gepubliceerd op 04 december 2024
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 26 juni 2024, gesloten in het Paritair Comité voor de bewakings- en/of toezichtsdiensten, betreffende opleiding
24 OKTOBER 2024. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 26 juni 2024, gesloten in het Paritair Comité voor de bewakings- en/of toezichtsdiensten, betreffende opleiding (1)
FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de bewakings- en/of toezichtsdiensten;
Op de voordracht van de Minister van Werk,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 26 juni 2024, gesloten in het Paritair Comité voor de bewakings- en/of toezichtsdiensten, betreffende opleiding.
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 24 oktober 2024.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, P.-Y. DERMAGNE _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
Bijlage Paritair Comité voor de bewakings- en/of toezichtsdiensten Collectieve arbeidsovereenkomst van 26 juni 2024 Opleiding (Overeenkomst geregistreerd op 9 juli 2024 onder het nummer 188666/CO/317)
HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied en doelstelling
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op alle werkgevers en op alle werknemers van de ondernemingen welke ressorteren onder het Paritair Comité voor de bewakings- en/of toezichtsdiensten.
Onder "werknemer" wordt verstaan zowel de mannelijke als de vrouwelijke arbeider of bediende.
Art. 2.Met de in deze overeenkomst voorziene bepalingen wensen werkgevers en werknemers uitvoering te geven aan de opleidingsdoelstellingen zoals bedoeld in artikel 53 van de wet van 3 oktober 2022Relevante gevonden documenten type wet prom. 03/10/2022 pub. 10/11/2022 numac 2022206360 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Wet houdende diverse arbeidsbepalingen sluiten houdende diverse arbeidsbepalingen (1) (Belgisch Staatsblad van 10 november 2022).
HOOFDSTUK II. - Aard van de opleidingen
Art. 3.In het kader van deze overeenkomst wordt bedoeld met "formele opleidingen" : de opleidingen, opgelegd door de werkgever of voorgesteld door de werknemer en door de werkgever aanvaard, die rechtstreeks betrekking hebben op het werk. Ze bestaan uit door lesgevers of sprekers ontwikkelde cursussen en stages. Deze opleidingen worden gekenmerkt door een hoge graad van organisatie van de opleider of opleidingsinstelling. Ze gaan door op een plaats die duidelijk van de werkplek gescheiden is. Ze richten zich tot een groep leerlingen.
Hierbij wordt onder meer verstaan : de opleidingen, trainingen en oefeningen voorzien in of in uitvoering van nationale of internationale regelgeving alsmede de niet wettelijk voorziene functie-opleidingen de opleidingen voor het aanleren van vaardigheden of bepaalde kennis zoals taal, informatica, enz.
Art. 4.In het kader van deze overeenkomst wordt bedoeld met "informele opleidingen" : de opleidingen opgelegd door de werkgever of voorgesteld door de werknemer en door de werkgever aanvaard, andere dan deze bedoeld in artikel 3, die rechtstreeks betrekking hebben op het werk. Deze opleidingen worden gekenmerkt door een hoge graad van zelforganisatie door de individuele leerling of door een groep leerlingen met betrekking tot de tijd, de plaats en de inhoud, een inhoud die gekozen wordt volgens de individuele behoeften van de leerling op de werkplek, en met een rechtstreeks verband met het werk en de werkplek, met inbegrip van deelname aan conferenties of beurzen voor leerdoeleinden.
Hierbij wordt onder meer verstaan : alle vormen van beroepsopleiding van werknemers, collectief of individueel, omscholingstrajecten, trainingen, oefeningen en werkplekleren, webinars, e-learning, podcasts, enz.
Art. 5.Als "door de werkgever opgelegde opleidingen" worden verstaan : - de opleidingen die de werknemer verplicht moet volgen; - de opleidingen die de werknemer minimaal moet volgen uit een keuzepakket hem aangeboden door de werkgever.
HOOFDSTUK III. - Principe en toepassingsvoorwaarden
Art. 6.Het geheel van formele en informele opleidingen komt voor de toepassing van deze overeenkomst in aanmerking, ongeacht de vorm waaronder opleidingen plaatsvinden. De organisatie ervan kan zowel individueel of collectief zijn, klassikaal of digitaal, verstrekt worden onder de vorm van seminaries, studiedagen, coachingtrajecten, praktijkoefeningen, recyclage, enz.
Art. 7.Elke voltijdse werknemer beschikt jaarlijks over een individueel opleidingskrediet van gemiddeld, minstens : 1° in 2023 : 2 opleidingsdagen;2° vanaf 1 januari 2024 : 3 opleidingsdagen;3° vanaf 1 januari 2025 : 4 opleidingsdagen;4° vanaf 1 januari 2026 : 5 opleidingsdagen. Vanaf 1 januari 2029 starten nieuwe periodes van 5 jaar waarbinnen, telkenmale, gemiddeld en ten minste 5 opleidingsdagen per jaar moeten worden voorzien.
Art. 8.Het individueel opleidingskrediet wordt geacht te zijn opgenomen indien de werknemer een door de werkgever aangeboden opleiding heeft gevolgd.
Art. 9.Dit individueel krediet is bij verandering van werkgever, niet overdraagbaar. Telkens een werknemer in dienst treedt bij een nieuwe werkgever start voor hem een opleidingskrediet, zoals voorzien in artikel 7, ongeacht de stand van zijn krediet bij zijn vorige werkgever.
Voor de werknemers, wiens arbeidsovereenkomst eindigt vóór het einde van een vijf jaarlijkse periode, geldt dat ze in de gedeeltelijke periode van vijf jaar bij hun oude werkgever, gemiddeld ten minste het aantal opleidingsdagen per jaar moeten gevolgd hebben, dat voor de betrokken periode bepaald is in artikel 7. Deze regel is onder meer van toepassing bij de overgang van werkgever in het kader van de overname van een commercieel contract.
In afwijking van hetgeen bepaald is in het eerste lid wordt het individueel krediet welovergedragen bij verandering van werkgever, behorend tot dezelfde economische groep als de werkgever van de onderneming van oorsprong.
Art. 10.In de zin van deze overeenkomst wordt bedoeld met een "opleidingsdag" : een dag van 7,40 uur voor medewerkers werkzaam in het vijfdagenstelsel en 6,17 uur voor medewerkers werkzaam in een zes-dagenstelsel.
Art. 11.Het aantal in artikel 7 voorziene opleidingsdagen geldt voor voltijdse werknemers. Op de deeltijdse werknemers zijn het aantal opleidingsdagen/opleidingsuren van toepassing pro rata van hun arbeidsregime.
Art. 12.De tijd nodig voor het volgen van de door de werkgever opgelegde opleidingen worden met inbegrip van het afleggen van examens en testen aanzien als arbeidstijd.
Art. 13.In het geval van opleiding onder de vorm van e-learning, bepaalt de opleidingsverstrekker de redelijke tijd die gemiddeld nodig is om het programma met succes te doorlopen.
De arbeidstijd wordt dan gelijkgesteld met de tijd, zoals opleidingsverstrekker heeft opgegeven in het e-learning pakket.
Art. 14.Het loon dat aanleiding geeft tot een vergoeding van de arbeidstijd, bedoeld in artikel 12 en 13, is voor arbeiders en operationele bedienden het gemiddeld uurloon, zoals bedoeld in artikel 27 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 15 maart 2012 aangaande de arbeidsduur en humanisering van de arbeid (nr. 109432/CO/317), maar met uitsluiting van premies.
Art. 15.Om in aanmerking te komen voor de toepassing van deze overeenkomst, zijn : - de formele opleidingen voor de arbeiders en de operationele bedienden opgenomen in hun planningen; - de informele opleidingen, traceerbaar, volgens de gebruiken in de onderneming; - de formele en informele opleidingen voor administratief bedienden, traceerbaar, volgens de gebruiken in de onderneming.
Art. 16.Voor de aangelegenheden waarin deze overeenkomst niet voorziet, gelden de bepalingen van de wet van 3 oktober 2022Relevante gevonden documenten type wet prom. 03/10/2022 pub. 10/11/2022 numac 2022206360 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Wet houdende diverse arbeidsbepalingen sluiten houdende diverse arbeidsbepalingen. Dit is onder meer het geval voor de pro rata berekeningen, de berekeningen van de opleidingsdagen, de overdracht van te veel gebruikte opleidingsdagen en de niet opgebruikte opleidingsdagen, andere dan deze voorzien in artikel 7, alsook de regeling bij ontslag.
HOOFDSTUK IV. - Controle en overleg
Art. 17.De werkgever vermeldt het saldo van de gevolgde opleidingsdagen, de te veel gebruikte opleidingsdagen of van de niet-opgebruikte opleidingsdagen op de loon brief van de werknemer of, indien dit niet het geval is, deelt hij elk jaar voor 1 februari het saldo op 31 december van het afgelopen jaar mede aan de werknemer.
De verplichting, bedoeld in het vorig lid, vervalt vanaf de datum waarop de betrokken werknemer toegang kan verkrijgen tot zijn gegevens in de Federal Learning Account.
Art. 18.De werkgever schrijft de in het kader van deze overeenkomst de formeel en informeel georganiseerde opleidingen in op de sociale balans, gevoegd bij de jaarrekening van zijn onderneming.
Art. 19.Het "Fonds voor bestaanszekerheid van de bewaking" (hierna genoemd het fonds), waarvan de statuten werden vastgelegd met de collectieve arbeidsovereenkomst van 15 september 2016 (registratienummer 135595/CO/317) stelt de statistische sectorale resultaten op, voortvloeiend uit de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst.
Art. 20.Jaarlijks stelt de werkgever een opleidingsoverzicht op.
Dit opleidingsoverzicht omvat voor het afgelopen kalenderjaar de volgende informaties : 1. de werktitel van de opleiding;2. het totaal aantal uren gedurende dewelke deze opleiding in de onderneming gevolgd is;3. het aantal werknemers dat de betrokken opleiding hebben gevolgd. De ondernemingen met een ondernemingsraad of met een syndicale delegatie leggen dit opleidingsoverzicht, uiterlijk op 31 mei, voor aan de ondernemingsraad en bij ontstentenis aan de syndicale delegatie.
Art. 21.Met de enige bedoeling om de evolutie van de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst te kunnen opvolgen, verstrekken de ondernemingen aan het fonds voor bestaanszekerheid jaarlijks en uiterlijk voor 1 juli een ingevuld standaarddocument, vastgesteld door het fonds en dat door net fonds aan de ondernemingen overgemaakt. De ondernemingen worden jaarlijks voor 1 juni van deze verplichting herinnerd door het fonds.
Wie op 1 juli het ingevulde standaarddocument niet heeft overgemaakt, wordt door het fonds schriftelijk aangemaand dit alsnog te doen vóór 15 juli.
Wie, na 15 juli het standaarddocument nog steeds niet heeft overgemaakt aan het fonds, wordt geacht niet te voldoen aan de werkgeversverplichtingen ten aanzien van het fonds.
De verplichting, bedoeld in het eerste lid, vervalt vanaf 1 juli volgend op de datum waarop het fonds toegang verkrijgt tot de Federal Learning Account.
Art. 22.Het fonds brengt jaarlijks voor 31 december bij het paritair comité verslag uit over de door het fonds geglobaliseerde statistische informatie aangaande de evolutie van de opleidingen in de sector.
HOOFDSTUK V. - Bijzondere bepalingen voor het waardevervoer
Art. 23.De waardevervoerders onderhevig aan de bepalingen inzake de vorming van waarde vervoerders, aangenomen met het koninklijk besluit van 25 april 2014Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 25/04/2014 pub. 25/07/2014 numac 2013012278 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 6 september 2011, gesloten in het Paritair Comité voor de groothandelaars-verdelers in geneesmiddelen, betreffende de terugbetaling van de vervoerskosten van de werknemers type koninklijk besluit prom. 25/04/2014 pub. 25/07/2014 numac 2013205073 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 15 januari 2013, gesloten in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid, betreffende de werkloosheid met bedrijfstoeslag in de bakkerijen en banketbakkerijen type koninklijk besluit prom. 25/04/2014 pub. 25/07/2014 numac 2013012246 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 12 februari 2013, gesloten in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 februari 2012 betreffende de bijdrage van de werkgevers in de verplaatsingskosten type koninklijk besluit prom. 25/04/2014 pub. 25/07/2014 numac 2013012250 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 16 januari 2013, gesloten in het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid, betreffende de vervanging van de bijlage bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 27 mei 2009 betreffende het vervoer van de arbeiders type koninklijk besluit prom. 25/04/2014 pub. 25/07/2014 numac 2013012248 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 november 2012, gesloten in het Paritair Subcomité voor de havens van Oostende en Nieuwpoort, tot oprichting van het "Compensatiefonds voor bestaanszekerheid voor de havens van Oostende en Nieuwpoort" en vaststelling van zijn statuten type koninklijk besluit prom. 25/04/2014 pub. 25/07/2014 numac 2013012247 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 januari 2013, gesloten in het Paritair Comité voor de metaal-, machine- en elektrische bouw, betreffende de toepassing van het nationaal akkoord 2011-2012, eindejaarspremie en beroepsvorming in de provincie Namen type koninklijk besluit prom. 25/04/2014 pub. 25/07/2014 numac 2013205607 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 14 februari 2013, gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, tot verlenging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 16 juni 2011 betreffende de toekenning aan sommige bejaarde arbeiders van een aanvullende vergoeding ten laste van het "Fonds voor bestaanszekerheid van de werklieden uit het bouwbedrijf" (1) sluiten, wijzigend het koninklijk besluit van 21 december 2006 betreffende de vereisten inzake beroepsopleiding en -ervaring, de vereisten inzake medisch en psychotechnisch onderzoek voor het uitoefenen van leidinggevende of een uitvoerende functie in een bewakingsonderneming of interne bewakingsdienst en betreffende de erkenning van de opleidingen, moeten, als hij wordt ontslagen, de vorming kunnen volgen hetgeen hem moet toelaten om het attest van de algemene competenties van een bewakingsagent te bekomen op kosten van de waardetransportonderneming die hem ontsloeg.
Art. 24.De volgende voorwaarden dienen hierbij vervuld te zijn : a. Er wordt niet in overweging genomen dat de werknemer mutatie maakt naar een andere werkgever, ten gevolge van de overgang van een commercieel contract;b. De werknemer heeft minstens 1 jaar anciënniteit in de onderneming die hij verlaat, waarbij de anciënniteit die voortvloeit uit de overgang van het commercieel contract wordt in rekening genomen;c. De werknemer neemt zelf contact met de onderneming die hij verlaat om zijn inschrijving te regelen;d. De werknemer betaalt de inschrijvingskosten terug indien hij, zonder rechtvaardiging, afwezig is van de lessen of wanneer hij niet deelneemt aan het examen;e. De onderneming voor dewelke de werknemer tewerkgesteld was, bepaalt of en wanneer de vorming plaatst zal hebben;f. Zij zal de inschrijvingskosten terugbetalen (niet via het loon en niet via een vergoeding).
Art. 25.In geval van betwisting doen partijen een beroep op de voorzitter van het paritair comité die een verzoeningsbureau kan samenstellen en een oplossing kan voorstellen aan betrokken partijen.
HOOFDSTUK VI. - Slotbepalingen
Art. 26.Een werknemer die het slachtoffer is geweest van een agressie zal begeleid worden. Hij zal het voorwerp uitmaken van recyclage of eventueel omgeschoold worden voor een reclassering indien dit in het belang van de betrokkene is.
Art. 27.De in deze overeenkomst voorziene maatregelen en verplichtingen, vervangen alle in voorheen in collectieve arbeidsovereenkomst overeengekomen verplichtingen inzake opleidingen en opleidingskredieten.
Art. 28.Deze overeenkomst heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2023.
Ze is gesloten voor onbepaalde duur.
Art. 29.Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt de collectieve arbeidsovereenkomst van 13 december 2023 inzake vorming (geregistreerd onder nummer 184975).
Art. 30.Ze kan door één van de ondertekenende partijen worden opgezegd mits het respecteren van een opzegtermijn van zes maanden.
Deze opzegging gebeurt per aangetekende brief gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de bewakings- en/of toezichtsdiensten.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 24 oktober 2024.
De Minister van Werk, P.-Y. DERMAGNE