Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 28 november 2001
gepubliceerd op 22 februari 2002

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 4 oktober 1999, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid, tot wijziging en coördinatie van de collectieve arbeidsovereenkomst van 14 december 1998 inzake de sectorale omkadering voor het recht op beroepsloopbaanonderbreking

bron
ministerie van tewerkstelling en arbeid
numac
2001013174
pub.
22/02/2002
prom.
28/11/2001
ELI
eli/besluit/2001/11/28/2001013174/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

28 NOVEMBER 2001. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 4 oktober 1999, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid, tot wijziging en coördinatie van de collectieve arbeidsovereenkomst van 14 december 1998 inzake de sectorale omkadering voor het recht op beroepsloopbaanonderbreking (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid;

Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 4 oktober 1999, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid, tot wijziging en coördinatie van de collectieve arbeidsovereenkomst van 14 december 1998 inzake de sectorale omkadering voor het recht op beroepsloopbaanonderbreking.

Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 28 november 2001.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid Collectieve arbeidsovereenkomst van 4 oktober 1999 Wijziging en coördinatie van de collectieve arbeidsovereenkomst van 14 december 1998 inzake de sectorale omkadering voor het recht op beroepsloopbaanonderbreking (Overeenkomst geregistreerd op 20 december 1999 onder het nummer 53385/CO/209)

Artikel 1.De huidige collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de bedienden van de ondernemingen die onder de bevoegdheid vallen van het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid.

Art. 2.De collectieve arbeidsovereenkomst van 14 december 1998 inzake de sectorale omkadering voor het recht op beroepsloopbaanonderbreking wordt vanaf 1 juli 1999 als volgt gewijzigd en gecoördineerd.

Art. 3.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten voor een onbepaalde duur vanaf 1 juli 1999.

Zij kan worden opgezegd mits een opzegging van 6 maanden wordt betekend bij een aangetekend schrijven, gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid.

Tekst van de gewijzigde en gecoördineerde collectieve arbeidsovereenkomst :

Artikel 1.De huidige collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de bedienden van de ondernemingen die onder de bevoegdheid vallen van het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid.

Art. 2.Onverminderd de wettelijke en conventionele bepalingen, wordt het recht op loopbaanonderbreking, zoals gedefinieerd in het koninklijk besluit van 10 augustus 1998 tot instelling van een recht op loopbaanonderbreking, bepaald op 3 pct. van de bedienden, uitgedrukt in voltijds equivalenten. Het aantal bedienden dat gelijktijdig in loopbaanonderbreking is mag nochtans niet meer bedragen dan 8 pct. van het effectief aantal bedienden in de onderneming.

Art. 3.Voor de bedienden van minder dan 50 jaar wordt het recht op loopbaanonderbreking beperkt tot de voltijdse loopbaanonderbreking en de halftijdse loopbaanonderbreking. De halftijdse loopbaanonderbreking zal moeten opgenomen worden voor een periode van minstens 6 maanden.

Er wordt voorrang gegeven aan aanvragen tot loopbaanonderbreking van bedienden van 50 jaar en meer. Bedienden van 50 jaar en meer, die beroep doen op hun recht op deeltijdse loopbaanonderbreking, kunnen, binnen de wettelijke mogelijkheden, met de werkgever overeenkomen dat deze deeltijdse loopbaanonderbreking toegekend wordt tot de brugpensioen- of de pensioenleeftijd.

Art. 4.Ondernemingen, waarbij ondernemingsakkoord een recht bestaat of gecreëerd wordt op deeltijdse arbeid voor de bedienden, kunnen vrijgesteld worden van het recht op deeltijdse loopbaanonderbreking, op voorwaarde dat dit ondernemingsakkoord werd goedgekeurd door het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid.

Art. 5.Voor de berekening van de 3 pct. worden alle bedienden in aanmerking genomen die hun loopbaan volledig of gedeeltelijk onderbreken.

Art. 6.Deze bepalingen doen geen afbreuk aan de mogelijkheid loopbaanonderbreking in te roepen op basis van het koninklijk besluit van 10 augustus 1998 tot invoering van een recht op loopbaanonderbreking voor de bijstand of verzorging van een zwaar ziek gezins- of familielid, noch aan het koninklijk besluit van 29 oktober 1997 tot invoering van een recht op ouderschapsverlof in het kader van de beroepsloopbaanonderbreking, noch aan het koninklijk besluit van 22 maart 1995 inzake het recht op loopbaanonderbreking voor palliatieve zorgen.

Art. 7.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten voor een onbepaalde duur vanaf 1 juli 1999.

Zij kan worden opgezegd mits een opzegging van 6 maanden wordt betekend bij een aangetekend schrijven, gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 28 november 2001.

De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX

^