gepubliceerd op 13 juni 2007
Koninklijk besluit houdende verdeling van het provisioneel krediet ingeschreven op het programma 14-21-0 van de algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 2007 en bestemd tot dekking van allerlei uitgaven die verband houden met het Belgische voorzitterschap van de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa
17 MEI 2007. - Koninklijk besluit houdende verdeling van het provisioneel krediet ingeschreven op het programma 14-21-0 van de algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 2007 en bestemd tot dekking van allerlei uitgaven die verband houden met het Belgische voorzitterschap van de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 28 december 2006 houdende de algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 2007, inzonderheid op artikel 2.14.24;
Overwegende dat op het programma 14-21-0 van de algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 2007 een provisioneel krediet is ingeschreven ten belope van negenhonderdvijftigduizend euro, om allerlei uitgaven die verband houden met het Belgische voorzitterschap van de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa te dekken;
Op de voordracht van Onze Minister van Financiën en Onze Minister van Buitenlandse Zaken, Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting, gegeven op 20 april 2007, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Een bedrag van negenhonderdvijftigduizend euro wordt afgenomen van het provisioneel krediet ingeschreven op het programma 14-21-0, onder de basisallocatie 21/01.01.01, van de algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 2007, en wordt verdeeld overeenkomstig de bijgevoegde tabel.
Art. 2.De in de tabel vermelde bedragen worden gevoegd bij de kredieten welke onder de betrokken programma's en basisallocaties zijn uitgetrokken voor het begrotingsjaar 2007.
Art. 3.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Art. 4.Onze Minister van Financiën, Onze Minister van Begroting en Onze Minister van Buitenlandse Zaken zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 17 mei 2007.
ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën, D. REYNDERS De Minister van Buitenlandse Zaken, K. DE GUCHT
Bijlage Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld
Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 17 mei 2007.
ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën, D. REYNDERS De Minister van Buitenlandse Zaken, K. DE GUCHT