gepubliceerd op 20 oktober 2006
Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 december 1997 houdende de voorwaarden waaronder de toepassing van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, tot de zelfstandigen en de leden van de kloostergemeenschappen wordt verruimd
13 OKTOBER 2006. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 december 1997 houdende de voorwaarden waaronder de toepassing van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, tot de zelfstandigen en de leden van de kloostergemeenschappen wordt verruimd
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, inzonderheid op artikel 33, § 1, eerste lid, 1°, vervangen bij het koninklijk besluit van 18 november 1996 en gewijzigd bij de wet van 9 juli 2004, en 2°, gewijzigd bij de wet van 9 juli 2004;
Gelet op het koninklijk besluit van 29 december 1997 houdende de voorwaarden waaronder de toepassing van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, tot de zelfstandigen en de leden van de kloostergemeenschappen wordt verruimd, inzonderheid op artikel 1, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 22 maart 1999, 26 april 1999, 13 september 1999, 9 januari 2000, 6 april 2000, 11 juni 2001, 17 september 2001, 18 december 2001, 17 december 2002, 18 december 2002, 15 mei 2003, 19 juli 2004, 1 juni 2005, 28 september 2005, 10 oktober 2005 en 10 juni 2006;
Gelet op de wet van 25 april 1963 betreffende het beheer van de instellingen van openbaar nut voor sociale zekerheid en sociale voorzorg, inzonderheid op artikel 15;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 8 september 2006;
Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting van 15 september 2006;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid;
Overwegende dat dit besluit, om redenen van volksgezondheid, zo vlug mogelijk genomen moet worden en in werking moet treden, gelet op het feit dat het noodzakelijk is om alle door de Hoge Raad voor Hygiëne aangewezen risicogroepen te beschermen tegen een besmetting met het vogelgriepvirus, door hen zo vlug mogelijk recht te geven op een vergoeding voor het betrokken vaccin;
Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid en van Onze Minister van Middenstand en Landbouw, en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.In artikel 1, tweede lid, van het koninklijk besluit van 29 december 1997 houdende de voorwaarden waaronder de toepassing van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, tot de zelfstandigen en de leden van de kloostergemeenschappen wordt verruimd, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 22 maart 1999, 26 april 1999, 13 september 1999, 9 januari 2000, 6 april 2000, 11 juni 2001, 17 september 2001, 18 december 2001, 17 december 2002, 18 december 2002, 15 mei 2003, 19 juli 2004, 1 juni 2005, 28 september 2005, 10 oktober 2005 en 10 juni 2006, wordt het punt 24°bis vervangen als volgt : « 24°bis de geneesmiddelen van vergoedingscategorie Cs-10, ingeschreven in hoofdstuk IV, paragraaf 700000 van de bijlage I van het koninklijk besluit van 21 december 2001 tot vaststelling van de procedures, termijnen en voorwaarden inzake de tegemoetkoming van de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen in de kosten van farmaceutische specialiteiten, onder de in die paragraaf vastgestelde voorwaarden. »
Art. 2.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 oktober 2006.
Art. 3.Onze Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid en Onze Minister van Middenstand en Landbouw zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 13 oktober 2006.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, R. DEMOTTE De Minister van Middenstand en Landbouw, Mevr. S LARUELLE