gepubliceerd op 26 september 2018
Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 28 februari 1994 betreffende het bewaren, het op de markt brengen en het gebruiken van bestrijdingsmiddelen voor landbouwkundig gebruik
16 SEPTEMBER 2018. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 28 februari 1994 betreffende het bewaren, het op de markt brengen en het gebruiken van bestrijdingsmiddelen voor landbouwkundig gebruik
FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 21 december 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 21/12/1998 pub. 11/02/1999 numac 1998022861 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Wet betreffende de productnormen ter bevordering van duurzame productie- en consumptiepatronen en ter bescherming van het leefmilieu en de volksgezondheid sluiten betreffende de productnormen ter bevordering van duurzame productie- en consumptiepatronen en ter bescherming van het leefmilieu, de volksgezondheid en de werknemers, artikel 8, tweede lid, gewijzigd bij de wet van 28 maart 2003, en artikel 9, 1°, gewijzigd bij de wet van 28 maart 2003;
Gelet op het koninklijk besluit van 28 februari 1994 betreffende het bewaren, het op de markt brengen en het gebruiken van bestrijdingsmiddelen voor landbouwkundig gebruik;
Gelet op de impactanalyse van de regelgeving, uitgevoerd overeenkomstig artikels 6 en 7 van de wet van 15 december 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/12/2013 pub. 31/12/2013 numac 2013021138 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging sluiten houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging;
Gelet op het advies van de Nationale Arbeidsraad, gegeven op 14 september 2017;
Gelet op het advies van de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven, gegeven op 25 oktober 2017 ;
Gelet op het advies van de Federale Raad voor Duurzame Ontwikkeling, gegeven op 25 oktober 2017;
Gelet op het advies van de Raad voor het Verbruik, gegeven op 25 oktober 2017;
Gelet op het advies van de Hoge Gezondheidsraad, gegeven op 5 april 2018;
Gelet op de betrokkenheid van de gewestregeringen bij het ontwerpen van dit besluit tijdens de Interministeriële Conferentie Leefmilieu op 28 september 2017;
Gelet op de mededeling aan de Europese Commissie, op 23 augustus 2017, met toepassing van artikel 5, lid 1, van richtlijn 2015/1535/EG van het Europees Parlement en de Raad van 9 september 2015 betreffende een informatieprocedure op het gebied van technische voorschriften en regels betreffende de diensten van de informatiemaatschappij;
Gelet op het advies van de inspecteur van Financiën, gegeven op 5 oktober 2017;
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, gegeven op 24 november 2017;
Gelet op advies 63.639/1 van de Raad van State, gegeven op 3 juli 2018, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Overwegende de verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen en tot intrekking van de Richtlijnen 79/117/EEG en 91/414/EEG van de Raad;
Op de voordracht van de Minister van Economie, van de Minister van Volksgezondheid, van de Minister van Leefmilieu en van de Minister van Landbouw en op het advies van de in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.In artikel 10/1 van het koninklijk besluit van 28 februari 1994 betreffende het bewaren, het op de markt brengen en het gebruiken van bestrijdingsmiddelen voor landbouwkundig gebruik, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 10 januari 2010, wordt een paragraaf 1/1 ingevoegd, luidende: " § 1/1. Een herbicide, dat wil zeggen een gewasbeschermingsmiddel dat bestemd is voor de vernietiging van ongewenste planten of delen van planten, met uitzondering van mossen en korstmossen, of voor de beperking of voorkoming van de ongewenste groei van planten, met uitzondering van mossen en korstmossen, kan slechts worden toegelaten voor een niet-professioneel gebruik mits het minstens aan één van volgende voorwaarden beantwoordt : 1° het betreft een gewasbeschermingsmiddel met een laag risico, zoals bedoeld in artikel 47 van de Verordening (EG) nr.1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen en tot intrekking van de Richtlijnen 79/117/EEG en 91/414/EEG van de Raad; 2° de werkzame stoffen vervat in het gewasbeschermingsmiddel behoren uitsluitend tot de volgende categorieën: micro-organismen, plantenextracten en natuurlijke stoffen van dierlijke, plantaardige, microbiële of minerale oorsprong, met inbegrip van stoffen van synthetische oorsprong die volledig identiek zijn aan de stoffen van natuurlijke oorsprong."
Art. 2.In hetzelfde besluit wordt een artikel 93/1 ingevoegd, luidende : "
Art. 93/1.Voor de gewasbeschermingsmiddelen die voor niet-professioneel gebruik bestemd zijn en die niet voldoen aan de bepalingen van dit besluit gelden gedifferentieerde overgangsmaatregelen naargelang het een totaalherbicide of een selectief herbicide betreft.
Onder totaalherbicide wordt verstaan een herbicide dat uitsluitend is toegelaten voor één of meer van de volgende toepassingen : behandeling van permanent of tijdelijk onbeteelde terreinen, of plaatselijk tussen de gewassen of sierplanten zonder deze te raken, of voor de vernietiging van grasland, weiland, gazons of grasvelden. Een totaalherbicide dat niet voldoet aan de bepalingen van dit besluit mag niet meer door de toelatingshouder in de handel worden gebracht, noch verkocht of gebruikt worden, zodra artikel 10/1, § 1/1, in werking treedt.
Onder selectief herbicide wordt verstaan een herbicide dat toegelaten is voor minstens een toepassing die niet overeenstemt met de volgende toepassingen : behandeling van permanent of tijdelijk onbeteelde terreinen, of plaatselijk tussen de gewassen of sierplanten zonder deze te raken, of voor de vernietiging van grasland, weiland, gazons of grasvelden. Een selectief herbicide dat niet voldoet aan de bepalingen van dit besluit mag nog in de handel worden gebracht door de toelatingshouder en worden verkocht tot eenendertig december tweeduizend achttien; en worden gebruikt voor niet-professioneel gebruik tot eenendertig december tweeduizend negentien."
Art. 3.De minister bevoegd voor Volksgezondheid en de minister bevoegd voor Landbouw zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 16 september 2018.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Economie, K. PEETERS De Minister van Volksgezondheid, M. DE BLOCK De Minister van Leefmilieu, M. C. MARGHEM De Minister van Landbouw, D. DUCARME