Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 25 maart 2018
gepubliceerd op 17 april 2018

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 juni 2017, gesloten in het Paritair Comité voor het vermakelijkheidsbedrijf, betreffende de uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103, gesloten op 27 juni 2012 in de Nationale Arbeidsraad en gewijzigd door de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103ter, tot invoering van een stelsel van tijdskrediet, loopbaanvermindering en landingsbanen

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2018200631
pub.
17/04/2018
prom.
25/03/2018
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

25 MAART 2018. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 juni 2017, gesloten in het Paritair Comité voor het vermakelijkheidsbedrijf, betreffende de uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103, gesloten op 27 juni 2012 in de Nationale Arbeidsraad en gewijzigd door de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103ter, tot invoering van een stelsel van tijdskrediet, loopbaanvermindering en landingsbanen (1)


FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het vermakelijkheidsbedrijf;

Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 28 juni 2017, gesloten in het Paritair Comité voor het vermakelijkheidsbedrijf, betreffende de uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103, gesloten op 27 juni 2012 in de Nationale Arbeidsraad en gewijzigd door de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103ter, tot invoering van een stelsel van tijdskrediet, loopbaanvermindering en landingsbanen.

Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 25 maart 2018.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, K. PEETERS _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor het vermakelijkheidsbedrijf Collectieve arbeidsovereenkomst van 28 juni 2017 Uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103, gesloten op 27 juni 2012 in de Nationale Arbeidsraad en gewijzigd door de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103ter, tot invoering van een stelsel van tijdskrediet, loopbaanvermindering en landingsbanen (Overeenkomst geregistreerd op 2 augustus 2017 onder het nummer 140757/CO/304)

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten ter uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103, tot invoering van een stelsel van tijdskrediet, loopbaanvermindering en landingsbanen, gesloten op 27 juni 2012 in de Nationale Arbeidsraad (collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103 van de Nationale Arbeidsraad) ( koninklijk besluit van 25 augustus 2012Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 25/08/2012 pub. 31/08/2012 numac 2012204780 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 12 december 2001 tot uitvoering van hoofdstuk IV van de wet van 10 augustus 2001 betreffende verzoening van werkgelegenheid en kwaliteit van het leven betreffende het stelsel van tijdskrediet, loopbaanvermindering en vermindering van de arbeidsprestaties tot een halftijdse betrekking sluiten, Belgisch Staatsblad van 31 augustus 2012) en van het koninklijk besluit van 30 december 2014 tot wijziging van het koninklijk besluit van 12 december 2001 genomen ter uitvoering van hoofdstuk IV van de wet van 10 augustus 2001 betreffende de verzoening van werkgelegenheid en kwaliteit van het leven betreffende het stelsel van tijdskrediet, loopbaanvermindering en vermindering van de arbeidsprestaties tot een halftijdse betrekking, Belgisch Staatsblad van 31 december 2014.

Art. 2.§ 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op alle werkgevers en werknemers die ressorteren onder het Paritair Comité voor het vermakelijkheidsbedrijf.

Onder "werknemers" wordt verstaan : het mannelijk en vrouwelijk werklieden- en bediendepersoneel. § 2. Ter uitvoering van artikel 2, § 3 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103 van de Nationale Arbeidsraad, kunnen het directiepersoneel en het leidinggevend personeel, zoals bepaald in het kader van de sociale verkiezingen, de rechten genieten die voortvloeien uit de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103 van de Nationale Arbeidsraad en uit deze collectieve arbeidsovereenkomst, met het akkoord van de werkgever.

Art. 3.Tijdskrediet met motief § 1. De in artikel 2 bedoelde werknemers hebben recht op een voltijds tijdskrediet, halftijdse of 1/5de loopbaanvermindering, overeenkomstig volgende modaliteiten : a) Om voor hun kind te zorgen tot de leeftijd van acht jaar;in geval van adoptie kan de schorsing van de arbeidsprestaties of vermindering van de arbeidsprestaties aanvangen vanaf de inschrijving in het bevolkings- of het vreemdelingenregister van de gemeente waar de werknemer zijn woonplaats heeft : maximaal 15 maanden voltijdse loopbaanvermindering, 26 maanden halftijdse loopbaanvermindering en maximaal 51 maanden 1/5-tijdse loopbaanvermindering.

Deze periode moet worden opgenomen per minimumperiode van 3 maanden als het een voltijds tijdskrediet of halftijdse loopbaanvermindering betreft en per minimumperiode van 6 maanden als het een 1/5de loopbaanvermindering betreft.

De periode waarvoor de schorsing of de vermindering van de arbeidsprestaties werd gevraagd of de periode waarvoor de verlenging werd gevraagd, moet aanvangen vóór het tijdstip waarop het kind acht jaar wordt.

De werknemer verstrekt aan de werkgever uiterlijk op het ogenblik waarop de schorsing of de vermindering van de arbeidsprestaties ingaan, het document of de documenten tot staving van de gebeurtenis die het recht doet ontstaan, zoals bepaald in artikel 3, § 1, a); b) Voor het verlenen van palliatieve verzorging, zoals gedefinieerd in artikel 100bis, § 2 van de herstel wet van 22 januari 1985Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/01/1985 pub. 12/08/2013 numac 2013000511 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Herstelwet houdende sociale bepalingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten : maximaal 51 maanden voltijdse, halftijdse of 1/5-tijdse loopbaanvermindering. Deze periode moet worden opgenomen per minimumperiode van één maand en kan per patiënt met één maand worden verlengd.

De werknemer verstrekt aan de werkgever uiterlijk op het ogenblik waarop de schorsing of de vermindering van de arbeidsprestaties ingaan, een attest afgeleverd door de behandelende geneesheer van de persoon die palliatieve verzorging behoeft en waaruit blijkt dat de werknemer zich bereid heeft verklaard deze palliatieve verzorging te verlenen, zonder dat hierbij de identiteit van de patiënt wordt vermeld. In geval de werknemer wenst gebruik te maken van de verlenging van de periode met één maand, dient hij opnieuw een dergelijk attest af te leveren aan de werkgever; c) Voor het verlenen van bijstand of verzorging aan een zwaar ziek gezins- of familielid zoals gedefinieerd in de artikelen 3 en 4 van het koninklijk besluit van 10 augustus 1998Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 10/08/1998 pub. 08/09/1998 numac 1998012671 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid Koninklijk besluit tot invoering van een recht op loopbaanonderbreking voor bijstand of verzorging van een zwaar ziek gezins- of familielid sluiten tot invoering van een recht op loopbaanonderbreking voor bijstand of verzorging van een zwaar ziek gezins- of familielid : maximaal 51 maanden voltijdse, halftijdse of 1/5-tijdse loopbaanvermindering. Deze periode kan enkel worden opgenomen per minimumperiode van één maand en een maximumperiode van drie maanden.

De werknemer verstrekt aan de werkgever uiterlijk op het ogenblik waarop de schorsing of de vermindering van de arbeidsprestaties ingaan, een attest afgeleverd door de behandelende geneesheer van het zwaar ziek gezins- of familielid waaruit blijkt dat de werknemer zich bereid heeft verklaard bijstand of verzorging te verlenen aan de zwaar zieke persoon en waarop de behandelende arts aanduidt of de zorgbehoefte daadwerkelijk een voltijdse, halftijdse of 1/5de onderbreking of loopbaanvermindering behoeft, naast de eventuele professionele ondersteuning waarop het gezins- of familielid kan rekenen; d) Om zorg te dragen voor hun kind met een handicap tot de leeftijd van 21 jaar : maximaal 51 maanden voltijdse, halftijdse of 1/5-tijdse loopbaanvermindering. Deze periode moet worden opgenomen per minimumperiode van 3 maanden als het een voltijds tijdskrediet of halftijdse loopbaanvermindering betreft en per minimumperiode van 6 maanden als het een 1/5de loopbaanvermindering betreft.

De periode waarvoor de schorsing of de vermindering van de arbeidsprestaties werd gevraagd of de periode waarvoor de verlenging werd gevraagd, moet aanvangen vóór het tijdstip waarop het kind 21 jaar wordt.

De werknemer verstrekt aan de werkgever uiterlijk op het ogenblik waarop de schorsing of de vermindering van de arbeidsprestaties ingaan, een attest dat de lichamelijke of geestelijke ongeschiktheid van ten minste 66 pct. aantoont of de aandoening die leidt tot een erkenning van minstens 4 punten in pijler 1 van de medisch-sociale schaal in de zin van de regelgeving met betrekking tot de kinderbijslag; e) Voor het verlenen van bijstand of verzorging aan hun minderjarig zwaar ziek kind of aan een minderjarig zwaar ziek kind dat gezinslid is zoals gedefinieerd in artikel 4 van het koninklijk besluit van 10 augustus 1998Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 10/08/1998 pub. 08/09/1998 numac 1998012671 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid Koninklijk besluit tot invoering van een recht op loopbaanonderbreking voor bijstand of verzorging van een zwaar ziek gezins- of familielid sluiten tot invoering van een recht op loopbaanonderbreking voor bijstand of verzorging van een zwaar ziek gezins- of familielid : maximaal 51 maanden voltijdse, halftijdse of 1/5-tijdse loopbaanvermindering. Deze periode moet worden opgenomen per minimumperiode van één maand en maximumperiode van drie maanden.

De periode waarvoor de schorsing of de vermindering van de arbeidsprestaties werd gevraagd of de periode van verlenging wordt gevraagd, moet aanvangen vóór het tijdstip waarop het kind meerderjarig wordt.

De werknemer verstrekt aan de werkgever uiterlijk op het ogenblik waarop de schorsing of de vermindering van de arbeidsprestaties ingaan, een attest afgeleverd door de behandelende geneesheer van hun of het minderjarig zwaar ziek kind waaruit blijkt dat de werknemer zich bereid heeft verklaard bijstand of verzorging te verlenen aan de zwaar zieke persoon. § 2. De in artikel 2 bedoelde werknemers hebben recht op maximaal 12 maanden voltijdse loopbaanvermindering; maximaal 18 maanden halftijdse loopbaanvermindering en maximaal 36 maanden 1/5-tijdse loopbaanvermindering voor het volgen van een opleiding.

Deze periode moet worden opgenomen per minimumperiode van 3 maanden als het een voltijds tijdskrediet of halftijdse loopbaanvermindering betreft en per minimumperiode van 6 maanden als het een 1/5de loopbaanvermindering betreft.

De werknemer verstrekt aan de werkgever uiterlijk op het ogenblik waarop de schorsing of de vermindering van de arbeidsprestaties ingaan, het bewijs dat hij zijn arbeidsprestaties schorst of vermindert : - om een door de gemeenschappen of de sector erkende opleiding te volgen die minstens 360 uren of 27 studiepunten per jaar of 120 uren of 9 studiepunten per schooltrimester of per ononderbroken periode van drie maanden telt; - om onderwijs te volgen verstrekt in een centrum voor basiseducatie of een opleiding gericht op het behalen van een diploma of getuigschrift van secundair onderwijs, waarbij de grens wordt vastgesteld op 300 uren per jaar of 100 uren per schooltrimester of per ononderbroken periode van drie maanden.

De gemeenschap of de opleidingsinstelling bevestigt op het bewijs dat de werknemer geldig is ingeschreven voor een opleiding met deze tijdsduur of omvang. Binnen de 20 kalenderdagen na elk kwartaal moet de werknemer bij de werkgever een attest indienen dat het bewijs levert van regelmatige aanwezigheid van opleiding in dat kwartaal. De dagen schoolvakantie in de loop van of aansluitend op een periode van opleiding worden gelijkgesteld met regelmatige aanwezigheid bij een opleiding. Regelmatige aanwezigheid betekent dat de werknemer niet meer dan één tiende van de duur van de opleiding in dat kwartaal ongewettigd afwezig mag zijn. § 3. Het recht op tijdskrediet zoals bedoeld in § 1, a), b) en c) en § 2 kan niet worden opgenomen in combinatie met een niet-toegelaten bezoldigde of zelfstandige activiteit die de werknemer aanvangt of uitbreidt. § 4. De collectieve arbeidsovereenkomsten die, vóór de inwerkingtreding van onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst, op sector- of ondernemingsniveau, in het kader van artikel 3, § 2 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 77bis, werden gesloten, blijven gelden voor de toepassing van deze paragraaf. § 5. In afwijking van bovenvermelde minimumperioden in § 1 en § 2, kan het eventueel overblijvend saldo voor een kortere periode worden opgenomen. § 6. Het recht van 36 en 51 maanden wordt niet proportioneel verrekend bij het opnemen van een deeltijdse formule. § 7. De perioden vermeld in § 1 en § 2 mogen samen niet meer dan 51 maanden bedragen.

Art. 4.Anciënniteits- en tewerkstellingsvoorwaarden voor het tijdskrediet met motief § 1. Overeenkomstig artikel 3 van deze collectieve arbeidsovereenkomst, kunnen de werknemers bedoeld in artikel 2 : 1° hun arbeidsprestaties volledig schorsen ongeacht het arbeidsstelsel waarin zij tewerkgesteld zijn in de onderneming op het ogenblik van de schriftelijke kennisgeving gedaan overeenkomstig artikel 12 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr.103 van de Nationale Arbeidsraad; 2° hun arbeidsprestaties met de helft verminderen voor zover zij ten minste 3/4de van een voltijdse betrekking tewerkgesteld zijn in de onderneming gedurende de 12 maanden die voorafgaan aan de schriftelijke kennisgeving gedaan overeenkomstig artikel 12 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr.103 van de Nationale Arbeidsraad; 3° hun arbeidsprestaties verminderen ten belope van één dag of twee halve dagen per week voor zover zij gewoonlijk tewerkgesteld zijn in een arbeidsstelsel verdeeld over vijf dagen of meer en dat zij voltijds tewerkgesteld zijn gedurende de 12 maanden die voorafgaan aan de schriftelijke kennisgeving gedaan overeenkomstig artikel 12 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr.103 van de Nationale Arbeidsraad. § 2. Om het recht te genieten op 36 of 51 maanden voltijds tijdskrediet of halftijdse of 1/5de loopbaanvermindering bedoeld in artikel 3 van deze collectieve arbeidsovereenkomst, moet de werknemer verbonden geweest zijn door een arbeidsovereenkomst aan de werkgever gedurende de 24 maanden die voorafgaan aan de schriftelijke kennisgeving gedaan overeenkomstig artikel 12 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103 van de Nationale Arbeidsraad. § 3. In afwijking van § 2 zijn de bovenvermelde voorwaarden niet van toepassing op de werknemers die hun voltijds tijdskrediet of hun halftijdse of 1/5de loopbaanvermindering, bedoeld in artikel 3, onmiddellijk na een ouderschapsverlof nemen zoals bepaald bij het koninklijk besluit van 29 oktober 1997Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 29/10/1997 pub. 07/11/1997 numac 1997012521 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 64 van 29 april 1997, gesloten in de Nationale Arbeidsraad, tot instelling van een recht op ouderschapsverlof type koninklijk besluit prom. 29/10/1997 pub. 07/11/1997 numac 1997012760 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid Koninklijk besluit tot invoering van een recht op ouderschapsverlof in het kader van de onderbreking van de beroepsloopbaan sluiten betreffende de invoering van een recht op ouderschapsverlof in het kader van een onderbreking van de beroepsloopbaan en door de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 64, en die hun rechten hebben opgebruikt met toepassing van dit koninklijk besluit of van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 64 voor alle gerechtigde kinderen.

Art. 5.Gemeenschappelijke bepalingen van het tijdskrediet met motief § 1. De periodes bedoeld in artikel 3 van deze collectieve arbeidsovereenkomst mogen in totaal niet meer dan 51 maanden bedragen. § 2. In afwijking van de minimumperiodes bedoeld in artikel 3 van deze collectieve arbeidsovereenkomst, kan het eventuele overblijvende saldo worden opgenomen voor een kortere periode. § 3. Worden niet aangerekend voor de duur van 36 of 51 maanden bedoeld in artikel 3 van deze collectieve arbeidsovereenkomst, de periodes van schorsing of van vermindering van de arbeidsprestaties met toepassing : - van het koninklijk besluit van 22 maart 1995 betreffende het palliatief verlof, houdende uitvoering van artikel 100bis, § 4 van de herstel wet van 22 januari 1985Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/01/1985 pub. 12/08/2013 numac 2013000511 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Herstelwet houdende sociale bepalingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten houdende sociale bepalingen en tot wijziging van het koninklijk besluit van 2 januari 1991 betreffende de toekenning van onderbrekingsuitkeringen; - van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 64 van 29 april 1997 tot instelling van een recht op ouderschapsverlof; - van het koninklijk besluit van 29 oktober 1997Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 29/10/1997 pub. 07/11/1997 numac 1997012521 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 64 van 29 april 1997, gesloten in de Nationale Arbeidsraad, tot instelling van een recht op ouderschapsverlof type koninklijk besluit prom. 29/10/1997 pub. 07/11/1997 numac 1997012760 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid Koninklijk besluit tot invoering van een recht op ouderschapsverlof in het kader van de onderbreking van de beroepsloopbaan sluiten tot invoering van een recht op ouderschapsverlof in het kader van een onderbreking van de beroepsloopbaan; - van het koninklijk besluit van 10 augustus 1998Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 10/08/1998 pub. 08/09/1998 numac 1998012671 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid Koninklijk besluit tot invoering van een recht op loopbaanonderbreking voor bijstand of verzorging van een zwaar ziek gezins- of familielid sluiten tot invoering van een recht op loopbaanonderbreking voor bijstand of verzorging van een zwaar ziek gezins- of familielid.

Art. 6.Recht op landingsbanen § 1. De werknemers bedoeld in artikel 2 die 55 jaar en ouder zijn, hebben zonder maximumduur recht op : 1° een loopbaanvermindering van 1/5de ten belope van één dag per week of twee halve dagen die dezelfde duur omvatten voor zover zij tewerkgesteld zijn in een arbeidsstelsel verdeeld over vijf dagen of meer. Deze periode moet worden genomen per minimumperiode van zes maanden; 2° een loopbaanvermindering in de vorm van een vermindering van de arbeidsprestaties tot een halftijdse betrekking. Deze periode moet worden genomen per minimumperiode van drie maanden. § 2. In afwijking van § 1 wordt de leeftijd verlaagd tot 50 jaar voor de werknemers bedoeld in artikel 2 die hun voltijdse arbeidsprestaties verminderen ten belope van één dag of twee halve dagen per week en die aan de volgende voorwaarde voldoen : - vroeger hebben zij een beroepsloopbaan doorlopen van ten minste 28 jaar, zoals vastgesteld in de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103 van de Nationale Arbeidsraad.

Art. 7.Anciënniteits- en tewerkstellingsvoorwaarden voor de landingsbaan Om recht te hebben op een landingsbaan bedoeld in artikel 6 van deze collectieve arbeidsovereenkomst, moet de werknemer overeenkomstig artikel 10 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103 van de Nationale Arbeidsraad, tegelijkertijd aan de volgende voorwaarden voldoen : - De leeftijdsvoorwaarde bereiken op het ogenblik van de gewenste aanvang van de uitoefening van het recht; - Een loopbaan van 25 jaar achter de rug hebben als loontrekkende, zoals vastgesteld in de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103 van de Nationale Arbeidsraad, met uitzondering van de landingsbaan bedoeld in artikel 8, § 2, tweede streepje van deze collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103 van de Nationale Arbeidsraad, waarvoor een loopbaan van 28 jaar vereist is, overeenkomstig de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103 van de Nationale Arbeidsraad; - Verbonden geweest zijn door een arbeidsovereenkomst aan de werkgever gedurende de 24 maanden die voorafgaan aan de schriftelijke kennisgeving gedaan overeenkomstig artikel 12 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103 van de Nationale Arbeidsraad. In afwijking kan deze termijn nog in onderlinge overeenstemming tussen de werknemer en de werkgever worden verminderd; - Om recht te hebben op een halftijdse landingsbaan, moet de werknemer ten minste 3/4de van een voltijdse betrekking tewerkgesteld zijn geweest in de onderneming gedurende de 24 maanden die voorafgaan aan de schriftelijke kennisgeving gedaan overeenkomstig artikel 12 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103 van de Nationale Arbeidsdraad; - Om recht te hebben op een loopbaanvermindering van 1/5de in het kader van het recht op een landingsbaan, moet de werknemer tewerkgesteld zijn geweest in een arbeidsstelsel verdeeld over vijf dagen of meer en voltijds tewerkgesteld zijn geweest of 4/5de van een voltijdse betrekking in het kader van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 77bis, gesloten op 19 december 2001 in de Nationale Arbeidsraad, in laatste instantie gewijzigd door de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 77septies van 2 juni 2010 (koninklijk besluit van 16 augustus 2010) of van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103 van de Nationale Arbeidsraad, gedurende de 24 maanden die voorafgaan aan de schriftelijke kennisgeving gedaan overeenkomstig artikel 12 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103 van de Nationale Arbeidsraad.

Art. 8.Stelsel voor de werkgevers die maximaal 10 werknemers tewerkstellen Voor de uitoefening van de rechten bedoeld in de artikelen 3 en 6 is de goedkeuring van de werkgever vereist als deze maximaal 10 werknemers tewerkstelt op 30 juni van het jaar dat voorafgaat aan het jaar tijdens hetwelk de schriftelijke kennisgeving wordt verzonden, overeenkomstig artikel 12 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103 van de Nationale Arbeidsraad van 27 juni 2012.

Art. 9.Prioriteits- en planningsmechanisme Wanneer in een onderneming of een dienst, het aantal werknemers die tegelijkertijd het recht uitoefenen of zullen uitoefenen op voltijds tijdskrediet, op halftijdse of 1/5de loopbaanvermindering, zoals bedoeld in de artikelen 3 en 6, alsook werknemers die hun beroepsloopbaan onderbreken overeenkomstig de herstel wet van 22 januari 1985Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/01/1985 pub. 12/08/2013 numac 2013000511 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Herstelwet houdende sociale bepalingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten houdende sociale bepalingen of in de artikelen 3, 6 en 9 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 77bis, meer bedraagt dan 5 pct. van het totaal aantal werknemers die tewerkgesteld zijn in de onderneming of de dienst, wordt een prioriteits- en planningsmechanisme toegepast voor de afwezigen, teneinde de continuïteit van de arbeidsorganisatie te waarborgen.

De berekening van deze drempel gebeurt overeenkomstig artikel 16 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103, gesloten op 27 juni 2012 in de Nationale Arbeidsraad.

Art. 10.Algemene bepaling Voor alles wat niet uitdrukkelijk geregeld is door deze collectieve arbeidsovereenkomst, is de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103 van 27 juni 2012 van de Nationale Arbeidsraad van toepassing.

Art. 11.Inwerkingtreding Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt de collectieve overeenkomst van 22 januari 2016 (132343/CO/304). Zij treedt in werking op 1 juli 2017 en wordt gesloten voor onbepaalde tijd. Zij kan worden opgezegd door elke partij, met een opzeggingstermijn van zes maanden, betekend per ter post aangetekende brief gericht aan de voorzitter van het paritair comité.

De eerste aanvragen en de aanvragen tot verlenging betekend aan de werkgever vóór 1 juli 2017 op basis van de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 mei 2014 (registratienummer : 123964), algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 26 oktober 2015, blijven onder het toepassingsgebied vallen van de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 januari 2016. Voor de nieuwe aanvragen ingediend na 1 juli 2017, vervangt deze collectieve arbeidsovereenkomst de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 januari 2016.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 25 maart 2018.

De Minister van Werk, K. PEETERS

^