Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 27 maart 2003
gepubliceerd op 25 april 2003

Koninklijk besluit tot wijziging van diverse koninklijke besluiten betreffende het statuut van de onderofficieren van het actief kader

bron
ministerie van landsverdediging
numac
2003007111
pub.
25/04/2003
prom.
27/03/2003
ELI
eli/besluit/2003/03/27/2003007111/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

27 MAART 2003. - Koninklijk besluit tot wijziging van diverse koninklijke besluiten betreffende het statuut van de onderofficieren van het actief kader


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 27 december 1961 betreffende het statuut van de onderofficieren van het actief kader van de krijgsmacht, inzonderheid op de artikelen 39, gewijzigd bij de wetten van 20 mei 1994 en 22 maart 2001, en 39bis , ingevoegd bij de wet van 20 mei 1994 en gewijzigd bij de wet van 22 maart 2001;

Gelet op de wet van 22 maart 2001 tot wijziging van sommige bepalingen betreffende de statuten van het militair personeel, inzonderheid op artikel 168;

Gelet op het koninklijk besluit van 25 oktober 1963 betreffende het statuut van de onderofficieren van het actief kader der land-, lucht- en zeemacht en van de medische dienst, inzonderheid op de artikelen 2, heringevoegd door het koninklijk besluit van 13 december 1995, 3, heringevoegd door het koninklijk besluit van 13 december 1995 en gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 30 januari 1998 en van 13 januari 2003, 4, heringevoegd door het koninklijk besluit van 13 december 1995 en gewijzigd bij het koninklijk besluit van 13 januari 2003, 6, 7, 8, 9, 10, heringevoegd door het koninklijk besluit van 13 december 1995, 14, 15, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 20 september 1966, 27 mei 1975, 9 februari 1988 en van 13 januari 2003, 16, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 16 december 1999 en van 13 januari 2003, 17, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 27 mei 1975 en van 13 januari 2003, 23, 26, vervangen bij het koninklijk besluit van 28 maart 1997, en 34, vervangen bij het koninklijk besluit van 28 maart 1997;

Gelet op het koninklijk besluit van 29 juli 1997 tot uitvoering van de wet van 25 mei 2000 tot instelling van de vrijwillige arbeidsregeling van de vierdagenweek en de regeling van de halftijdse vervroegde uitstap voor sommige militairen en tot wijziging van het statuut van de militairen met het oog op de instelling van de tijdelijke ambtsontheffing wegens loopbaanonderbreking, inzonderheid op artikel 11, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 8 maart 2001;

Gelet op het koninklijk besluit van 21 december 2001 tot bepaling van de algemene structuur van het Ministerie van Landsverdediging en tot vastlegging van de bevoegdheden van bepaalde autoriteiten, inzonderheid op de artikelen 44 en 45,§ 1;

Gelet op het protocol van het Onderhandelingscomité van het militair personeel van de krijgsmacht, afgesloten op 5 december 2002;

Gelet op het advies nr. 34.820/4 van de Raad van State, gegeven op 5 maart 2003;

Op de voordracht van Onze Minister van Landsverdediging, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Het opschrift van het koninklijk besluit van 25 oktober 1963 betreffende het statuut van de onderofficieren van het actief kader der land-, lucht- en zeemacht en van de medische dienst, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 22 februari 1977, wordt vervangen als volgt : « Koninklijk besluit betreffende het statuut van de onderofficieren van het actief kader van de krijgsmacht ».

Overal in de Franse tekst van hetzelfde besluit moeten de woorden « Ministre de la Défense nationale » worden vervangen door de woorden « Ministre de la Défense ».

Art. 2.Het opschrift van het hoofdstuk I van de titel I, van hetzelfde besluit, heringevoegd door het koninklijk besluit van 13 december 1995, wordt vervangen als volgt : « HOOFDSTUK I. - De bevordering tot de graden van hoofdonderofficieren ».

Art. 3.In artikel 2 van hetzelfde besluit, heringevoegd door het koninklijk besluit van 13 december 1995, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° de woorden « graad van adjudant-majoor » worden vervangen door de woorden « graden van hoofdonderofficieren »;2° de bepaling onder 1° wordt vervangen als volgt : « 1° de vaststelling van de in te stellen comités door de chef defensie, op voordracht van de directeur-generaal human resources;»; 3° in 2° worden de woorden « chef van de generale staf » vervangen door de woorden « chef defensie »;4° in 4° worden de woorden « stafchef van zijn krijgsmachtdeel » vervangen door de woorden « directeur-generaal human resources »;5° in 5° worden de woorden « chef van de generale staf » vervangen door de woorden « chef defensie ».

Art. 4.In artikel 3 van hetzelfde besluit, heringevoegd door het koninklijk besluit van 13 december 1995 en gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 30 januari 1998 en van 13 januari 2003, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in § 1, tweede lid, worden de woorden « adjudant-majoors in werkelijke dienst » vervangen door de woorden « hoofdonderofficieren in werkelijke dienst van dezelfde graad, en in voorkomend geval van een hogere graad dan die waarvoor de kandidaat ingeschreven is »;2° paragraaf 2 wordt vervangen als volgt : « § 2.De directeur generaal human resources of de door hem aangewezen overheid, is voorzitter van de comités. »; 3° paragraaf 3, eerste lid, wordt vervangen als volgt : « De directeur generaal human resources wijst als secretaris van de comités een aan de directie generaal human resources verbonden officier aan.Deze officier heet adviserende stem. »; 4° in § 3, derde lid, worden de woorden « De adjudant-majoors » vervangen door de woorden « De hoofdonderofficieren die lid zijn van het bevorderingscomité »;5° in § 3, vierde lid, worden de woorden « adjudant-majoors » vervangen door de woorden « hoofdonderofficieren ».

Art. 5.In artikel 4, eerste lid, van hetzelfde besluit, heringevoegd door het koninklijk besluit van 13 december 1995 en gewijzigd bij het koninklijk besluit van 13 januari 2003, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° worden de woorden « de chef van de generale staf » vervangen door de woorden « de chef defensie »;2° worden de woorden « naargelang het geval, adjudant of » ingevoegd tussen de woorden « in de graad van » en « adjudant-chef ».

Art. 6.In artikel 6 van hetzelfde besluit, heringevoegd door het koninklijk besluit van 13 december 1995, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in het eerste lid worden de woorden « adjudant-majoor » vervangen door de woorden « de graad waarvoor ze kandidaat zijn;2° in het derde lid worden de woorden « chef van de generale staf » vervangen door de woorden « chef defensie ».

Art. 7.In artikel 7 van hetzelfde besluit, worden de woorden « chef van de generale staf » vervangen door de woorden « chef defensie ».

Art. 8.In artikel 8 van hetzelfde besluit, worden de woorden « chef van de generale staf » vervangen door de woorden « chef defensie ».

Art. 9.Afdeling V van hoofdstuk I, van hetzelfde besluit, die de artikelen 9 en 10 bevat, heringevoegd bij het koninklijk besluit van 13 december 1995, wordt opgeheven.

Art. 10.Artikel 14, § 3, van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : « § 3. Indien een onderofficier anciënniteit verliest overeenkomstig artikel 27, 1°, of 32, van de wet van 27 december 1961 betreffende het statuut van de onderofficieren van het actief kader van de krijgsmacht, wordt zijn datum van benoeming in de graad die hij bekleedt verschoven met een tijdsuur die overeenstemt met de in mindering te brengen anciënniteit. ».

Art. 11.In artikel 15 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 20 september 1966, 27 mei 1975, 9 februari 1988 en van 13 januari 2003, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in de inleidende zin van § 1, eerste lid, vervalt het woord « vergelijkend »;2° in § 1, eerste lid, 1°, vervallen de woorden « of het vergelijkend examen », wordt het woord « zeemacht » vervangen door het woord « marine »;3° in § 1, tweede lid, worden de woorden « het vergelijkend examen voor de benoeming in de graad », vervangen door de woorden « het kwalificatie-examen »;4° in § 1bis , eerste lid, § 2, § 2bis , eerste lid, en § 2ter , eerste lid, vervalt het woord « vergelijkend »;5° in § 2ter , tweede lid, vervalt het woord « vergelijkend »;6° in § 2ter , vierde en vijfde lid, vervalt het woord « vergelijkend »;7° in § 3, vervallen of de woorden « of niet nuttig gerangschikt »;8° in § 3 vervalt het woord « vergelijkend ».

Art. 12.In artikel 16, § 2, derde lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 16 december 1999 en van 13 januari 2003, worden de woorden « De stafchef van het krijgsmachtdeel van de betrokken militair » vervangen door de woorden « De directeur-generaal human resources ».

Art. 13.In artikel 17 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 27 mei 1975 en van 13 januari 2003, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in § 1, vervalt het woord « vergelijkend »;2° in § 2, worden de woorden « vergelijkend examen » vervangen door de woorden « kwalificatie-examen »;3° in § 3, tweede lid, vervalt het woord « vergelijkend ».

Art. 14.In artikel 23, eerste lid, van hetzelfde besluit worden de woorden « , die een ernstig feit onverenigbaar met de staat van onderofficier heeft begaan » ingevoegd tussen de woorden « vergrijp » en « of die ».

Art. 15.In artikel 26 van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 28 maart 1997, worden de woorden « chef van de divisie personeel van de generale staf » vervangen door de woorden « directeur-generaal human resources ».

Art. 16.In artikel 34, § 1, eerste lid, van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 28 maart 1997, worden de woorden « chef van de divisie personeel van de generale staf » vervangen door de woorden « directeur-generaal human resources ».

Art. 17.In artikel 11, 7°, van het koninklijk besluit van 29 juli 1997 tot uitvoering van de wet van 25 mei 2000 tot instelling van de vrijwillige arbeidsregeling van de vierdagenweek en de regeling van de halftijdse vervroegde uitstap voor sommige militairen en tot wijziging van het statuut van de militairen met het oog op de instelling van de tijdelijke ambtsonthefing wegens loopbaanonderbreking, vervalt het woord « vergelijkend ».

Art. 18.De artikelen 44 en 45, § 1, van het koninklijk besluit van 21 december 2001 tot betaling van de algemene structuur van het Ministerie van Landsverdediging en tot vaststelling van de bevoegdheden van bepaalde autoriteiten, worden opgeheven.

Art. 19.Bij overgangsmaatregel wordt de kandidaat adjudant-chef, die definitief in een vergelijkend examen mislukt is voor de inwerkingtreding van het huidige besluit, niet toegestaan zich opnieuw voor het kwalificatie-examen aan te melden.

Art. 20.Bij overgangsmaatregel mag de kandidaat adjudant-chef, die voor de inwerkingtreding van dit besluit, geslaagd is in de vergelijkende examenproeven zonder echter batig gerangschikt te zijn en die niet definitief mislukt is in het vergelijkend examen, op vijf opeenvolgende lijsten worden geplaatst.

Art. 21.Bij overgangsmaatregel mag de kandidaat adjudant-chef, die voor de inwerkingtreding van dit besluit, zich een keer voor de vergelijkende examenproeven aangemeld heeft en die niet geslaagd is, zich voor het kwalificatie-examen aanmelden. Als hij mislukt, wordt hij als definitief mislukt aanzien. Als hij slaagt mag hij op vijf opeenvolgende lijsten worden geplaatst.

Art. 22.Op 1 augustus 2003 treden in werking : 1° de artikelen 87 en 88 van de wet van 22 maart 2001 tot wijzigingen van sommige bepalingen betreffende de statuten van het militair personeel;2° dit besluit.

Art. 23.Onze Minister van Landsverdediging is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 27 maart 2003.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Landsverdediging, A. FLAHAUT

^