gepubliceerd op 15 juni 2021
Koninklijk besluit tot goedkeuring van het reglement ter uitvoering van de wet van 18 september 2017 tot voorkoming van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme en tot beperking van het gebruik van contanten, aangaande leasingondernemingen
26 MEI 2021. - Koninklijk besluit tot goedkeuring van het reglement ter uitvoering van de wet van 18 september 2017Relevante gevonden documenten type wet prom. 18/09/2017 pub. 06/10/2017 numac 2017013368 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie, federale overheidsdienst binnenlandse zaken, federale overheidsdienst justitie en federale overheidsdienst financien Wet tot voorkoming van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme en tot beperking van het gebruik van contanten sluiten tot voorkoming van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme en tot beperking van het gebruik van contanten, aangaande leasingondernemingen
FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 18 september 2017Relevante gevonden documenten type wet prom. 18/09/2017 pub. 06/10/2017 numac 2017013368 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie, federale overheidsdienst binnenlandse zaken, federale overheidsdienst justitie en federale overheidsdienst financien Wet tot voorkoming van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme en tot beperking van het gebruik van contanten sluiten tot voorkoming van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme en tot beperking van het gebruik van contanten, de artikelen 33, § 1, 3de lid en 86, § 1,;
Gelet op het advies van de Interministeriële Economische Commissie, gegeven op 24 juni 2020;
Gelet op advies 68.914/2 van de Raad van State, gegeven op 24 maart 2021, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Op de voordracht van de Minister van Economie, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Het bij dit besluit gevoegde reglement genomen in uitvoering van de wet van 18 september 2017Relevante gevonden documenten type wet prom. 18/09/2017 pub. 06/10/2017 numac 2017013368 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie, federale overheidsdienst binnenlandse zaken, federale overheidsdienst justitie en federale overheidsdienst financien Wet tot voorkoming van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme en tot beperking van het gebruik van contanten sluiten tot voorkoming van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme en tot beperking van het gebruik van contanten, aangaande leasingondernemingen, wordt goedgekeurd.
Art. 2.Het koninklijk besluit van 23 oktober 2015Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 23/10/2015 pub. 23/12/2015 numac 2015011454 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Koninklijk besluit tot goedkeuring van het reglement genomen in uitvoering van de wet van 11 januari 1993 tot voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld en de financiering van terrorisme, aangaande leasingondernemingen sluiten tot goedkeuring van het reglement ter uitvoering van de wet van 11 januari 1993 tot voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld en de financiering van terrorisme, aangaande leasingondernemingen, en het bijgevoegd reglement genomen in uitvoering van de wet van 11 januari 1993 tot voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld en de financiering van terrorisme, aangaande leasingondernemingen, worden opgeheven.
Art. 3.De minister bevoegd voor Economie is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 26 mei 2021.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Economie, P.-Y. DERMAGNE
BIJLAGE Reglement ter uitvoering van de wet van 18 september 2017Relevante gevonden documenten type wet prom. 18/09/2017 pub. 06/10/2017 numac 2017013368 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie, federale overheidsdienst binnenlandse zaken, federale overheidsdienst justitie en federale overheidsdienst financien Wet tot voorkoming van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme en tot beperking van het gebruik van contanten sluiten tot voorkoming van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme en tot beperking van het gebruik van contanten, aangaande leasingondernemingen Hoofdstuk I. - Definities en toepassingsgebied
Artikel 1.Voor de toepassing van dit reglement wordt verstaan onder: 1° "de wet": de wet van 18 september 2017Relevante gevonden documenten type wet prom. 18/09/2017 pub. 06/10/2017 numac 2017013368 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie, federale overheidsdienst binnenlandse zaken, federale overheidsdienst justitie en federale overheidsdienst financien Wet tot voorkoming van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme en tot beperking van het gebruik van contanten sluiten tot voorkoming van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme en tot beperking van het gebruik van contanten;2° "leasingonderneming": de ondernemingen bedoeld in artikel 2, § 1, van het koninklijk besluit nr.55 van 10 november 1967 tot regeling van het juridisch statuut der ondernemingen gespecialiseerd in financieringshuur; 3° "leasingovereenkomst": het contract bedoeld in artikel 1 van het koninklijk besluit nr.55 van 10 november 1967 tot regeling van het juridisch statuut der ondernemingen gespecialiseerd in financieringshuur; 4° "cliënt": de persoon waarmee de leasingonderneming een leasingovereenkomst heeft afgesloten of waarmee ze op het punt staat een leasingovereenkomst af te sluiten;1° "atypische verrichting of atypisch feit": een verrichting die of een feit dat bijzonder vatbaar is voor het witwassen van geld of voor de financiering van terrorisme in de zin van artikel 45, § 1, tweede lid, van de wet, met name door de aard ervan, de begeleidende omstandigheden, de hoedanigheid van de betrokken personen, het ongebruikelijke karakter ervan gelet op de activiteiten van de cliënt, of omdat de verrichting of het feit niet lijkt te stroken met de kennis die de leasingonderneming heeft van haar cliënt, diens beroepswerkzaamheden en risicoprofiel;2° "FAG": de Financiële Actiegroep;6° "CFI": de Cel voor financiële informatieverwerking zoals bedoeld in artikel 76 van de wet; 7° "FOD Economie": de Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie, die belast is met het toezicht zoals bedoeld in artikel 85, § 1, 5° van de wet.
Art. 2.De bepalingen van dit reglement zijn van toepassing op de leasingondernemingen.
Hoofdstuk II. - Waakzaamheidsverplichtingen Sectie I. - Tijdstip en draagwijdte
Art. 3.Onverminderd de toepassing van artikel 31 van de wet, moet de leasingonderneming overeenkomstig de artikelen 30, eerste lid en 34, § 1, vierde lid van de wet, haar cliënten en, in voorkomend geval, haar lasthebbers en uiteindelijke begunstigden, identificeren en hun identiteit verifiëren, enerzijds, en hun individuele risicobeoordeling uitvoeren, anderzijds, vóór ze ofwel zelf of via dezelfde tussenpersoon, zoals de verkoper van het goed, een of meerdere leasingovereenkomsten afsluit met de cliënt: 1° betreffende één of meerdere goederen waarvan de totale prijs 10.000 euro of meer bedraagt, exclusief btw, of 2° wanneer er een vermoeden bestaat van witwassen van geld of financiering van terrorisme, of 3° wanneer de leasingonderneming twijfelt aan de waarachtigheid of de juistheid van de identificatiegegevens van een reeds geïdentificeerde cliënt.
Art. 4.Overeenkomstig artikel 35, § 1 van de wet, moet de leasingonderneming ook de identificatiegegevens en de individuele risicobeoordeling actualiseren, wanneer zij over aanwijzingen beschikt dat die gegevens en beoordeling niet langer actueel zijn, met name in het kader van haar bestendige waakzaamheidsplicht of wanneer de leasingonderneming redenen heeft om te betwijfelen dat de persoon die in het kader van een leasingsovereenkomst een betaling uitvoert, wel degelijk de cliënt is of zijn gemachtigde en geïdentificeerde lasthebber. Afdeling II. - Individuele beoordeling van de risico's
Onderafdeling I. - Bijkomend onderzoek naar de cliënt, de lasthebber en de uiteindelijke begunstigde
Art. 5.Voor het sluiten van een leasingsovereenkomst, en zonder afbreuk te doen aan de artikelen 16 en 19 van de wet, neemt de leasingonderneming de nodige en passende maatregelen om te bepalen of de cliënt, zijn lasthebber of een uiteindelijke begunstigde een of meerdere kenmerken vertoont die een verhoogd risico op witwassen van geld of financiering van terrorisme inhouden, in het bijzonder de volgende kenmerken.
Deze niet-limitatieve lijst van kenmerken vereisen de maatregelen waarin artikelen 7 en 9 en ook, in geval van vermoeden van witwassen van geld of financiering van terrorisme, artikel 8 voorzien : 1° de cliënt, lasthebber of uiteindelijke begunstigde is een politiek prominent persoon, een familielid van een politiek prominent persoon of iemand die nauw verbonden is met een politiek prominent persoon;2° de cliënt, de lasthebber of een uiteindelijke begunstigde is gevestigd in een land of een gebied vermeld in de door de Federale Overheidsdienst Financiën bijgehouden lijst van landen met een hoog risico of in een land vermeld in artikel 179 KB / WIB 92;3° de cliënt, de lasthebber of een uiteindelijke begunstigde is verdacht, zoals iemand betrokken bij een of meerdere frauduleuze faillissementen of andere dubieuze verrichtingen of staat algemeen bekend als delinquent ;die verificatie gebeurt met name door raadpleging van internet, officiële databanken zoals de EU Consolidation List of commerciële databanken zoals de World Compliance of World check; 4° de cliënt, de lasthebber of een uiteindelijke begunstigde is handelingsonbekwaam;5° de cliënt is een vennootschap waarvan een aanzienlijk deel van het kapitaal wordt vertegenwoordigd door aandelen aan toonder die gemakkelijk van eigenaar kunnen veranderen zonder dat de leasingonderneming daarvan op de hoogte is;6° de cliënt voert een activiteit uit waar veel geldverkeer in contanten plaatsvindt;7° de zaakvoerder of de bestuurders wisselen regelmatig. Onderafdeling II. Vaststelling van feiten die een verhoogd risico op witwassen van geld of financiering van terrorisme inhouden
Art. 6.De leasingonderneming merkt de verrichtingen en feiten op die een verhoogd risico op witwassen van geld of financiering van terrorisme inhouden, met name de volgende verrichtingen en feiten: A. verrichtingen of feiten die de maatregelen vereisen waarin artikelen 7 en 9 en ook, in geval van vermoeden van witwassen van geld of financiering van terrorisme, het artikel 8 voorzien: I. feiten vastgesteld vóór het afsluiten van de leasingovereenkomst (in het kader van het cliëntacceptatiebeleid): 1° de geboortedatum en geboorteplaats van een uiteindelijke begunstigde konden niet worden geïdentificeerd;2° de identificatie gebeurde op afstand aan de hand van een kopie van een bewijsstuk maar zonder garanties, zoals elektronische handtekeningen;3° de cliënt of de lasthebber is niet-inwoner;4° de cliënt is een trust, een feitelijke vereniging of een andere juridische structuur waarvan een goede kennis een meer diepgaande analyse vereist, bijvoorbeeld: a) een complexe of supranationale juridische structuur zonder economisch gerechtvaardigde reden;b) een raad van bestuur bestaande uit vennootschappen zonder reële activiteiten;5° de cliënt, de lasthebber of een uiteindelijke begunstigde vertoont ongebruikelijke of verdachte kenmerken, zoals gedomicilieerd zijn in een vakantiedorp;6° de lasthebber of vennoten zijn duidelijk stromannen;7° de activiteit van de cliënt is niet duidelijk of is verdacht;8° het goed werd in het buitenland gekocht zonder economisch gerechtvaardigde reden;9° de prijs van het goed is duidelijk lager of hoger dan de verkoopwaarde ervan;10° de prijs van het goed, vooral wanneer het een voertuig betreft dat geen bedrijfsvoertuig is, staat niet in verhouding tot de socio-economische en financiële situatie van de cliënt, in het bijzonder in de volgende gevallen: a) de cliënt is een vennootschap zonder rechtspersoonlijkheid;b) de cliënt is een vereniging of een buitenlandse non-profitorganisatie. II. feiten vastgesteld tijdens de uitvoering van de leasingovereenkomst (in het kader van de bestendige waakzaamheidsplicht zoals gedefinieerd in artikel 14, § 1, van de wet): 1° het goed wordt voortijdig terugbetaald zonder economisch gerechtvaardigde reden;2° de betalingen van de cliënt worden uitgevoerd vanaf een rekening die wordt beheerd door een financiële instelling gevestigd in een land of een gebied vermeld in de door de Federale Overheidsdienst Financiën bijgehouden lijst van landen met een hoog risico of in een land vermeld in artikel 179 KB / WIB 92;3° de betalingen zijn economisch of fiscaal totaal incoherent en vertonen meerdere ongebruikelijke kenmerken, meer bepaald: a) de betalingen worden niet uitgevoerd vanaf een van de bankrekeningen van de cliënt, maar vanaf een rekening van een derde die geen enkele link heeft met de cliënt als onderneming;b) de betaalde bedragen stemmen niet overeen met de maandelijkse termijnbedragen, maar zijn bijvoorbeeld afgerond;c) de betalingen zijn anachronistisch ten opzichte van de vervaldagen van de overeenkomst;4° de cliënt stelt voor een som geld in bewaring te geven als garantie voor de waarde van het goed, zodat de leasingonderneming de termijnbetalingen daarvan opneemt. B. feiten die het afsluiten van een leasingovereenkomst verhinderen: 1° het was niet mogelijk de cliënt of, in voorkomend geval, zijn lasthebber of de uiteindelijke begustigden te identificeren en hun identiteit te verifiëren of de individuele beoordeling van risico's uit te voeren, zoals bedoeld in de artikelen 33, § 1, 34, § 3 en 35, § 2 van de wet;2° de cliënt, de lasthebber of een uiteindelijke begunstigde staat op de door de FOD Financiën bijgehouden lijst van personen of entiteiten op wie bevriezingsmaatregelen van tegoeden van toepassing zijn. Afdeling III. - Schriftelijk verslag, mededeling aan de CFI en
verscherpte waakzaamheidsmaatregelen
Art. 7.De leasingonderneming stelt een schriftelijk verslag op over elke atypische verrichting of elk atypisch feit, zoals bedoeld in de artikelen 5 en 6.
Dit verslag wordt gedurende tien jaar bewaard en ter beschikking gesteld van de FOD Economie wanneer die erom verzoekt.
Art. 8.Bovendien, in geval van vermoeden van witwassen van geld of financiering van terrorisme, in het bijzonder in de gevallen bedoeld in de artikelen 5 en 6, brengt de leasingonderneming de CFI op de hoogte, conform hoofdstuk IV van de wet.
Het bewijs van online of schriftelijke melding van het vermoeden van witwassen van geld of financiering van terrorisme aan de CFI wordt gedurende tien jaar bewaard en ter beschikking gesteld van de FOD Economie wanneer die erom verzoekt.
Art. 9.Wanneer de leasingonderneming ondanks de opgemerkte atypische verrichtingen of feiten, met uitzondering van de verrichtingen of feiten vermeld in artikel 6, B., of ondanks de vermoedens van witwassen van geld of financiering van terrorisme een leasingovereenkomst wenst af te sluiten of te behouden, oefent ze verscherpte waakzaamheidsmaatregelen uit, en dit zonder afbreuk te doen aan deze zoals vereist in toepassing van artikel 38 van de wet, zoals: 1° het verkrijgen van nadere informatie over de cliënt (bijvoorbeeld beroep, activavolume, beschikbare gegevens in openbare databanken, op internet, enz.); 2° het regelmatiger actualiseren van de identificatiegegevens van de cliënt en van de uiteindelijke begunstigde;3° het verkrijgen van nadere informatie over de redenen waarom de cliënt een leasingovereenkomst wil afsluiten;4° het verkrijgen van informatie over de oorsprong van het geld of van het vermogen van de cliënt;5° het verkrijgen van informatie over de boekhouding van de cliënt (bv.een steekproef van facturen); 6° de toestemming van de hoge leiding om de leasingovereenkomst aan te gaan of voort te zetten indien de cliënt een politiek prominente persoon is;7° het opvoeren van het aantal en van de frequentie van de controles en het selecteren van verrichtingsschema's waarvoor grondiger onderzoek noodzakelijk is;8° de uitvoering van de eerste betaling via een rekening op naam van de cliënt bij een bank waarvoor door de wet vastgestelde of gelijkaardige waakzaamheidsnormen gelden. Hoofdstuk V. - Beperking van de betalingen in contanten
Art. 10.Indien de leasingonderneming betalingen in contanten aanvaardt, vermeldt ze schriftelijk, vóór of op de leasingovereenkomst, het maximumbedrag dat op grond van de wet in contanten mag worden betaald, en verduidelijkt ze dat dat bedrag geldt voor de volledige leasingovereenkomst.
Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 26 mei 2021 tot goedkeuring van het reglement genomen in uitvoering van de wet van 18 september 2017Relevante gevonden documenten type wet prom. 18/09/2017 pub. 06/10/2017 numac 2017013368 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie, federale overheidsdienst binnenlandse zaken, federale overheidsdienst justitie en federale overheidsdienst financien Wet tot voorkoming van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme en tot beperking van het gebruik van contanten sluiten tot voorkoming van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme en tot beperking van het gebruik van contanten, aangaande leasingondernemingen.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Economie, P.-Y. DERMAGNE