Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 22 december 2016
gepubliceerd op 14 februari 2017

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 februari 2001, gesloten in het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Vlaamse Gemeenschap, betreffende de toekenning van conventionele verlofdagen

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2016205737
pub.
14/02/2017
prom.
22/12/2016
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

22 DECEMBER 2016. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 februari 2001, gesloten in het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Vlaamse Gemeenschap, betreffende de toekenning van conventionele verlofdagen (1)


FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Vlaamse Gemeenschap;

Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 20 februari 2001, gesloten in het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Vlaamse Gemeenschap, betreffende de toekenning van conventionele verlofdagen.

Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 22 december 2016.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, K. PEETERS _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Vlaamse Gemeenschap Collectieve arbeidsovereenkomst van 20 februari 2001 Toekenning van conventionele verlofdagen (Overeenkomst geregistreerd op 10 februari 2016 onder het nummer 131264/CO/319.01)

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de werknemers die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Vlaamse Gemeenschap (PSC 319.01).

Onder "werknemers" wordt verstaan : het mannelijk en vrouwelijk werklieden- en bediendepersoneel.

Art. 2.Alle werknemers, ongeacht hun leeftijd, hebben recht op twee conventionele verlofdagen per kalenderjaar.

Voor deze conventionele verlofdagen, uitgedrukt overeenkomstig de gemiddelde contractuele dagelijkse arbeidsduur van de werknemer, heeft de betrokken werknemer recht op zijn normaal loon.

Voor deeltijdse werknemers geldt de pro rata berekening overeenkomstig hun contractuele arbeidsduur.

Jonge werknemers/schoolverlaters, die voldoen aan de voorwaarden zoals vermeld in artikel 5 van de wetten betreffende de jaarlijkse vakantie van de werknemers gecoördineerd op 28 juni 1971, hebben, ongeacht de duurtijd van hun arbeidsovereenkomst, recht op de twee conventionele verlofdagen vanaf hun indiensttreding (vóór 1 november) en binnen het kalenderjaar van indiensttreding.

Art. 3.Alle werknemers in de leeftijdscategorie van 35 jaar tot en met 44 jaar hebben, bovenop de twee conventionele verlofdagen vermeld in artikel 2, recht op vijf bijkomende conventionele verlofdagen per kalenderjaar. In het jaar 2001 hebben zij recht op drie bijkomende conventionele verlofdagen per kalenderjaar.

Voor deze bijkomende conventionele verlofdagen, uitgedrukt overeenkomstig de gemiddelde contractuele dagelijkse arbeidsduur van de werknemer, heeft de betrokken werknemer recht op zijn normaal loon.

Voor deeltijdse werknemers geldt de pro rata berekening overeenkomstig hun contractuele arbeidsduur.

Het recht op deze bijkomende conventionele verlofdagen wordt proportioneel verworven met ingang van de maand waarin de leeftijd van 35 jaar wordt bereikt en tot en met de maand voorafgaand aan de maand waarin de leeftijd van 45 jaar wordt bereikt.

De volledige vervangende tewerkstelling van de maatregel bedoeld in artikel 3 wordt gerealiseerd met het binnen het VIA voorziene budget vanwege de Vlaamse overheid. In 2003 zal een evaluatie plaatsvinden door de sociale partners om na te gaan of de financiering van de volledige vervangende tewerkstelling verzekerd blijft.

Art. 4.De conventionele verlofdagen worden toegekend onverminderd de bij de inwerkingtreding van deze collectieve arbeidsovereenkomst reeds geldende overeenkomsten en afspraken inzake de toekenning van bijkomend verlof, compensatiedagen van arbeidsduur, betaalde inhaalrust, extralegale feestdagen of andere reeds toegekende arbeidsduurverminderingen.

Voor de twee conventionele verlofdagen, vermeld in artikel 2, geldt de toekenning onverminderd de bestaande plaatselijke afspraken op 1 juli 1998 rond de toekenning van bijkomend verlof.

Art. 5.De conventionele verlofdagen gelden als gelijkgestelde dagen voor de berekening van de eindejaarstoelage.

Art. 6.Heeft de werknemer bij het einde van het kalenderjaar of bij zijn uitdiensttreding deze conventionele verlofdagen geheel of gedeeltelijk niet genomen, dan ontvangt hij een loon gelijk aan het aantal overeenkomende arbeidsuren vermenigvuldigd met zijn normaal uurloon.

Indien bij uitdiensttreding de niet opgenomen conventionele verlofdagen werden uitbetaald, behoudt de werknemer evenwel het recht om de niet opgenomen verlofdagen van het betrokken kalenderjaar in arbeidsduur op te nemen bij de nieuwe werkgever, evenwel rekening houdend met het reeds door de vorige werkgever uitbetaalde loon voor deze verlofdagen.

Art. 7.Het recht op de conventionele verlofdagen wordt proportioneel bepaald op basis van het aantal in het betrokken kalenderjaar effectieve of gelijkgestelde maanden arbeidsprestaties. De begonnen maand wordt hierbij meegerekend als gepresteerde maand.

Voor de gelijkstelling met effectieve arbeidsprestaties gelden dezelfde periodes als voor de toekenning van de jaarlijkse vakantie van de werknemers.

Art. 8.De conventionele verlofdagen worden genomen in gemeenschappelijk akkoord tussen de werknemer en de werkgever en dit rekening houdend met de dienstmogelijkheden.

Art. 9.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking met ingang van 1 januari 2001 en is gesloten voor onbepaalde duur.

Vanaf haar inwerkingtreding vervangt zij de collectieve arbeidsovereenkomst van 1 juli 1998 betreffende de toekenning van twee bijkomende conventionele verlofdagen (49118/CO/319.01) en de collectieve arbeidsovereenkomst van 4 december 1998 houdende toepassing van de collectieve arbeidsovereenkomst van 1 juli 1998 betreffende de toekenning van twee bijkomende conventionele verlofdagen (50234/CO/319.01).

Deze collectieve arbeidsovereenkomst kan door elk van de partijen opgezegd worden mits een opzeggingstermijn van zes maanden gericht bij een ter post aangetekend schrijven aan de voorzitter van het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Vlaamse Gemeenschap.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 22 december 2016.

De Minister van Werk, K. PEETERS

^