Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 16 september 2013
gepubliceerd op 06 november 2013

Koninklijk besluit ter vaststelling van een specifieke tegemoetkoming in de kostprijs van contraceptiva voor vrouwen, jonger dan 21 jaar. - Addendum

bron
federale overheidsdienst sociale zekerheid
numac
2013022568
pub.
06/11/2013
prom.
16/09/2013
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID


16 SEPTEMBER 2013. - Koninklijk besluit ter vaststelling van een specifieke tegemoetkoming in de kostprijs van contraceptiva voor vrouwen, jonger dan 21 jaar. - Addendum


In het Belgisch Staatsblad van 20 september 2013, tweede editie, op bladzijde 66887, dient, na het verslag aan de Koning, het advies n° 53.767/2 van de Raad van State, gegeven op 29 juli 2013, te worden gepubliceerd.

ADVIES 53.767/2/V VAN 29 JULI 2013 VAN DE AFDELING WETGEVING VAN DE RAAD VAN STATE. Op 17 juli 2013 werd de Raad van State, de afdeling wetgeving, uitgenodigd door de Vice-Eerste Minister en Minister van Sociale Zaken een advies uit te brengen binnen een termijn van 30 dagen, op een ontwerp van koninklijk besluit `ter vaststelling van een specifieke tegemoetkoming in de kostprijs van contraceptiva voor vrouwen, jonger dan 21 jaar' Aangezien de adviesaanvraag ingediend is op basis van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State, zoals het is vervangen bij de wet van 2 april 2003Relevante gevonden documenten type wet prom. 02/04/2003 pub. 14/05/2003 numac 2003000376 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot wijziging van sommige aspecten van de wetgeving met betrekking tot de inrichting en de werkwijze van de afdeling wetgeving van de Raad van State type wet prom. 02/04/2003 pub. 16/04/2003 numac 2003000298 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot wijziging van de wet van 4 juli 1989 betreffende de beperking en de controle van de verkiezingsuitgaven voor de verkiezingen van de federale Kamers, de financiering en de open boekhouding van de politieke partijen, en van het Kieswetboek type wet prom. 02/04/2003 pub. 02/05/2003 numac 2003000309 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot wijziging van de wet van 15 april 1994 betreffende de bescherming van de bevolking en van het leefmilieu tegen de uit ioniserende stralingen voortspruitende gevaren en betreffende het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle en tot regeling van de overdracht van sommige personeelsleden van de Dienst Veiligheid van de Staat op het gebied van de kernenergie sluiten, beperkt de afdeling Wetgeving overeenkomstig artikel 84, § 3, van de voornoemde gecoördineerde wetten haar onderzoek tot de rechtsgrond van het ontwerp, de bevoegdheid van de steller van de handeling en de te vervullen voorafgaande vormvereisten.

Wat deze drie punten betreft, geeft het ontwerp aanleiding tot de volgende opmerkingen.

Rechtsgrond 1. Artikel 37, § 16bis, eerste lid, 3°, van de wet `betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994', die inzonderheid als rechtsgrond wordt aangevoerd, luidt als volgt: "De Koning kan, bij in Ministerraad overlegd besluit, onder de voorwaarden die Hij bepaalt (...) een bijkomende tegemoetkoming in de uitgaven van geneeskundige verzorging instellen die voortvloeien uit bepaalde aandoeningen die voorkomen op een lijst die door Hem wordt vastgesteld, of ten behoeve van rechthebbenden die zich bevinden in een door Hem omschreven behartenswaardige toestand inzonderheid rekening houdend met de leeftijd of het geslacht van de betrokken rechthebbenden". 2. De steller van het ontwerp moet kunnen verklaren waarom is geopteerd voor een specifieke tegemoetkoming in de kostprijs van contraceptiva voor vrouwen jonger dan 21 jaar, door aan te geven in welk opzicht zij zich in een "behartenswaardige toestand" bevinden. 3. Er mag niet worden bepaald, zoals in artikel 6, eerste lid, van het ontwerp voorgeschreven wordt, dat het secretariaat van de directie Farmaceutisch Beleid van de Dienst "de lijst [dientengevolge] aan[past] bij de eerstvolgende maandelijkse publicatie", noch, zoals wordt bepaald in artikel 7, eerste lid, eerste zin, van het ontwerp, dat "[d]e lijst (...) maandelijks [wordt] gewijzigd door de Dienst, om rekening te houden met de opname van nieuwe contraceptiva, prijswijzigingen, wijzigingen van de specifieke tegemoetkoming en schrappingen van contraceptiva", noch dat de inwerkingtreding van de lijst afhankelijk is van de bekendmaking van deze lijst op de website van het RIZIV (artikel 7, tweede lid, tweede zin, van het ontwerp).

Het is immers onaanvaardbaar dat regelgevende bevoegdheden worden toegekend aan ambtenaren van een bestuur die aan de volksvertegenwoordiging geen politieke verantwoording verschuldigd zijn voor hun daden. Delegatie van regelgevende bevoegdheid aan die overheden is alleen bij uitzondering toegestaan als ze betrekking heeft op het vaststellen van maatregelen van louter bestuur of van in hoofdzaak technische maatregelen, wat in casu niet het geval is.

De lijst moet derhalve worden opgesteld hetzij door de Koning, hetzij door de minister op voorwaarde dat de Koning hem daartoe machtigt.

De conclusie is dat het ontwerp van koninklijk besluit op deze punten moet worden herzien.

Onderzoek van het ontwerp Aanhef De inspecteur van Financiën heeft zijn advies verleend op 10 april 2013 en de minister van Begroting heeft het ontwerp akkoord bevonden op 3 juli 2013.

Het vierde en het vijfde lid moeten in die zin worden aangevuld.

Dispositief Artikel 3 De definitie die in artikel 3 van het ontwerp voorkomt, zou in artikel 1 van het ontwerp moeten worden opgenomen.

Artikel 4 De "CNK-code" zou in artikel 1 van het ontwerp moeten worden gedefinieerd.

Artikel 5 De betekenis van de woorden "aangemelde instantie" ("organisme notifié") in artikel 5, derde lid, 1°, van het ontwerp, is de afdeling Wetgeving van de Raad van State niet duidelijk.

Artikel 9 Het tweede lid van artikel 9 van het ontwerp moet worden aangevuld met het opschrift van de verordening van 29 maart 2010 `tot wijziging van de verordening van 28 juli 2003 tot uitvoering van artikel 22, 11°, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994'.

Artikel 9, derde lid, van het ontwerp neemt artikel 37, § 16bis, vierde lid, derde zin, van de gecoördineerde wet over.

Een hogere regeling in een reglementair besluit herhalen is niet alleen overbodig maar heeft daarenboven als gevolg dat de werkelijke aard van de hogere regeling wordt verhuld: door de tekst van die hogere regeling over te nemen, handelt de steller van het ontwerp immers alsof hij bevoegd is om deze hogere regeling vast te stellen en dus te wijzigen. Ten behoeve van de leesbaarheid van het dispositief in zijn geheel kan weliswaar worden aanvaard dat rechtsregels van een hogere rangorde worden overgenomen, maar om de hierboven aangehaalde bezwaren te voorkomen, moet dan worden aangegeven dat het een memorering van deze regels betreft, bijvoorbeeld met de formule "Overeenkomstig artikel (...) van de wet (...)".

Artikel 9, derde lid, van het ontwerp moet dienovereenkomstig worden herzien.

Artikel 11 Naar aanleiding van een vraag over de inwerkingtreding van het voorliggende ontwerp, heeft de gemachtigde ambtenaar aangegeven dat artikel 11 van het ontwerp moet voorzien in een inwerkingtreding op 1 oktober 2013 en niet op 1 september 2013.

Uit de stukken van het dossier blijkt dat het in de bedoeling van de steller van het ontwerp ligt de experimentele financiering van contraceptiva voor jongeren te verlengen en vervolgens, bij het voorliggende ontwerp, een blijvende tegemoetkoming in te voeren.

Er moet echter worden opgemerkt dat de afdeling Wetgeving niet om advies is verzocht over een ontwerp van koninklijk besluit dat strekt tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 januari 2007Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 29/01/2007 pub. 13/02/2007 numac 2007022178 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit tot vaststelling van de voorwaarden waaronder het Verzekeringscomité een overeenkomst kan sluiten in toepassing van artikel 56, § 2, 1°, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, om de experimentele financiering van contraceptiva voor jongeren te verlengen sluiten `tot vaststelling van de voorwaarden waaronder het Verzekeringscomité een overeenkomst kan sluiten in toepassing van artikel 56, § 2, 1°, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, om de experimentele financiering van contraceptiva voor jongeren te verlengen' dat tot doel zou hebben deze experimentele financiering tot eind september 2013 te verlengen.

Artikel 13 In de Franse tekst moet artikel 13 van het ontwerp vernummerd worden aangezien het om artikel 12 van het ontwerp gaat.

Het moet bovendien luiden als volgt : "Le ministre qui a les Affaires sociales dans ses attributions est chargé de l'exécution du présent arrêté".

Slotopmerking In de Franse tekst van het ontworpen koninklijk besluit moeten de zinnen die de woorden "cet arrêté" bevatten, worden aangepast: deze woorden moeten worden vervangen door de verwijzing " le présent arrêté".

Dat geldt voor de artikelen 2, 4, 5, 9, 10 en 11 van het ontwerp.

Le président - De voorzitter Yves KREINS

^