Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 22 april 2019
gepubliceerd op 07 mei 2019

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 23 november 2018, gesloten in het Nationaal Paritair Comité voor de sport, betreffende de arbeidsvoorwaarden van de betaalde volleybalspelers en -trainers

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2019200972
pub.
07/05/2019
prom.
22/04/2019
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

22 APRIL 2019. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeids overeenkomst van 23 november 2018Relevante gevonden documenten type overeenkomst prom. 23/11/2018 pub. 30/11/2018 numac 2018032289 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Verordening tot wijziging van de verordening van 28 juli 2003 tot uitvoering van artikel 22, 11°, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994 sluiten, gesloten in het Nationaal Paritair Comité voor de sport, betreffende de arbeidsvoorwaarden van de betaalde volleybalspelers en -trainers (1)


FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Nationaal Paritair Comité voor de sport;

Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeids overeenkomst van 23 november 2018Relevante gevonden documenten type overeenkomst prom. 23/11/2018 pub. 30/11/2018 numac 2018032289 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Verordening tot wijziging van de verordening van 28 juli 2003 tot uitvoering van artikel 22, 11°, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994 sluiten, gesloten in het Nationaal Paritair Comité voor de sport, betreffende de arbeidsvoorwaarden van de betaalde volleybalspelers en -trainers.

Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 22 april 2019.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, K. PEETERS _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Nationaal Paritair Comité voor de sport Collectieve arbeids overeenkomst van 23 november 2018Relevante gevonden documenten type overeenkomst prom. 23/11/2018 pub. 30/11/2018 numac 2018032289 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Verordening tot wijziging van de verordening van 28 juli 2003 tot uitvoering van artikel 22, 11°, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994 sluiten Arbeidsvoorwaarden van de betaalde volleybalspelers en -trainers (Overeenkomst geregistreerd op 11 december 2018 onder het nummer 149436/CO/223) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.De collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de volleybalclubs die deelnemen aan de Liga A Heren en deeltijdse en voltijds betaalde volleybalspelers en trainers die gebonden zijn door een arbeidsovereenkomst volgens de wet van 24 februari 1978Relevante gevonden documenten type wet prom. 24/02/1978 pub. 17/06/2010 numac 2010000338 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de arbeidsovereenkomst voor betaalde sportbeoefenaars sluiten betreffende de arbeidsovereenkomst voor betaalde sportbeoefenaars. HOOFDSTUK II. - Duur

Art. 2.De collectieve arbeidsovereenkomst wordt afgesloten voor een bepaalde duur, te weten van 1 augustus 2018 tot en met 31 juli 2020. HOOFDSTUK III. - Loon

Art. 3.§ 1. Het loon van de betaalde volleyballer en trainer (in arbeidsrechtelijke zin) bestaat uit de volgende elementen : - het vast bruto maandsalaris; - de wedstrijdpremies; - andere contractuele vergoedingen; - de contractuele voordelen in natura, onder meer het beschikken over een woning, een voertuig of andere voordelen in natura; - eventuele werkgeversbijdragen in de groepsverzekering. § 2. Kostenvergoedingen (onder andere verplaatsingskosten, kosten eigen aan de werkgever, kledijvergoeding,...) maken geen deel uit van het loon zoals voorzien in § 1 en tellen niet mee voor het bereiken van het minimumloon. § 3. Het loon moet contractueel voldoende bepaalbaar zijn (vaste wedde, voordelen in natura, premies,...) zodat reeds uit het contract blijkt of het minimumloon gerespecteerd wordt. Voor het bereiken van het minimumloon wordt rekening gehouden met de loonelementen opgesomd in de loonbeschermingswet. Kostenvergoedingen worden niet meegerekend voor het bereiken van het minimumloon. Het jaarlijks minimumloon moet worden behaald ongeacht de duurtijd van het contract in dat seizoen.

Het jaarlijks minimumloon wordt vastgelegd door het Nationaal Paritair Comité voor de sport. § 4. Het loon wordt uitbetaald uiterlijk de 7de werkdag na de rechtgevende maand waarin de prestaties werden geleverd. De club is verplicht de maandelijkse loonfiches aan de speler/trainer te overhandigen op het ogenblik van de uitbetaling van het loon. § 5. Indien de club een wagen ter beschikking stelt aan de speler of aan de trainer, neemt de club de verzekering van de wagen ten laste en kan een franchise van maximum 500 EUR aangerekend worden aan de speler of de trainer voor een ongeval in fout. HOOFDSTUK IV. - Minimum aantal betaalde sportbeoefenaars

Art. 4.Elke club uit de Liga A Heren moet voor het seizoen 2018/2019 verplicht een minimum aantal van 4 deeltijdse betaalde volleybalspelers onder contract hebben.

Elke club uit de Liga A Heren moet voor het seizoen 2019/2020 verplicht een minimum aantal van 4 deeltijdse betaalde volleybalspelers onder contract hebben. Beide partijen kunnen echter vóór 1 mei 2019 beslissen om het minimum aantal betaalde sportbeoefenaars voor het seizoen 2019/2020 te verhogen mits gezamenlijke schriftelijke mededeling aan het Nationaal Paritair Comité voor de sport.

Art. 5.Elke club uit de Liga A Heren moet verplicht 1 volleybalcoach onder bediendecontract hebben die een loon ontvangt dat minstens gelijk is aan het deeltijds loon voor een betaalde sportbeoefenaar.

Art. 6.Een club kan een uitzondering vragen om te voldoen aan het minimum betaalde sportbeoefenaars overeenkomstig artikel 4. De aanvraag tot uitzondering moet met redenen omkleed zijn en ingediend worden bij de Arbitragecommissie Volleybal overeenkomstig artikel 17 van deze collectieve arbeidsovereenkomst. Op artikel 5 kan geen uitzondering gevraagd worden.

Art. 7.De Liga A Heren maakt voorafgaand aan de start van de competitie (uiterlijk 15 oktober) een lijst met betaalde volleybalspelers en -coaches over aan het Nationaal Paritair Comité voor de sport. HOOFDSTUK V. - Contractstabiliteit

Art. 8.De contracten tussen clubs en betaalde volleyballers worden afgesloten voor maximum 5 jaar. Het contract vangt aan ten laatste op 1 augustus - behalve voor spelers die effectief later worden aangeworven - en loopt minimum tot het einde van elk seizoen (15 mei) in de loop waarvan ze getekend worden. Bij niet-naleving van het minimum is de speler gerechtigd op betaling tot het einde van dat seizoen. In geval van een meerjarig contract moet elke maand van het contract vergoed worden.

Art. 9.De speler van wie het contract afloopt overeenkomstig de contractuele bepalingen is vrij om een arbeidsovereenkomst af te sluiten met een andere club naar zijn keuze. De onderhandelingsvrijheid van de speler kan dan ook op geen enkele wijze belemmerd worden.

Art. 10.In geval de speler ter beschikking wordt gesteld voor een nationale selectie, heeft de club de mogelijkheid om de uitvoering van de arbeidsovereenkomst met de speler te schorsen voor de periode dat de speler opgeroepen wordt bij de nationale selectie in zoverre dit uitdrukkelijk in de individuele arbeidsovereenkomst wordt vermeld en onverminderd artikel 12. HOOFDSTUK VI. - Arbeidsongeschiktheid

Art. 11.De club kent de speler kosteloze medische bijstand toe door bemiddeling van haar medische staf en door haar aangeduide externe specialisten. Het staat de speler vrij geneesheren of specialisten van zijn keuze te raadplegen en zich door hen te laten verzorgen, op eigen kosten en op eigen risico, met name wat betreft een langdurige onbeschikbaarheid. De club neemt in geen geval de kosten of de aansprakelijkheid ten laste van de behandelingen, medische verzorging en in het algemeen alle andere ingrepen dan deze welke door de geneesheren van de club of de door haar aangeduide externe specialisten worden verstrekt of toegelaten.

Art. 12.De clubs zijn verplicht hun arbeidsongevallenverzekering al of niet bij hun wetsverzekeraar uit te breiden tot ongevallen overkomen aan hun spelers die tijdens de duurtijd van de arbeidsovereenkomst ter beschikking gesteld worden aan een nationale selectie. Eventuele tegemoetkomingen door de verzekering van de betrokken federatie worden in mindering gebracht.

Art. 13.Werkgever-clubs verbinden zich ertoe in geval van arbeidsongeschiktheid ten gevolge van een sportletsel in het kader van de uitoefening van de arbeidsprestaties in de club, naast het gewaarborgd loon voor de eerste maand van de ongeschiktheid, voor de tweede maand van de ongeschiktheid aan de speler een opleg te betalen bovenop de wettelijke tussenkomst van de arbeidsongevallenverzekeraar of ziekenfonds tot aan het contractuele vaste loon met een maximale tussenkomst van 1 200 EUR.

Art. 14.In geval van arbeidsongeschiktheid van een speler wordt door beide partijen ervoor geopteerd om zoveel als mogelijk de revalidatie te laten plaatsvinden binnen de installaties van de club - al of niet in het kader van collectieve trainingssessies - of bij de medische staf van de club. Zolang dit in het kader van de revalidatie gebeurt en de speler nog niet opnieuw arbeidsgeschikt is, mag dit niet als een werkhervatting aanzien worden. HOOFDSTUK VII. - Spelersafvaardiging

Art. 15.§ 1. De werkgevers-clubs erkennen dat de spelers vertegenwoordigd worden door een spelersvakbond. § 2. Een vertegenwoordiger van de spelersvakbond zal mondeling of schriftelijk kunnen overgaan tot alle mededelingen die nuttig zijn voor de spelers, zonder dat zulks de organisatie van de club-werkgever mag verstoren. § 3. De werkgevers verklaren zich akkoord dat er op de installaties van de club voorlichtingsvergaderingen voor de spelers kunnen worden gehouden door de vertegenwoordigers van een spelersvakbond na voorafgaande kennisgeving aan de betrokken club. HOOFDSTUK VIII. - Gezamenlijk project

Art. 16.De Volleyballiga stelt jaarlijks een bedrag van 2 500 EUR ter beschikking dat in onderling akkoord wordt aangewend voor een nader te bepalen gezamenlijk project. HOOFDSTUK IX. - Arbitragecommissie

Art. 17.De Arbitragecommissie Volleybal bestaat uit minstens 6 leden, waarvan 3 leden die de clubs van de Liga A vertegenwoordigen en 3 leden die de spelers vertegenwoordigen. Deze arbitragecommissie is bevoegd voor volgende geschillen : - De aanvraag tot uitzondering om aan het minimum betaalde sportbeoefenaars te voldoen overeenkomstig artikel 6. De concrete uitvoeringsmodaliteiten zijn in een apart reglement vastgelegd in overeenstemming met de wettelijke bepalingen die voorzien zijn inzake arbitrage. De aanvragende club en de Liga kiezen een arbiter uit de lijst met arbiters en beide arbiters duiden uit de lijst een voorzitter aan. Minimaal één van de 3 leden van het arbitragecollege komt van werknemerszijde. HOOFDSTUK X. - Boetes en sancties

Art. 18.De disciplinaire boetes en sancties die door de werkgever worden opgelegd, moeten vermeld worden in het arbeidsreglement. Het bedrag van de financiële boetes mag niet meer bedragen dan het wettelijk toegestane maximum, zoals vermeld in de wet op de bescherming van het loon. Het arbeidsreglement en de arbeidsovereenkomst moeten de wijze van kennisgeving van de sancties alsook de procedure en termijnen van beroep vermelden op straffe van nietigheid. HOOFDSTUK XI. - Weddenschappen - Discriminatie - Grensoverschrijdend gedrag

Art. 19.De spelers en trainers verbinden er zich toe om niet deel te nemen aan weddenschappen van welke aard ook die betrekking hebben op wedstrijden van de club.

Art. 20.De spelers en trainers zullen zich onthouden van elke vorm van discriminatie op grond van : leeftijd, seksuele geaardheid, handicap, geloof of levensbeschouwing, burgerlijke staat, geboorte, vermogen, politieke overtuiging, syndicale overtuiging, taal, huidige of toekomstige gezondheidstoestand, een fysieke of genetische eigenschap, sociale afkomst, nationaliteit, zogenaamd ras, huidskleur, afkomst, nationale of etnische afstamming, geslacht.

Art. 21.De spelers en trainers zullen zich onthouden van elke vorm van intimidatie, pesterijen en grensoverschrijdend gedrag op het werk. HOOFDSTUK XII. - Vereffening/fusie/herstructurering/ overdracht van stamnummer

Art. 22.§ 1. In geval van vereffening, fusie, herstructurering of vraag tot overdracht van een stamnummer van een club uit de Liga A Heren, dient voorafgaand verplicht een informatieprocedure voor het paritair comité gevolgd te worden. § 2. In geval een club voornemens is daartoe over te gaan, is zij ertoe gehouden vooraf de voorzitter van het Nationaal Paritair Comité voor de sport in te lichten bij aangetekend schrijven (Ernest Blérotstraat 1 - 1070 Brussel).

De voorzitter van het paritair comité verwittigt de sociale partners en organiseert desbetreffend een bijeenkomst in het Nationaal Paritair Comité voor de sport. Bij niet-naleving van deze procedure is de vereffening, fusie of herstructurering niet tegenstelbaar aan de sociale partners en kan er geen overdracht van stamnummer gebeuren. § 3. Clubs-werkgevers die in het voorgaande seizoen hun niet-betwistbare contractuele verplichtingen ten overstaan van betaalde sportbeoefenaars - zoals opgenomen in deze collectieve arbeidsovereenkomst - niet zijn nagekomen op 1 juli, kunnen niet deelnemen aan de wedstrijden van de Liga A Heren in het daaropvolgende seizoen. Minnelijke betalingsregelingen vormen geen belemmering in zoverre deze effectief nageleefd worden. HOOFDSTUK XIII. - Modelcontract

Art. 23.De clubs zullen verplicht het modelcontract betaalde volleybalspeler/volleybaltrainer gebruiken dat in overleg tussen de Liga A Heren en de spelersvertegenwoordigers wordt opgesteld. In ieder geval zullen de contractuele bepalingen die afwijken van de modelovereenkomst en die de rechten van de betaalde volleybalspeler/volleybaltrainer beperken niet rechtsgeldig zijn. Het modelcontract treedt in voege vanaf de datum van neerlegging van het modelcontract bij het Nationaal Paritair Comité voor de sport. Het is van toepassing op de nieuwe contracten die na die datum worden gesloten.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 22 april 2019.

De Minister van Werk, K. PEETERS

^