gepubliceerd op 29 november 2006
Koninklijk besluit houdende toekenning van een toelage aan de VZW « Centrum voor Maatschappelijk Werk Brabantia - afdeling Caritas Internationaal » voor het jaar 2005
26 OKTOBER 2006. - Koninklijk besluit houdende toekenning van een toelage aan de VZW « Centrum voor Maatschappelijk Werk Brabantia - afdeling Caritas Internationaal » voor het jaar 2005
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wetten op de Rijkscomptabiliteit, gecoördineerd op 17 juli 1991, inzonderheid op de artikelen 55, 56, 57 en 58;
Gelet op de programmawet van 24 december 2002, inzonderheid op Titel XIII, Hoofdstuk 6 « Voogdij over niet-begeleide minderjarige vreemdelingen »;
Gelet op de wet van 20 december 2005 houdende de algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 2006, inzonderheid op de sectie 12 - FOD Justitie;
Gelet op het koninklijk besluit van 16 november 1994 betreffende de administratieve en begrotingscontrole, inzonderheid op artikel 14, 2°;
Gelet op het koninklijk besluit van 22 december 2003 tot uitvoering van Titel XIII, Hoofdstuk 6 « Voogdij over niet-begeleide minderjarige vreemdelingen » van de programmawet van 24 december 2002, inzonderheid op de artikelen 7bis en 13, § 3;
Gelet op het protocolakkoord tussen de dienst Voogdij van de Federale Overheidsdienst Justitie en de VZW « Centrum voor Maatschappelijk Werk Brabantia - afdeling Caritas Internationaal »;
Overwegende dat een krediet van honderdachtennegentigduizend euro (198.000 euro) op de organisatieafdeling 40, activiteiten-programma 23, basisallocatie 33.03 van de administratieve begroting van het Federale Overheidsdienst Justitie voor het begrotingsjaar 2006 is ingeschreven;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën van 18 september 2006;
Op de voordracht van Onze Minister van Justitie, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.§ 1. Voor het jaar 2005 wordt een toelage van drieduizend vijfhonderd euro (3.500 euro) per jaar en per voltijds equivalent werknemer-voogd die ten minste gelijktijdig vijfentwintig voogdijen onder zijn hoede neemt, toegekend aan de VZW « Centrum voor Maatschappelijk Werk Brabantia - afdeling Caritas Internationaal ». De toelage zal proportioneel worden berekend overeenkomstig de bepalingen van artikel 3. § 2. Een toelage van 25,20 euro per voogdij en per maand wordt voor het jaar 2005 toegekend aan de VZW « Centrum voor Maatschappelijk Werk Brabantia - afdeling Caritas Internationaal » voor de administratieve kosten en de verplaatsingskosten.
Art. 2.De toelagen bedoeld in artikel 1, §§ 1 en 2, worden aangerekend op het activiteitenprogramma 23, basisallocatie 3303, organisatieafdeling 40, van de administratieve begroting van de Federale Overheidsdienst Justitie voor het begrotingsjaar 2006.
Art. 3.§ 1. De toelagen bedoeld in artikel 1, §§ 1 en 2, zullen worden toegekend vanaf de erkenning van de werknemer-voogd. Indien de werknemer-voogd reeds erkend was als voogd voor zijn indiensttreding bij de VZW « Centrum voor Maatschappelijk Werk Brabantia - afdeling Caritas Internationaal », zullen de toelagen worden toegekend vanaf de indiensttreding van de werknemer-voogd. § 2. In afwijking van artikel 3, § 1, geldt de volgende overgangsmaatregel indien de werknemer-voogd in dienst is getreden voor de ondertekening van het protocolakkoord tussen de dienst Voogdij en de VZW « Centrum voor Maatschappelijk Werk Brabantia - afdeling Caritas Internationaal ». De toelagen bedoeld in artikel 1, §§ 1 en 2, zullen worden toegekend vanaf de eerste dag van de maand die volgt op de maand van de erkenning van de werknemer-voogd. Indien de werknemer-voogd reeds erkend was als voogd voor zijn indiensttreding bij de VZW « Centrum voor Maatschappelijk Werk Brabantia - afdeling Caritas Internationaal », zullen de toelagen worden toegekend vanaf de eerste dag van de maand die volgt op de indiensttreding van de werknemer-voogd.
Art. 4.§ 1. De toelagen bedoeld in artikel 1, §§ 1 en 2, zullen in twee schijven worden betaald, uitgesplitst als volgt : - de eerste schijf van tachtig procent zal na de ondertekening van dit besluit worden betaald; - het saldo van twintig procent zal worden betaald op overlegging van de bewijsstukken betreffende de periode waarop de subsidie betrekking heeft, namelijk een lijst per maand per werknemer-voogd. Deze maandelijkse lijst moet de datum van erkenning of de datum van indiensttreding van de werknemer-voogd en de naam en dossiernummer van de niet-begeleide minderjarige vreemdelingen onder diens hoede bevatten. De bewijsstukken zullen aan de Federale Overheidsdienst Justitie ten laatste op 30 november 2006 worden toegezonden.
Art. 5.§ 1. De voorwaarde van vijfentwintig gelijktijdige voogdijen bedoeld in artikel 1, § 1, gaat in de eerste dag van de vierde maand volgend op de maand van de erkenning als voogd. Indien de werknemer-voogd reeds erkend was als voogd voor zijn indiensttreding bij de VZW « Centrum voor Maatschappelijk Werk Brabantia - afdeling Caritas Internationaal », gaat deze voorwaarde in de eerste dag van de vierde maand volgend op de maand van de indiensttreding van de werknemer-voogd. § 2. Indien de voorwaarde van gelijktijdigheid niet is vervuld de eerste dag van de vierde maand, zoals bedoeld in § 1, wordt de toelage proportioneel verminderd met 1/12e van het jaarlijks uitgetrokken bedrag per maand dat deze voorwaarde van 25 gelijktijdige voogdijen nog niet vervuld is. § 3. Indien de dienst Voogdij onvoldoende voogdijen kan toewijzen, geldt de voorwaarde van gelijktijdigheid niet.
Art. 6.Ingeval de erkenning van de werknemer-voogd wordt ingetrokken of een einde wordt gemaakt aan de arbeidsovereenkomst van de werknemer-voogd, zullen de toelagen worden toegekend voor de periode die loopt tot de laatste dag van de maand waarin de betrokkene als werknemer-voogd tewerkgesteld is.
Art. 7.Ingeval blijkt dat de Minister van Justitie te veel toelagen heeft toegekend voor het afgelopen jaar, wordt een beslissing tot terugvordering van toelage ter kennis gebracht bij aangetekende brief.
Na verloop van een termijn van dertig dagen wordt de beslissing bedoeld in het eerste lid definitief, tenzij de instelling opmerkingen heeft overgezonden. In dat geval brengt de Minister uiterlijk een maand na ontvangst van de opmerkingen zijn definitieve beslissing ter kennis van de instelling. De instelling stort het verschuldigde bedrag terug uiterlijk drie maanden na de definitieve beslissing tot terugvordering.
Art. 8.De toelagen zullen worden gestort op rekening nr. 210-0471330-59 van de VZW « Centrum voor Maatschappelijk Werk Brabantia - afdeling Caritas Internationaal ».
Art. 9.Onze Minister van Justitie is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 26 oktober 2006.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Justitie, Mevr. L. ONKELINX