Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 19 februari 2003
gepubliceerd op 18 maart 2003

Koninklijk besluit tot wijziging van artikel 225, § 3, van het koninklijk besluit van 3 juli 1996 tot uitvoering van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994

bron
federale overheidsdienst sociale zekerheid
numac
2003022205
pub.
18/03/2003
prom.
19/02/2003
ELI
eli/besluit/2003/02/19/2003022205/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

19 FEBRUARI 2003. - Koninklijk besluit tot wijziging van artikel 225, § 3, van het koninklijk besluit van 3 juli 1996 tot uitvoering van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, inzonderheid op artikel 93, zevende lid en artikel 32, eerste lid, 6°;

Gelet op het koninklijk besluit van 3 juli 1996 tot uitvoering van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, inzonderheid op artikel 225, § 3, gewijzigd door de koninklijke besluiten van 10 november 2000, 14 juni 2001 en 11 november 2002 en artikel 247, § 1, 5° en 12°, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 10 juni 2001 tot eenvormige definiëring van begrippen met betrekking tot arbeidstijdsgegevens ten behoeve van de sociale zekerheid, met toepassing van artikel 39 van de wet van 26 juli 1996 tot modernisering van de sociale zekerheid en tot vrijwaring van de leefbaarheid van de wettelijke pensioenstelsels; Gelet op de wetten op de Raad van State gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;

Gelet op de hoogdringendheid, gemotiveerd door het feit dat het inkomensplafond om beschouwd te worden als persoon ten laste in het kader van de uitkeringsverzekering verhoogd wordt; dat deze maatregel van toepassing is vanaf 1 april 2003, zodat het aangewezen is dat de verzekeringsinstellingen en de sociaal verzekerden hiervan zo snel mogelijk op de hoogte worden gebracht;

Gelet op het advies van het beheerscomité van de uitkeringsverzekering voor werknemers, gegeven op 22 januari 2003;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 31 januari 2003;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting van 13 februari 2003;

Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.In artikel 225, § 3, eerste lid, van het koninklijk besluit van 3 juli 1996 tot uitvoering van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, gewijzigd door de koninklijke besluiten van 10 november 2000, 14 juni 2001 en 11 november 2002, wordt de tweede zin vervangen door de volgende zin : « Nochtans wordt met dit inkomen, alsook met de hiervoren bedoelde pensioenen, renten, tegemoetkomingen en uitkeringen, slechts rekening gehouden indien het totale bedrag ervan meer is dan euro 647,4746 per maand; dit bedrag is gekoppeld aan het spilindexcijfer 103,14 van kracht op 1 juni 1999 (basis 1996 = 100) en wordt aan de schommelingen van het prijsindexcijfer aangepast overeenkomstig de bepalingen vermeld in artikel 237. »

Art. 2.Artikel 247 § 1, 5° en 12°, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 10 juni 2001 tot eenvormige definiëring van begrippen met betrekking tot arbeidstijdgegevens ten behoeve van de sociale zekerheid, met toepassing van artikel 39 van de wet van 26 juli 1996 tot modernisering van de sociale zekerheid en tot vrijwaring van de leefbaarheid van de wettelijke pensioenstelsels, wordt vervangen door de volgende bepalingen : « 5° de gerechtigde in verlof zonder wedde.

De voortgezette verzekering wordt toegestaan voor een duur welke niet langer mag zijn dan drie maanden per kalenderjaar; ». « 12° de gerechtigde in tijdelijke werkloosheid ingevolge staking of lock-out en die bij ontstentenis van een toelating van het Beheerscomité van de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening, geen aanspraak heeft op werkloosheidsuitkeringen.

De voortgezette verzekering wordt toegestaan voor een duur welke niet langer mag zijn dan die van de staking of het lock-out; ».

Art. 3.Artikel 1 van dit besluit treedt in werking op 1 april 2003 en artikel 2 heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2003.

Art. 4.Onze Minister van Sociale Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 19 februari 2003.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken, F. VANDENBROUCKE

^