Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 16 maart 2015
gepubliceerd op 25 maart 2015

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 maart 2014, gesloten in het Paritair Comité voor de socio-culturele sector, betreffende de organisatie van het recht op outplacement in het kader van de wet van 26 december 2013 betreffende het eenheidsstatuut en tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 7 oktober 2009 betreffende de organisatie van het recht op outplacement voor sommige oudere werknemers

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2015200382
pub.
25/03/2015
prom.
16/03/2015
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

16 MAART 2015. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 maart 2014, gesloten in het Paritair Comité voor de socio-culturele sector, betreffende de organisatie van het recht op outplacement in het kader van de wet van 26 december 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 26/12/2013 pub. 31/12/2013 numac 2013012289 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Wet betreffende de invoering van een eenheidsstatuut tussen arbeiders en bedienden inzake de opzeggingstermijnen en de carenzdag en begeleidende maatregelen sluiten betreffende het eenheidsstatuut en tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 7 oktober 2009 betreffende de organisatie van het recht op outplacement voor sommige oudere werknemers (1)


FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de socioculturele sector;

Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 24 maart 2014, gesloten in het Paritair Comité voor de socioculturele sector, betreffende de organisatie van het recht op outplacement in het kader van de wet van 26 december 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 26/12/2013 pub. 31/12/2013 numac 2013012289 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Wet betreffende de invoering van een eenheidsstatuut tussen arbeiders en bedienden inzake de opzeggingstermijnen en de carenzdag en begeleidende maatregelen sluiten betreffende het eenheidsstatuut en tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 7 oktober 2009 betreffende de organisatie van het recht op outplacement voor sommige oudere werknemers.

Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 16 maart 2015.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, K. PEETERS _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de socioculturele sector Collectieve arbeidsovereenkomst van 24 maart 2014 Organisatie van het recht op outplacement in het kader van de wet van 26 december 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 26/12/2013 pub. 31/12/2013 numac 2013012289 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Wet betreffende de invoering van een eenheidsstatuut tussen arbeiders en bedienden inzake de opzeggingstermijnen en de carenzdag en begeleidende maatregelen sluiten betreffende het eenheidsstatuut en wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 7 oktober 2009 betreffende de organisatie van het recht op outplacement voor sommige oudere werknemers (Overeenkomst geregistreerd op 24 juli 2014 onder het nummer 122628/CO/329)

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en werknemers van de organisaties uit de socio-culturele sector die ressorteren onder het bevoegdheidsgebied van het Paritair Comité voor de socioculturele sector en die : 1. hetzij hun maatschappelijke zetel hebben in het Waalse Gewest;2. hetzij hun maatschappelijke zetel hebben in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, en die erkend zijn en/of gesubsidieerd worden door de Franse Gemeenschap en/of de Franse Gemeenschapscommissie of die, al naar gelang het geval, wegens hun activiteiten of hun organisatie moeten worden beschouwd uitsluitend te behoren tot de Franse Gemeenschap, met inbegrip van de uitoefening van de bevoegdheden overgeheveld naar het Waalse Gewest of naar de Franse Gemeenschapscommissie;3. hetzij opgericht zijn als een organisatie (vereniging zonder winstoogmerk, stichting of internationale vereniging) van buitenlands recht, en die hun centrum van werkzaamheden hebben in het Waalse Gewest.

Art. 2.Onder "werknemers" wordt verstaan : de mannelijke en vrouwelijke arbeiders en bedienden.

Art. 3.§ 1. Aan artikel 3 van voormelde collectieve arbeidsovereenkomst van 7 oktober 2009 (overeenkomst geregistreerd op 27 november 2009 onder het nummer 96083/CO/329) wordt een derde puntje toegevoegd dat luidt als volgt : "- de wet van 26 december 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 26/12/2013 pub. 31/12/2013 numac 2013012289 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Wet betreffende de invoering van een eenheidsstatuut tussen arbeiders en bedienden inzake de opzeggingstermijnen en de carenzdag en begeleidende maatregelen sluiten (wet betreffende de invoering van een eenheidsstatuut tussen arbeiders en bedienden inzake de opzeggingstermijnen en de carenzdag en begeleidende maatregelen), hoofdstuk 5 (diverse bepalingen), afdeling 3 (wijziging van de wet van 5 september 2001Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/09/2001 pub. 15/09/2001 numac 2001012802 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid en ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Wet tot de verbetering van de werkgelegenheidsgraad van de werknemers type wet prom. 05/09/2001 pub. 26/01/2017 numac 2017020055 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot de verbetering van de werkgelegenheidsgraad van de werknemers. - Officieuze coördinatie in het Duits van de federale versie sluiten tot de verbetering van de werkgelegenheidsgraad van de werknemers) bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 31 december 2013.". § 2. De tekst van artikel 4 van voormelde collectieve arbeidsovereenkomst van 7 oktober 2009 (overeenkomst geregistreerd op 27 november 2009 onder het nummer 96083/CO/329) wordt vervangen door de volgende tekst : "

Art. 4.De werknemer van wie de werkgever de arbeidsovereenkomst heeft beëindigd en die de leeftijd van 45 jaar heeft bereikt op het ogenblik waarop het ontslag valt, die minstens één jaar ononderbroken anciënniteit telt, die niet werd ontslagen om dringende reden en die niet in aanmerking komt voor de procedure bedoeld in hoofdstuk IV van deze overeenkomst, heeft recht op een procedure voor outplacement volgens de voorwaarden die zijn bepaald door collectieve arbeidsovereenkomst nr. 82.".

Art. 4.In de titel van hoofdstuk III van voormelde collectieve arbeidsovereenkomst van 7 oktober 2009 (overeenkomst geregistreerd op 27 november 2009 onder het nummer 96083/CO/329) worden de woorden "Voorwaarden voor outplacement" vervangen door "Voorwaarden voor outplacement - Aanvraagprocedure - Duur en inhoud van de outplacementbegeleiding - collectieve arbeidsovereenkomst nr. 82 van 10 juli 2002.".

Art. 5.In voormelde collectieve arbeidsovereenkomst van 7 oktober 2009 (overeenkomst geregistreerd op 27 november 2009 onder het nummer 96083/CO/329) worden de volgende titels geschrapt : - "HOOFDSTUK IV. Aanvraagprocedure"; - "HOOFDSTUK V. Duur en inhoud van de outplacementbegeleiding.".

Art. 6.Na artikel 10 van voormelde collectieve arbeidsovereenkomst van 7 oktober 2009 (overeenkomst geregistreerd op 27 november 2009 onder het nummer 96083/CO/329) wordt een hoofdstuk IV ingevoegd dat luidt als volgt : "HOOFDSTUK IV. Voorwaarden voor outplacement - Aanvraagprocedure - Duur en inhoud van de outplacementbegeleiding - Wet van 26 december 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 26/12/2013 pub. 31/12/2013 numac 2013012289 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Wet betreffende de invoering van een eenheidsstatuut tussen arbeiders en bedienden inzake de opzeggingstermijnen en de carenzdag en begeleidende maatregelen sluiten eenheidsstatuut

Art. 10/1.De werknemer wiens arbeidsovereenkomst door de werkgever beëindigd is middels een opzeggingstermijn : - verkregen overeenkomstig de bepalingen van de wet van 3 juli 1978Relevante gevonden documenten type wet prom. 03/07/1978 pub. 03/07/2008 numac 2008000527 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de arbeidsovereenkomsten type wet prom. 03/07/1978 pub. 12/03/2009 numac 2009000158 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de arbeidsovereenkomsten sluiten en de artikelen 67 tot 69 van de wet van 26 december 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 26/12/2013 pub. 31/12/2013 numac 2013012289 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Wet betreffende de invoering van een eenheidsstatuut tussen arbeiders en bedienden inzake de opzeggingstermijnen en de carenzdag en begeleidende maatregelen sluiten (wet betreffende de invoering van een eenheidsstatuut tussen arbeiders en bedienden inzake de opzeggingstermijnen en de carenzdag en begeleidende maatregelen) van minstens 30 weken; - en die die is ontslagen om dwingende redenen, heeft recht op een outplacementprocedure in het kader van afdeling 1 van hoofdstuk 5 van de wet van 5 september 2001Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/09/2001 pub. 15/09/2001 numac 2001012802 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid en ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Wet tot de verbetering van de werkgelegenheidsgraad van de werknemers type wet prom. 05/09/2001 pub. 26/01/2017 numac 2017020055 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot de verbetering van de werkgelegenheidsgraad van de werknemers. - Officieuze coördinatie in het Duits van de federale versie sluiten tot de verbetering van de werkgelegenheidsgraad van de werknemers.

Art. 10/2.De outplacementbegeleiding omvat het geheel van diensten en begeleidende adviezen die individueel of in groep worden verstrekt door een derde, hierna de dienstverlener genoemd, voor rekening van een werkgever of van het sociaal fonds, opgericht door de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 maart 1997 (koninklijk besluit van 14 september 1997, Belgisch Staatsblad van 22 oktober 1997) tot oprichting van een "Fonds voor bestaanszekerheid van de socio-culturele sector van de Franse en Duitstalige Gemeenschappen" en tot vaststelling van de statuten ervan en van alle latere wijzigingen ervan, gesloten in het Paritair Comité voor de socioculturele sector, en waarvan de zetel is gevestigd te 1000 Brussel, Handelskaai 48, die hij hiertoe heeft afgevaardigd, teneinde het voor een werknemer mogelijk te maken om zelf en zo vlug mogelijk een baan te vinden bij een nieuwe werkgever of een beroepsactiviteit als zelfstandige te ontplooien. Afdeling 1. Outplacement in het kader van artikel 11/6 van de wet van

5 september 2001 tot de verbetering van de werkgelegenheidsgraad van de werknemers (prestatie van een vooropzeg)

Art. 10/3.Uiterlijk binnen 15 dagen na het einde van de arbeidsovereenkomst, verzendt de werkgever een schriftelijke aanvraag voor outplacement naar het sociaal fonds voor de werknemers voor wie hij het initiatief moet nemen om outplacement aan te bieden.

De werkgever is verplicht om de ontslagen werknemer, voor wie hij op eigen initiatief een aanbod voor outplacement moet verstrekken, uiterlijk binnen 15 dagen na het einde van de overeenkomst te informeren over de maatregel die ingevoerd wordt door deze overeenkomst.

Art. 10/4.§ 1. Het sociaal fonds gaat na of de voorwaarden inzake outplacement, in het kader van artikel 11/6 van de wet van 5 september 2001Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/09/2001 pub. 15/09/2001 numac 2001012802 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid en ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Wet tot de verbetering van de werkgelegenheidsgraad van de werknemers type wet prom. 05/09/2001 pub. 26/01/2017 numac 2017020055 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot de verbetering van de werkgelegenheidsgraad van de werknemers. - Officieuze coördinatie in het Duits van de federale versie sluiten tot de verbetering van de werkgelegenheidsgraad van de werknemers, vervuld zijn.

Als de werknemer aan de voorwaarden voldoet, doet het sociaal fonds schriftelijk een aanbod voor outplacement, in overeenstemming met de wet, aan de betrokken werknemer binnen een termijn van 2 weken na de ontvangst van de aanvraag van de werkgever door het sociaal fonds; hij brengt de werkgever hiervan op de hoogte.

Als, bij het verstrijken van de termijn van 2 weken na de ontvangst van de aanvraag van de werkgever, het sociaal fonds geen outplacementbegeleiding heeft voorgesteld aan de werknemer, richt deze laatste aan zijn werkgever een schriftelijke ingebrekestelling binnen een termijn van 4 weken.

Binnen een termijn van 2 weken na de ontvangst van de ingebrekestelling, brengt de werkgever per aangetekende brief het sociaal fonds op de hoogte dat over 2 weken beschikt om een aanbod voor outplacement te doen aan de werknemer; het sociaal fonds zendt binnen dezelfde termijn een kopie van dit aanbod naar de werkgever.

De werknemer beschikt over een termijn van 4 weken, vanaf het ogenblik dat het aanbod wordt gedaan door het sociaal fonds, om al dan niet zijn schriftelijke toestemming voor dit aanbod te geven; als hij dit niet doet, wordt het aanbod als geweigerd beschouwd.

Als de werknemer niet voldoet aan de voorwaarden inzake outplacement, in het kader van artikel 11/6 van de wet van 5 september 2001Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/09/2001 pub. 15/09/2001 numac 2001012802 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid en ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Wet tot de verbetering van de werkgelegenheidsgraad van de werknemers type wet prom. 05/09/2001 pub. 26/01/2017 numac 2017020055 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot de verbetering van de werkgelegenheidsgraad van de werknemers. - Officieuze coördinatie in het Duits van de federale versie sluiten tot de verbetering van de werkgelegenheidsgraad van de werknemers, brengt het sociaal fonds de werkgever hiervan op de hoogte binnen een termijn van één maand vanaf de aanvraag voor outplacement; de werkgever brengt de werknemer ervan op de hoogte binnen een termijn van 15 dagen. § 2. De werknemer mag ten vroegste na de betekening van de opzeggingstermijn aan de werkgever zijn akkoord geven om de outplacementbegeleiding aan te vatten. Het document waarbij de werknemer zijn instemming geeft mag enkel betrekking hebben op outplacement als dusdanig. De werkgever bezorgt het fonds een kopie van het akkoord van de werknemer. § 3. De werknemer die, overeenkomstig artikel 11/9 van de wet van 5 september 2001Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/09/2001 pub. 15/09/2001 numac 2001012802 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid en ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Wet tot de verbetering van de werkgelegenheidsgraad van de werknemers type wet prom. 05/09/2001 pub. 26/01/2017 numac 2017020055 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot de verbetering van de werkgelegenheidsgraad van de werknemers. - Officieuze coördinatie in het Duits van de federale versie sluiten tot de verbetering van de werkgelegenheidsgraad van de werknemers, de outplacementbegeleiding wenst aan te vatten of te hervatten, dient zijn verzoek daartoe schriftelijk bij zijn gewezen werkgever in binnen een termijn van één maand na het verlies van de nieuwe dienstbetrekking.

Wanneer het gaat over het hervatten van de procedure of over het aanvatten van de procedure waarvoor het sociaal fonds reeds een aanbod heeft geformuleerd, brengt de werkgever het fonds hiervan schriftelijk en onverwijld op de hoogte. § 4. In het kader van § 3 van dit artikel, en wanneer het gaat om het aanvatten van de procedure en de werknemer nog geen aanbod voor outplacement ontvangen heeft, stuurt de werkgever een schriftelijke aanvraag voor outplacement aan het sociaal fonds binnen de 5 dagen na de in § 3 bedoelde aanvraag van de werknemer. De werkgever moet de ontslagen werknemer, voor wie hij uit eigen beweging een outplacementbegeleiding moet aanbieden, op de hoogte brengen van de regeling die door deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt georganiseerd, uiterlijk binnen de 10 dagen volgend op het indienen door de werknemer van zijn schriftelijke aanvraag om de procedure aan te vatten.

Het sociaal fonds gaat na of de voorwaarden voor outplacement, bedoeld in artikel 11/6 van de wet van 5 september 2001Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/09/2001 pub. 15/09/2001 numac 2001012802 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid en ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Wet tot de verbetering van de werkgelegenheidsgraad van de werknemers type wet prom. 05/09/2001 pub. 26/01/2017 numac 2017020055 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot de verbetering van de werkgelegenheidsgraad van de werknemers. - Officieuze coördinatie in het Duits van de federale versie sluiten tot de verbetering van de werkgelegenheidsgraad van de werknemers, vervuld zijn. Indien de werknemer aan de voorwaarden voldoet, doet het sociaal fonds de betrokken werknemer een schriftelijk outplacementaanbod, overeenkomstig de wet binnen een termijn van 10 dagen nadat het de aanvraag van de werkgever heeft ontvangen en brengt de werkgever daarvan op de hoogte.

Indien het sociaal fonds na afloop van de termijn van 10 dagen na ontvangst van de aanvraag van de werkgever geen voorstel voor outplacementbegeleiding aan de werknemer heeft gedaan, richt deze laatste schriftelijk binnen een termijn van 39 weken een ingebrekestelling aan zijn gewezen werkgever.

Binnen de 2 weken na ontvangst van de ingebrekestelling, brengt de werkgever het sociaal fonds daarvan per aangetekend schrijven op de hoogte; het sociaal fonds heeft dan 2 weken tijd om aan de werknemer een outplacementaanbod te doen; het sociaal fonds stuurt binnen dezelfde termijn een kopie van dat aanbod naar de werkgever.

De werknemer beschikt over een termijn van één maand, te rekenen vanaf het tijdstip waarop het aanbod door het sociaal fonds wordt gedaan, om schriftelijk al dan niet zijn instemming met het aanbod te geven; doet hij dat niet, dan wordt het aanbod als geweigerd beschouwd.

Indien de werknemer niet voldoet aan de voorwaarden voor outplacement, zoals bedoeld in artikel 11/6 van de wet van 5 september 2001Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/09/2001 pub. 15/09/2001 numac 2001012802 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid en ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Wet tot de verbetering van de werkgelegenheidsgraad van de werknemers type wet prom. 05/09/2001 pub. 26/01/2017 numac 2017020055 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot de verbetering van de werkgelegenheidsgraad van de werknemers. - Officieuze coördinatie in het Duits van de federale versie sluiten tot de verbetering van de werkgelegenheidsgraad van de werknemers, brengt het sociaal fonds de werkgever daarvan, binnen de maand volgend op de outplacementaanvraag, op de hoogte; de werkgever stelt de werknemer binnen de 15 dagen op de hoogte. Afdeling 2. Duur, inhoud van de outplacementbegeleiding en diverse

bepalingen

Art. 10/5.De dienstverlener zal moeten beantwoorden aan de reglementaire eisen die vastgesteld zijn voor de outplacementbureaus; hij zal bovendien de verbintenissen moeten naleven die hem worden opgelegd krachtens de wet van 5 september 2001Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/09/2001 pub. 15/09/2001 numac 2001012802 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid en ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Wet tot de verbetering van de werkgelegenheidsgraad van de werknemers type wet prom. 05/09/2001 pub. 26/01/2017 numac 2017020055 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot de verbetering van de werkgelegenheidsgraad van de werknemers. - Officieuze coördinatie in het Duits van de federale versie sluiten tot de verbetering van de werkgelegenheidsgraad van de werknemers.

Art. 10/6.De dienstverlener organiseert voor de werknemers opgenomen in artikel 4 outplacementbegeleiding overeenkomstig de wet van 5 september 2001Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/09/2001 pub. 15/09/2001 numac 2001012802 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid en ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Wet tot de verbetering van de werkgelegenheidsgraad van de werknemers type wet prom. 05/09/2001 pub. 26/01/2017 numac 2017020055 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot de verbetering van de werkgelegenheidsgraad van de werknemers. - Officieuze coördinatie in het Duits van de federale versie sluiten tot de verbetering van de werkgelegenheidsgraad van de werknemers.

Art. 10/7.De aanvraag om een outplacementprocedure te verkrijgen, aan te vatten of te hervatten, de ingebrekestelling, de instemming met de procedure of de eventuele weigering ervan, de aanvraag tot uitstel van de begindatum alsook de verwittiging betreffende een nieuwe baan of een zelfstandige activiteit gebeuren per aangetekende brief of door de overhandiging van een schriftelijk document waarvan het dubbel ondertekend wordt door de werkgever of het sociaal fonds, naargelang het geval, voor ontvangst.

Het aanbod voor outplacement van het sociaal fonds, de eventuele weigering van een aanvraag van een outplacementprocedure door de werkgever of het sociaal fonds gebeuren per aangetekende brief.

Art. 10/8.De ontslagen werknemer verbindt zich ertoe om te goeder trouw mee te werken aan de procedure en om de voorgestelde opleidingen te volgen.

Als de werknemer ongewettigd afwezig is, vervalt zijn recht op outplacement. Het sociaal fonds brengt hem per aangetekende brief op de hoogte van het verlies van zijn recht op outplacement en verwittigt de werkgever hiervan.

Art. 10/9.Als de werknemer zonder reden een geldig aanbod voor outplacement weigert of als hij niet reageert op een geldig aanbod, worden de werkgever en het sociaal fonds vrijgesteld van hun verplichting om outplacement aan te bieden.".

Art. 7.In voormelde collectieve arbeidsovereenkomst van 7 oktober 2009 (overeenkomst geregistreerd op 27 november 2009 onder het nummer 96083/CO/329) worden de woorden "HOOFDSTUK VI. Diverse bepalingen" vervangen door de woorden "HOOFDSTUK V. Diverse bepalingen".

Art. 8.In voormelde collectieve arbeidsovereenkomst van 7 oktober 2009 (overeenkomst geregistreerd op 27 november 2009 onder het nummer 96083/CO/329), wordt de tekst van artikel 11 vervangen door de volgende tekst : "

Art. 11.Het beheerscomité van het sociaal fonds is verantwoordelijk voor de uitvoering en de jaarlijkse evaluatie van de procedure omschreven in deze collectieve arbeidsovereenkomst en moet instaan voor de kosten zonder af te wijken van de hierboven vermelde collectieve arbeidsovereenkomst nr. 82 en van de wet van 5 september 2001Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/09/2001 pub. 15/09/2001 numac 2001012802 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid en ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Wet tot de verbetering van de werkgelegenheidsgraad van de werknemers type wet prom. 05/09/2001 pub. 26/01/2017 numac 2017020055 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot de verbetering van de werkgelegenheidsgraad van de werknemers. - Officieuze coördinatie in het Duits van de federale versie sluiten tot de verbetering van de werkgelegenheidsgraad van de werknemers waarvan de bepalingen waarvan niet wordt afgeweken door deze overeenkomst van toepassing blijven.

Het sociaal fonds is belast met het innen van het aandeel van de financiering van de kosten inzake outplacement ten laste van de werkgever vóór de invoering van de outplacementprocedure. Indien de werkgever dit aandeel niet stort tegelijk met de indiening van zijn aanvraag aan het fonds om voor de procedure in aanmerking te komen, wordt het sociaal fonds van zijn verplichtingen vrijgesteld. Dit aandeel is gelijk aan 25 pct. van de totale kosten voor een outplacement.

Twee jaar na de indiening van de aanvraag door de werkgever, dooft de outplacementprocedure automatisch uit en wordt het fonds van zijn verplichtingen vrijgesteld. Het fonds brengt de werkgever hiervan op de hoogte en betaalt hem eventueel het bedrag terug dat overeenstemt met het gedeelte van of de volledige outplacementprocedure die niet werd uitgevoerd.

Hoofdstuk III van deze overeenkomst heft artikel 7, § 1, § 2, § 3, § 4, § 5 en § 6 alsook artikel 9, 1ste lid van voormelde collectieve arbeidsovereenkomst nr. 82 op.".

Art. 9.In voormelde collectieve arbeidsovereenkomst van 7 oktober 2009 (overeenkomst geregistreerd op 27 november 2009 onder het nummer 96083/CO/329) wordt de tekst van artikel 13 vervangen door de volgende tekst : "

Art. 13.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 juli 2009 voor een onbepaalde duur. Zij kan door elk van de partijen worden opgezegd mits een vooropzeggingstermijn van vier maanden die per aangetekend schrijven moet worden betekend aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de socioculturele sector.".

Art. 10.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op de dag van de sluiting ervan voor een onbepaalde duur. Zij kan door elk van de partijen worden opgezegd mits een vooropzeggingstermijn van vier maanden die per aangetekend schrijven moet worden betekend aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de socio-culturele sector.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 16 maart 2015.

De Minister van Werk, K. PEETERS

^