Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 23 september 2004
gepubliceerd op 27 september 2004

Koninklijk besluit tot vaststelling van de financiële tussenkomst vanwege het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn voor de begeleiding en de toeleiding van een gerechtigde op maatschappelijke integratie of een financiële maatschappelijke hulp naar een tewerkstelling in een onderneming

bron
programmatorische federale overheidsdienst maatschappelijke integratie, armoedebestrijding en sociale economie
numac
2004002108
pub.
27/09/2004
prom.
23/09/2004
ELI
eli/besluit/2004/09/23/2004002108/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

23 SEPTEMBER 2004. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de financiële tussenkomst vanwege het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn voor de begeleiding en de toeleiding van een gerechtigde op maatschappelijke integratie of een financiële maatschappelijke hulp naar een tewerkstelling in een onderneming


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, inzonderheid op artikel 57quater, § 2, gewijzigd bij de wet van 2 augustus 2002;

Gelet op de wet van 26 mei 2002 betreffende het recht op maatschappelijke integratie, inzonderheid op artikel 9, § 2, en artikel 13, § 1;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 2 juli 2004;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting van 8 juli 2004;

Gelet op het advies 37.560/1/V van de Raad van State, gegeven op 10 augustus 2004, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op de voordracht van Onze Minister van Maatschappelijke Integratie en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt begrepen onder : 1° openbare dienst voor arbeidsbemiddeling : de openbare dienst die bevoegd is voor arbeidsbemiddeling op het niveau van de Gewesten en van de Duitstalige Gemeenschap;2° een gerechtigde op maatschappelijke integratie of een financiële maatschappelijke hulp, hierna gerechtigde genoemd : a) de persoon die gerechtigd is op maatschappelijke integratie in de vorm van een leefloon en ingeschreven is als niet-werkende werkzoekende bij de openbare dienst voor arbeidsbemiddeling;b) de persoon van vreemde nationaliteit die is ingeschreven in het vreemdelingenregister en die omwille van zijn nationaliteit geen aanspraak kan maken op het recht op maatschappelijke integratie en gerechtigd is op financiële maatschappelijke hulp en ingeschreven is als niet-werkende werkzoekende bij de openbare dienst voor arbeidsbemiddeling;c) de persoon die gerechtigd is op maatschappelijke integratie in de vorm van een tewerkstelling overeenkomstig de artikelen 8, 9 en 13, van de wet van 26 mei 2002 betreffende het recht op maatschappelijke integratie en die bij de openbare dienst voor arbeidsbemiddeling is ingeschreven als vrijwillig werkzoekende, met uitzondering van de persoon die tewerkgesteld is in het kader van de invoeginterim of aangeworven is door een privé-onderneming;d) de persoon van vreemde nationaliteit die is ingeschreven in het vreemdelingenregister, voor wie het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn financieel tussenkomt in de kosten die verbonden zijn aan zijn inschakeling in het beroepsleven overeenkomstig artikel 57quater van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn of voor wie het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn een toelage ontvangt overeenkomstig artikel 5, § 4bis, van de wet van 2 april 1965 betreffende het ten laste nemen van de steun verleend door de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en die bij de openbare dienst voor arbeidsbemiddeling is ingeschreven als vrijwillig werkzoekende, met uitzondering van de persoon die tewerkgesteld is in het kader van de invoeginterim of aangeworven is door een privé-onderneming;3° erkende partner : iedere instantie die door de openbare dienst voor arbeidsbemiddeling wordt erkend voor het volbrengen van de opdracht gerechtigden op maatschappelijke integratie of een financiële maatschappelijke hulp te begeleiden en toe te leiden naar een tewerkstelling in een onderneming volgens een methodologie die door de openbare dienst voor arbeidsbemiddeling wordt goedgekeurd.

Art. 2.Een gerechtigde waarvoor het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn een individuele partnerschapovereenkomst sluit met de openbare dienst voor arbeidsbemiddeling of een of meerdere erkende partners, met het oog op zijn begeleiding en zijn toeleiding naar een tewerkstelling in een onderneming, geeft recht op een financiële tussenkomst vanwege het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn.

Art. 3.De financiële tussenkomst kan maar worden toegekend indien de volgende voorwaarden gelijktijdig vervuld zijn : 1° het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn sluit voor een gerechtigde een individuele partnerschapovereenkomst met de openbare dienst voor arbeidsbemiddeling of een of meerdere erkende partners met toepassing van artikel 61 van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn;2° in deze partnerschapovereenkomst verbindt de openbare dienst voor arbeidsbemiddeling of de erkende partner(s) zich ertoe voor de gerechtigde een op de persoon toegespitst begeleidingsplan op te stellen en uit te voeren met het oog op zijn begeleiding en zijn toeleiding naar een tewerkstelling in een onderneming.

Art. 4.Het individueel begeleidingsplan bestaat uit : 1° hetzij een module van 50 uren opvolging, te verrichten door de openbare dienst voor arbeidsbemiddeling of de erkende partner(s). Indien de gerechtigde een werknemer is zoals bedoeld in artikel 1, 1°, c) en d), dienen deze 50 uren opvolging verricht te worden gedurende de drie laatste maanden van de tewerkstelling van de persoon;2° hetzij een module van 100 uren opvolging, te verrichten door de openbare dienst voor arbeidsbemiddeling of de erkende partner(s). Indien de gerechtigde een werknemer is zoals bedoeld in artikel 1, 1°, c) en d), dienen deze 100 uren opvolging op volgende wijze ingezet te worden : 50 uren opvolging, te verrichten gedurende de drie laatste maanden van de tewerkstelling van de persoon en 50 uren bijkomende opvolging, te verrichten gedurende de drie maanden die volgen op de beëindiging van zijn arbeidsovereenkomst. Het individueel begeleidingsplan doet beroep op de methodologie van jobcoaching en/of het actief zoeken naar werk en bevat minstens volgende onderdelen : - het opmaken van een socio-professionele balans van de gerechtigde; - de gerechtigde leren omgaan met het marktaanbod inzake tewerkstelling en met werkaanbiedingen; - een sollicitatietraining; - het aanleren van arbeidsattitudes; - het actief zoeken naar een voor de gerechtigde passende baan in een onderneming, op basis van zijn persoonlijk profiel en gebruikmakend van de promotie van de tewerkstellingsmaatregelen die op hem van toepassing zijn.

Het individueel begeleidingsplan kan naargelang van de noodzaak opleidingsinitiatieven inhouden.

Art. 5.Indien in het kader van het partnerschap het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn betrokken is bij de uitvoering van het individueel begeleidingsplan, kan het voor hoogstens 50 % van het in de individuele begeleidingsmodule voorziene aantal uren instaan.

Art. 6.§ 1. De financiële tussenkomst bedraagt 500 EUR voor : - hetzij het verwezenlijken van de tewerkstelling van de gerechtigde; - hetzij het uitvoeren van de module van 100 uren opvolging, bedoeld in artikel 4, eerste lid, 2°.

De financiële tussenkomst bedraagt 250 EUR voor het uitvoeren van de module van 50 uren opvolging, bedoeld in artikel 4, eerste lid, 1°. § 2. Indien de gerechtigde tewerkgesteld wordt tijdens de uitvoering van zijn individueel begeleidingsplan en deze tewerkstelling binnen de drie maanden beëindigd wordt, behoudt de betrokkene zijn recht op het saldo van het aantal uren opvolging zoals voorzien in het individueel begeleidingsplan.

Art. 7.Naar aanleiding van de ondertekening van de individuele partnerschapovereenkomst wordt 50 % van de financiële tussenkomst door het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn aan de openbare dienst voor arbeidsbemiddeling of de erkende partner(s) gestort.

Het saldo van de financiële tussenkomst wordt betaald na uitvoering van de individuele partnerschapovereenkomst op basis van een schuldvordering van de openbare dienst voor arbeidsbemiddeling of de door deze dienst erkende partner(s).

Indien meerdere partners betrokken zijn bij de uitvoering van de partnerschapovereenkomst, wordt de financiële tussenkomst over de verschillende partners verdeeld volgens het aantal uren opvolging waartoe iedere partner zich verbonden heeft, ook al wordt de tewerkstelling van de gerechtigde eerder verwezenlijkt.

Art. 8.Bij verhuis van de werknemer tijdens de uitvoering van het individueel begeleidingsplan, blijft het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn dat de partnerschapovereenkomst met de openbare dienst voor arbeidsbemiddeling of de erkende partner(s) heeft gesloten, gehouden tot de betaling van het saldo van de financiële tussenkomst na uitvoering van de individuele partnerschapovereenkomst.

Art. 9.Onze Minister bevoegd voor Maatschappelijke Integratie is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 23 september 2004.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Maatschappelijke Integratie, Ch. DUPONT

^