FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN

16 FEBRUARI 1968. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de voorwaarden waaronder en van de periode gedurende welke kinderbijslag wordt verleend ten behoeve van het kind dat een verhandeling bij het einde van hogere studiën voorbereidt. - Duitse vertaling

De hierna volgende tekst is de officieuze gecoördineerde Duitse versie - op 10 augustus 2005 - van het koninklijk besluit van 16 februari 1968 tot vaststelling van de voorwaarden waaronder en van de periode gedurende welke kinderbijslag wordt verleend ten behoeve van het kind dat een verhandeling bij het einde van hogere studiën voorbereidt (Belgisch Staatsblad van 24 februari 1968), zoals het achtereenvolgens werd gewijzigd bij : - het koninklijk besluit van 5 december 1983 tot wijziging van het koninklijk besluit van 16 februari 1968 tot vaststelling van de voorwaarden waaronder en van de periode gedurende welke kinderbijslag wordt verleend ten behoeve van het kind dat een verhandeling bij het einde van hogere studiën voorbereidt (Belgisch Staatsblad van 16 december 1983); - het koninklijk besluit van 16 juli 1985 tot wijziging van het koninklijk besluit van 16 februari 1968 tot vaststelling van de voorwaarden waaronder en van de periode gedurende welke kinderbijslag wordt verleend ten behoeve van het kind dat een verhandeling bij het einde van hogere studiën voorbereidt (Belgisch Staatsblad van 31 juli 1985); - het koninklijk besluit van 12 augustus 1985 tot wijziging van het koninklijk besluit van 16 februari 1968 tot vaststelling van de voorwaarden waaronder en van de periode gedurende welke kinderbijslag wordt verleend ten behoeve van het kind dat een verhandeling bij het einde van hogere studiën voorbereidt (Belgisch Staatsblad van 21 augustus 1985); - het koninklijk besluit van 25 juni 1986 tot wijziging van het koninklijk besluit van 16 februari 1968 tot vaststelling van de voorwaarden waaronder en de periode gedurende dewelke kinderbijslag wordt verleend ten behoeve van het kind dat een verhandeling bij het einde van hogere studiën voorbereidt (Belgisch Staatsblad van 17 juli 1986); - het koninklijk besluit van 24 juni 1987 tot bepaling van de gevallen waarin de toekenning van de kinderbijslag wordt geschorst als het kind zijn legerdienst of burgerdienst vervult (Belgisch Staatsblad van 10 juli 1987); - het koninklijk besluit van 26 juni 1987 tot wijziging van het koninklijk besluit van 16 februari 1968 tot vaststelling van de voorwaarden waaronder en de periode gedurende dewelke kinderbijslag wordt verleend ten behoeve van het kind dat een verhandeling bij het einde van hogere studien voorbereidt (Belgisch Staatsblad van 8 juli 1987); - het koninklijk besluit van 9 juli 2002 tot wijziging van de koninklijke besluiten tot uitvoering van artikel 62, §§ 3, 4 en 5 van de samengeordende wetten betreffende de kinderbijslag voor loonarbeiders (Belgisch Staatsblad van 20 juli 2002); - het koninklijk besluit van 10 augustus 2005 tot wijziging van het koninklijk besluit van 16 februari 1968 tot vaststelling van de voorwaarden waaronder en van de periode gedurende welke kinderbijslag wordt verleend ten behoeve van het kind dat een verhandeling bij het einde van hogere studies voorbereidt en het koninklijk besluit van 19 augustus 1969 tot vaststelling van de voorwaarden waaronder kinderbijslag wordt verleend ten behoeve van het kind dat een stage maakt om in een ambt te kunnen worden benoemd (Belgisch Staatsblad van 19 augustus 2005).

Deze officieuze gecoördineerde Duitse versie is opgemaakt door de Centrale dienst voor Duitse vertaling bij het Adjunct-arrondissementscommissariaat in Malmedy.

MINISTERIUM DER SOZIALFÜRSORGE 16. FEBRUAR 1968 - Königlicher Erlass zur Festlegung der Bedingungen, unter denen, und der Periode, während deren Kinderzulagen gewährt werden zugunsten eines Kindes, das am Ende eines Hochschulstudiums eine Abschlussarbeit vorbereitet - Deutsche Übersetzung Artikel 1 - Ein Kind unter 25 Jahren, das keine Pflichtkurse mehr besucht und am Ende eines Hochschulstudiums regelgemäss eine Abschlussarbeit vorbereitet, eröffnet ein Anrecht auf Kinderzulagen gemäss [Artikel 62 § 4 der koordinierten Gesetze über die Familienbeihilfen für Lohnempfänger], unter den Bedingungen und für die Periode, die im vorliegenden Erlass festgelegt sind. [Art. 1 abgeändert durch Art. 1 des K.E. vom 9. Juli 2002 (B.S. vom 20. Juli 2002)] Art.2 - [Die Abschlussarbeit am Ende des Hochschulstudiums muss eine Bedingung für den Erhalt eines von der zuständigen Behörde anerkannten Diploms sein.

Für die Anwendung des vorliegenden Erlasses versteht man unter Hochschulstudium den Unterricht, der erwähnt ist in Artikel 8 des Königlichen Erlasses vom 10. August 2005 zur Festlegung der Bedingungen, unter denen Kinderzulagen gewährt werden für ein Kind, das Unterrichtskurse besucht oder seine Ausbildung fortsetzt.] [Art. 2 ersetzt durch Art. 1 des K.E. vom 10. August 2005 (B.S. vom 19. August 2005)] Art.3 - Die Kinderzulagen werden während der Periode gewährt, die nach den letzten Sommerferien des Kindes beginnt und am Tag der Abgabe der Abschlussarbeit endet; diese Kinderzulagengewährungsperiode darf ein Jahr jedoch nicht überschreiten. [...] [Art. 3 Abs. 2 aufgehoben durch Art. 2 des K.E. vom 9. Juli 2002 (B.S. vom 20. Juli 2002)] Art. 4 - [Eine Erwerbstätigkeit des Kindes führt nicht zur Aussetzung der Gewährung der Kinderzulagen, wenn sie 240 Stunden pro Quartal nicht überschreitet.

Im Sinne des vorliegenden Erlasses versteht man unter Erwerbstätigkeit jede Tätigkeit, die im Rahmen eines Arbeitsvertrags oder eines Statuts oder aber als Selbständiger ausgeübt wird.

Der Erhalt einer Sozialleistung in Anwendung einer belgischen oder ausländischen Regelung in Sachen Krankheit, Invalidität, Arbeitsunfälle oder Berufskrankheiten führt nicht zur Aussetzung der Gewährung der Kinderzulagen, wenn diese Leistung aus einer zugelassenen Erwerbstätigkeit hervorgeht.

Der Erhalt einer Sozialleistung in Anwendung einer belgischen oder ausländischen Regelung in Sachen Arbeitslosigkeit oder der Erhalt einer in Kapitel IV Abschnitt 5 des Sanierungsgesetzes vom 22. Januar 1985 zur Festlegung sozialer Bestimmungen erwähnten Laufbahnunterbrechungszulage führt zur Aussetzung der Gewährung der Kinderzulagen.] [Art. 4 ersetzt durch Art. 2 des K.E. vom 10. August 2005 (B.S. vom 19. August 2005)] [Art.4bis - [...]] [Art. 4bis eingefügt durch den K.E. vom 5. Dezember 1983 (B.S. vom 16.

Dezember 1983) und aufgehoben durch Art. 1 des K.E. vom 12. August 1985 (B.S. vom 21. August 1985)] Art. 5 - Vorliegender Erlass wird wirksam mit 1. Januar 1968.

Art. 6 - Unser Minister der Sozialfürsorge ist mit der Ausführung des vorliegenden Erlasses beauftragt.