Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 26 mei 2000
gepubliceerd op 14 september 2000

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 8 april 1999, gesloten in het Paritair Subcomité voor de tandprothese, tot toekenning van een eindejaarstoelage

bron
ministerie van tewerkstelling en arbeid
numac
2000012434
pub.
14/09/2000
prom.
26/05/2000
ELI
eli/besluit/2000/05/26/2000012434/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

26 MEI 2000. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 8 april 1999, gesloten in het Paritair Subcomité voor de tandprothese, tot toekenning van een eindejaarstoelage (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de tandprothese;

Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 8 april 1999, gesloten in het Paritair Subcomité voor de tandprothese, tot toekenning van een eindejaarstoelage.

Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 26 mei 2000.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Subcomité voor de tandprothese Collectieve arbeidsovereenkomst van 8 april 1999 Eindejaarstoelage (Overeenkomst geregistreerd op 22 juni 1999 onder het nummer 51074/CO/305.03)

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en werknemers van de ondernemingen welke ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de tandprothese.

Onder « werknemers » wordt verstaan : het mannelijk en vrouwelijk werklieden- en bediendenpersoneel.

Art. 2.De in artikel 1 bedoelde werknemers hebben, ten laste van hun werkgever, recht op een eindejaarstoelage volgens de modaliteiten bepaald in deze collectieve arbeidsovereenkomst.

Deze modaliteiten mogen geen afbreuk doen aan beschikkingen welke voor de werknemers gunstiger zijn, daar waar dergelijke toestand bestaat.

Art. 3.Het bedrag van de eindejaarstoelage wordt vastgesteld op : 13 000 F voor het jaar 1999; 14 000 F vanaf het jaar 2000.

Art. 4.§ 1. De door een arbeidsovereenkomst verbonden werknemer, die een functie uitoefent welke bestaat in het uitvoeren van werkelijke of daarmee gelijkgestelde volledige arbeidsprestaties en die zijn gehele loon heeft of zou hebben genoten tijdens de gehele referteperiode (van 1 januari tot 30 september van de betrokken jaren), geniet het volledige bedrag van de toelage. § 2. Als de betrokken werknemer de volledige toelage niet kan genieten wegens onvolledige arbeidsprestaties (deeltijdse arbeid), wordt het globaal bedrag van de toelage berekend naar rata van het loon dat hij heeft of zou hebben ontvangen. § 3. Als de betrokken werknemer de volledige toelage niet kan genieten in het kader van volledige arbeidsprestaties omdat hij in dienst werd genomen tijdens of de onderneming heeft verlaten in de loop van de referentieperiode, wordt het bedrag dat in overweging wordt genomen voor de berekening van de toelage vastgesteld naar rata van de tijdens de referentieperiode verrichte of daarmee gelijkgestelde arbeidsprestaties.

In afwijking van de bepalingen van artikel 5 ontvangt de werknemer die de onderneming verlaat, bij zijn vertrek, de eindejaarstoelage, welke wordt berekend zoals in voorgaand lid wordt bepaald. § 4. Iedere gewerkte of daarmee gelijkgestelde maand tijdens de referentieperiode geeft recht op één negende van de toelage welke is berekend overeenkomstig de bepalingen van artikel 3. § 5. In geval van aanwerving voor de 16e van de maand of vertrek na de 15e van de maand, wordt deze maand gelijkgesteld met een volledige maand arbeidsprestaties.

Art. 5.De eindejaarstoelage wordt in eenmaal uitbetaald in de loop van de maand december van het in aanmerking genomen jaar.

Art. 6.De eindejaarstoelage is niet verschuldigd aan om dringende reden ontslagen werknemers, noch voor arbeidsprestaties welke zijn verricht tijdens een proefperiode welke niet is gevolgd door een arbeidsovereenkomst.

De werknemers die zich op het ogenblik van de betaling van de toelage in een proeftijd bevinden, hebben geen recht op de toelage voor het in aanmerking genomen jaar.

Art. 7.Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt de collectieve arbeidsovereenkomst van 27 april 1992 gesloten in het Paritair Subcomité voor de tandprothese, tot toekenning van een eindejaarstoelage, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 15 december 1992 (Belgisch Staatsblad van 23 maart 1993).

Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 1999 en is gesloten voor een onbepaalde tijd.

Zij kan worden opgezegd op verzoek van de meest gerede partij, mits een opzegging van drie maanden, betekend bij een ter post aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het Paritair Subcomité voor de tandprothese.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 26 mei 2000.

De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX

^