-ferro metalen, betreffende het tijdskrediet type koninklijk besluit prom. 30/07/2010 pub. 09/09/2010 numac 2010203753 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 juni 2009, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden in de non-ferro metalen, betreffende het koopkrachtmenu type koninklijk besluit prom. 30/07/2010 pub. 16/08/2010 numac 2010203914 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 77septies van 2 juni 2010, gesloten in de Nationale Arbeidsraad, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 77bis van 19 december 2001 tot vervanging van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 77 van 14 februari 2001 tot invoering van een stelsel van tijdskrediet, loopbaanvermindering en vermindering van de arbeidsprestaties tot een halftijdse betrekking type koninklijk besluit prom. 30/07/2010 pub. 16/09/2010 numac 2010203707 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 2 september 2009, gesloten in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid, tot aanpassing van de collectieve arbeidsovereenkomst van 29 juni 2009 betreffende de loon- en arbeidsvoorwaarden van de arbeiders tewerkgesteld in de groentenijverheid type koninklijk besluit prom. 30/07/2010 pub. 07/10/2010 numac 2010012238 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 juni 2009, gesloten in het Paritair Subcomité voor het bedrijf der grind- en zandgroeven welke in openlucht geëxploiteerd worden in de provincies Antwerpen, West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen, Limburg en Vlaams-Brabant, betreffende de arbeidsvoorwaarden in de grind- en zandexploitaties, de witzandexploitaties uitgezonderd type koninklijk besluit prom. 30/07/2010 pub. 12/10/2010 numac 2010203751 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 juni 2009, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden in de non-ferro metalen, betreffende het brugpensioen sluiten, een gunstig advies heeft gegeven op 30 juni 2014;

Gelet op het advies 56.501/2/V van de Raad van State, gegeven op 23 juli 2014, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Minister van Financiën, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : HOOFDSTUK I. - Bepalingen betreffende de « Presto 2 euro »

Artikel 1.Dit hoofdstuk is van toepassing op de door de Nationale Loterij uitgegeven loterij met biljetten, genaamd « Presto 2 euro ». « Presto 2 euro » is een loterij met biljetten waarvan de loten uitsluitend zonder enige trekking worden toegewezen door de vermelding op het biljet zelf, volgens een door het toeval bepaalde verdeling, dat een lot al of niet wordt gewonnen. De vermelding in kwestie zit verborgen onder een af te krassen ondoorzichtige deklaag.

Art. 2.Het aantal biljetten van elke uitgifte wordt door de Nationale Loterij vastgesteld hetzij op 750.000, hetzij op veelvouden van 750.000.

De verkoopprijs van een biljet is vastgelegd op 2 euro.

Het aantal uitgiften wordt vastgesteld door de Nationale Loterij.

Art. 3.Voor iedere hoeveelheid van 750.000 uitgegeven biljetten wordt het aantal loten vastgelegd op 176.611, die worden verdeeld volgens onderstaande tabel :

Aantal loten - Nombre de lots

Bedrag van de loten (euro) - Montant des lots (euro)

Totale bedrag van de loten (euro) - Montant total des lots (euro)

1 winstkans op - 1 chance de gain sur

1

50.000

50.000

750.000

10

2.500

25.000

75.000

100

100

10.000

7.500

500

40

20.000

1.500

7.500

20

150.000

100

13.000

10

130.000

57,69

17.000

8

136.000

44,12

58.500

4

234.000

12,82

80.000

2

160.000

9,38

TOTAAL TOTAL 176.611

TOTAAL TOTAL915.000

TOTAAL TOTAAL 4,25


Art. 4.Ieder biljet bevat op de voorkant 2 verschillende en duidelijk afgebakende spelen welke respectievelijk worden genoemd : « SPEL-JEU-SPIEL 1 » en « SPEL-JEU-SPIEL 2 ». Deze vermelding staat ofwel op zichtbare wijze in de nabijheid van het betrokken spel, ofwel op de ondoorzichtige deklaag die het betrokken spel geheel of gedeeltelijk bedekt.

Art. 5.Spel 1 omvat een duidelijk afgebakende, met een af te krassen, ondoorzichtige deklaag bedekte speelzone. Op die deklaag kan er, naar keuze van de Nationale Loterij, louter ter illustratie of ter informatie, een afbeelding, een foto, een tekening, een grafische voorstelling, een letter, een cijfer of om het even welke andere vermelding staan welke de Nationale Loterij nuttig acht.

Na het afkrassen door de speler van de ondoorzichtige deklaag die de speelzone bedoeld in het eerste lid bedekt, verschijnt het volgende : 1° ofwel een in Arabische cijfers uitgedrukt afwisselend lotenbedrag, voorafgegaan door het symbool « € », en gekozen uit de in artikel 3 bedoelde loten, wanneer spel 1 winnend is.In dat geval stemt het toegewezen lot overeen met het bedrag in kwestie; 2° ofwel de vermelding « €0 », « €00 », « €000 », « 0€ », « 00€ », « 000€ », « ZERO » of « NUL » wanneer spel 1 niet-winnend is.

Art. 6.Spel 2 omvat een duidelijk afgebakende, met een af te krassen, ondoorzichtige deklaag bedekte speelzone. Op die deklaag kan er, naar keuze van de Nationale Loterij, louter ter illustratie of ter informatie, een afbeelding, een foto, een tekening, een grafische voorstelling, een letter, een cijfer of om het even welke andere vermelding staan welke de Nationale Loterij nuttig acht.

Nadat de speler de ondoorzichtige deklaag, die de speelzone bedoeld in het eerste lid bedekt, heeft afgekrast, verschijnt er een variabel spelsymbool waarvan de grafische voorstelling wordt bepaald door de Nationale Loterij.

Spel 2 : 1° kent een lot toe van ofwel 8 euro als het spelsymbool bedoeld in artikel 2 een « bundel bankbiljetten » voorstelt, ofwel van 20 euro wanneer het spelsymbool bedoeld in het tweede lid een « goudstaaf » voorstelt.In de nabijheid van de speelzone is een legende afgedrukt die deze twee winnende spelsymbolen voorstelt met de lotenbedragen die zij toekennen. 2° is niet-winnend wanneer het spelsymbool bedoeld in het tweede lid niet overeenstemt met één van de twee winnende spelsymbolen bedoeld in 1°.

Art. 7.Wanneer een biljet winnend is, kennen enkel spel 1 of spel 2 een lot toe. HOOFDSTUK II. - Bepalingen betreffende de « Presto 5 euro »

Art. 8.Dit hoofdstuk is van toepassing op de door de Nationale Loterij uitgegeven loterij met biljetten, genaamd « Presto 5 euro ». « Presto 5 euro » is een loterij met biljetten waarvan de loten uitsluitend zonder enige trekking worden toegewezen door de vermelding op het biljet zelf, volgens een door het toeval bepaalde verdeling, dat een lot al of niet wordt gewonnen. De vermelding in kwestie zit verborgen onder een af te krassen ondoorzichtige deklaag.

Art. 9.Het aantal biljetten van elke uitgifte wordt door de Nationale Loterij vastgesteld hetzij op 750.000, hetzij op veelvouden van 750.000.

De verkoopprijs van een biljet is vastgelegd op 5 euro.

Het aantal uitgiften wordt vastgesteld door de Nationale Loterij.

Art. 10.Voor iedere hoeveelheid van 750.000 uitgegeven biljetten wordt het aantal loten vastgelegd op 214.066, die worden verdeeld volgens onderstaande tabel :

Aantal loten - Nombre de lots

Bedrag van de loten (euro) - Montant des lots (euro)

Totale bedrag van de loten (euro) - Montant total des lots (euro)

1 winstkans op - 1 chance de gain sur

1

250.000

250.000

750.000

5

10.000

50.000

150.000

10

2.500

25.000

75.000

50

250

12.500

15.000

4.500

50

225.000

166,67

12.500

25

312.500

60

4.000

20

80.000

187,50

25.000

15

375.000

30

60.000

10

600.000

12,50

108.000

5

540.000

6,94

TOTAAL TOTAL 214.066

TOTAAL TOTAL2.470.000

TOTAAL TOTAAL 3,50


Art. 11.Ieder biljet bevat op de voorkant 4 verschillende en duidelijk afgebakende spelen welke respectievelijk worden genoemd : « SPEL-JEU-SPIEL 1 », « SPEL-JEU-SPIEL 2 », « SPEL-JEU-SPIEL 3 » en « SPEL-JEU-SPIEL 4 ». Deze vermelding staat ofwel op zichtbare wijze in de nabijheid van het betrokken spel, ofwel op de ondoorzichtige deklaag die het betrokken spel geheel of gedeeltelijk bedekt.

Art. 12.Spel 1 omvat een duidelijk afgebakende, met een af te krassen, ondoorzichtige deklaag bedekte speelzone. Op die deklaag kan er, louter ter illustratie of ter informatie, een afbeelding, een foto, een tekening, een grafische voorstelling, een letter, een cijfer of om het even welke andere vermelding staan die bestemd is om de speelzone aan te duiden.

Na het afkrassen van de ondoorzichtige deklaag bedoeld in het eerste lid, verschijnt : 1° ofwel een in Arabische cijfers uitgedrukt afwisselend lotenbedrag, voorafgegaan door het symbool « € », en gekozen uit de in artikel 10 bedoelde loten, wanneer spel 1 winnend is.In dat geval stemt het toegewezen lot overeen met het bedrag in kwestie; 2° ofwel de vermelding « €0 », « €00 », « €000 », « 0€ », « 00€ », « 000€ », « ZERO » of « NUL » wanneer spel 1 niet-winnend is.

Art. 13.Spel 2 omvat een duidelijk afgebakende, met een af te krassen, ondoorzichtige deklaag bedekte speelzone. Op die deklaag kan er, naar keuze van de Nationale Loterij, louter ter illustratie of ter informatie, een afbeelding, een foto, een tekening, een grafische voorstelling, een letter, een cijfer of om het even welke andere vermelding staan welke de Nationale Loterij nuttig acht.

Nadat de speler de ondoorzichtige deklaag, die de speelzone bedoeld in het eerste lid bedekt, heeft afgekrast, verschijnt er een variabel spelsymbool waarvan de grafische voorstelling wordt bepaald door de Nationale Loterij.

Spel 2 : 1° kent een lot toe van ofwel 15 euro wanneer het spelsymbool bedoeld in het tweede lid een « bundel bankbiljetten » voorstelt, ofwel 25 euro wanneer het spelsymbool bedoeld in het tweede lid een « goudstaaf » voorstelt, ofwel 50 euro wanneer het spelsymbool bedoeld in het tweede lid een « diamant » voorstelt.In de nabijheid van de speelzone is een legende afgedrukt die deze drie winnende spelsymbolen voorstelt met de lotenbedragen die zij toekennen. 2° is niet-winnend wanneer het spelsymbool bedoeld in het tweede lid niet overeenstemt met één van de drie winnende spelsymbolen bedoeld in 1°.

Art. 14.Spel 3 omvat een speelruimte die bestaat uit twee duidelijk afgebakende en met een ondoorzichtige deklaag bedekte speelzones.

Op de ondoorzichtige deklaag van de eerste speelzone staat de vermelding « UW SLEUTEL-VOTRE CLE-IHR SCHLÜSSEL ».

Op de ondoorzichtige deklaag van de tweede speelzone staat de vermelding « WINNENDE SLEUTELS- CLES GAGNANTES - GEWINNENDE SCHLÜSSEL ».

Op de ondoorzichtige deklaag die de in het tweede en het derde lid bedoelde speelzones bedekt, kan er bovendien, naar keuze van de Nationale Loterij en uitsluitend ter illustratie of ter informatie, een afbeelding, een foto, een tekening, een grafische voorstelling of om het even welke andere door de Nationale Loterij nuttig geachte vermelding staan.

De speler krast de volgende ondoorzichtige deklagen af : 1° degene welke de in het tweede lid bedoelde speelzone bedekt, waarna een spelsymbool dat een sleutel voorstelt, en eventueel de vermelding « UW SLEUTEL-VOTRE CLE-IHR SCHLÜSSEL » verschijnt;2° degene die de in het derde lid bedoelde speelzone bedekt, waarna het volgende verschijnt : a) eventueel de vermelding « WINNENDE SLEUTELS-CLES GAGNANTES-GEWINNENDE SCHLÜSSEL »;b) twee spelsymbolen, welke telkens de afbeelding van een verschillende sleutel voorstellen, waaronder een in Arabische cijfers uitgedrukt lotenbedrag is vermeld, voorafgegaan door het symbool « € », en uitgekozen onder de in artikel 10 bedoelde loten. Spel 3 is een winnend spel wanneer het in het vijfde lid, 1°, bedoelde spelsymbool identiek is aan één van de twee spelsymbolen bedoeld in het vijfde lid, 2°, b). In dat geval stemt het toegewezen lot overeen met het bedrag dat wordt vermeld onder het spelsymbool waarop de overeenstemming betrekking heeft.

Spel 3 is altijd een niet-winnend spel wanneer het niet het specifieke kenmerk vertoont dat wordt bedoeld in het zesde lid.

Art. 15.Spel 4 omvat een duidelijk afgebakende en met een ondoorzichtige deklaag bedekte speelzone. Op die ondoorzichtige deklaag kan er, naar keuze van de Nationale Loterij en uitsluitend ter illustratie of ter informatie, een afbeelding, een foto, een tekening, een grafische voorstelling of om het even welke andere door de Nationale Loterij nuttig geachte vermelding staan.

Nadat de speler de ondoorzichtige deklaag heeft afgekrast die de in het eerste lid bedoelde speelzone bedekt, verschijnen er vijf spelsymbolen die geheel of gedeeltelijk kunnen wisselen, en die de afbeelding van een « hangslot » of een « beurs » voorstellen.

De volgende terminologie wordt afgesproken : 1° « winnend spelsymbool » : het symbool met de afbeelding van een beurs;2° « niet-winnend spelsymbool » : het symbool met de afbeelding van een hangslot. Spel 3 levert de volgende lotenbedragen op : 1° 5 euro, wanneer het winnend spelsymbool één keer voorkomt bij de vijf in het tweede lid bedoelde spelsymbolen;2° 20 euro, wanneer het winnend spelsymbool twee keer voorkomt bij de vijf in het tweede lid bedoelde spelsymbolen;3° 250 euro, wanneer het winnend spelsymbool drie keer voorkomt bij de vijf in het tweede lid bedoelde spelsymbolen; 4° 2.500 euro, wanneer het winnend spelsymbool vier keer voorkomt bij de vijf in het tweede lid bedoelde spelsymbolen; 5° 250.000 euro, wanneer de vijf in het tweede lid bedoelde spelsymbolen allemaal het winnend spelsymbool voorstellen.

In de nabijheid van de speelzone van spel 4 staat er op zichtbare wijze een legende waarin de vijf in het vierde lid bedoelde winstmogelijkheden worden opgelijst alsook het lotenbedrag dat door elk van die winstmogelijkheden wordt toegewezen.

Wanneer spel 4 winnend is kan het slechts één enkel lot toekennen. Het bedrag daarvan wordt bepaald door het hoogste aantal winnende spelsymbolen dat in die speelzone wordt aangetroffen.

Spel 4 is altijd een niet-winnend spel wanneer het geen enkele van de vijf in het vierde lid bedoelde gevallen bevat.

Art. 16.Een biljet waaraan een lotenbedrag wordt toegekend, kan één, twee of drie winnende spelen bevatten. In de twee laatstgenoemde gevallen worden de lotenbedragen samengeteld.

Wanneer er aan een biljet een lot wordt toegekend ter waarde van de volgende bedragen : 1° 5, 20, 50, 250, 2.500, 10.000 of 250.000 euro, dan bevat dat biljet uitsluitend één winnend spel; 2° 10 euro, dan bevat dat biljet ofwel één winnend spel dat dit bedrag toekent, ofwel twee winnende spelen die elk 5 euro toekennen;3° 15 euro, dan bevat dat biljet ofwel één winnend spel dat dit bedrag toekent, ofwel twee winnende spelen die respectievelijk 5 en 10 euro toekennen, ofwel drie winnende spelen die elk 5 euro toekennen;4° 25 euro, dan bevat dat biljet ofwel één winnend spel dat dit bedrag toekent, ofwel twee winnende spelen die respectievelijk 10 en 15 of 5 en 20 euro toekennen. HOOFDSTUK III. - Gemeenschappelijke bepalingen voor de « Presto »-biljetten van 2 en 5 euro

Art. 17.Dit hoofdstuk is van toepassing op de twee door dit besluit bedoelde loterijen met biljetten.

Art. 18.Op de voor- en/of op de achterkant van de biljetten kunnen de volgende vermeldingen staan, uitsluitend voor de controle en het administratieve beheer van die biljetten : 1° een reeks zichtbare cijfers;2° een reeks cijfers, bedekt met een ondoorzichtige deklaag;3° één of meer zichtbare of met een ondoorzichtige deklaag bedekte streepjescodes. Op de voor- en/of op de achterkant van de biljetten worden er cijfers en/of letters vermeld ter identificatie van de uitgifte waartoe deze biljetten behoren.

Art. 19.Onder de ondoorzichtige deklaag van de zones van de biljetten die met een dergelijke laag bedekt zijn, kunnen controlevermeldingen staan in elke door de Nationale Loterij nuttig geachte vorm. Wanneer er voor die controlevermeldingen gebruik wordt gemaakt van cijfers of letters, dan zijn die cijfers of letters van een ander type en een ander formaat dan de cijfers of letters die eventueel worden gebruikt als spelsymbolen of om lotenbedragen te bepalen. Met die controlevermeldingen wordt er geen enkel lot toegewezen.

Bij onverkochte biljetten heeft de Nationale Loterij als enige het recht om ter controle de ondoorzichtige deklaag van de in het eerste lid bedoelde zones af te krassen.

Art. 20.Teneinde te waarborgen dat de toewijzing van de loten zonder trekking uitsluitend wordt bepaald door het toeval, wordt elke vorm van stelselmatigheid vermeden bij het drukken van de vermeldingen die op deze loten betrekking hebben, en mogen de biljetten uiterlijk geen enkel verschil vertonen waarmee om het even welk element kan worden onthuld.

In afwijking van de bepalingen van het eerste lid kan er een procédé worden vastgelegd om te garanderen dat de biljetten, waaraan kleine lotenbedragen worden toegewezen, evenwichtig worden verdeeld over alle gedrukte biljetten. Met kleine lotenbedragen worden loten bedoeld waarvan het bedrag voor één lot niet hoger mag liggen dan 20 euro voor « Presto 2 euro » en 25 euro voor « Presto 5 euro ». De som van de kleine lotenbedragen die worden toegekend aan de biljetten die in eenzelfde cellofaanverpakking zitten, stemt overeen met een door de Nationale Loterij vastgesteld bedrag dat niet lager mag liggen dan 35 euro.

Art. 21.Vanaf de aankoop van de biljetten zijn de loten betaalbaar aan de houder tegen afgifte van de winnende biljetten, tot en met de laatste dag van een termijn van twaalf maanden, te rekenen vanaf de afsluitingsdatum van de verkoop van de uitgifte waartoe de biljetten behoren, onder de volgende voorwaarden : 1° onder voorbehoud van de bepalingen van het tweede lid zijn de loten betaalbaar in de fysieke verkooppunten van de Nationale Loterij gedurende een termijn van twee maanden, te rekenen vanaf de afsluitingsdatum van de verkoop van de uitgifte waartoe de biljetten behoren.Met de genoemde fysieke verkooppunten heeft de Nationale Loterij een overeenkomst gesloten waarin zij worden erkend als officiële verkopers van de spelen van de Nationale Loterij; 2° de loten zijn betaalbaar gedurende een termijn van tien extra maanden bovenop de in 1° bedoelde termijn, uitsluitend ten zetel van de Nationale Loterij of in haar regionale kantoren.De gegevens van die regionale kantoren staan op de website van de Nationale Loterij of kunnen bij haar worden verkregen.

De loten van 2.500, 10.000, 50.000 en 250.000 euro zijn uitsluitend betaalbaar ten zetel van de Nationale Loterij of, indien zij dat opportuun acht, in haar regionale kantoren.

Art. 22.Voor elke biljettenuitgifte worden de afsluitingsdatum van de verkoop en de daarmee samenhangende afsluitingsdatum van de uitbetaling van de loten bekendgemaakt door de Nationale Loterij met alle door haar nuttig geachte middelen.

Art. 23.De loten die niet binnen de in artikel 21 bedoelde termijn van twaalf maanden worden opgeëist, verblijven aan de Nationale Loterij.

Art. 24.Onder voorbehoud van het aantekenen van beroep bij een rechtbank, moeten klachten over de loten, op straffe van verval, binnen de in artikel 21 bedoelde termijn van twaalf maanden worden ingediend. Ze moeten ofwel aan de Nationale Loterij worden gericht via een aangetekende postzending, ofwel bij de Nationale Loterij worden afgegeven in ruil voor een ontvangstbewijs.

Elke klacht moet vergezeld gaan van het betrokken biljet. Op de keerzijde van dat biljet moet de deelnemer zijn naam, voornaam en adres vermelden. Wanneer een biljet, dat het voorwerp uitmaakt van een klacht, door de reclamant zelf wordt afgegeven ten zetel van de Nationale Loterij of in een regionaal kantoor van de Nationale Loterij, dan wordt er ten gunste van die reclamant een bewijs van afgifte opgesteld.

Art. 25.Het is minderjarigen verboden deel te nemen.

Art. 26.De Nationale Loterij erkent slechts één eigenaar van een winnend biljet, namelijk de houder ervan. De staving van de identiteit van de houder wordt evenwel geëist : 1° als er twijfel bestaat over de geldigheid van het biljet, als het besmeurd, gescheurd, onvolledig of herplakt is.In dat geval wordt het biljet door de Nationale Loterij ingehouden totdat ze een beslissing heeft genomen, en ontvangt de houder van het biljet een bewijs van afgifte; 2° als het vermoeden bestaat dat de houder van het biljet minderjarig is;3° als het vermoeden bestaat dat de houder het biljet op onrechtmatige wijze heeft verworven;4° als om het even welke wettelijke bepaling daarin voorziet.

Art. 27.Onder voorbehoud van het aantekenen van beroep bij een rechtbank wordt geen enkel bezwaar aanvaard bij diefstal, verlies of vernietiging van een biljet of van een ten gunste van de houder opgesteld bewijs van afgifte.

Elk bedrog dat wordt gepleegd om een lot uitgekeerd te krijgen, in het bijzonder elke valsheid in geschrifte of elk gebruik ervan, geeft aanleiding tot een klacht bij het parket.

Art. 28.De Nationale Loterij en de tussenpersonen van haar distributienet respecteren de anonimiteit van de deelnemers, behalve wanneer laatstgenoemden daaraan verzaken.

Art. 29.De biljetten kunnen nog de volgende vermeldingen bevatten : 1° uitleg, voorschriften en informatie bestemd voor de deelnemers;2° reclame ten gunste van de Nationale Loterij en, in ruil voor een financiële of andere compensatie, ten gunste van derden met wie de Nationale Loterij het commercieel opportuun acht om samen te werken teneinde haar activiteiten te promoten. HOOFDSTUK IV. - Wijzigings- en opheffingsbepalingen

Art. 30.Aan het koninklijk besluit van 12 september 2011Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 12/09/2011 pub. 29/09/2011 numac 2011003303 bron federale overheidsdienst financien Koninklijk besluit tot bepaling van de uitgiftevoorschriften van de door de Nationale Loterij georganiseerde openbare loterijen met biljetten, respectievelijk genaamd « Presto 1 euro », « Presto 3 euro », « Presto 5 euro », « Subito 1 euro », « Subito 3 euro » en « Subito 5 euro » sluiten tot bepaling van de uitgiftevoorschriften van de door de Nationale Loterij georganiseerde openbare loterijen met biljetten, respectievelijk genaamd "Presto 1 euro », « Presto 3 euro », « Presto 5 euro », « Subito 1 euro », « Subito 3 euro » en « Subito 5 euro » worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° de titel wordt alsvolgt vervangen : « Koninklijk besluit van 12 september 2011Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 12/09/2011 pub. 29/09/2011 numac 2011003303 bron federale overheidsdienst financien Koninklijk besluit tot bepaling van de uitgiftevoorschriften van de door de Nationale Loterij georganiseerde openbare loterijen met biljetten, respectievelijk genaamd « Presto 1 euro », « Presto 3 euro », « Presto 5 euro », « Subito 1 euro », « Subito 3 euro » en « Subito 5 euro » sluiten tot bepaling van de uitgiftevoorschriften van de door de Nationale Loterij georganiseerde openbare loterijen met biljetten, respectievelijk genaamd « Subito 1 euro », « Subito 3 euro » en « Subito 5 euro » »;2° de hoofdstukken I, II en III worden opgeheven.3° de titel van hoofdstuk VII wordt vervangen door hetgeen volgt : « Hoofdstuk VII - Algemene bepalingen » 4° in artikel 48 wordt het woord « zes » vervangen door het woord « drie »;5° in artikel 49, eerste lid, wordt 3° vervangen door hetgeen volgt : « 3° één of meer zichtbare of met een ondoorzichtige deklaag bedekte streepjescodes ». HOOFDSTUK V. - Overgangsbepaling

Art. 31.Bij wijze van overgangsregeling mogen de biljetten « Presto 1 euro », « Presto 3 euro » en de biljetten « Presto 5 euro » die uitgegeven werden voor de datum van inwerkingtreding van huidig besluit, verkocht worden tot 11 september 2014 en blijven zij onderworpen aan de regels die op hen van toepassing waren voor de datum van inwerkingtreding van huidig besluit. HOOFDSTUK VI. - Slotbepalingen

Art. 32.Dit besluit treedt in werking op 8 september 2014.

Art. 33.De minister bevoegd voor de Nationale Loterij is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 31 augustus 2014.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Financiën, K. GEENS

^