gepubliceerd op 30 juni 1999
Koninklijk besluit tot vaststelling van de nieuwe enige bedragen van de renten voor gedeporteerden, werkweigeraars en zeevissers
19 APRIL 1999. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de nieuwe enige bedragen van de renten voor gedeporteerden, werkweigeraars en zeevissers
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 12 december 1969 tot instelling van een lijfrente ten voordele van de gedeporteerden van de oorlog 1914-1918 en van de werkweigeraars en de gedeporteerden voor de verplichte tewerkstelling van de oorlog 1940-1945, gewijzigd door het koninklijk besluit van 12 oktober 1972 en door de wetten van 18 juli 1973, 17 februari 1975, 15 juli 1976, 30 december 1977, 4 juni 1982, 3 augustus 1988, en 7 juni 1989;
Gelet op de wet van 23 december 1970 tot instelling van nieuwe voordelen ten gunste van de burgerlijke slachtoffers van de oorlogen 1914-1918 en 1940-1945 en van hun rechthebbenden;
Gelet op de wet van 5 juli 1971 tot toekenning van een rente aan de zeevissers die tijdens de oorlog 1914-1918 de zeevisserij hebben beoefend vanuit Britse, Franse of Belgische havens en vanuit Britse havens tijdens de oorlog 1940-1945;
Gelet op de wet van 18 mei 1998 tot wijziging van de wetgeving betreffende de oorlogspensioenen en - renten, vooral de artikelen 8 en 13;
Gelet op het advies van de Hoge Raad voor oorlogsinvaliden, oud-strijders en oorlogsslachtoffers;
Gelet op de wetten op de Raad van State gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid;
Overwegende dat het huidig besluit de bedragen van de oorlogspensioenen en -renten aan het spilindexcijfer 138,01 vaststelt; dat deze bedragen van toepassing zijn vanaf de volgende aanpassing voortvloeiende uit de wet van I maart 1997 houdende inrichting van een stelsel waarbij sommige uitgaven in de overheidssector aan het indexcijfer van het Rijk worden gekoppeld; dat rekening houdend met de huidige evolutie van het bedoeld indexcijfer, alles erop wijst dat deze aanpassing zich zal voordoen in juli 1999; dat het dus van belang is dat de nieuwe bedragen zo snel mogelijk geofficialiseerd zouden worden ten einde toe te laten dat de Nationale kas voor oorlogspensioenen deze zou kunnen integreren in haar automatische betaalprocedures;
Op de voordracht van Onze Minister van Ambtenarenzaken, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.In de artikelen 1, 4 en 9 van de wet van 12 december 1969 tot instelling van een lijfrente ten voordele van de gedeporteerden van de oorlog 1914-1918 en van de werkweigeraars en de gedeporteerden voor de verplichte tewerkstelling van de oorlog 1940-1945, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° Het bedrag van 540 frank wordt vervangen door het bedrag van 1 636 frank.2° Artikel 9 wordt aangevuld met de volgende bepaling : « Het bedrag van 1 636 frank vormt het nieuwe enige bedrag van de renten;het is gekoppeld aan het spilindexcijfer 138,01. »
Art. 2.In artikel 45 van de wet van 23 december 1970 tot instelling van nieuwe voordelen ten gunste van de burgerlijke slachtoffers van de oorlogen 1914-1918 en 1940-1945 en van hun rechthebbenden, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° In § 1, worden de bedragen van 2 160 frank en 216 frank vervangen door de bedragen van 6 520 frank en 652 frank.2° § 3 wordt aangevuld met de volgende bepaling : « De bedragen van 6 520 frank en 652 frank vormen de nieuwe enige bedragen van de renten;ze zijn gekoppeld aan het spilindexcijfer 138,01. »
Art. 3.§ 1. In artikel 1, § 2 van de wet van 5 juli 1971 tot toekenning van een rente aan de zeevissers die tijdens de oorlog 1914-1918 de zeevisserij hebben beoefend vanuit Britse, Franse of Belgische havens en vanuit Britse havens tijdens de oorlog 1940-1945, worden de volgende wijzigingen aangebracht : « Het bedrag van 75 frank wordt vervangen door het bedrag van 227 frank". § 2. In artikel 10 § 2 van dezelfde wet wordt de laatste zin vervangen door de volgende : « Het bedrag van 227 frank vormt het nieuwe enige bedrag van die renten; het is gekoppeld aan het spilindexcijfer 138,01. »
Art. 4.Dit besluit treedt in werking de eerste dag van het burgerlijk trimester dat volgt op deze gedurende dewelke het indexcijfer der consumptieprijzen, berekend overeenkomstig artikel 4 van de wet van I maart 1977 waarbij sommige uitgaven in de overheidssector aan het indexcijfer van de consumptieprijzen van het Rijk gekoppeld worden, de spilindex 103,14 zal bereiken waaraan een verhoging van 21,90 p.c. is verbonden voor de bedragen gekoppeld aan de spilindex 138,01 der consumptieprijzen.
Echter voor wat betreft de oorlogsrenten die jaarlijks betaald worden, zal dit besluit in werking treden de eerste dag van het burgerlijk jaar dat volgt op het jaar gedurende dewelke het indexcijfer van de consumptieprijzen de spilindex 103,14 zal bereiken zoals gedefinieerd in de eerste alinea.
Art. 5.Onze Minister van Ambtenarenzaken is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 19 april 1999.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Ambtenarenzaken, A. FLAHAUT