Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 24 september 1998
gepubliceerd op 28 oktober 1998

Koninklijk besluit betreffende het verbod op nieuwe investeringen in de Republiek Servië

bron
ministerie van financien
numac
1998003536
pub.
28/10/1998
prom.
24/09/1998
ELI
eli/besluit/1998/09/24/1998003536/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

24 SEPTEMBER 1998. - Koninklijk besluit betreffende het verbod op nieuwe investeringen in de Republiek Servië


VERSLAG AAN DE KONING Sire, Het besluit dat wij de eer hebben aan Uwe Majesteit ter ondertekening voor te leggen, heeft tot doel de toepassing van de maatregelen inzake financieel embargo die genomen werden door de Raad van de Europese Unie in de Verordening (EG) nr. 1607/98 van 24 juli 1998 betreffende het verbod op nieuwe investeringen in de Republiek Servië.

Artikel 3 van deze Verordening stelt dat elke Lidstaat bepaalt welke sancties van toepassing zijn indien de bepalingen worden overtreden.

Bij gebrek aan een wet die de uitvoerende macht bevoegd maakt voor de tenuitvoerlegging van maatregelen uitgevaardigd door de Raad van de Europese Unie, dient voor de uitvoering van de bovenvermelde Verordening gesteund te worden op de wetgeving inzake deviezencontrole.

Naar analogie met de maatregelen genomen in het raam van de embargo's tegen Irak, Libië en de Regeringen van de Federale Republiek Joegoslavië en van de Republiek Servië, kan Uwe Majesteit, op basis van artikel 1, eerste lid van de besluitwet van 6 oktober 1944 betreffende de controle op den wissel, de controle opzetten op om het even welke overdracht van goederen en waarden tussen België en het buitenland.

Met het oog hierop worden de overdrachten van om het even welke aard aan : - de Staat of Regering van de Federale Republiek Joegoslavië of de Republiek Servië, - in Servië aanwezige of gevestigde personen, - organisaties die commerciële activiteiten verrichten in de Republiek Servië of overeenkomstig Servisch recht zijn geregistreerd of opgericht, - organisaties die in het bezit zijn van of gecontroleerd worden door een van in dit artikel bedoelde regeringen, personen of organisaties, - personen die optreden namens een van bovenbedoelde regeringen, personen of organisaties, onderworpen aan de bepalingen van de Verordening (EG) nr. 1607/98 van de Raad van 24 juli 1998 betreffende het verbod op nieuwe investeringen in de Republiek Servië.

De Minister van Financiën is bevoegd voor de organisatie en het treffen van elke maatregel die tot doel heeft de uitvoering van artikel 1 te verzekeren.

De inwerkingtreding van het besluit is met terugwerkende kracht voorzien, om heel het tijdperk vanaf de inwerkingtreding van de EG- Verordening te beslaan.

De dringende noodzakelijkheid van het besluit wordt verantwoord.

Wij hebben de eer te zijn, Sire, van Uwe Majesteit, de zeer eerbiedige en zeer getrouwe dienaars, De Minister van Buitenlandse Zaken, E. DERYCKE De Minister van Financiën, J.-J. VISEUR

24 SEPTEMBER 1998. - Koninklijk besluit betreffende het verbod op nieuwe investeringen in de Republiek Servië ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de Verordening (EG) nr. 1607/98 van de Raad van 24 juli 1998 betreffende het verbod op nieuwe investeringen in de Republiek Servië;

Gelet op de besluitwet van 6 oktober 1944 betreffende de controle op den wissel, gewijzigd bij de besluitwetten van 16 maart 1945 en 4 juni 1946 en bij de wetten van 23 december 1974 en 2 januari 1991, inzonderheid op artikel 1, eerste lid, en artikel 5;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, gewijzigd bij de wetten van 4 juli 1989 en 4 augustus 1996;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat de dramatische toestand in Kosovo en de ontoelaatbare acties uitgevoerd door de Servische politiemacht in Kosovo voortduren;

Overwegende dat de Verordening (EG) nr. 1607/98 van 24 juli 1998 verbindend is in al haar onderdelen en rechtstreeks toepasselijk is in elke Lid-Staat; dat zij in werking is getreden op 25 juli 1998, de dag van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen (nr. L 209) en dat het niet naleven van haar bepalingen zo vlug mogelijk na haar inwerkingtreding moet kunnen worden bestraft; dat deze strafmaatregelen dus onverwijld toepasselijk dienen te worden gemaakt;

Op de voordracht van Onze Minister van Buitenlandse Zaken en Onze Minister van Financiën en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Overdrachten van om het even welke aard aan : - de Staat of Regering van de Federale Republiek Joegoslavië of de Republiek Servië, - in Servië aanwezige of gevestigde personen, - organisaties die commerciële activiteiten verrichten in de Republiek Servië of overeenkomstig Servisch recht zijn geregistreerd of opgericht, - organisaties die in het bezit zijn van of gecontroleerd worden door een van in dit artikel bedoelde regeringen, personen of organisaties, - personen die optreden namens een van bovenbedoelde regeringen, personen of organisaties, worden onderworpen aan de bepalingen van de Verordening (EG) nr. 1607/98 van de Raad van 24 juli 1998 betreffende het verbod op nieuwe investeringen in de Republiek Servië.

Art. 2.De Minister van Financiën is bevoegd voor de organisatie en het treffen van elke maatregel voor de uitvoering van de in artikel 1 beoogde Verordening.

Art. 3.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 25 juli 1998.

Art. 4.Onze Minister van Buitenlandse Zaken en Onze Minister van Financiën zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 24 september 1998.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Buitenlandse Zaken, E. DERYCKE De Minister van Financiën, J.-J. VISEUR

^