Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 16 januari 2011
gepubliceerd op 20 januari 2011

Koninklijk besluit houdende toekenning van subsidies voor personeelskosten, infrastructuur, materieel en uitrusting en coördinatie aan de gemeenten die een overeenkomst operationele prezone sluiten met de Staat

bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
numac
2011000026
pub.
20/01/2011
prom.
16/01/2011
ELI
eli/besluit/2011/01/16/2011000026/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

16 JANUARI 2011. - Koninklijk besluit houdende toekenning van subsidies voor personeelskosten, infrastructuur, materieel en uitrusting en coördinatie aan de gemeenten die een overeenkomst operationele prezone sluiten met de Staat


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 23 december 2009Relevante gevonden documenten type wet prom. 23/12/2009 pub. 29/12/2009 numac 2009003450 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Wet houdende de Middelenbegroting voor het begrotingsjaar 2010 type wet prom. 23/12/2009 pub. 04/02/2010 numac 2010003062 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Wet houdende vierde aanpassing van de Algemene Uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 2009 type wet prom. 23/12/2009 pub. 28/01/2010 numac 2010003002 bron federale overheidsdienst financien Wet houdende derde aanpassing van de Algemene Uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 2009 sluiten houdende de algemene uitgavenbegroting van het begrotingsjaar 2010, artikel 2.13.2;

Gelet op de financie wet van 22 december 2010Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/12/2010 pub. 28/12/2010 numac 2010003640 bron federale overheidsdienst financien Financiewet voor het begrotingsjaar 2011 sluiten voor het begrotingsjaar 2011, artikel 4;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 15 december 2010;

Gelet op het akkoord van de Staatssecretaris voor Begroting, gegeven op 20 december 2010;

Gelet op het advies van de Raad van State nr. 49.138/2, gegeven op 28 december 2010, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Minister van Binnenlandse Zaken, en op het advies van de in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Afdeling 1. - Definities

Artikel 1.§ 1. Voor de toepassing van dit besluit moet verstaan worden onder : 1° hulpverleningszone : de hulpverleningszone bedoeld in het koninklijk besluit van 2 februari 2009Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 02/02/2009 pub. 17/02/2009 numac 2009000065 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk besluit tot vaststelling van de territoriale afbakening van de hulpverleningszones type koninklijk besluit prom. 02/02/2009 pub. 12/03/2009 numac 2009000163 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk besluit tot vaststelling van de territoriale afbakening van de hulpverleningszones. - Duitse vertaling sluiten tot vaststelling van de territoriale afbakening van de hulpverleningszones;2° overeenkomst operationele prezone, hierna genoemd overeenkomst : de overeenkomst die gesloten wordt tussen de Staat en de gemeenten die een brandweerdienst organiseren en gelegen zijn op het gebied van een hulpverleningszone zoals bedoeld in het koninklijk besluit van 2 februari 2009Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 02/02/2009 pub. 17/02/2009 numac 2009000065 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk besluit tot vaststelling van de territoriale afbakening van de hulpverleningszones type koninklijk besluit prom. 02/02/2009 pub. 12/03/2009 numac 2009000163 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk besluit tot vaststelling van de territoriale afbakening van de hulpverleningszones. - Duitse vertaling sluiten tot vaststelling van de territoriale afbakening van de hulpverleningszones;3° OPZ : de groep van gemeenten die gelegen zijn op het grondgebied van een hulpverleningszone;4° gemeenten partij bij de overeenkomst : de gemeenten-gewestelijke-groepcentra zoals bedoeld in artikel 10 van de wet van 31 december 1963 betreffende de civiele bescherming die de overeenkomst ondertekend hebben via de gemeente-vertegenwoordiger;5° residentiële bevolking : de natuurlijke personen die zijn ingeschreven in het bevolkingsregister van een gemeente;6° actieve bevolking : de natuurlijke personen die een professionele activiteit uitoefenen op het grondgebied van een gemeente;7° kadastraal inkomen : het gemiddeld normaal netto-inkomen van één jaar zoals vermeld in artikel 471 van het wetboek van de inkomstenbelasting van 10 april 1992;8° belastbaar inkomen : het belastbaar inkomen zoals bedoeld in artikel 6 van het wetboek van de inkomstenbelasting van 10 april 1992.9° risico : het gewoge gemiddelde van de recurrente en punctuele risico's, waarbij - de recurrente risico's zijn vaak voorkomende risico's dat beperkte schade tot gevolg hebben, onderverdeeld in 5 categorieën : a) woningbrand;b) buitenbrand;c) ambulance-interventies;d) dringende interventies;e) niet-dringende interventies - de punctuele risico's zijn het lokaliseerbaar en weinig voorkomende risico's die aanzienlijke schade tot gevolg hebben, onderverdeeld in 9 categorieën : a) kinderdagverblijven en scholen;b) vestigingen voor gezondheidszorg : ziekenhuizen, opvangcentra voor jongeren, rusthuizen, instellingen voor gezondheidszorg;c) industrieën : industriële bedrijven met meer dan 50 werknemers;d) Seveso 1-sites zoals bedoeld in het samenwerkingsakkoord van 21 juni 1991 tussen de Federale Staat, het Vlaams Gewest, het Waals Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest betreffende de beheersing van de gevaren van zware ongevallen waarbij gevaarlijke stoffen betrokken zijn;e) Seveso 2-sites en kerncentrales : zoals bedoeld in het samenwerkingsakkoord van 21 juni 1991 tussen de Federale Staat, het Vlaams Gewest, het Waals Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest betreffende de beheersing van de gevaren van zware ongevallen waarbij gevaarlijke stoffen betrokken zijn;f) andere risico's : plaatsen waar veel mensen bijeenkomen, inzonderheid stadions, theaters, bioscopen, stations, luchthavens;g) tunnels : spoorwegtunnels en verkeerstunnels met een lengte van meer dan 200 m;h) leidingen : ondergrondse leidingen voor koolwaterstof;i) hoge gebouwen : woongebouwen die minstens 12 verdiepingen hoog zijn. § 2. Voor de toepassing van dit besluit wordt met de term « gemeente » ook een brandweerintercommunale bedoeld. Afdeling 2. - Toekenningsvoorwaarden subsidies

Art. 2.§ 1. De gemeenten die een brandweerdienst organiseren en gelegen zijn binnen het grondgebied van een hulpverleningszone kunnen een overeenkomst sluiten met de Staat.

Het doel van deze overeenkomst is met name het verbeteren van de coördinatie binnen de OPZ, de toepassing van het principe van de snelste adequate hulp bedoeld in artikel 6, eerste lid, van de wet van 15 mei 2007Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/05/2007 pub. 31/07/2007 numac 2007000663 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de civiele veiligheid sluiten betreffende de civiele veiligheid, het uitvoeren van een risicoanalyse voor de OPZ en het rationeel beheer van het materieel van de OPZ in functie van de risicoanalyse.

De doelstellingen bepaald in de overeenkomst moeten op het eind van de overeenkomst bereikt worden door de gemeenten partij bij de overeenkomst. § 2. De gemeenten bedoeld in paragraaf 1 duiden één gemeente aan die hen vertegenwoordigt voor de ondertekening van de overeenkomst en in het kader van de uitvoering van deze overeenkomst, hierbij inbegrepen het financieel beheer van de toegekende subsidies. § 3. Onder voorbehoud van de toepassing van artikel 11, § 2, tweede lid, de overeenkomst wordt gesloten voor de duur van ten hoogste 1 jaar en eindigt op 31 december 2011.

Art. 3.In het kader van de uitvoering van de overeenkomst kunnen, binnen de grenzen van de beschikbare kredieten, subsidies toegekend worden als tegemoetkoming voor de volgende kosten : 1° personeelskosten van bijkomend operationeel personeel;2° personeelskosten voor personeelsleden die een opleiding aan de provinciale opleidingscentra voor de openbare brandweerdiensten volgen bedoeld in artikel 12 van het koninklijk besluit van 8 april 2003Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 08/04/2003 pub. 05/05/2003 numac 2003000321 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk besluit betreffende de opleiding van de leden van de openbare hulpdiensten sluiten betreffende de opleiding van de hulpdiensten, ten belope van 50 % van de wedde of vergoedingen waarop het operationeel personeel recht heeft tijdens het volgen van deze opleiding;3° personeelskosten voor harmonisatie van de arbeidsvoorwaarden van het operationeel personeel binnen de OPZ;4° infrastructuurkosten voor renovatie of verbouwing van bestaande brandweerkazernes;5° de aankoopprijs van persoonlijke beschermingsmiddelen;6° de aankoopprijs van brandweermaterieel;7° kosten voor alle nodige initiatieven tot verbetering van de administratieve en operationele coördinatie en van de hulpverlening binnen de OPZ, zoals bepaald in de overeenkomst. Afdeling 3. - Maximumbedrag subsidies

Art. 4.§ 1. Binnen de grenzen van de beschikbare kredieten, wordt aan de OPZ een subsidie toegekend onder de vorm van een globale enveloppe. § 2. Het bedrag van de globale enveloppe per OPZ wordt berekend aan de hand van de volgende formule : D = (g1.P1) + (g2.P2) + (g3.P3) + (g4.P4) +(g5.P5) + (g6.P6) Waarbij : D = het aandeel van de OPZ in de federale enveloppe P1 = de verhouding tussen de residentiële bevolking van de OPZ en de residentiële bevolking van alle OPZ;

P2 = de verhouding tussen de actieve bevolking van de OPZ en de actieve bevolking van alle OPZ;

P3 = de verhouding tussen het kadastraal inkomen van de OPZ en het kadastraal inkomen van alle OPZ;

P4 = de verhouding tussen het belastbaar inkomen van de OPZ en het belastbaar inkomen van alle OPZ;

P5 = de verhouding tussen de aanwezige risico's op het grondgebied van de OPZ en de aanwezige risico's op het grondgebied van alle OPZ;

P6= de verhouding tussen de oppervlakte van de OPZ en de oppervlakte van alle OPZ.

Art. 5.In de formule bedoeld in artikel 4, wordt het volgende gewicht toegekend aan de criteria : 1° Residentiële bevolking (g1) .. . . . 70 % 2° Actieve bevolking (g2) .. . . . 15 % 3° Kadastraal Inkomen (g3) .. . . . - 5 % 4° Belastbaar Inkomen (g4) .. . . . - 5 % 5° Risico's (g5) .. . . . 10 % 6° Oppervlakte (g6) .. . . . 15 %

Art. 6.Het maximale bedrag van de enveloppe, uitgedrukt in een percentage van de beschikbare federale middelen, wordt per OPZ opgelijst in bijlage. Afdeling 4. - Uitbetalingsmodaliteiten

Art. 7.De subsidies worden betaald aan de gemeente die in de overeenkomst aangeduid wordt als vertegenwoordiger van de OPZ.

Art. 8.§ 1.De betaling van de subsidies gebeurt in schijven. § 2. De eerste schijf bedraagt 70 % van het bedrag bepaald in de overeenkomst OPZ en wordt uitbetaald na het sluiten van de overeenkomst. § 3. De resterende 30 % van het bedrag bepaald in de overeenkomst OPZ kan worden toegekend op cumulatieve voorwaarde dat : 1° de reeds ontvangen bedragen en de bijkomend gevraagde bedragen goedgekeurd worden overeenkomstig de bepalingen van Afdeling 6;2° de doelstellingen bepaald in de overeenkomst bereikt werden. Afdeling 5. - Evaluatie van de overeenkomst

Art. 9.De evaluatie inzake het behalen van de doelstellingen uit de overeenkomst gebeurt door de FOD Binnenlandse Zaken. Afdeling 6. - Financiële controle

Art. 10.De gemeente-vertegenwoordiger legt een gedetailleerde uitgavenraming voor aan de FOD Binnenlandse Zaken voorafgaand aan het sluiten van de overeenkomst.

De uitgaven worden ingedeeld in 3 categorieën : 1° personeelskosten;2° werkingskosten;3° investeringskosten.

Art. 11.§ 1. De gemeente-vertegenwoordiger dient de verantwoordingsstukken in ten laatste : 1° drie maanden na het einde van de overeenkomst voor wat betreft de personeelskosten en de werkingskosten;2° vijf jaar na afsluiting van de overeenkomst voor wat betreft de investeringskosten. § 2. De uitgaven die in aanmerking komen zijn enkel die uitgaven die vastgelegd zijn in het begrotingsjaar waarover de overeenkomst loopt.

In afwijking van het eerste lid, ingeval van beschikbaarheid van de federale middelen voor een beperkt gedeelte van het begrotingsjaar, komen slechts de uitgaven in aanmerking die vastgelegd zijn in het gedeelte van het begrotingsjaar waarvoor federale middelen beschikbaar waren. § 3. Onder verantwoordingsstukken bedoeld in paragraaf 1 wordt onder meer begrepen : de facturen die uitgaan van externe leveranciers, de bestelbons die van de gemeente-vertegenwoordiger uitgaan, loon- of weddefiches, gedetailleerde schuldvorderingen en interne facturen. Die volledige en leesbare documenten kunnen de originele exemplaren zijn, ofwel kopieën.

De verantwoordingsstukken omvatten ook een verklaring op erewoord van de gemeenteontvanger van de gemeente-vertegenwoordiger waarin de gedetailleerde en volledige lijst van de ingezonden kopieën is opgenomen en waarin geattesteerd wordt dat zij met de originele documenten overeenstemmen en waarin verklaard wordt dat zij wel degelijk betaald werden.

Art. 12.De Minister van Binnenlandse Zaken machtigt de Voorzitster van het directiecomité van de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken tot het ondertekenen van de aanhangsels bij de overeenkomsten, wanneer deze aanhangsels het totale bedrag van de subsidie niet wijzigen.

Art. 13.Dit besluit krijgt uitwerking op 1 januari 2011.

Art. 14.Onze Minister van Binnenlandse Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 16 januari 2011.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Binnenlandse Zaken, Mevr. A. TURTELBOOM

Bijlage MAXIMUMPERCENTAGE PER OPZ

Provincie

Operationele PreZone

maximum- percentage

Waals Brabant

Hulpverleningszone Waals-Brabant

3,51 %

Henegouwen

Henegouwen West

3,48 %

Henegouwen Oost

4,51 %

Henegouwen Centrum

5,57 %

Luik

Hulpverleningszone 1

0,72 %

Hulpverleningszone 2

5,03 %

Hulpverleningszone 3

1,09 %

Hulpverleningszone 4

2,25 %

Hulpverleningszone 5

0,75 %

Hulpverleningszone 6

1,13 %

Luxemburg

Hulpverleningszone Luxemburg

4,98 %

Namen

Hulpverleningszone Namen

6,34 %

Antwerpen

Hulpverleningszone 1

5,68 %

Hulpverleningszone 2

3,43 %

Hulpverleningszone 3

3,68 %

Hulpverleningszone 4

1,89 %

Hulpverleningszone 5

2,47 %

Limburg

Hulpverleningszone Noord

1,77 %

Hulpverleningszone Oost

2,93 %

Hulpverleningszone Zuidwest

3,69 %

Oost-Vlaanderen

Hulpverleningszone Centrum

5,06 %

Hulpverleningszone Meetjesland

1,22 %

Hulpverleningszone Oost

1,54 %

Hulpverleningszone Vlaamse Ardennen

1,58 %

Waasland

1,98 %

Zuid-Oost

2,43 %

Vlaams Brabant

Hulpverleningszone Oost

4,67 %

Hulpverleningszone West

4,98 %

West-Vlaanderen

Hulpverleningszone 1

4,22 %

Hulpverleningszone 2

2,13 %

Hulpverleningszone 3

2,82 %

Hulpverleningszone 4

2,48 %


Gezien om gevoegd te worden bij Ons besluit van 16 januari 2011 houdende toekenning van subsidies voor personeelskosten, infrastructuur, materieel en uitrusting en coördinatie aan de gemeenten die een overeenkomst operationele prezone sluiten met de Staat.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Binnenlandse Zaken, Mevr. A. TURTELBOOM

^