gepubliceerd op 08 september 2008
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 26 oktober 2005, gesloten in het Paritair Comité voor de gezondheidsdiensten, tot oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid genaamd : "Sectoraal Spaarfonds van de federale sectoren" en vaststelling van zijn statuten
25 JULI 2008. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 26 oktober 2005, gesloten in het Paritair Comité voor de gezondheidsdiensten, tot oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid genaamd : "Sectoraal Spaarfonds van de federale sectoren" en vaststelling van zijn statuten (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 7 januari 1958 betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid, inzonderheid op artikel 2;
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de gezondheidsdiensten;
Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 26 oktober 2005, gesloten in het Paritair Comité voor de gezondheidsdiensten, tot oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid genaamd : "Sectoraal Spaarfonds van de federale sectoren" en vaststelling van zijn statuten.
Art. 2.De Minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 25 juli 2008.
ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, Mevr. J. MILQUET _______ Nota's (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 7 januari 1958, Belgisch Staatsblad van 7 februari 1958. Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
Bijlage Paritair Comité voor de gezondheidsdiensten Collectieve arbeidsovereenkomst van 26 oktober 2005 Oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid genaamd : "Sectoraal Spaarfonds van de federale sectoren" en vaststelling van zijn statuten (Overeenkomst geregistreerd op 23 februari 2006 onder het nummer 78812/CO/305)
Artikel 1.Bij deze collectieve arbeidsovereenkomst en bij toepassing van artikel 1 van de wet van 7 januari 1958 betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid (Belgisch Staatsblad van 7 februari 1958) en in toepassing van het punt 7 van het federaal meerjarenakkoord van 26 april 2005, richt het Paritair Comité voor de gezondheidsdiensten een fonds voor bestaanszekerheid op, waarvan de statuten hierna worden vastgesteld.
Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en werknemers van : - de inrichtingen die aan de wet op de ziekenhuizen onderworpen zijn; - de psychiatrische verzorgingstehuizen; - de samenwerkingsverbanden voor de oprichting en het beheer van initiatieven van beschut wonen; - de rusthuizen voor bejaarden; - de rust- en verzorgingstehuizen; - de dagverzorgingscentra; - de revalidatiecentra; - de diensten thuisverpleging; - de geïntegreerde diensten thuisverzorging; - de diensten voor het bloed van het Rode Kruis van België; - de medisch-pediatrische centra; - de wijkgezondheidscentra.
Onder "werknemers" wordt verstaan : het mannelijk en vrouwelijk werkliedenpersoneel en bediendepersoneel.
Art. 3.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking op 1 oktober 2005 en is gesloten voor onbepaalde tijd.
Zij kan door elk van de partijen worden opgezegd, voor het eerst op 30 juni 2010, mits een opzegging van drie maanden betekend bij een ter post aangetekende brief gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de gezondheidsdiensten en aan de organisaties die erin vertegenwoordigd zijn.
A. Statuten van het sectoraal spaarfonds
Art. 4.Met ingang van 1 oktober 2005 wordt er een sectoraal spaarfonds opgericht, genaamd "Sectoraal Spaarfonds van de federale sectoren".
Art. 5.De maatschappelijke en de administratieve zetel van het fonds is gevestigd in de gebouwen van VESOFO/AFOSOC te 1000 Brussel, Handelskaai 48.
Deze zetels kunnen bij beslissing van het beheerscomité van het fonds, voorzien bij artikel 9, elders overgeplaatst worden.
Art. 6.§ 1. Het sectoraal spaarfonds heeft hoofdzakelijk als doel, de organisatie en voorbereiding van een sectoraal pensioenfonds (cf. tweede pensioenpijler) die effectief in werking dient te treden ten vroegste op 1 januari 2010. § 2. Er wordt een studie uitgevoerd inzake de inwerkingtreding en de uitvoering van een tweede pensioenpijler voor al het loontrekkend personeel van de private federale gezondheidssectoren. § 3. Rekening houdend met de resultaten van de studie bedoeld in § 2 schept het sectoraal spaarfonds het vereist juridisch kader voor een sectoraal pensioenfonds, en dit voor ten laatste op 30 september 2009. § 4. In afwachting van de inwerkingtreding van bedoeld sectoraal pensioenfonds zal het sectoraal spaarfonds de door de regering gestorte bijdragen beheren. Deze middelen zullen, na aftrek van de administratiekosten, gethesauriseerd worden overgemaakt aan het "sectoraal pensioenfonds" bij zijn inwerkingtreding.
B. Financiering
Art. 7.De geldmiddelen van het sectoraal pensioenfonds bestaan uit de bijdragen die de federale regering stort vanaf 1 januari 2006 zoals voorzien in het sociaal meerjarenplan van 26 april 2005, hoofdstuk VII, evenals uit de eventuele intrestopbrengsten van deze gekapitaliseerde bijdragen.
Art. 8.De administratiekosten van het fonds, met inbegrip van de studiekosten, worden elk jaar vastgesteld door het beheerscomité voorzien bij artikel 9.
Deze kosten worden in eerste instantie gedekt door de renten van de kapitalen voortkomend van de storting van de bijdragen, en eventueel bijkomend door een afhouding op de voorziene bijdragen en waarvan het bedrag vastgelegd is door voornoemd beheerscomité.
C. Beheer
Art. 9.Het fonds wordt beheerd door een beheerscomité van 24 leden verkozen door het Paritair Comité voor de gezondheidsdiensten, voor de helft op voorstel van de representatieve werkgeversorganisaties en voor de andere helft op voorstel van de representatieve werknemersorganisaties. Deze leden worden ten minste voor de helft gekozen binnen de leden van het Paritair Comité voor de gezondheidsdiensten. De overige leden kunnen voorgedragen worden door de betrokken erkende werkgevers- en werknemersorganisaties, mits aanvaarding door het Paritair Comité voor de gezondheidsdiensten en dit zowel wat betreft de werkgevers- als de werknemersdelegatie.
De leden van het beheerscomité worden aangewezen door het Paritair Comité voor de gezondheidsdiensten. Hun mandaat duurt vier jaar.
Het mandaat van lid van het beheerscomité vervalt door ontslag, overlijden of wanneer zijn mandaat als lid van het Paritair Comité voor de gezondheidsdiensten een einde neemt of wegens ontslag gegeven door de organisatie die hem voorgedragen heeft.
Het nieuw lid voltooit desgevallend het mandaat van zijn voorganger.
De mandaten van de leden van het beheerscomité zijn hernieuwbaar.
Art. 10.De beheerders van het fonds gaan geen enkele persoonlijke verplichting aan in verband met verbintenissen van het sectoraal spaarfonds. Hun verantwoordelijkheid is beperkt tot de uitvoering van het mandaat dat zij ontvingen.
Art. 11.Het beheerscomité van het fonds kiest onder zijn leden en telkens voor een periode van twee jaar een voorzitter en een ondervoorzitter die elk tot een verschillende taalrol behoren en alternerend uit de werkgeversorganisaties en de werknemersorganisaties voortspruiten.
Art. 12.Het beheerscomité beschikt over de meest uitgebreide bevoegdheden voor het beheer en de administratie van het fonds, binnen de limieten gesteld door de wet of deze statuten. Het beheerscomité kan een huishoudelijk reglement vastleggen.
Tenzij andersluidende beslissing van het beheerscomité treedt dit laatste in al zijn handelingen op en handelt het in rechte en gezamenlijk via de voorzitter en de ondervoorzitter.
Het beheerscomité heeft onder meer als opdracht : - alle maatregelen te treffen voor de uitvoering van het sectoraal spaarfonds; - de strikte naleving van de opgelegde timing te doen respecteren; - de administratiekosten vast te stellen; - op geregelde tijdstippen verslag uit te brengen aan het Paritair Comité voor de gezondheidsdiensten over de vervulling van zijn opdracht; - over te gaan tot de eventuele aanwerving en afdanking van het personeel.
Art. 13.Het beheerscomité vergadert voor de eerste maal binnen de maand na afsluiten van deze collectieve arbeidsovereenkomst.
Tijdens deze eerste bijeenkomst wordt een strikte timing uitgewerkt, om op korte termijn op basis van de resultaten van een objectieve studie rond de tweede pensioenpijler, het wettelijk kader te scheppen binnen de sector.
Nadien vergadert het beheerscomité op de data, zoals afgesproken tijdens deze eerste bijeenkomsten ter zetel van het sectoraal spaarfonds, met een minimum van eenmaal per semester.
Op vraag van tenminste 1/4e van de leden van het beheerscomité wordt er binnen de 14 dagen een extra vergadering bijeengeroepen.
De notulen worden opgemaakt onder de verantwoordelijkheid van de voorzitter en de ondervoorzitter.
Deze notulen worden bezorgd aan de leden van het beheerscomité.
Art. 14.Het beheerscomité kan slechts geldig vergaderen en beslissen indien minstens de helft zowel van de leden van de werknemersafvaardiging als de leden van de werkgeversafvaardiging effectief aanwezig is of vertegenwoordigd door de volmachthouder. Elk aanwezig lid mag maar drager zijn van één volmacht.
De beslissingen van het beheerscomité worden getroffen bij meerderheid van de stemgerechtigden op iedere bank.
D. Begroting, rekeningen
Art. 15.Het dienstjaar neemt een aanvang op 1 januari en sluit op 31 december.
Het eerste boekjaar zal worden afgesloten op 31 december 2006.
Art. 16.Elk jaar wordt, uiterlijk tijdens de maand december, een begroting voor het volgende jaar ter goedkeuring voorgelegd aan het Paritair Comité voor de gezondheidsdiensten.
Art. 17.Op 31 december worden de rekeningen van het verlopen jaar afgesloten. De afsluiting en de balans moeten op rekenplichtig gebied voldoende omschreven zijn.
Het beheerscomité, alsmede de bij toepassing van artikel 12 van de wet van 7 januari 1958 betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid door het Paritair Comité voor de gezondheidsdiensten aangewezen revisor, brengen jaarlijks ieder een schriftelijk verslag uit over het vervullen van hun opdracht tijdens het verlopen jaar.
De balans samen met de hoger genoemde schriftelijke verslagen, moeten uiterlijk tijdens de maand april ter goedkeuring aan het Paritair Comité voor de gezondheidsdiensten worden voorgelegd.
E. Ontbinding en vereffening
Art. 18.Het sectoraal spaarfonds wordt ontbonden door het Paritair Comité voor de gezondheidsdiensten ingevolge een gebeurlijke vooropzeg, zoals voorzien in artikel 3.
Het voornoemde paritair comité beslist over de bestemming van de goederen en waarden van het fonds na betaling van het passief.
Deze bestemming moet in overeenstemming zijn met het doel waartoe het sectoraal spaarfonds werd opgericht.
Het voornoemde paritair comité duidt de vereffenaars aan onder de leden van het beheerscomité.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 25 juli 2008.
De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, Mevr. J. MILQUET