gepubliceerd op 12 januari 2001
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 april 1999, gesloten in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid, betreffende de loon- en arbeidsvoorwaarden van de arbeiders tewerkgesteld in de slachthuizen en de werkplaatsen voor het uitsnijden van vlees
17 SEPTEMBER 2000. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 april 1999, gesloten in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid, betreffende de loon- en arbeidsvoorwaarden van de arbeiders tewerkgesteld in de slachthuizen en de werkplaatsen voor het uitsnijden van vlees (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid;
Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 30 avril 1999, gesloten in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid, betreffende de loon- en arbeidsvoorwaarden van de arbeiders tewerkgesteld in de slachthuizen en de werkplaatsen voor het uitsnijden van vlees.
Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 17 september 2000.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de voedingsnijverheid Collectieve arbeidsovereenkomst van 30 april 1999 Loon- en arbeidsvoorwaarden van de arbeiders tewerkgesteld in de slachthuizen en de werkplaatsen voor het uitsnijden van vlees (Overeenkomst geregistreerd op 9 juli 1999 onder het nummer 51277/CO/118.11.04) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de arbeiders van de slachthuizen en de werkplaatsen voor het uitsnijden van vlees die onder het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid ressorteren.
Met "arbeiders" worden de mannelijke en vrouwelijke arbeiders bedoeld. HOOFDSTUK II. - Uurlonen
Art. 2.Op 1 juni 1999 gelden volgende minimumuurlonen voor de arbeiders, ongeacht hun leeftijd : Voor de arbeid in de loop van de eerste vijf dagen van de week (van maandag tot vrijdag) : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Deze minimumuurlonen worden verhoogd met 6,25 BEF per uur op 1 juni 2000, ongeacht het arbeidsduurstelsel.
Art. 3.Ingevolge de collectieve arbeidsovereenkomst van 6 oktober 1988, gesloten in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid, betreffende de spreiding van de wekelijkse arbeidsduur in de slachthuizen en de werkplaatsen voor het uitsnijden van vlees, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 4 juli 1989 (Belgisch Staatsblad van 15 juli 1989), kunnen afwijkingen toegestaan worden op de bepalingen van artikel 2, om één van de twee volgende regimes toe te passen : a) Voor de arbeid in de loop van vijf dagen per week, waarbij de zaterdag : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Deze minimumuurlonen worden verhoogd met 6,25 BEF per uur op 1 juni 2000, ongeacht het arbeidsduurstelsel.b) Voor de prestaties op de zesde en zevende dag van de week zal een verhoging worden toegepast van 25 pct.op het barema van de eerste vijf dagen van de week, zoals dit barema is voorzien in artikel 2.
Art. 4.Gedurende de eerste zes maanden van tewerkstelling in de onderneming, te rekenen vanaf de eerste dag van de eerste indiensttreding, geldt een instaploon ten bedrage van 90 pct. van het werkelijke betaalde loon van de functie in de onderneming.
De periodes van tewerkstelling in de onderneming vóór 1 juni 1999 worden in mindering gebracht op deze zes maanden. De periode van zes maanden kan slechts één maal per arbeider worden toegepast maar kan evenwel gespreid worden over meerdere tewerkstellingsperiodes.
Eens deze periode van zes maanden overschreden, heeft de betrokken arbeider recht op een premie ten bedrage van 10 pct. van het product bestaande uit 26 maal het normale uurloon, vermenigvuldigd met de overeengekomen arbeidsregeling van de betrokken arbeider in de onderneming.
De instaplonen kunnen niet ingeroepen worden voor de toepassing van artikel 10 van de wet van 24 juli 1987 betreffende de tijdelijke arbeid, de uitzendarbeid en het ter beschikking stellen van werknemers ten behoeve van gebruikers.
De instaplonen kunnen niet gecumuleerd worden met andere degressieve loonregelingen zoals deze voor stagiairs, industriële leerlingen en studenten.
Art. 5.In afwijking op artikelen 2 en 3 van deze collectieve arbeidsovereenkomsten gelden voor arbeiders tewerkgesteld met een overeenkomst voor tewerkstelling van studenten zoals bepaald in titel VII van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten volgende minimumlonen, uitgedrukt als een percentage van de in artikelen 2 en 3 vermelde minimumlonen : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld HOOFDSTUK III. - Koppeling van de uurlonen aan het indexcijfer van de consumptieprijzen
Art. 6.De bij deze collectieve arbeidsovereenkomst vastgestelde minimumuurlonen, alsook de werkelijk betaalde lonen in de onderneming worden gekoppeld aan het indexcijfer van de consumptieprijzen, overeenkomstig de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 april 1999, gesloten in het Paritair Comité voor de Voedingsnijverheid, tot koppeling van de lonen aan het indexcijfer der consumptieprijzen. Zij stemmen overeen met de stabilisatieschijf 100,81 inbegrepen - 104,88 niet inbegrepen, zoals deze voortvloeit uit de toepassing van voormelde collectieve arbeidsovereenkomst. HOOFDSTUK IV. - Premie voor nachtarbeid
Art. 7.De nacht omvat een periode van 8 uren die, behalve wanneer het anders voorzien wordt in het arbeidsreglement, loopt van 22 tot 6 uur.
Art. 8.De nachtarbeid geeft recht op een uurtoeslag van 10 pct. met een minimum van 50 BEF per uur. HOOFDSTUK V. - Premie voor ploegenarbeid
Art. 9.Een minimum uurtoeslag van : - 13 BEF wordt toegekend voor de arbeid geleverd in de morgenploeg; - 15 BEF wordt toegekend voor de arbeid geleverd in de namiddagploeg.
Behalve wanneer het anders voorzien wordt in het arbeidsreglement, zijn de arbeidsuren van de ploegen als volgt vastgesteld : - voor de morgenploeg : van 6 tot 14 uur; - voor de namiddagploeg : van 14 tot 22 uur Deze toeslagen kunnen niet met de bij artikel 8 voorziene premie voor nachtarbeid gecumuleerd worden. HOOFDSTUK VI. - Premie voor arbeid in gekoelde plaatsen
Art. 10.De arbeiders die gewoonlijk in koelkamers of -vrachtwagens tewerkgesteld worden, hebben recht op een toeslag van : - 5 pct. wanneer de temperatuur in deze kamers of -vrachtwagens lager ligt dan 5 graden Celsius; - 10 pct. in de koelkamers of -vrachtwagens voor diepgevroren producten. HOOFDSTUK VII. - Geldigheid
Art. 11.Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt deze van 25 juni 1997, gesloten in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid, tot vaststelling van de uurlonen van de werklieden en werksters tewerkgesteld in de slachthuizen en werkplaatsen voor het uitsnijden van vlees, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 25 juni 1998 (Belgisch Staatsblad van 16 september 1998).
Zij heeft uitwerking met ingang van 1 juni 1999 en houdt op van kracht te zijn op 31 december 2000. Nadien wordt zij stilzwijgend verlengd voor opeenvolgende periodes van één jaar, behoudens opzegging door één der partijen uiterlijk drie maanden voor het verstrijken van de collectieve arbeidsovereenkomst bij een ter post aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid.
Gunstigere regelingen die vóór de inwerkingtreding van deze collectieve arbeidsovereenkomst bestonden, blijven behouden.
De collectieve arbeidsovereenkomst van 21 december 1988, gesloten in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid, betreffende de vaststelling van de koudepremie voor de werklieden en werksters tewerkgesteld in de slachthuizen en werkplaatsen voor het uitsnijden van vlees, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 4 augustus 1989 (Belgisch Staatsblad van 6 september 1989) en de collectieve arbeidsovereenkomst van 14 maart 1991, gesloten in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid, betreffende de vaststelling van de premie voor ploegen- en nachtarbeid voor de werklieden en werksters tewerkgesteld in de slachthuizen en werkplaatsen voor het uitsnijden van vlees, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 28 november 1991, (Belgisch Staatsblad van 9 januari 1992) worden opgeheven met ingang van 1 juni 1999.
Commentaar : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 17 september 2000.
De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX