Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 24 november 2000
gepubliceerd op 21 december 2000

Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 13 mei 1994 tot uitvoering van artikel 12 van de wet van 2 april 1965 betreffende het ten laste nemen van de steun verleend door de openbare centra voor maatschappelijk welzijn

bron
ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu
numac
2000022881
pub.
21/12/2000
prom.
24/11/2000
ELI
eli/besluit/2000/11/24/2000022881/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

24 NOVEMBER 2000. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 13 mei 1994 tot uitvoering van artikel 12 van de wet van 2 april 1965 betreffende het ten laste nemen van de steun verleend door de openbare centra voor maatschappelijk welzijn


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 2 april 1965 betreffende het ten laste nemen van de steun verleend door de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, inzonderheid op artikel 12, laatst gewijzigd bij de wet van 12 augustus 2000;

Gelet op het koninklijk besluit van 13 mei 1994 tot uitvoering van artikel 12 van de wet van 2 april 1965 betreffende het ten laste nemen van de steun verleend door de openbare centra voor maatschappelijk welzijn;

Gelet op het advies van de inspecteur van financiën, gegeven op 8 november 2000;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting van 24 november 2000;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat de ontworpen maatregel tot doel heeft uitwerking te geven aan het regeerakkoord doordat zij de tewerkstelling wil stimuleren van personen van vreemde nationaliteit, ingeschreven in het bevolkingsregister, die omwille van hun nationaliteit geen recht hebben op een bestaansminimum en die gerechtigd zijn op financiële maatschappelijke hulp; dat een financiële stimulans voor de aanwerving van deze categorie moeilijker bemiddelbare werknemers in een sociaal inschakelingsinitiatief werd ingevoerd bij het koninklijk besluit van 14 juli 2000 tot wijziging van het koninklijk besluit van 9 februari 1999 tot uitvoering van artikel 57quater van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de O.C.M.W.'s, en dat dit besluit op 1 september 2000 in werking is getreden; dat een andere financiële stimulans voor de aanwerving van dezelfde categorie werknemers door een uitzendbureau werd ingevoerd bij het koninklijk besluit van 28 september 2000 tot wijziging van voormeld koninklijk besluit van 9 februari 1999, en dat dit besluit op 1 oktober 2000 in werking is getreden; dat in beide programma's tot activering van de financiële maatschappelijke hulp is voorzien dat het O.C.M.W. het bedrag van de geactiveerde maatschappelijke hulp aan de werkgever stort; dat dringend moet worden voorkomen dat de O.C.M.W.'s de financiële last van deze uitbetaling zouden moeten dragen; dat zij daartoe een aanvraag om een voorschot op de staatstoelage zo snel mogelijk moeten kunnen indienen;

Op de voordracht van Onze Minister van Maatschappelijke Integratie, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.In het koninklijk besluit van 13 mei 1994 tot uitvoering van artikel 12 van de wet van 2 april 1965 betreffende het ten laste nemen van de steun verleend door de openbare centra voor maatschappelijk welzijn wordt in de plaats van artikel 2 dat artikel 3 wordt, een nieuw artikel 2 ingevoegd, luidende : «

Art. 2.§ 1. Een voorschot wordt gestort aan de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, dat in mindering wordt gebracht van de kosten voor de geactiveerde maatschappelijke hulp die door de openbare centra voor maatschappelijk welzijn wordt toegekend voor iedere aanwerving in het kader van een sociaal inschakelingsinitiatief of door een uitzendbureau, bedoeld in het koninklijk besluit van 9 februari 1999 tot uitvoering van artikel 57quater van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en waarvan de last door de federale Staat wordt gedragen krachtens artikel 5, § 4, tweede lid, van voormelde wet van 2 april 1965. § 2. De aanvraag om het voorschot wordt ingediend door middel van een behoorlijk gemotiveerde aanvraag gericht aan de Minister tot wiens bevoegdheid de Maatschappelijke Integratie behoort of aan zijn afgevaardigde, die beschikt bij gemotiveerde beslissing. Bij deze aanvraag wordt een kopie gevoegd : - ofwel van de arbeidsovereenkomst in het kader van een sociaal inschakelingsinitiatief; - ofwel van de overeenkomst gesloten tussen het O.C.M.W. en een uitzendbureau. § 3. Het voorschot is gelijk aan het bedrag van de geactiveerde maatschappelijke hulp, vastgelegd bij voormeld koninklijk besluit van 9 februari 1999; het wordt maandelijks gestort en is niet meer verschuldigd wanneer de arbeidsovereenkomst van de aangeworven persoon in het kader van een sociaal inschakelingsinitiatief wordt beëindigd of wanneer de overeenkomst gesloten tussen het O.C.M.W. en een uitzendbureau wordt beëindigd.

De aanvraag om het voorschot heeft uitwerking vanaf de tweede maand na de maand waarin zij werd ingediend. »

Art. 2.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 3.Onze Minister van Maatschappelijke Integratie is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 24 november 2000.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Maatschappelijke Integratie, J. VANDE LANOTTE

^