Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 25 september 2002
gepubliceerd op 13 februari 2003

Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 19 april 1999 houdende instelling van een Penitentiair Onderzoeks- en Klinisch Observatiecentrum met het statuut van Wetenschappelijke inrichting van de Staat

bron
federale overheidsdienst justitie
numac
2002010174
pub.
13/02/2003
prom.
25/09/2002
ELI
eli/besluit/2002/09/25/2002010174/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

25 SEPTEMBER 2002. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 19 april 1999 houdende instelling van een Penitentiair Onderzoeks- en Klinisch Observatiecentrum met het statuut van Wetenschappelijke inrichting van de Staat


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op artikels 37, 40 en 108 van de Grondwet, Gelet op de bijzondere wet tot hervorming der instellingen inzonderheid op artikel 6bis, § 2, 1°, ingevoegd bij de bijzondere wet van 8 augustus 1988 en vervangen bij de bijzondere wet van 16 juli 1993;

Gelet op de wet van 5 maart 1998 betreffende de voorwaardelijke invrijheidstelling en tot wijziging van de wet van 9 april 1930 tot bescherming van de maatschappij tegen de abnormalen en de gewoontemisdadigers, vervangen door de wet van 1 juli 1964;

Gelet op de wet tot bescherming van de maatschappij tegen de abnormalen, gewoontemisdadigers en plegers van bepaalde seksuele strafbare feiten van 9 april 1930 zoals gewijzigd bij de wet van 1 juli 1964 en bij de wet van 5 maart 1998, inzonderheid op de artikelen 14 en 21;

Gelet op de wet betreffende de voorlopige hechtenis van 20 juli 1990;

Gelet op het koninklijk besluit van 20 april 1965 betreffende het statuut der wetenschappelijke inrichtingen van de Staat, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 26 mei 1999;

Gelet op het advies van Inspecteur van Financiën, gegeven op 9 september 2002;

Gelet op het besluit van de Ministerraad van 20 september 2002;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, §1, gewijzigd bij de wetten van 9 augustus 1980, 16 juni 1989 en 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;

Gelet op de hoogdringendheid;

Overwegende dat de overgangsmaatregelen inzake de samenstelling van het selectiecollege, op 31 december 1999 werden beëindigd;

Overwegende dat het in het belang van de veiligheid van de samenleving onontbeerlijk is dat het Penitentiair Onderzoeks- en Klinisch Observatiecentrum zo snel mogelijk van start kan gaan aangezien het aantal gedetineerden met problematische persoonlijkheidsprofielen steeds toeneemt;

Overwegende dat voor een zo goed mogelijke risico-evaluatie en/of diagnose dringend op deze hooggekwalicieerde dienst een beroep moet kunnen worden gedaan;

Op de voordracht van Onze Minister van Justitie en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.In het artikel 2 van het koninklijk besluit van 19 april 1999 houdende instelling van een Penitentiair Onderzoeks- en Klinisch Observatiecentrum met het statuut van Wetenschappelijke inrichting van de Staat worden de woorden « aan het Ministerie van Justitie » vervangen door de woorden « aan het Federale Overheidsdienst Justitie ».

Art. 2.Artikel 7 van hetzelfde besluit wordt vervangen door volgende bepaling : «

Art. 7.In afwijking van artikel 7, § 2, van het koninklijk besluit van 20 april 1965 betreffende het statuut der wetenschappelijke inrichtingen van de Staat, en tot 31 december 2003, wordt een selectiecollege ingesteld om de taken van de wetenschappelijke Raad over te nemen in verband met de selectieprocedure van de leidinggevende ambtenaren.

Dit college is als volgt samengesteld : 1° als voorzitter : de Voorzitter van het Directiecomité waaraan de inrichting verbonden is, of bij zijn afwezigheid, een door de Minister aangewezen ambtenaar-generaal;2° als leden : a) de Directeur-generaal van het Directoraat-generaal Uitvoering van Straffen en Maatregelen, of zijn plaatsvervanger;b) het hoofd van het departement van criminologie van het Nationaal Instituut voor Criminalistiek en Criminologie, of zijn plaatsvervanger;c) drie prominente wetenschappers die niet tot de inrichting behoren. Deze prominenten worden aangeduid door de bevoegde Minister op dubbele voordracht van de Directeur-generaal. »

Art. 3.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2000.

Art. 4.Onze Minister van Justitie is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 25 september 2002.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Justitie, M. VERWILGHEN

^