22 JUNI 1998. - Koninklijk besluit tot goedkeuring van het beheerscontract tussen de Belgische Staat en Belgacom

VERSLAG AAN DE KONING Sire, De wet van 19 december 1997 heeft de wet van 21 maart 1991 betreffende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven gewijzigd. De wijzigingen die daarin zijn aangebracht, hebben de organisatie van de Belgische telecommunicatiemarkt grondig hervormd.

De gevolgen van die wijzigingen hebben met name betrekking op de opdrachten van openbare dienst van Belgacom, zoals die vastgelegd zijn in het beheerscontract tussen de Belgische Staat en Belgacom.

Een reeks bepalingen die voordien deel uitmaakten van het beheerscontract worden nu geregeld bij de wet, bij een besluit of hebben gewoon niet langer een doel.

Er moest dus met Belgacom een nieuw beheerscontract worden gesloten dat aan de nieuwe situatie aangepast was.

Het beheerscontract dat de bijlage bij dit besluit vormt heeft betrekking op de opdrachten van algemeen nut van Belgacom, zoals bepaald bij de wet van 21 maart 1991.

Uit het van kracht zijnde beheerscontract zijn de bepalingen overgenomen en aangepast met betrekking tot de medewerking van Belgacom aan de civiele bescherming en aan de Gemengde Commissie voor de televerbindingen.

Het nieuwe beheerscontract zal in hoofdzaak de betrekkingen regelen tussen de federale Staat en Belgacom wat betreft de uitvoering van de opdrachten van algemeen nut die vastgesteld zijn in artikel 86ter, § 2 van de wet van 21 maart 1991 en in bijlage 3 bij die wet.

Die bepalingen strekken ertoe aan scholen, bibliotheken en ziekenhuizen gunstige voorwaarden te bieden voor de toegang tot Internet.

Het beheerscontract houdt rekening met de mogelijkheid die artikel 3 van bijlage 3 bij de wet biedt, waardoor de Gemeenschappen de wettelijke bepaalde voordelen kunnen herverdelen zodat beter rekening kan worden gehouden met de behoeften van de begunstigden die onder hun bevoegdheid ressorteren.

Artikel 6, § 1, van het beheerscontract bepaalt de minimumkwaliteit van de lijn die ter beschikking van de begunstigden wordt gesteld. Bij het opstarten van het programma gaat het om een minimum capaciteit van 64 kilobits per seconde. Als gevolg van het overhandigen van het verslag, voorzien in artikel 11, § 1, van het beheerscontract, aan de Minister van Telecommunicatie, kan beslist worden, bij akkoord tussen het BIPT en Belgacom, de aangeboden kwaliteit en de gebruikte technologie te wijzigen om rekening te houden met de evolutie van de behoeften enerzijds en met de technologische evolutie anderzijds.

Artikel 8 van het beheerscontract stelt de maximumprijs vast van de dienst die Belgacom heeft opgericht om de verplichtingen van de wet na te komen.

De kosten van die dienst voor de toegang tot Internet zal gedeeltelijk door de Staat, gedeeltelijk door de begunstigden en, wat de scholen betreft, gedeeltelijk door Belgacom worden gedragen.

Paragraaf 3 van artikel 8 staat een prijsherziening toe van die dienst, mocht de leverancier van de toegang tot Internet aangesloten zijn op een ander openbaar telecommunicatienet dan dat van Belgacom en dat met Belgacom verbonden zou zijn door een bijzonder interconnectieakkoord. De uitdrukking « bijzondere voorwaarden van zijn interconnectieakkoord met de operator van het andere netwerk » betekent dat die operator hogere interconnectiekosten vraagt dan die welke Belgacom vraagt in haar referentie-interconnectieaanbesteding, die het BIPT voor dezelfde dienst heeft goedgekeurd.

Anderzijds wordt artikel 9 gerechtvaardigd door de openstelling van de markt voor concurrentie, waarbij de wet andere operatoren de toestemming verleent om alleen of gezamenlijk, onder gelijkwaardige voorwaarden mee te werken aan de opdrachten van algemeen nut.

De bepaling van het goedgekeurde artikel 10 van het beheerscontract betreffende de dekking door Belgacom van de uitgaven voor het pensioen van haar statutair personeel, herneemt de bepalingen uit het vorige beheerscontract. Het tweede lid beoogt de specifieke maatregelen die slaan op Belgacom bij de uitsluiting uit de wetgevende of regelgevende akten met algemene draagwijdte.

Artikel 11, § 4, van het beheerscontract laat Belgacom toe de uitvoering van deze verplichtingen op te schorten bij eventuele niet-betaling door de Staat van de bedragen die voorzien zijn in het beheerscontract. Het artikel preciseert echter dat deze opschorting slechts voor de toekomst geldt : Belgacom kan de dienst I-Line voor de scholen, bibliotheken of ziekenhuizen die er reeds van genieten, niet onderbreken. Het gaat hier niet om een uitdrukkelijk ontbindend beding maar om een uitzonderingsmechanisme bij niet-uitvoering.

Ik heb de eer te zijn, Sire, van Uwe Majesteit de zeer eerbiedige en zeer getrouwe dienaar, De Minister van Telecommunicatie, E. DI RUPO

22 JUNI 1998. - Koninklijk besluit tot goedkeuring van het beheerscontract tussen de Belgische Staat en Belgacom ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 19 februari 1998;

Gelet op het advies van 21 maart 1991 betreffende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven, inzonderheid op de artikelen 3, 4, 5, 58, 82 en 86ter;

Op de voordracht van Onze Minister van Telecommunicatie en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Dit besluit keurt het bijgaande beheerscontract goed, dat tussen de Belgische Staat en Belgacom is afgesloten.

Art. 2.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 3.Onze Minister van Telecommunicatie is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 22 juni 1998.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Telecommunicatie, E. DI RUPO

Beheerscontract Inleiding Dit beheerscontract verbindt de Federale Staat en Belgacom voor een duur van drie jaar. Het heeft betrekking op de opdrachten van algemeen nut bedoeld in artikel 86ter van de wet van 21 maart 1991.

Wat de medewerking van Belgacom aan de burgerlijke verdediging en de Gemengde Commissie voor de televerbindingen betreft, herneemt het nieuwe beheerscontract globaal de verplichtingen die reeds aan Belgacom waren opgelegd door het beheerscontract dat tot nu toe van kracht was.

De belangrijkste beschikkingen toegevoegd aan het beheerscontract hebben betrekking op regels en voorwaarden die Belgacom moet naleven bij het uitvoeren van de opdracht van openbaar nut voorgeschreven door artikel 86ter, § 2, van de wet van 21 maart 1991, namelijk het ter beschikking stellen, tegen een betaalbare prijs, wat de aansluiting betreft, de kostprijs van de verbindingen en het abonnement, van een lijn met een capaciteit die interactiviteit mogelijk maakt met het oog op het verlenen van toegang tot datanetten, met name Internet, om aldus tegemoet te komen aan de bijzondere noden van ziekenhuizen, scholen en openbare bibliotheken.

Bijzondere aandacht werd besteed aan de noodzakelijke aanpassing van de opdracht van algemeen nut aan de noden van de door de wet aangeduide begunstigden. Met dat doel voor ogen werden contacten gelegd met de Gemeenschappen wat scholen en openbare bibliotheken betreft.

Bovendien worden een reeks beschikkingen die voorheen deel uitmaakten van het beheerscontract in de toekomst geregeld door de wet of worden ze irrelevant (zie het koninklijk besluit van 10 december 1997 dat het systeem van de monopolievergoeding regelt voor de jaren 1996 en 1997).

Commentaar bij de artikels Artikelen 1 en 2 Deze artikels behoeven geen commentaar.

Artikel 3 De beschikkingen met betrekking tot overmacht werden gewijzigd ten einde rekening te houden met het specifiek karakter van de opdrachten van algemeen nut. Vroeger hadden deze beschikkingen meer bepaald betrekking op de termijnen voor de terbeschikkingstelling van de verschillende types van diensten voor Belgacom.

Artikel 4 Dit artikel herneemt en hergroepeert de verplichtingen die reeds aan Belgacom waren opgelegd door het vorige beheerscontract. Deze verplichtingen bepalen nu dat de medewerking van Belgacom aan de burgerlijke verdediging en de Gemengde Commissie voor de televerbindingen niet beperkt is tot een financiële bijdrage, maar eveneens een rol van technische ondersteuning inhoudt.

Artikel 5 Paragraaf 2 verwijst naar de mogelijkheid geboden door artikel 3 van annex 3 van de wet van 21 maart 1991. Dit artikel laat de Gemeenschappen toe een andere verdeling van de voordelen voorgeschreven door de wet te vragen. Dit wordt gerechtvaardigd door het feit dat bepaalde begunstigden (scholen en bibliotheken) van deze voordelen onder de bevoegdheid van de Gemeenschappen vallen.

Artikel 6 Dit artikel beschrijft de dienst voorgesteld door Belgacom om zijn opdracht van algemeen nut uit te voeren ten opzichte van scholen, bibliotheken en ziekenhuizen en benadrukt de noodzaak om deze dienst verder te kunnen ontwikkelen in de toekomst.

Artikel 7 Dit artikel regelt de financiële relatie tussen de Staat en Belgacom inzake de opdracht van algemeen nut ten opzichte van scholen, bibliotheken en ziekenhuizen.

Artikel 8 Dit artikel bepaalt de prijs voor de dienst ingevoerd door Belgacom.

Paragraaf 2 wordt gerechtvaardigd door de verplichting opgelegd aan alle uitbaters van een openbaar netwerk voor telecommunicatie of spraaktelefonie om bij te dragen tot het wetenschappelijk onderzoek in het domein van de telecommunicatie en de ontwikkeling van de markt, meer bepaald door de verbetering van de toegang, zonder uitzondering, tot die markt om de levering van telecommunicatiediensten te vergemakkelijken. Deze verplichting valt onder de artikels 87, § 2 en 92bis, § 1 van de wet van 21 maart 1991. Belgacom heeft voorgesteld deze verplichting na te leven door deel te nemen aan de financiering van de aansluitingen bestemd voor scholen.

Paragraaf 3 laat een herziening toe van de prijzen van de dienst in het geval dat de Internet Access Provider aangesloten is op een ander netwerk dan dat van Belgacom.

Artikel 9 Artikel 9 wordt gerechtvaardigd door de openstelling van de telecommunicatiemarkt voor de concurrentie.

Artikel 10 Dit artikel bevat alle bepalingen met betrekking tot het pensioen, die reeds in het vorige beheerscontract vermeld stonden.

Artikel 11 Dit artikel behoeft geen commentaar.

Tekst van de artikels I. Algemene principes Artikel 1 Voor de uitvoering van dit beheerscontract verstaat men onder : 1. De Minister : de Minister of Staatssecretaris die bevoegd is voor de aangelegenheden inzake telecommunicatie. 2. Het Instituut : het Belgisch Instituut voor postdiensten en telecommunicatie, afgekort : « B.I.P.T. », bedoeld in artikel 71 van de wet van 21 maart 1991 betreffende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven; 3. De Wet : de Wet van 21 maart 1991 betreffende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven;4. Belgacom : orgaan van openbaar nut, bedoeld in artikel 58 van de wet;5. De Gemeenschappen : la Communauté française, de Vlaamse Gemeenschap, die Deutschesprächische Gemeinschaft in België. Artikel 2 Dit beheerscontract wordt gesloten voor een duur van drie jaar. Het treedt in werking de dag waarop het in Ministerraad overlegd koninklijk besluit tot goedkeuring van het contract wordt bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad.

De jaarlijkse aanpassing, voorgeschreven door artikel 5, § 1, tweede alinea van de Wet, moet door ten minste één partij worden aangevraagd ten laatste op 31 mei. Over de aanpassingen voorgeschreven door artikel 5, § 1, eerste en tweede alinea, wordt uiterlijk op 30 september beslist; de aanpassingen worden van kracht op 1 januari van het volgend jaar.

Artikel 3 § 1. Het beheerscontract bepaalt de regels en bijzondere voorwaarden die Belgacom moet naleven bij het uitvoeren van de opdrachten van openbare dienst die het door artikel 58 van de wet zijn opgelegd.

De verplichtingen vermeld in dit beheerscontract zijn slechts toepasselijk voor zover Belgacom niet wordt verhinderd ze na te leven, met andere woorden, tenzij het ten gevolge van een geval van overmacht onmogelijk is deze verplichtingen na te leven. § 2. Onder overmacht verstaat men : a) oorlog, al of niet officieel verklaard, burgeroorlog, oproer en revolutie, piraterij, sabotage;b) natuurrampen zoals zware stormen, wervelstormen, aardbevingen, vloedgolven, overstromingen, blikseminslagen;c) ontploffingen, brand, vernieling van machines, fabrieken en eender welke installaties;d) boycots, stakingen en lock-outs onder eender welke vorm, stiptheidsacties, bezettingen van fabrieken en lokalen, werkonderbrekingen in ondernemingen van de partij die de ontheffing van haar aansprakelijkheid eist;e) al of niet wettelijk optreden van de overheid, tenzij een partij het risico aanvaardt krachtens andere clausules van het contract en met uitzondering van de bepalingen vermeld in paragraaf drie hieronder. § 3. Elke wijziging van de opdrachten van openbare dienst, hetzij door een aanpassing van de artikelen 58, 68, 82, 86ter, 91 en annex 3 van de wet, hetzij op een andere manier, heeft tot gevolg dat de overeenkomstige beschikkingen van dit beheerscontract worden aangepast bij toepassing van artikel 5, § 1, alinea twee van de Wet, met uitwerking op 1 januari van het jaar dat volgt op de wijziging.

II. Opdrachten van openbare dienst.

II.1. Diensten van algemeen nut bedoeld in artikel 86ter, § 1, van de wet.

Artikel 4 Belgacom is verplicht bij te dragen tot : 1° de medewerking aan de Gemengde Commissie voor de televerbindingen en de burgerlijke verdediging, opgericht krachtens het koninklijk besluit van 10 december 1957, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 24 september 1993, voor een bedrag van 6 000 000 frank in 1998 en vervolgens jaarlijks geïndexeerd aan de waarde van het BNP van het vorige jaar;2° de medewerking met Comixtelec en de burgerlijke verdediging houdt tevens in dat de onderneming permanent een technisch commissaris en een technisch secretariaat ter beschikking stelt, die belast zijn met de uitvoering van de opdrachten vereist in de context van het geheel van de activiteiten van Comixtelec bij toepassing van het koninklijk besluit van 10 december 1957, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 24 september 1993 betreffende de oprichting van een Gemengde Commissie voor Telecommunicatie. II.2. Diensten van algemeen nut bedoeld in artikel 86ter, § 2van de Wet.

Artikel 5 § 1. Belgacom voert de opdracht van algemeen nut bedoeld in artikel 86ter, § 2 van de Wet uit overeenkomstig annex 3 van de Wet en eventuele overeenkomsten gesloten met de Gemeenschappen (voor bepaalde scholen en voor bibliotheken) en/of scholen en/of ziekenhuizen. § 2. Elke overeenkomst gesloten tussen Belgacom en de Gemeenschappen en/of scholen en/of ziekenhuizen betreffende de uitvoering van deze opdracht van algemeen nut wordt overgezonden aan de Minister, overeenkomstig artikel 3 van bijlage 3 bij de Wet.

Artikel 6 § 1. Belgacom richt een specifieke dienst op die een lijn ter beschikking stelt voor de aansluiting op een virtuele technologie, alleen geprogrammeerd om toegang tot een Internet access provider mogelijk te maken. Deze dienst wordt « I LINE »-dienst genoemd. (I : « Informatie, Interactiviteit, Internet »).

De technologie gebruikt om dit te doen wordt bepaald door Belgacom in overeenstemming met het BIPT. In een eerste implementatiefase zal de technologie die ter beschikking van de begunstigden wordt gesteld een minimale capaciteit van 64 kbits/s bieden. § 2. De voorgestelde dienst houdt rekening met de kwaliteit die moet worden geleverd, het niveau van de gedeeltelijke financiering door de Staat, de beschikbare mogelijkheid voor de toekomstige evolutie van de aangeboden dienst en de bevordering van de informatiemaatschappij.

Artikel 7 § 1. Voor de uitvoering van zijn opdracht reserveert de Staat een maximumbedrag van 860 000 000 frank (exclusief BTW).

Dit bedrag is als volgt samengesteld : 1° de bedragen met betrekking tot ziekenhuizen en de Duitstalige gemeenschap worden forfaitair als volgt samengesteld : - ziekenhuizen : 31 500 000 frank voor 1998 en 31 500 000 frank voor 1999; - Duitstalige gemeenschap : 6 000 000 frank voor 1998 en 6 000 000 frank voor 1999; 2° het saldo wordt verdeeld onder de Franse Gemeenschap en de Vlaamse Gemeenschap volgens de verdeelsleutel voorgeschreven door artikel 39, § 2 van de bijzondere wet van 16 januari 1989 met betrekking tot de financiering van Gemeenschappen en Gewesten. § 2. Dit bedrag kan worden gestort in verschillende driemaandelijkse voorafbetalingen, berekend volgens de uitvoeringsplannen opgesteld door Belgacom voor het trimester en gespreid tot 30 juni 2000. Een laatste afrekening ter regularisatie zal worden opgemaakt en betaald voor 31 december 2000 ten laatste.

Artikel 8 § 1. De maximumprijs van het product I-Line is vastgesteld op 160 000 frank (exclusief BTW). § 2. Belgacom draagt bij tot de financiering van lijnen geïnstalleerd in scholen. Het bedrag van deze Belgacom-bijdrage wordt vastgesteld in naleving van het lastenboek bedoeld in artikel 87, § 2 en/of 92bis, § 1 van de Wet. § 3. In het geval dat de Internet access provider (IAP) aangesloten is op een ander netwerk dan dat van Belgacom, kan de prijs van het product, zoals voorzien in artikel 8, § 1, voor de verbindingen met deze IAP herzien worden, met het akkoord van het Instituut. Dit zal toezien op het vermijden van elke concurrentievervalsing wat de keuze van IAP's betreft. Deze eventuele herziening van de prijs moet worden gerechtvaardigd in functie van de afwijking tussen enerzijds de vastgelegde bijzondere voorwaarden voor eenzelfde dienst, door het relevante interconnectie-akkoord voor deze specifieke dienst, afgesloten tussen Belgacom en de operator van het andere netwerk, en anderzijds de relevante voorwaarden, in het bijzonder de tarifaire voorwaarden die op 1 maart 1998 voor deze dienst van toepassing zijn.

In dat geval blijft het bedrag van de deelname van de Staat bedoeld in artikel 7, § 1, ongewijzigd, evenals het bedrag van de deelname van Belgacom bedoeld in artikel 8, § 2.

Artikel 9 Indien andere operatoren meewerken aan de uitvoering van de opdracht van algemeen nut bedoeld in artikel 86ter, § 2 van de Wet, worden de bedragen gestort aan Belgacom krachtens artikel 7 verminderd met de bedragen gestort aan de andere operatoren voor de uitvoering van hun opdracht.

III. Financiële structuur.

Artikel 10 Belgacom verbindt zich ertoe de uitgaven voor het pensioen van haar statutair personeel te dekken zonder tussenkomst van de Staat. Deze uitgaven worden haar opgelegd door artikel 22 van de wet van 19 juli 1930 tot oprichting van de regie van telegraaf en telefoon.

De Staat verbindt zich ertoe dat geen enkele financiële inspanning zal worden opgelegd aan Belgacom die meer bepaald dan de last die voortvloeit uit de toepassing van de voor haar personeel geldende pensioenregeling en dat aan die inspanning geen enkele andere bestemming zal worden gegeven.

IV. Sancties.

Artikel 11 § 1. Het verslag aan de Minister betreffende de uitvoering door Belgacom van haar taken van openbare dienst, voorzien door artikel 23, § 5, van de Wet wordt vóór 30 april van het volgend jaar door de raad van bestuur ingediend. § 2. Belgacom ontvangt een afschrift van de verslagen die door de Regeringscommissaris zijn opgesteld met betrekking tot de uitvoering van haar taken van openbare dienst. Onverminderd de toepassing van artikel 23, § 4 van de Wet, deelt Belgacom binnen de maand haar opmerkingen op deze verslagen mede aan de Minister. § 3. Bij een gebrekkige uitvoering door Belgacom van één van de verplichtingen die haar zijn opgelegd krachtens dit beheerscontract, en indien dit behoorlijk werd vastgesteld door middel van een rapport opgemaakt door de Regeringscommissaris, heeft de Staat het recht de betaling van een schadevergoeding te eisen waarvan het bedrag niet hoger mag liggen dan 5 % van het totale bedrag van de betalingen uitgevoerd door de Staat krachtens artikel 7, § 1 van dit beheerscontract. § 4. Indien de Staat een deel of het geheel van het bedrag voorgeschreven door artikel 7, § 1 van dit beheerscontract niet betaalt, heeft Belgacom het recht de uitvoering van de verplichtingen die haar zijn opgelegd krachtens artikels 5 en 6 van dit beheerscontract op te schorten. Deze opschorting zal worden gehandhaafd tot de verschuldigde sommen zijn betaald. De opschorting van de verplichtingen slaat enkel op de uitvoering van toekomstige verplichtingen en kan in geen geval een invloed hebben op de aansluitingen reeds gerealiseerd op de datum van de opschorting.

Voor Belgacom : De gedelegeerd bestuurder, (get.) J. Goossens.

De Minister van Telecommunicatie, E. DI RUPO