gepubliceerd op 16 maart 2005
Koninklijk besluit betreffende de uitoefening van het beroep van erkend boekhouder en erkend boekhouder-fiscalist in het kader van een rechtspersoon
15 FEBRUARI 2005. - Koninklijk besluit betreffende de uitoefening van het beroep van erkend boekhouder en erkend boekhouder-fiscalist in het kader van een rechtspersoon
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 22 april 1999 betreffende de boekhoudkundige en fiscale beroepen, in het bijzonder op de artikelen 46, derde lid en 47;
Gelet op het advies van de Hoge Raad voor de Economische Beroepen, gegeven op 24 juni 2003;
Gelet op advies 37.678/3 van de Raad van State, gegeven op 19 oktober 2004;
Op de voordracht van Onze Minister van Middenstand, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : HOOFDSTUK I. - Definities
Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : 1° de wet : de wet van 22 april 1999 betreffende de boekhoudkundige en fiscale beroepen;2° het Instituut : het Beroepsinstituut van erkende boekhouders en fiscalisten, opgericht bij artikel 43 van de wet;3° de kaderwet : de kaderwet van 1 maart 1976 tot reglementering van de bescherming van de beroepstitel en van de uitoefening van de dienstverlenende intellectuele beroepen;4° de Kamer : de bevoegde Uitvoerende Kamer, zoals bedoeld in de artikelen 6, § 3, en 8 van de kaderwet;5° de Raad : de Nationale Raad, zoals bedoeld in de artikelen 6, § 3, en 7 van de kaderwet;6° de boekhouder : de erkende boekhouder en de stagiair-boekhouder, bedoeld bij artikel 46, eerste lid van de wet;7° de boekhouder-fiscalist : de erkende boekhouderfiscalist en de stagiair boekhouder-fiscalist, bedoeld bij artikel 46, tweede lid van de wet;8° lid : de boekhouder en de boekhouder-fiscalist;9° lid van het directiecomité : lid van het directiecomité, zoals bedoeld bij artikel 524bis en ter van het Wetboek van Vennootschappen en die, in die hoedanigheid een zelfstandig statuut heeft. HOOFDSTUK II. - Inschrijving van een rechtspersoon op het tableau bijgehouden door het Instituut Afdeling I. - Algemene voorwaarden
Art. 2.Niemand mag als vennoot, zaakvoerder, bestuurder, lid van het directiecomité of meer in het algemeen als zelfstandig mandataris van een rechtspersoon, het beroep van boekhouder uitoefenen of de beroepstitel van boekhouder of boekhouder-fiscalist voeren, in het kader van een rechtspersoon, noch in hoofd-, noch in bijberoep indien hij, alsook de rechtspersoon via dewelke het beroep wordt uitgeoefend, niet is ingeschreven op het tableau van de titularissen van het beroep en/of op de lijst van de stagiairs gehouden door het Instituut of, indien hij in het buitenland is gevestigd, geen toelating heeft bekomen om het beroep tenminste occasioneel uit te oefenen.
De stagiair-boekhouder of de stagiair boekhouder-fiscalist kan slechts een rechtspersoon in de zin van dit besluit oprichten of er vennoot, zaakvoerder, bestuurder, lid van het directiecomité van zijn, indien het een rechtspersoon betreft waarin hij het beroep uitoefent samen met zijn stagemeester of een lid van het Instituut.
Art. 3.Een rechtspersoon mag in haar maatschappelijke benaming, de omschrijving van haar doel of haar reclame, de titel van boekhouder of boekhouder-fiscalist of enige titel die hiermee kan worden verward, enkel gebruiken wanneer haar door het Instituut de titel is verleend van boekhouder enlof boekhouder-fiscalist.
Het eerste lid is niet van toepassing op onderwijsinstellingen, noch op beroepsgroeperingen van boekhouders en/of boekhouders-fiscalisten.
Art. 4.§ 1. De rechtspersoon die ingeschreven wordt op het tableau is lid van het Instituut, maar kan geen kandidaat zijn voor een mandaat in de organen omschreven in artikel 6, § 3 van de kaderwet en is evenmin stemgerechtigd voor de verkiezingen van deze organen. § 2. Op het tableau van de titularissen van het beroep en/of de lijst van de stagiairs wordt naast de naam van de boekhouders of boekhouders-fiscalisten, de naam vermeld van de rechtspersoon of rechtspersonen waarvan zij deel uitmaken. § 3. Daarnaast wordt een apart tableau bijgehouden van de rechtspersonen die erkend zijn in het kader van dit besluit. Naast de naam van de rechtspersoon, wordt de naam van al de vennoten of aandeelhouders, bestuurders, zaakvoerders en leden van het directiecomité vermeld die lid zijn van het Instituut. Afdeling II. - Rechtspersonen tussen personen met de hoedanigheid van
boekhouder en/of boekhouder-fiscalist
Art. 5.§ 1. Een boekhouder en/of boekhouder-fiscalist mag een rechtspersoon oprichten enlof zich verenigen met andere boekhouders enlof boekhouders-fiscalisten of met andere personen die in het buitenland een hoedanigheid bezitten die met toepassing van internationale verdragen, waarbij België partij is of op grond van wederkerigheid, als gelijkwaardig is erkend om : 1° alle of een gedeelte van de kosten die verband houden met de uitoefening van het beroep in gemeenschap te brengen; of 2° werkzaamheden zoals vermeld in artikel 49 van de wet en daarmee verenigbare werkzaamheden uit te oefenen. § 2. Wanneer een boekhouder of boekhouder-fiscalist een rechtspersoon wenst op te richten met een persoon die in het buitenland een hoedanigheid bezit die als gelijkwaardig is erkend met de hoedanigheid van, respectievelijk, boekhouder of boekhouder-fiscalist met toepassing van internationale verdragen waarbij België partij is of op grond van wederkerigheid, dan is in de volgende gevallen hiervoor de voorafgaande en steeds herroepbare toelating van de Kamer vereist : 1° indien deze persoon krachtens zijn nationaal statuut gemachtigd is opdrachten uit te voeren die in België niet verenigbaar zijn met de functie van boekhouder of boekhouder-fiscalist; of 2° indien de rechtspersoon is opgericht in een rechtsvorm, met een statuut of onder voorwaarden die in België niet zouden worden toegelaten voor boekhouders of boekhouders-fiscalisten. Afdeling III. - Rechtspersonen tussen personen
met verschillende hoedanigheden
Art. 6.Geen enkele rechtspersoon mag worden opgericht, tenzij met de voorafgaande en steeds herroepbare toelating van de Kamer op grond van algemene richtlijnen uitgevaardigd door de Raad van het Instituut, met het oog op de gemeenschappelijke uitoefening van beroepsactiviteiten of het in gemeenschap brengen van alle of een gedeelte van de beroepsgebonden kosten, tussen een of meer boekhouders en/of boekhouders-fiscalisten en 1° andere personen die niet dezelfde hoedanigheid hebben maar die wettelijk gerechtigd zijn om in België de aan de boekhouder of boekhouder-fiscalist voorbehouden werkzaamheden uit te oefenen, zoals bedoeld in artikel 48 van de wet; en/of 2° andere beoefenaars van een vrij beroep, onderworpen aan een plichtenleer die niet dezelfde hoedanigheid hebben, noch een in het buitenland verworven hoedanigheid die door de Koning als gelijkwaardig erkend is. HOOFDSTUK III. - Toetredingsvoorwaarden voor rechtspersonen van boekhouders en/of boekhouders-fiscalisten
Art. 7.§ 1. De Kamer verleent op verzoek de titel van boekhouder of boekhouder-fiscalist aan : 1° elke burgerlijke professionele vennootschap of elke andere rechtspersoon zoals bedoeld in artikel 5, § 1, met rechtspersoonlijkheid opgericht naar Belgisch recht;2° elke rechtspersoon, opgericht naar buitenlands recht, die in het buitenland een hoedanigheid heeft die als gelijkwaardig wordt erkend met die van boekhouder of boekhouder-fiscalist. § 2. De in § 1 bedoelde rechtspersonen moeten de in het artikel 49 van de wet opgesomde werkzaamheden, zo zij in België plaatsvinden, uitoefenen door of onder de effectieve leiding van tenminste één natuurlijke persoon die de hoedanigheid van boekhouder of boekhouder-fiscalist bezit. Voor de werkzaamheden waarvan de uitoefening of de leiding hem wordt toevertrouwd, is deze boekhouder of boekhouder-fiscalist persoonlijk gebonden door de beroepstucht van het Instituut.
Art. 8.In het geval bedoeld in artikel 7, § 1, 1°, verleent de Kamer de titel van boekhouder of boekhouder-fiscalist aan elke burgerlijke professionele vennootschap of rechtspersoon opgericht naar Belgisch recht die een aanvraag hiertoe indient en die tot doel heeft diensten te verlenen die behoren tot de functie van boekhouder of boekhouder-fiscalist en die voldoet aan de volgende voorwaarden : 1° haar doel en activiteit moeten beperkt zijn tot het verlenen van diensten die behoren tot de functie van boekhouder of boekhouder-fiscalist, zoals omschreven in artikel 49 van de wet en tot het uitoefenen van hiermee verenigbare werkzaamheden;2° zij moet opgericht zijn in de vorm van een handelsvennootschap of rechtspersoon naar Belgisch recht;3° indien zij is opgericht in de vorm van een naamloze vennootschap of een commanditaire vennootschap op aandelen, moeten haar aandelen op naam zijn;4° a) ten minste vier vijfde van de aandelen alsook van de stemrechten moeten in het bezit zijn van : - boekhouders of boekhouders-fiscalisten; en/of - personen die in het buitenland een hoedanigheid bezitten die, op grond van internationale verdragen of mits wederkerigheid, als gelijkwaardig wordt erkend met die van boekhouder of boekhouderfiscalist in België; b) één vijfde van de aandelen alsook van de stemrechten mogen in het bezit zijn van de echtgeno(o)t(e), wettelijk samenwonende partner of een bloedverwant tot de derde graad van één van de aandeelhouders, zaakvoerders, bestuurders of leden van het directiecomité bedoeld in liftera a) of van de wettelijk samenwonende partner. Niettemin moet de meerderheid van de aandelen, alsook de meerderheid van de stemrechten waarover alle vennoten of aandeelhouders beschikken, in het bezit zijn van boekhouders of boekhouders-fiscalisten, leden van het Instituut; 5° alle zaakvoerders, bestuurders, leden van het directiecomité en meer algemeen alle zelfstandige mandatarissen die optreden in naam en voor rekening van de rechtspersoon, moeten lid zijn van het Instituut of moeten personen zijn die in het buitenland een hoedanigheid bezitten die als gelijkwaardig met die van boekhouder of boekhouder-fiscalist in België wordt erkend. Bovendien : a) moet een meerderheid bestaan uit natuurlijke personen of rechtspersonen, leden van het Instituut.Indien het een rechtspersoon betreft, moet zij een natuurlijke persoon, boekhouder of boekhouder-fiscalist aanstellen als permanente vertegenwoordiger van de rechtspersoon. Deze is persoonlijk gebonden door de beroepstucht van het Instituut; b) mag een minderheid bestaan uit personen die in het buitenland een hoedanigheid bezitten die als gelijkwaardig met die van boekhouder of boekhouder-fiscalist in België wordt erkend;6° zij mag geen deelnemingen bezitten in andere vennootschappen enlof rechtspersonen dan van uitsluitend professionele aard.
Art. 9.In het geval bedoeld in artikel 7, § 1, 2°, verleent de Kamer op verzoek de titel van boekhouder of boekhouder-fiscalist aan elke rechtspersoon opgericht naar buitenlands recht die in het buitenland een hoedanigheid heeft die als gelijkwaardig wordt erkend met die van boekhouder of boekhouder-fiscalist, indien zij aan de volgende voorwaarden voldoet : 1° haar doel en activiteit moet beperkt zijn tot het verlenen van diensten die behoren tot de functie van boekhouder of boekhouder-fiscalist, zoals omschreven in artikel 49 van de wet en tot het uitoefenen van hiermee verenigbare werkzaamheden;2° de aandelen moeten op naam zijn;3° a) tenminste vier vijfde van de aandelen alsook van de stemrechten waarover de vennoten beschikken, moeten in het bezit zijn van : - boekhouders of boekhouders-fiscalisten; en/of - personen die in het buitenland een hoedanigheid bezitten die, op grond van internationale verdragen of mits wederkerigheid, als gelijkwaardig wordt erkend met die van boekhouder of boekhouderfiscalist in België; b) één vijfde van de aandelen alsook van de stemrechten mogen in het bezit zijn van de echtgeno(o)t(e), wettelijk samenwonende partner of een bloedverwant tot de derde graad van één van de aandeelhouders, zaakvoerders, bestuurders of leden van het directiecomité bedoeld in littera a) of van de wettelijk samenwonende partner. Niettemin moet de meerderheid van de aandelen alsook de meerderheid van de stemrechten, in het bezit zijn van boekhouders of boekhouders-fiscalisten, leden van het Instituut. 4° de zaakvoerders, bestuurders, leden van het directiecomité en meer algemeen alle zelfstandige mandatarissen die optreden in naam en voor rekening van de rechtspersoon, moeten lid zijn van het Instituut of moeten personen zijn die in het buitenland een hoedanigheid bezitten die als gelijkwaardig met die van boekhouder of boekhouder-fiscalist in België wordt erkend op grond van internationale verdragen, of mits wederkerigheid.Indien het een rechtspersoon betreft, moet zij een natuurlijk persoon, boekhouder of boekhouder-fiscalist aanstellen als permanente vertegenwoordiger van de rechtspersoon. Deze is persoonlijk gebonden door de beroepstucht van het Instituut. 5° alle zelfstandige personen, aangesteld voor het beheer van het Belgisch bijkantoor van de rechtspersoon opgericht naar buitenlands recht, moeten lid zijn van het Instituut.
Art. 10.Voor de toepassing van de artikelen 8 en 9, worden de natuurlijke personen die niet in België verblijven, evenals rechtspersonen die zijn opgericht volgens buitenlands recht, en in hun land een aldaar gelijkwaardige en wettelijk erkende hoedanigheid hebben verworven voor boekhoudwerkzaamheden, geacht een hoedanigheid te bezitten die gelijkwaardig is met die van boekhouder of boekhouder-fiscalist in België.
Art. 11.§ 1. De toetredingsaanvragen ingediend ter uitvoering van de artikelen 7, 8 en 9, moeten, samen met een overeenkomstig artikel 12 aangelegd dossier, aan de Voorzitter van de Kamer worden gericht. De inschrijving gebeurt door die Kamer die bevoegd is voor het taalgebied van de maatschappelijke zetel van de rechtspersoon of van het Belgisch bijkantoor voor de rechtspersonen bedoeld in artikel 7, § 1, 2°.
Indien deze zetel gelegen is in het tweetalig-gebied BrusselHoofdstad zal de bevoegdheid afhangen van de taal die werd gebruikt in de aanvraag tot inschrijving. § 2. Elke rechtspersoon, die opgericht wordt na de inwerkingtreding van dit besluit en die de activiteiten zoals vermeld in artikel 49 van de wet in haar maatschappelijke doel opneemt, dient te voldoen aan de in dit besluit vermelde erkenningsvoorwaarden en dient een erkenning aan te vragen aan het Instituut binnen een termijn van één maand na de oprichting. § 3. De rechtspersoon mag haar maatschappelijke benaming gebruiken en opdrachten aanvaarden vanaf de datum dat zij door de Kamer wordt ingeschreven op het tableau bedoeld in artikel 4, § 3.
Art. 12.§ 1. Het dossier voor een toetredingsaanvraag bedoeld in artikel 11, § 1, bevat de volgende gegevens : 1° de statuten van de rechtspersoon, de identiteit van de vennoten en het aantal aandelen in ieders bezit, de identiteit van haar zaakvoerders, bestuurders, leden van het directiecomité,.en van de andere zelfstandige mandatarissen; 2° het bewijs dat de voorwaarden zijn nageleefd waaraan de rechtspersoon, de zaakvoerders, bestuurders, vennoten of leden van het directiecomité krachtens de artikelen 8 en 9 moeten voldoen;3° alle gegevens die toelaten na te gaan of de rechtspersoon geen handelsactiviteiten of met het beroep onverenigbare activiteiten uitoefent, noch dat haar vennoten, bestuurders, zaakvoerders, leden van het directiecomité en meer algemeen haar zelfstandige mandatarissen of de vennootschap zelf bestuursmandaten waarneemt in rechtspersonen met handelsactiviteiten als doel;4° het betalingsbewijs van het door de Nationale Raad vastgestelde bedrag aan dossierkosten voor de inschrijving van de rechtspersoon. § 2. De Kamer mag van de rechtspersoon eisen dat zij haar dossier vervolledigt door overlegging van alle stukken of gegevens die nodig zijn om zich over de toetredingsaanvraag te kunnen uitspreken. De Kamer kan beslissen om de vertegenwoordigers van de rechtspersoon te horen op de dag en uur die hij vaststelt. § 3. De inschrijvingsprocedure gebeurt overeenkomstig de bepalingen van het koninklijk besluit van 27 november 1985 tot bepaling van de regels inzake de organisatie en de werking van de beroepsinstituten die voor de dienstverlenende intellectuele beroepen zijn opgericht. HOOFDSTUK IV. - Overgangsbepalingen
Art. 13.§ 1. De rechtspersonen bedoeld in de artikelen 7, 8 en 9 die reeds opgericht waren op het ogenblik van de inwerkingtreding van dit besluit en die in hun maatschappelijk doel de activiteiten hebben opgenomen zoals vermeld in artikel 49 van de wet, dienen te voldoen aan de in dit besluit gestelde voorwaarden en dienen een aanvraag tot erkenning in te dienen door toedoen van de natuurlijke personen, zaakvoerders, bestuurders of leden van het directiecomité, die de hoedanigheid hebben van boekhouder of boekhouder-fiscalist, uiterlijk binnen de 18 maanden vanaf de inwerkingtreding van dit besluit. § 2. Op voorwaarde en in de mate dat een erkenningsdossier werd ingediend overeenkomstig § 1 mogen de rechtspersonen die werden opgericht vóór de inwerkingtreding van dit besluit, hun activiteiten verder zetten en hun maatschappelijke benaming verder gebruiken tot op het ogenblik dat de bevoegde Kamer een beslissing neemt aangaande hun aanvraag tot erkenning. HOOFDSTUK V. - Slotbepalingen
Art. 14.Onze Minister van Middenstand is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 15 februari 2005.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Middenstand, Mevr. S. LARUELLE