gepubliceerd op 31 juli 1998
Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 9 juni 1997 tot uitvoering van artikel 7, § 1, derde lid, m, van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders betreffende de doorstromingsprogramma's
15 JULI 1998. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 9 juni 1997 tot uitvoering van artikel 7, § 1, derde lid, m, van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders betreffende de doorstromingsprogramma's
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders, inzonderheid op artikel 7, gewijzigd bij de wetten van 14 juli 1951, 14 februari 1961, 16 april 1963, 11 januari 1967, 10 oktober 1967, de koninklijke besluiten nr. 13 van 11 oktober 1978 en nr. 28 van 24 maart 1982, de wetten van 22 januari 1985, 30 december 1988, 26 juni 1992 en 30 maart 1994, het koninklijk besluit van 14 november 1996 en de wetten van 13 maart 1997 en 13 februari 1998;
Gelet op het koninklijk besluit van 9 juni 1997 tot uitvoering van artikel 7, § 1, derde lid, m, van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders betreffende de doorstromingsprogramma's, inzonderheid op artikel 5;
Gelet op de wet van 25 april 1963 betreffende het beher van de instellingen van openbaar nut van sociale zekerheid en sociale voorzorg, inzonderheid op artikel 15;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën gegeven op 24 juni 1998;
Gelet op het akkoord van Onze Minister van Begroting gegeven op 2 juli 1998;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, gewijzigd bij de wetten van 4 juli 1989 en van 4 augustus 1996;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid gemotiveerd door het feit dat het samenwerkingsakkoord van 15 mei 1998 afgesloten tussen de Federale Staat en de Gewesten tot wijziging van het samenwerkingsakkoord van 4 maart 1997 tussen de Federale Staat en de Gewesten betreffende de doorstromingsprogramma's in werking getreden is op 15 mei 1998 en dat een goed beheer van de verscheidene doorstromingsprogramma's meer bepaald wat betreft de samenwerking tussen de Federale Staat en de Gewesten het noodzakelijk maakt dat de reglementaire wijzigingen op dezelfde datum in werking treden;
Op de voordracht van Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Artikel 5, § 1, 1° van het koninklijk besluit van 9 juni 1997 tot uitvoering van artikel 7, § 1, derde lid, m, van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders betreffende de doorstromingsprogramma's, wordt opgeheven.
Art. 2.Artikel 5, § 1, 2° van hetzelfde koninklijk besluit wordt vervangen door de volgende bepalingen : « 2° op het ogenblik van de aanwerving, is de werknemer vergoede volledig werkloze en : - beschikt hij ofwel niet over een diploma, getuigschrift of attest van het hoger middelbaar onderwijs, is hij minder dan 25 jaar oud en geniet hij sedert minstens negen maanden zonder onderbreking wacht- of werkloosheidsuitkeringen; - geniet hij ofwel wachtuitkeringen sedert minstens twaalf maanden zonder onderbreking; - geniet hij ofwel werkloosheidsuitkeringen sedert minstens vierentwintig maanden zonder onderbreking.
Voor de toepassing van deze bepaling wordt evenwel slechts rekening gehouden met uitkeringen verleend overeenkomstig een uitkeringsstelsel voorzien in artikel 100 of 103 van het koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de werkloosheidsreglementering.
Art. 3.Artikel 5, § 1, 3° wordt vervangen door de volgende bepaling : « 3° de werknemers worden aangeworven met een schriftelijke arbeidsovereenkomst die minstens voorziet in een halftijds uurrooster. »
Art. 4.Artikel 5, § 3, van hetzelfde besluit wordt vervangen door de volgende bepaling : « De uitkering bedoeld in § 1 wordt toegekend gedurende maximum vierentwintig kalendermaanden per beroepsloopbaan, verminderd met het aantal kalendermaanden tijdens dewelke de werknemer vóór de aanvang van de arbeidsovereenkomst reeds tewerkgesteld was in een doorstromingsprogramma.
De uitkering bedoeld in § 1 wordt toegekend gedurende maximum zesendertig kalendermaanden per beroepsloopbaan, verminderd met het aantal kalendermaanden tijdens dewelke de werkemer voor de aanvang van de arbeidsovereenkomst reeds tewerkgesteld was in een doorstromingsprogramma, indien : 1° de werknemer voor de kalendermaand die zijn tewerkstelling in een doorstromingsprogramma voorafgaat voldeed aan de voorwaarden om een vrijstelling te kunnen genieten in toepassing van artikel 79, § 4bis van het voormelde koninklijk besluit van 25 november 1991;2° de werknemer verbleef op het ogenblik van zijn indienstnemeing gewoonlijk in een gemeente waarin de werkloosheidsgraad minstens 20 % hoger ligt dan de gemiddelde werkloosheidsgraad van het Gewest. Voor de in de vorige leden bedoelde telling van het aantal kalendermaanden wordt een onvolledige maand als een volledige maand in rekening gebracht.
Voor de toepassing van het tweede lid, 2°, worden enkel de gemeenten die voorkomen op een lijst, opgemaakt door de Rijksdienst voor arbeidsvoorziening op basis van de werkloosheidscijfers op 30 juni van elk jaar, geacht gemeenten te zijn waarin de werkloosheidsgraad minstens 20 % hoger ligt dan de gemiddelde werkloosheidsgraad van het Gewest. Deze lijst blijft geldig van 1 september van het lopende jaar tot 31 augustus van het volgende kalenderjaar en wordt jaarlijks in het Belgisch Staatsblad bekendgemaakt voor 31 augustus.
Art. 5.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 juni 1998, met uitzondering van artikel 1 dat uitwerking heeft met ingang van 1 juli 1998 en van artikel 2 dat in werking treedt op 1 oktober 1998.
In afwijking van de bepalingen van artikel 5, § 3, laatste lid van het voornoemde koninklijk besluit van 9 juni 1997, zoals gewijzigd bij dit besluit, zal de bekendmaking in het Belgisch Staatsblad van de lijst van de gemeenten waarin de werkloosheidsgraad 20 % hoger ligt dan de gemiddelde werkloosheidgraad van het Gewest, opgemaakt op basis van de werkloosheidscijfers van 30 juni 1997, plaatsvinden voor 31 augustus 1998.
Art. 6.Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 15 juli 1998.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Mevr. M. SMET